9789006636017
Ajo
dakt
Breu
ken
Reke
nen
Gro
ep 6
Ant
woo
rden
Zelfs
tand
ig w
erke
n
Dit
antw
oord
enbo
ekje
hoo
rt b
ij he
t gel
ijkna
mig
e w
erkb
oek
van
de s
erie
Bre
uken
va
n Aj
odak
t. D
it m
erk
best
aat u
it ee
n ve
rzam
elin
g ge
brui
ksvr
iend
elijk
e en
vo
orde
lige
oefe
nboe
kjes
voo
r gro
ep 3
t/m
8 w
aarm
ee d
e le
erlin
gen
alle
rlei
zijn
ant
woo
rden
in h
et w
erkb
oek
naki
jken
.
Op
onze
Z-s
ite v
indt
u a
l onz
e ui
tgav
en: w
ww
.zel
fsta
ndig
-wer
ken.
nl
RekenenBreuken groep 6
Colofon
Auteur
M. van Wieringen
Redactie
Margreet van der Kleij
Vormgeving
Van Wermeskerken, Apeldoorn –
binnenwerk
Zinder, Utrecht – omslag
Opmaak
PrePressMediaPartners, Wolvega
Illustraties
Zinder, Utrecht – omslag
ThiemeMeulenhoff ontwikkelt leermiddelen voor Primair Onderwijs,
Voortgezet Onderwijs, Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie en
Hoger Onderwijs
Meer informatie over ThiemeMeulenhoff en een overzicht van onze
leermiddelen: www.thiememeulenhoff.nl of via onze klantenservice
(088) 800 20 17
ISBN 978 90 06 63601 7
Eerste druk, eerste oplage, 2012
© ThiemeMeulenhoff, Amersfoort, 2012
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd,
opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar
gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch,
door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond
van artikel 16 Auteurswet j° het Besluit van 23 augustus 1985, Stbl., dient men
de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting
Publicatie- en Reproductierechten Organisatie (PRO), Postbus 3060, 2130 KB
Hoofddorp (www.stichting-pro.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit
deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16
Auteurswet) dient men zich tot de uitgever te wenden. Voor meer informatie
over het gebruik van muziek, film en het maken van kopieën in het onderwijs
zie www.auteursrechtenonderwijs.nl.
De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de
wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te
kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.
Deze uitgave is voorzien van het
FSC®-keurmerk. Dit betekent dat de
bosbouw voor het gebruikte papier
op een verantwoorde wijze heeft
plaatsgevonden.
2
Taak 1 Eerlijk delen
1
Verschillende mogelijkheden, bijvoorbeeld:
2
Pizza A is verdeeld in 4 punten.
Pizza B is verdeeld in 8 punten.
Pizza C is verdeeld in 3 punten.
Pizza D is verdeeld in 6 punten.
Pizza E is verdeeld in 5 punten.
3
Vel A: gedeeld met 2 kinderen.
Vel B: gedeeld met 4 kinderen.
Vel C: gedeeld met 3 kinderen.
Vel D: gedeeld met 6 kinderen.
Vel E: gedeeld met 8 kinderen.
4
De halve pizza bestaat uit 4 punten.
Een kwart pizza bestaat uit 2 punten.
Drie punten is precies de helft.
6
A: Er waren 6 bananen.
B: Er waren 8 bananen.
C: Er waren 6 bananen.
D: Er waren 20 bananen.
5
De helft van het bosje heeft 6 radijsjes
Een kwart van het bosje heeft 3 radijsjes.
2 kinderen – ieder 6 radijsjes.
6 kinderen – ieder 2 radijsjes.
4 kinderen – ieder 3 radijsjes.
3 kinderen – ieder 4 radijsjes.
In een groepje met 6 kinderen krijgt ieder het minst.
In een groepje met 2 kinderen krijgt ieder het meest.
3
Taak 2 Noem de breuk
1
a
1 deel noem je 1
4 deel.
b
1 deel noem je 1
8 deel.
2
a
12
12
14
14
14
14
13
13
13
16
16
16
16
16
16
181
818
18
18
18
1818
b
1 deel noem je 1
3
2 delen noem je 2
3
c
1 deel noem je 1
6
3 delen noem je 3
6
5 delen noem je 5
6
3
34
23
34
78
4
Er waren 2 delen. 1 deel = 1
2
Er waren 3 delen. 1 deel = 1
3
Er waren 4 delen. 1 deel = 1
4
Er waren 3 delen. 1 deel = 1
3
5
a
Het hele vel A heeft 16 stickers.
12
deel = 8 stickers.
14
deel = 4 stickers.
18
deel = 2 stickers.
Het hele vel B heeft 18 stickers.
12
deel = 9 stickers.
13
deel = 6 stickers.
16
deel = 3 stickers.
b
Vel A: 1
4 deel is weg.
Er zijn 4 stickers gebruikt.
Vel B: 1
5 deel is weg.
Er zijn 4 stickers gebruikt.
6
Per kind Welk deel?
