Pesten, een probleem van iedereen
2
1. Inleiding
Pesten is een veel voorkomend fenomeen, waar we in onze hele
maatschappij mee geconfronteerd worden. Hoewel veel
kinderen het slachtoffer zijn van pesten en pesten onnoemelijk
veel pijn en verdriet kan veroorzaken, rust er nog steeds een
taboe over dit thema. We hopen dit taboe te doorbreken en
ouders en andere opvoeders te helpen om het onderwerp met
hun kinderen, de school en andere ouders bespreekbaar te
maken.
3
2. Vooroordelen over pesten
Net zoals er nog steeds een taboe rond pesten hangt, heersen
er nog steeds een aantal hardnekkige vooroordelen rond pesten.
Deze ideeën kunnen leiden tot een aantal negatieve gevolgen.
Het niet helpen van het gepeste kind, het ‘normaal’ vinden van
het pesten,… zijn een aantal voorbeelden hiervan. Hierom
wensen we even stil te staan bij deze gedachten en er iets
dieper op in te gaan.
‘Pesterijen zijn onvermijdelijk. Ze hebben altijd bestaan en zullen
blijven bestaan. Ze horen nu eenmaal bij het leven.’
Agressie en geweld zijn minstens zo oud als de mensheid. Dit is
echter geen reden om je er zomaar bij neer te leggen. Als een
persoon voortdurend gepest wordt door anderen mag men dit
niet dulden. Gebeurt dit wel, dan ontneemt men het slachtoffer
het recht om in vrijheid te leven. Pesten vormt m.a.w. een
inbreuk op een basisrecht van elke mens.
‘Van pesterijen word je hard.’
Niets is minder waar dan deze uitspraak. Gepeste kinderen
worden, als het gepest niet tijdig ophoudt, voor hun leven
4
getekend door die pesterijen. Wat opvalt is hun diep geankerd
wantrouwen in anderen en in zichzelf. Er kunnen tal van
psychologische problemen zoals angstaanvallen, migraine,
bedwateren,… ontstaan als gevolg van pesterijen. Een
minderheid van de slachtoffers reageert op een
tegenovergestelde manier. Ze gaan driftig te keer, pesten soms
andere kinderen in de hoop de aandacht van zichzelf te kunnen
afleiden. Kinderen die het slachtoffer zijn van pesterijen worden
daar dus niet hard van, het brengt juist heel wat negatieve
gevolgen met zich mee.
‘Alle kinderen met ros haar en een bril worden gepest!’
Het is een feit dat uiterlijke kenmerken of aparte gedragingen
een interessante aanleiding/reden zijn om iemand op de proef te
stellen of te testen. Als men je plaagt, en je reageert op de (in
de ogen van de pesters) ‘verkeerde’ manier (door bv. te huilen
of te staan roepen), dan weten de pestkoppen dat ze iemand
voor zich hebben die hen het nodige ‘pestplezier’ kan
verschaffen. Voor hen is dit reden genoeg om het nog eens te
proberen. Uiterlijke kenmerken op zich vormen dus niet de echte
reden waarom iemand gepest wordt; ze zijn eerder de
aanleiding.
5
‘Kinderen die gepest worden, hebben dit zelf gezocht.’
Net zoals bij de vorige misvattingen schuift men bij dit
vooroordeel de schuld in de schoenen van het slachtoffer. Heel
wat kinderen die gepest worden zijn er op de duur ook van
overtuigd dat deze uitspraak klopt. Hierdoor zullen ze nog
makkelijker de speelbal worden in handen van de pester(s).
De basis voor deze foutieve veronderstelling ligt waarschijnlijk
bij het feit dat bepaalde kinderen zoveel signalen van
onzekerheid uitzenden dat ze makkelijk herkend worden als
mogelijk slachtoffer.
