od heeft in het laatst der dagen totons gesproken in Ziin Zoon (Hebreeën r:r).Hiiheeft dit in men- setijke klanken gedaan door de profeten. Hij heeft dit ook gedaan door symbolische personen en din- gen, zoats in de bouw vande tabernakel, in de verschil- lende offers, de kteding vande priesters, de feestdagen, dewetten, enz. fll'l risl*ls de $"{mgepri*stee" Het is belangrijk te weten wat Christus sprak vanhetOude Testament, maar het isook belangrijkte weten wat het Oude Testament van Christus zegÍ.ln het laatste Bijbelboek, Openbaring, wordt ons veel van de Heer geopenbaard. Het is ook'Openbaring van Jezus Christus'. Hij wordt daarin op verschi[[ende manieren voorgesteld o.a. als Losser vande wereld, alsKoning, ats Rechter. In Openbaring r:r3zien we Hem als Hogepriester wande- lende tussen dekandetaren, die degemeenten voorstelten. Hijis daar niet hetLam Gods, datalsde Leeuw uitJuda's stam zijnGoêt (losser) taak verricht. Ook nietals Rechter vande wereld die metgroot gevolg de Antichrist en diens aanhang vernietigd. We zien Hem daar ook niet ats de Ko- ning derkoningen die met de Zijnen duizend jaar regeert over deze wereld. Maar wezien Hem in Openbaring r:r3 als de Zoon des mensen, 'bekleed meteenlangkleed, tot de voeten enomgord aandeborsten meteen gouden gordel'. Het is de Hogepriester in Zijn hogepriestertijke ktedij. De schrijver van de Hebreeënbrief zegtin hoofdstuk 8:r 'De hoofdzaak nu van de dingenwoorover wij spreken, is dit: Zo'nHogepriester hebben wij, Eén die Zichheefr gezet oande rechterhond vande troon vondeMajesteit in dehe- melen' (HSV). Metdeze hoofdzaak gaan we onsnu bezig- houden. Christus is de Hogepriester van 'de toekomstige heilsgoederen. Hij is door de meerdere enmeer volmaakte tabernakel gegaon, dieniet met honden is gemaakt, dat is: die nietvan deze scheppinq rs'(Hebreeën 9:rr, HS$. ilei{ige ktedín6 0m deze dingen is hetgoed om te letten op dekledingvan de Hogepriester, daar zitten bijzondere leermomenten in voor ons. Weonderzoeken daartoe het tweede boek van Mozes, Exodus zB en 29. Het zat bii het lezen van deze hoofdstukken opvatlen hoe weinig er van Aàron zelf, maar daarentegen hoeveeI ervan zijn kteding wordt gezegd. Aáron was uitdestam van Levi. Van Levi had Jakob gezegd: 'Laat mijn ziel niet in hun geheim overleg komen enmiineer niet aanhun bijeenkomst deelnemen; want in hun woede hebben zijmonnen doodgeslogen'(Genesis 49:6, HSV). De Here God maakte vandit vervtoekte moordenaarsgeslacht een priesterdom enwaar Jakob zich schaamde ommet zijn zoon Levi samen genoemd te worden, bestemde God hem tot hetpriestergestacht datZijn Naam zoudragen. Dat Aà- ron tot priester bestemd werd was niet te danken aan zijn afkomst, ooknietaan ziin persoonlijke heitigheid, denk al- leen maar aan de oprichting vanhet gouden kalf, het was een daad van Gods vrijmachtig welbehagen. Omdat Aàron zetf niet heitig was, moest hij heitige kteding dragen. Deze kleding zouhem tot sieraad ziin, hem waar- digheid en aanzien geven (Exodus z8:z). Deze ktederen waren gemaakt volgens Gods aanwijzingen, maat, vorm, kteur, materiaal; alles wasnauwkeurig doorde Here God zelf voorgeschreven. Dit is betangrijk, want alshet duidetijk is dat Aàron een type is van Jezus Christus, dankrijgen we in zijnkteding antwoord op devraag: "Wat dunkt u vande Ch ristus?" (wordt ve rvolg d) (Overgenomen enbewerkt uit: 'De Geesteliike betekenis van denTabernakel'van Joh. deHeer, door ds.HenkSchouten) HetZoeklicht ff z7