5 knikkers1
2
4 knikkers1
3
4 knikkers1
4
10 knikkers1
5
4
Elk deel heeft zijn prijsTaak 3
1
a
Een half brood kost € 1,-
b
Een half brood kost € 0,50
c d
12
taart kost € 6,- 12
meloen kost € 2,-
2
a b
14 pizza kost € 2,-
13 pizza kost € 3,-
c d
16
pizza kost € 2,- 14 pizza kost € 2,-
e
18 pizza kost € 2,-
3
a
De hele meloen kost € 4,-
b
De hele meloen kost € 5,-
c
De hele meloen kost € 5,25
4
Welk deel Prijs
1
2€ 1,20
1
3€ 0,80
1
6€ 0,40
1
4€ 0,60
5
a
Eén deel kost € 3,-
Je koopt 2 delen, dat is 2
3 pizza.
Dat kost € 6,-
Er is nog 1
3 pizza over.
Een hele pizza kost € 9,-
b
Eén deel kost € 2,50
Je koopt 3 delen, dat is 3
4 pizza.
Dat kost € 7,50
Er is nog 1
4 pizza over.
Een hele pizza kost € 10,-
6
a
De inhoud van elk glas is 1
4 deel van
de inhoud van de fles.
Eén glas kost € 1,-
Twee glazen kosten € 2,-
b
1 glas = … deel 1 glas
1
3€ 1,-
1
5€ 0,60
1
6€ 0,50
1
10€ 0,30
2 glazen = … deel 2 glazen
2
3€ 2,-
2
5€ 1,20
2
6€ 1,-
2
10€ 0,60
5
Even groot of klein?Taak 4
1
Stap 1.
Elk deel is 1
2De hele strook is dan
22
Stap 2.
Er zijn nu 4 delen.
Elk deel is 1
4De hele strook is
4
4
Stap 3.
Er zijn nu 8 delen.
Elk deel is 1
8De hele strook is
8
8
2
Stokbrood 1
1 deel is 15
2 delen van 15
= 2
5
3 delen van 15
= 3
5
4 delen van 15
= 4
5
5 delen is het hele brood: 5
5
Stokbrood 2
1 deel is 1
10
4 delen van 1
10 =
4
10
6 delen van 1
10 =
6
10
8 delen van 1
10 =
8
10
10 delen van 1
10 =
10
10 = 1
15
brood = 2
1025
brood = 4
106
10 brood =
3
58
10 brood =
4
5
3
a
12
strook is gelijk aan 2 delen van 14
12
strook is gelijk aan 4 delen van 1
8
12
= 4
814
strook is gelijk aan 2 delen van 1
8
14
= 2
8
12
= 4
8
12
= 2
4
28
= 1
4
68
= 3
4
b
13
deel = 2 delen van 16
13
deel = 2
623
deel = 4 delen van 16
23
deel = 4
616
deel = 2 delen van 1
12
16
deel = 2
12
13
= 2
6
13
= 4
12
23
= 4
623
= 8
12
33
= 6
6
46
= 2
3
4
a
58
– 14
– 38
– 1
2 –
18
– 8
16 –
78
– 4
8 –
2
4 –
316
b
127
19
4
27
29
7
27
13
49
23
79
89
5
94
of 2 14
86
of 1 26
85
of 1 35
6
Alles op lijnTaak 5
1
18
28
= 14
38
48
= 24
= 12
58
68
= 34
78
22
= 44
= 88
2
a
12
– 1 12
– 1 34
b
13
– 1 13
– 2 14
– 3 23
3
14
34
23
12
13
23
4
14
– 12
– 34
– 1 13
– 1 23
12
34
1 13
34
1 23
5
16
deel = 50 cm 13
deel = 100 cm
26
deel = 100 cm 23
deel = 200 cm
36
deel = 150 cm 12
deel = 150 cm
56
deel = 250 cm 36
deel = 150 cm
0 21 3 4
6
34
1 14
2 18
2 12
2 34
3 13
3 23
7
Allemaal matenTaak 6
1
b
Er is een kwartier voorbij.
Dat is 1
4 deel van een uur.
c
Er is drie kwartier voorbij.
Dat is 3
4 deel van een uur.
d
Er zijn 30 minuten voorbij.
Dat is 1
2 deel van een uur.
e
Er zijn 20 minuten voorbij.
Dat is 1
3 deel van een uur.
f
Er zijn 10 minuten voorbij.
Dat is 1
6 deel van een uur.
2
a
15
– 25
– 35
– 45
– 55
= 1
b
De hele plank is 100 cm.
Hij wordt in 5 delen gezaagd.
1 deel = 1
5 Dat is 20 cm.
2 delen = 2
5 Dat is 40 cm.
4 delen = 4
5 Dat is 80 cm.
3
5 van de plank is 60 cm.
5 delen is 5
5 en dus de hele plank.
3
a
1 deel = 1
4 = 30 cm
2 delen = 2
4 = 60 cm
3 delen = 3
4 = 90 cm
4 delen = 4
4 = 120 cm
b
Er zijn 3 delen. 1
3 deel is 15 cm.