Gepeste kinderen weten niet dat ze ‘uitlokkend gedrag’
vertonen. Ze beseffen niet dat ze ondanks hun pogingen om
onopgemerkt te blijven, toch blijven opvallen. Of dat net hun
agressieve gedrag hen eigenlijk geen voordeel oplevert.
Kinderen die, om de één of andere reden uit de toon vallen,
lopen immers een veel groter risico om gepest te worden.
Om dit soort pesterijen te begrijpen, moet je op zoek gaan naar
de eisen die de groep stelt. Wat niet betekent dat we ons
automatisch bij die eisen moeten neerleggen!
6
3. Wat is pesten?
Pesten is het langdurig en herhaaldelijk stellen van negatieve
handelingen ten aanzien van een persoon. Het is hun opzet om
via het pesten het slachtoffer schade te berokkenen, te
benadelen of lastig te vallen.
Er zijn een aantal algemene kenmerken van pestgedrag:
- Bij pesten is er sprake van een machtsverschil tussen de
pester(s) en de gepeste. Dit verschil kan zich uiten op
verschillende manieren:
1. ongelijkheid in aantal: soms trekt een pestkop een
hele groep met zich mee waardoor het voor de gepeste
steeds moeilijker wordt om te reageren op de pesterijen.
2. fysiek verschil: de pester is groter en sterker dan het
slachtoffer.
3. emotionele of psychologische ongelijkheid: een
pestkop straalt een sterkere mentale kracht uit en
overtreft daardoor het slachtoffer dat hierdoor
overweldigd wordt.
- Pesten kan op verschillende manieren gebeuren: opvallend
of geniepig, door één of meerdere personen.
7
- Pesten gebeurt vaak in de klas, maar kan zeker ook elders, zoals
in de voetbalclub of op straat, onderweg naar huis,… gebeuren.
Op school situeert pestgedrag zich meestal op de speelplaats, in
de gangen of in de toiletten. Met andere woorden, plaatsen
waar weinig toezicht is van volwassenen. Vaak gaat het om
situaties waarin er een gebrek aan/geen structuur is.
Bijvoorbeeld wanneer kinderen van de speelplaats naar de klas
lopen. Hoewel hier meestal wel toezicht is, is de kans groter dat
er in de gang zal gepest worden dan in de klas. In de klas is het
namelijk een heel gestructureerde situatie waar iedereen zijn
eigen plaats heeft, iedereen goed weet wat hij/zij moet doen.
Mogelijke pestvormen
Er bestaan verschillende vormen van pesten. Hieronder geven
we een aantal voorbeelden.
- lichamelijke agressie: slaan, schoppen, bijten, aan de haren of
kleren trekken, omver gooien, vechten, …
- verbale agressie: roddelen, leugens verspreiden, uitschelden,
uitlachen, afpersen, …
- materiële agressie: boekentas uitkieperen, bril kapot maken,
boterhamdoos stelen, …
8
- uitsluiting en sociale isolatie: niet laten meespelen, er niet mee
praten, negeren, …
Het is mogelijk dat de handelingen op zich eerder banaal zijn,
maar de onophoudelijkheid van de pesterijen maakt het heel
moeilijk voor het slachtoffer.
Het verschil met plagen
Bij plagen zijn er wel incidenten maar verloopt alles in een
gelijke machtsverhouding. Er is geen winnaar of verliezer. Het
slachtoffer kan zichzelf verdedigen. Achteraf is dit ook snel
vergeten.
Plagen is normaal gedrag. Het is eigenlijk goed voor de
ontwikkeling van een kind. Kinderen worden op die manier
sociaal vaardiger en emotioneel sterker. Kinderen plagen elkaar
met de bedoeling de aandacht van de andere te verkrijgen.
Plagen is een mogelijke manier om met elkaar in interactie te
treden. Denk maar aan het gezegde: ‘plagen is om liefde
vragen.’
(Aan het einde van deze brochure vindt u nog eens een
overzichtstabel ‘Pesten of plagen: waar zit het verschil?’)
