Jan 17, 2016
Hoofdstuk 2 Aarde: klimaatzones en landschappenParagraaf 6 en 7
inhoud• Mondiale lucht- en zeestromen (par. 6)• Wet van Buys Ballot (box I)• Klimaatzones (par. 7)
Temperatuur
• Van invloed:
• Breedteligging: invalshoek en daglengte
• Storende factoren
• Wind-en zestromen
• Zee- of landligging
• Relief
Neerslag
• Drie gebieden waar het veel regent:
• Evenaar – stiiging
• Bergen - stuwing (loef en lij)
• Sub pol.min frontale regens
• Stijgende lucht
• Weinig
• Subtrop.max. Dalende lucht (Sahara)
Hogedrukgebieden, lagedrukgebieden en wind
• Luchtdruk• Hogedrukgebied (maximum)• Lagedrukgebied (minimum, depressie)• Wind
• Windsnelheid afhankelijk van luchtdrukverschil (isobaren dicht bij elkaar, dan veel wind)
• Weer hogedruk- en lagedrukgebied
Westenwinden
Westenwinden
Passaten moessons
Depressies
Depressies
Alle hoge- en lage drukgebieden schuiven mee met de zon (4 data)
Hadleycel
Wet van Buys Ballot
Lucht beweegt van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied, waarbij met de wind in de rug geldt dat op het noordelijk halfrond de wind een afwijking heeft naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar links.
Draaiing van de aarde verklaart deze wet• Aarde: ronddraaiende bol• Snelheid aarde evenaar groter dan Nederland• Ook lucht!• Lucht boven evenaar hogere snelheid• Raakt voor op de aarde op hogere breedtes• En andersom!
Weerkaart van Europa. Zwarte dikke lijn = frontale depressie. Let op temp.verschil IJsland-Engeland en zon en regen
Zie je een depressie en het equatoriale minimum?
Zeestromen (driften)• Aangedreven door de wind• Water beweegt vooral horizontaal
Westenwinddrift
Zeestromen o.i.v. passaten
Golfstroom
Weer en klimaat
• Het weer is:de toestand van de lucht op een bepaalde plaats en een bepaald moment.
• Het klimaat is:het gemiddelde weer over 30 jaar berekend.
Mondiale klimaatgebieden volgens Köppen
Klimaatgebieden volgens Köppen
Natuurlijke vegetatiezones
Plantengeogra-fisch systeem
Af, Aw. Trop.regenwoud- en savanneklimaatKoudste maand boven de 18. PalmgrensCf,Cw,Cs koudste maand tussen de -3 en +18 (-3 is grens loof- en naaldwoud) Warmste maand boven de 10 =boomgrensDf, Dw koudste maand onder de – 3 en warmste boven de 10EF,EH,ET warmste maand onder de 10 (geen bomen)
BS en BW. Geen temperatuur maar neerslagvoorwaarden
Klimaatzones• Mondiale luchtcirculatie: uitwisseling van lucht en
warmte• De mondiale zee- en oceaanstromen: transport
van water en warmte (overschot van de tropen gaat via lucht en water naar de polaire gebieden)
• Leidt tot bepaalde verdeling van temperatuur en neerslag
• Op basis daarvan: klimaatzones
Andere schaalniveaus (continentaal/lokaal)?
1. Reliëf (loef- en lijzijde)Bijvoorbeeld: Sierra Nevada in de VS
Loefzijde
Lijzijde
Windrichting?
2. Moesson: natte en droge moesson
3. Invloed van de zee
Andere schaalniveau’s
Moesson
Klimaat in het geologische verleden• Afwisseling van interglacialen (warm) en
glacialen (koud)
• Oorzaken?- verschuiving continenten- vulkaanuitbarstingen- meteorietinslagen- baan van de aarde rond de zon en stand van de aarde ten opzichte van de zon