9
4. Signalen herkennen
Bij de gepeste
Wanneer je kind op school gepest wordt, is het mogelijk dat je
kind weerstand biedt om naar school te gaan. Hij/zij kan bang
lijken. Zo kan het zijn dat je kind op zondagavond plotseling
buikpijn krijgt in de hoop de volgende dag niet naar school te
moeten. Wanneer je kind zich vaker terugtrekt, is dit misschien
ook een symptoom van pesten.
Dingen die kapot gemaakt zijn of kleren die gescheurd zijn
kunnen ook een signaal zijn, net als bijvoorbeeld een
uitgehongerd kind wanneer het thuiskomt. Dit laatste kan zijn
doordat het lunchpakket afgenomen wordt en het kind daardoor
niet kon eten tijdens de middagpauze. Schoolprestaties die
afnemen, schaafwonden of gedrag vertonen dat je kind eerder
al afleerde (zoals duimzuigen of bedwateren) zijn ook mogelijke
tekenen.
‘Jonas komt steeds opgewekt en vrolijk terug van school. Hij
vertelt dan altijd honderduit wat hij die dag allemaal gedaan en
geleerd heeft. Sinds enkele weken is Jonas heel stil als hij
terugkomt van school en is hij lichtgeraakt. Mama maakt zich
10
zorgen en probeert een aantal keer met Jonas te praten. Na een
paar gesprekjes vertelt hij dat er twee kinderen in zijn klas hem
steeds pesten. Ze roepen lelijke dingen naar hem en vertellen
verhalen over hem aan iedereen. Hierdoor wil er niemand uit de
klas nog met hem spelen of naast hem zitten.’
Wanneer je één of meerdere signalen opmerkt bij je kind, kan
het zijn dat je kind gepest wordt maar er kunnen ook andere
redenen zijn. Ga dus niet onmiddellijk denken aan pesten, maar
houd het wel in je achterhoofd. Wanneer je denkt aan pesten,
kan je dit bespreken met je kind. Het is mogelijk dat je kind dit
in eerste instantie ontkent (om zichzelf te beschermen).
Je kan starten met een aantal meer algemene vragen, die je
anders ook aan je kind zou stellen. De mama van Jonas kon
vragen: ‘Hoe was het op school? Speel je nog vaak met Karen?
Zit je nog steeds naast Jary in de klas? Wat doe je zoals tijdens
de speeltijd,…?’
Mogelijke gevolgen van gepest worden…
Het is belangrijk in te zien dat gepest worden niemand
ongemoeid laat. Er zijn wel een aantal factoren die de mate
11
waarin en welke soort gevolgen iemand ervaart, kunnen
beïnvloeden. De verschillen die we opmerken hangen samen
met de aard, de duur en de hevigheid van de pesterijen. Ook de
manier waarop de omgeving reageert en de persoonlijkheid van
de betrokkene spelen een rol.
Hieronder zullen we enkele mogelijke gevolgen van pesten
beschrijven. Let wel, dit zijn gevolgen van langdurig en
herhaaldelijk slachtoffer zijn van pesterijen. Wanneer kinderen
één keer gepest worden of heel sterk in hun schoenen staan, zal
dit waarschijnlijk geen gevolgen met zich meebrengen.
Eén van de meest voorkomende gevolgen is het
minderwaardigheidsgevoel die deze personen ervaren. Ze
schatten zichzelf en hun mogelijkheden bijzonder laag in en
gedragen zich onzeker. Het is naar hun gevoel ‘normaal’ dat ze
gepest worden, ze hebben het zelf gezocht.
Een ander kenmerk van slachtoffers is dat ze amper voor
zichzelf durven opkomen. Doorheen de tijd hebben ze geleerd
om iedereen rondom hen te wantrouwen. Dit kan ertoe leiden
dat ze uiteindelijk helemaal alleen komen te staan.
Nog een aantal mogelijke gevolgen zijn: stemmingswisselingen,
depressie, nachtmerries, slapeloosheid, gedragsproblemen,
geestelijke, fysieke en emotionele problemen.
12
Wanneer het pesten langdurig blijft aanhouden en kinderen echt
alleen komen te staan, kunnen volgende problemen optreden.
Slachtoffers kunnen last krijgen van vreemde en moeilijk te
beheersen fobieën: pleinvrees, claustrofobie,... Naast deze
fobieën steken ook een aantal angsten vaak de kop op. Er is
angst voor eenzaamheid, angst om te praten en angst voor
nieuwe ontmoetingen, angst om steeds opnieuw gepest te
worden,… . Op school is faalangst een veel voorkomend gevolg
van gepest worden. Kinderen die langdurig gepest werden, zijn
vaak niet meer in staat om pesterijen te relativeren of op
afstand te houden. Deze kinderen komen niet meer toe aan
ontspanning. Grapjes, plagerijen of goedbedoelde kritiek worden
steeds verkeerd ingeschat.
Bij de pestkop
Het is heel moeilijk om te zien wie er pest. De pestkoppen
stoppen vaak met het vervelende gedrag wanneer er
volwassenen in de buurt zijn. Daardoor kan het een lange tijd
duren vooraleer het pesten opgemerkt wordt. Vaak weten de
klasgenoten het maar al te goed maar durven ze niets zeggen
uit schrik zelf gepest te worden of omdat ze anders als
13
verklikker zouden uitgescholden worden. Daarom zwijgen ze
maar of doen ze mee met de pester.
Signalen zal je als volwassene bijna niet opmerken, maar
mogelijke kenmerken van een pestkop zijn agressief gedrag, de
behoefte om anderen te domineren, impulsiviteit en weinig
inlevingsvermogen en empathie.
Mogelijke oorzaken van pestgedrag …
Vaak ervaren pesters zelf problemen en is het pesten een
manier om met hun eigen gevoelens om te gaan. Mensen die
pesten doen dit meestal om zich ‘groot en machtig’ te voelen,
vaak omdat ze zich vanbinnen ‘klein en machteloos’ voelen. Men
zou kunnen stellen dat er bij de meeste pesters dus een
onderliggende oorzaak is van hun pestgedrag. Let op, hiermee
willen we niet zeggen dat we het gedrag van de pestkop
goedkeuren! We denken wel dat, wanneer we deze oorzaak
kennen en met de persoon in kwestie hier rond werken, de kans
groter is dat dit langduriger resultaten oplevert en het pesten
eventueel zal stoppen.
Uit onderzoek blijkt dat er een aantal oorzaken zijn die maken
dat een kind een grotere kans heeft om pester te worden.
14
Weinig echte aandacht krijgen van je omgeving: Vaak komen
deze kinderen op materieel vlak niets tekort, maar op
emotioneel vlak wel. Sommige kinderen zetten de frustratie die
dit teweegbrengt om in agressie en uiten dit middels
(verbaal/fysiek) geweld naar anderen toe. Het is mogelijk dat je
als ouder niet altijd tijd hebt om met je kind bezig te zijn, en dus
ook niet om je kind terecht te wijzen of te corrigeren wanneer
het zich bijvoorbeeld agressief gedraagt. Soms zien/weten
ouders niet dat hun kind zich (op school) agressief gedraagt.
Wanneer deze correctie van gedrag er niet is, is de kans groter
dat kinderen dit gedrag blijven stellen.
Het voorbeeldgedrag van volwassenen is een andere mogelijke
oorzaak. Kinderen leren enorm veel door het observeren van
gedragingen van anderen en het imiteren van deze
gedragingen. Wanneer je als ouder bijvoorbeeld fysiek geweld
gebruikt om je kind te straffen, leert het kind : ‘iemand doet iets
stouts, dat wil zeggen dat je die persoon moet slaan,
schoppen,… .’ Wanneer een klasgenoot dan iets ‘stouts’ zal doen
ten opzichte van het kind, zal het geweld gebruiken. Maar niet
alleen ouders hebben deze voorbeeldfunctie! Ook leerkrachten,
sporttrainers, leiders uit de jeugdbeweging, helden op de
televisie, … hebben een voorbeeldfunctie. De manier waarop zij
15
zich gedragen, conflicten oplossen, over bepaalde mensen of
groepen denken, … zal voor een stuk bepalen hoe een kind zich
gedraagt in bepaalde situaties of tegenover bepaalde mensen.
Hoe belangrijker een persoon voor een kind is, hoe groter de
kans dat die zijn/haar gedrag en meningen zal overnemen.
Voorbeeld: Je hoort thuis steeds dat mensen met een andere
huidskleur minderwaardig zijn. Dit kan ertoe leiden dat kinderen
zelf ook zo beginnen te denken en bijvoorbeeld het
Marokkaanse meisje in hun klas beginnen te pesten. Als je
steeds hoort hoe belangrijk het is om sterk te zijn, en als je
hoort vertellen wat een plezier je vader er in heeft om die ‘stille
van op het werk’ te ‘plagen’, ga je dit misschien sneller zelf gaan
doen.
Ook de invloed van televisie en computerspelletjes wordt wel
eens aangehaald als een mogelijke oorzaak van pestgedrag.
Hierbij is het belangrijk dat kinderen een onderscheid leren
maken tussen een spelletje en de realiteit. Dat ze zich bewust
zijn van de gevolgen van hun daden. Ook hier hebben ouders en
volwassenen een invloed op. We zijn dus best op de hoogte
waar ons kind naar kijkt, en mee speelt. Uit onderzoek blijkt
namelijk dat de invloed van geweld op televisie sterk afhankelijk
is van de reacties van de personen die meekijken. Uitingen van
16
instemming dan wel afkeuring bij geweld verhogen,
respectievelijk verlagen de kans op agressie.
Zelf ooit gepest geweest zijn is eveneens een beïnvloedende
factor. Wanneer iemand eindelijk uit de rol van slachtoffer
geraakt is (door op te komen voor zichzelf, het tegen iemand te
vertellen,…) bestaat de kans dat hij zelf pester wordt. Het
gebeurt dat degene die vroeger gepest werd in iedere nieuwe
groep meteen op zoek gaat naar de zwakste schakel en
hem/haar dan als zondebok behandelt. Ze doen dit opdat ze niet
zelf opnieuw het slachtoffer zouden worden. Het is een soort
overlevingsstrategie. Hoewel ex-slachtoffers zeer goed weten
hoeveel pijn het doet om gepest te worden, doen zij liever
anderen geestelijk geweld aan dan dat ze zelf deze pijn (weer)
moeten voelen.
Het is ook mogelijk dat iemand al zodanig lang en vaak als
‘pestkop’ bestempeld werd, dat hij of zij zich met dat gedrag
vereenzelvigen.
Voorbeeldje uit ‘Pesten bij kinderen. Hoe u als ouder kunt
helpen’:
‘Ik werd zo vaak berispt, dat ik besloot ze er een reden voor te
geven. Ik werd een eersteklas rebel.’
17
5. Wat te doen…
… als je kind gepest wordt?
Luisteren: Luister naar wat je kind te vertellen heeft. Als je een
goed contact hebt met je kind en luistert naar wat het te
vertellen heeft, kom je misschien sneller te weten wanneer je
kind gepest wordt. Is je kind niet zo een prater, maar heb je
toch vermoedens van pesten, dan kan je je kind vragen hoe het
zich voelt in de groep, of het kameraadjes of vriendinnetjes
heeft, of er kinderen bij zijn die worden uitgesloten of gepest.
Wanneer je kind vertelt dat het gepest wordt, probeer dan
impulsieve en emotionele reacties te vermijden. Dit zou de
onzekerheid van je kind kunnen aanwakkeren en ervoor zorgen
dat het dicht klapt.
Laat blijken dat je wat afweet van pesten en dat je het in alle
gevallen niet accepteert. Zo win je vlugger het vertrouwen van
je kind. Het krijgt het gevoel dat het mag rekenen op je begrip
en steun. Beschuldig je kind niet, vertel hem dat hij zichzelf
niets te verwijten heeft, dat pesten vrij veel voorkomt en dat
niemand het recht heeft om een ander kind te pesten.
18
Reageren: Probeer dit zoveel mogelijk over te laten aan je kind.
Praat met hem, zoek samen naar mogelijke oplossingen. Laat je
kind zelf met oplossingen komen, bespreek deze dan met hem,
en laat hem die (indien mogelijk) zelf uitvoeren.
Wanneer je bijvoorbeeld zelf naar de speelplaats van je kind
gaat en tegen de pesters zegt dat ze jouw zoon/dochter niet
meer mogen pesten, is de kans groot dat hij/zij de volgende dag
extra hard gepest wordt. Dit wil niet zeggen dat je als ouder niet
mag reageren, je moet reageren, maar probeer je kind zoveel
mogelijk zelf te laten doen. Laat je kind wel voelen dat je er
bent voor hem en dat je hem steunt.
Loopt het pesten de spuigaten uit, blijft het pesten aanhouden
of ondervindt je kind fysieke gevolgen, kan je dit met de
leerkracht van je kind bespreken. Als je het moeilijk vindt om
naar een leerkracht te stappen, kan je naar de directie stappen.
Je kan eventueel ook naar het CLB of het oudercomité stappen.
Veel scholen zijn hier wel gevoelig voor, vaak hebben ze er zelfs
een speciaal antipestbeleid voor ontwikkeld.
Zelfvertrouwen van je kind herstellen: Dit kan je doen door je
kind te stimuleren in iets waarin het goed is. Zoek een hobby
voor je kind waardoor het zich sterker en beter zal voelen.
Gepeste kinderen zijn vaak zeer gespannen, zoek dus voor je
19
kind een manier om zich te ontspannen. Dit kan bijvoorbeeld via
sport, dit is bovendien goed om de weerbaarheid van je kind te
vergroten. Tijdens het uitoefenen van die sport of hobby komt je
kind bovendien terecht in een nieuwe omgeving zonder
pestkoppen. Zo krijgt je kind het idee dat het pesten niet
zijn/haar schuld is maar wel die van de groep waarin de
pesterijen gebeuren. Forceer je kind hier evenwel niet in!
Ga je kind langs de andere kant zeker niet overbeschermen, een
kind moet immers zelfstandig leren worden. Te veel
bescherming zorgt er ook voor dat je kind zich enkel nog goed
voelt bij volwassenen waardoor het isolement nog vergroot.
Soms kunnen ook specifieke trainingen een uitweg bieden,
zoals een assertiviteitstraining of een sociale vaardigheids-
training.
Je kan je kinderen uitleggen waarom pesters pesten. Vaak wordt
een kind gepest omdat het ‘anders’ is. Leg je kind uit dat
eventuele verschillen alleen maar worden gebruikt als excuus
om te pesten en dat de voornaamste reden voor het pestgedrag
is dat de pestkop zich boos voelt, van streek is of zich
ongelukkig voelt. Elk opgemerkt verschil is het probleem van de
pestkop, niet van het slachtoffer! Moedig uw kind daarom aan
om voor zichzelf te denken en zo anders te zijn als hij of zij wil!
Als je kind opnieuw voldoende zelfvertrouwen heeft, zal het ook
20
sneller durven opkomen tegen de pestkoppen en een einde
maken aan het pesten.
Vriendschappen stimuleren: Je kan je kind niet dwingen om
vriendjes te maken maar je kan het wel stimuleren door
bijvoorbeeld een vriendje te vragen om te komen spelen, eens
een vriendje mee te nemen naar ergens,... Je kan helpen door
bijvoorbeeld concreet te zeggen hoe het vrienden kan maken.
Als je kind niet het enige slachtoffer is, kan het proberen om
aansluiting te zoeken bij andere slachtoffers. Het blijkt immers
dat kinderen meer steun ondervinden van leeftijdsgenootjes dan
van volwassenen.
… als je kind een pestkop is?
Wanneer je merkt dat je kind anderen pest, dan is het
noodzakelijk om hierop te reageren. Als ouder zal jij moeten
duidelijk maken aan je kind dat je pesten niet tolereert.
Wanneer je kind begrijpt dat jij het niet goedkeurt, kan het zijn
dat het pesten stopt wanneer dit ook op school afgekeurd
wordt.
Thuis is het goed om met je kind te praten over wat kan en niet
kan. Eventueel kan je dit uitwerken op een blad met tekeningen
21
en regeltjes, dit kan je dan uithangen in huis. Belangrijk is dan
om je kind te belonen wanneer het goed gedrag stelt. Wanneer
je kind ongewenst gedrag vertoont, is het nodig om dit te
bestraffen en erbij te zeggen hoe het wel moet.
Probeer met je zoon/dochter een vertrouwensrelatie op te
bouwen zodat je weet wat er gebeurt op school. Wanneer je
hoort dat je kind pest, moet je hier absoluut op reageren. Geef
een reactie op het gedrag van je kind, maar niet op de
persoonlijkheid van je kind. Je moet altijd blijven oog hebben
voor de positieve eigenschappen van je kind.
Het is essentieel dat je kind anders leert functioneren in een
groep. Je kind moet leren dat het ook vrienden kan maken door
aangenaam gedrag in plaats van een hele groep tegen één
iemand op te zetten. Ook hier kan eventueel een sociale
vaardigheidstraining helpen.
… bij digitaal pesten?
Bij zogenaamd ‘digitaal’ pesten denken we meteen aan
zogenaamde ‘haatmail’ waarbij kinderen intimiderende of
beledigende mailtjes, sms’en krijgen. Maar ook het plaatsen van
berichtjes, foto’s,… op internet kan gebeuren. Een derde
22
pestmethode is het online bestellen van producten voor iemand
anders.
Het is belangrijk dat je aan je kinderen vertelt dat ze hierover
kunnen praten.
De gevolgen van systematisch anoniem pesten via internet zijn
voor het slachtoffer vaak ernstiger dan volwassenen vermoeden.
Dat heeft te maken met het anonieme ervan: je weet niet wie
het doet (het kan iedereen zijn) en dat versterkt je gevoel van
onveiligheid enorm. Het gepeste kind kan zich ook niet verweren
tegen de dader en moet iedereen gaan verdenken. Een ander
kenmerk dat digitaal pesten zo bedreigend maakt, is dat het de
veilige omgeving van de eigen privé-sfeer binnendringt.
Schakel bij steeds terugkerende dreigmail de school in. Maar let
hier wel mee op: als het pesten enkel in de klas wordt
aangekaart, bestaat het gevaar dat het slachtoffer hierdoor
opnieuw door de pester(s) wordt aangepakt. Dit gevaar is echter
veel kleiner wanneer de school ook het pesten via die nieuwe
media (sms, msn, mail,…) serieus neemt en een goed anti-
pestbeleid hanteert. Scholen weten niet altijd wat ze ermee aan
moeten, maar het is wel belangrijk dat ze weten wat er speelt
om hun beleid te kunnen ontwikkelen. Sommige scholen hebben
reeds een vertrouwenspersoon die op de hoogte is van pesten
en ‘digitaal pesten’.
23
Wanneer het om één enkel berichtje of mail gaat dan kunt u
best aan je kind meegeven dit te negeren en te verwijderen.
Anders wordt het natuurlijk wanneer het om steeds
terugkerende of herhaaldelijke pesterijen gaat. Wanneer dit het
geval is kan u volgende stappen ondernemen:
- Blokkeer de afzender van ongewenste e-mail.
- Bewaar de berichten: Ze kunnen immers later eventueel dienen
als bewijsmateriaal.
- Probeer de dader op te sporen.
- Indien systematisch kan u overwegen naar de politie te stappen.
24
Bijlage 1 : Pesten of plagen: waar zit het verschil?
(uit Pesten, gedaan ermee! Gie Deboutte)
Plagen: Pesten:
is onschuldig, gebeurt spontaan of onbezonnen van korte duur of slechts tijdelijk tussen ‘gelijken’ meestal te verdragen of
zelfs plezant, maar kan kwetsend of agressief zijn
meestal 1 tegen 1 wie wie plaagt, ligt niet vast
gebeurt berekend, men wil bewust iemand kwetsen gebeurt herhaaldelijk, systematisch
en langdurig ongelijke strijd (pestkop ligt
vanboven) pestkop heeft geen positieve
bedoelingen, wil pijn doen, kwetsen
meestal een groep tegen 1 persoon neiging tot vaste structuur:
pestkoppen zijn meestal dezelfden, net zoals de slachtoffers
Gevolgen: ‘schaafwonden’ of korte, draaglijke pijn, wordt soms ook als prettig ervaren vroegere relaties worden vlug weer ‘in orde’ gebracht, de ruzie of geschil wordt gemakkelijk bijgelegd men blijft opgenomen in de groep de groep lijdt er niet echt onder en vindt vlug haar vroegere draai
Gevolgen: indien niet tijdig wordt ingegrepen,
kunnen de gevolgen heel pijnlijk en ingewikkeld zijn en lang aanslepen
niet makkelijk om tot betere relaties te te komen; herstel verloopt moeizaam
isolement en eenzaamheid bij het gekwetste kind; aan basisbehoefte om ‘erbij te horen’ wordt niet voldaan
groep lijdt onder een dreigend en onveilig klimaat, iedereen is angstig en wantrouwt elkaar. Men telt weinig of geen echte vrienden binnen de groep
25
Hulp of informatie nodig? Solidariteit voor het Gezin – Afdeling Hopon
A.&M. Hellinckxstraat 45 – 1083 Ganshoren
Tel.: 02/421.79.91 - E-mail: [email protected]
www.solidariteit.be
Meer lezen? Voor ouders en leerkrachten
Pesten op school. Sonja Emmerechts.
Kinderen en pesten. Wat volwassenen ervan moeten
weten en eraan kunnen doen. Bob van der Meer.
Pesten bij kinderen. Hoe u als ouder kunt helpen. Sheila
Munro.
Pesten, gedaan ermee! Hoe omgaan met pesterijen? Gie
Deboutte.
Voor kinderen
Brillenman. Anneriek Van Heugten.
Kijk en Beleef: Plagen. Omgaan met plagerijtjes.
Jennine Staring.
Pesten: Wat vind jij? Een informatieboek vol
overlevingstips. Trix Van Dugteren.
26
Pesten: Mijn boek over durf en zelfvertrouwen.
Uitgeverij Nino.
Ik ben nummer dertien. Kristien Dieltiens.
Je zit er maar mee! Vragen van kinderen van 9 en 10
jaar. Averbode.
Werkpakketten
De pestjuf. Praten met kinderen, hoe doet ze dat?
Jaklin Laporte.
Pesten live en online. Loopp.
Websites
www.pesten.net - hier vindt u informatie rond wat pesten is en
een heleboel boeken
www.schoolenveiligheid.nl- site met ondermeer voorbeelden
over hoe u (digitaal) pesten kan aanpakken als ouder of als
school. Er worden ook meer pakketten voorgesteld.
Bovenstaande boeken werden gebruikt bij het opmaken van
deze brochure. Deze brochures en werkpakketten zijn
ontleenbaar in onze bibliotheek. Deze brochure is een realisatie
van Solidariteit voor het Gezin.