De hele lat was 45 cm.
c
1
3
1
4
1
10Hele lat
15 cm 6 cm 100 cm
40 cm 30 cm 12 cm 180 cm
60 cm 45 cm 18 cm 100 cm
4
Een volle
tank
Gevuld
voor …
Er kan nog
… bij
A 100 liter1
4 = 25 liter
3
4 = 75 liter
B 90 liter2
3 = 60 liter
1
3 = 30 liter
C 125 liter1
5 = 25 liter
4
5 = 100 liter
8
Delen en breukenTaak 7
1
12
uur = 60 ∶ 2 = 30 minuten
14
uur = 60 ∶ 4 = 15 minuten
13
uur = 60 ∶ 3 = 20 minuten
112
uur = 60 ∶ 12 = 5 minuten
2
a
A Elk deel is: 13
deel van 120 cm =
40 cm
B Elk deel is: 16
deel van 120 cm =
20 cm
C Elk deel is: 14
deel van 120 cm =
30 cm
b
A Elk deel is: 240 ∶ 4 = 60 cm
De breuk is 14
B Elk deel is: 240 ∶ 8 = 30 cm
De breuk is 18
C Elk deel is: 240 ∶ 6 = 40 cm
De breuk is 16
3
a
Ieder kind krijgt 1
4 deel van
12 ijsblokjes = 3 ijsblokjes
Als deelsom: 12 : 4 = 3 ijsblokjes
b
50 360 ∶ 6 = 60
25 160 ∶ 8 = 20
251
10 van 100 = 10
16
van 60 = 1017
van 210 = 30
4
a
40 ∶ 2 = 20 → 1
2 van 40 = 20
40 ∶ 4 = 10 → 1
4 van 40 = 10
40 ∶ 8 = 5 → 1
8 van 40 = 5
40 ∶ 10 = 4 → 1
10 van 40 = 4
b
8 → 16 ∶ 2 = 8
8 → 32 ∶ 4 = 8
8 → 64 ∶ 8 = 8
8 → 40 ∶ 5 = 8
5
15 ∶ 5 = 3 18 ∶ 6 = 3 24 ∶ 6 = 4
Er is een rondje getekend om resp.
3, 3 en 4 euro's.
6
25 5 7
5 20 9
5 10 9
75 15 21
10 40 18
10 50 24
9
Weet je nog?Taak 8
1
de teller
De 4 is de noemer.
Totaal: 8 vlaggen.
Grijze vlaggen: 5 = 5
8 → de teller is 5
Witte vlaggen: 3 = 3
8 → de noemer is 8
2
a
12
– 1 14
– 1 34
– 2 13
b
14
24
45
34
1 15
14
c1
2 =
1
3 =
1
4 =
120 cm 80 cm 60 cm
60 cm 40 cm 30 cm
180 cm 120 cm 90 cm
Lengte van de lat
120 cm
80 cm
50 cm
4
Een volle tank Gevuld voor Er kan nog … bij
A 80 liter1
4 = 20 liter
3
4 = 60 liter
B 90 liter2
3 = 60 liter
1
3 = 30 liter
C 100 liter3
5 = 60 liter
2
5 = 40 liter
5
40 12
van 80 = 40 15 30 ∶ 2 = 15
20 14
van 80 = 20 20 80 ∶ 4 = 20
10 18
van 80 = 10 5 40 ∶ 8 = 5
8 1
10 van 80 = 8 10 50 ∶ 5 = 10
3
a
1 deel = 1
8 = 20 cm
3 delen = 3
8 = 60 cm
4 delen = 4
8 =
1
2 = 80 cm
b
Er zijn 3 delen.
1 deel is 1
3
De hele lat was 150 cm.
10
Vergelijken en aanvullenTaak 9
1
a
ieder krijgt 1
5 deel.
ieder krijgt 1
6 deel.
ieder krijgt 1
10 deel.
ieder krijgt 1
3 deel.
de minste knikkers? 1
10
de meeste knikkers? 1
3
Welke breuk is het grootst? 1
3
Welke breuk is het kleinst? 1
10
b
1 groepje = 1
5 = 6 knikkers.
Wim krijgt 25 = 12 knikkers.
Kees krijgt 35 = 18 knikkers
c
10 20 30 40
5 20 30 35
8 16 24 32
4 16 24 36
24
en 48
34
en 68
25
en 4
10
35
en 6
10
2
A en B, zijn even groot.
14
= 28
3
a
figuur C 12
= 24
figuur D 12
= 48
b
figuur A 34
= 68
4
kleiner
groter
groter
kleiner
gelijk
niet gelijk
niet gelijk
gelijk
5
12
34
13
16
45
24
45
35
56
14
46
47
23
13
27
810
11
Breuken met gelijke waardeTaak 10
1
a
12
= 24
Teller en noemer zijn allebei
vermenigvuldigd met 2.
b
48
= 12
Teller en noemer zijn allebei
gedeeld door 4.
2
a
12
= 48
23
= 69
15
= 3
15
14
= 28
b
24
28
99
26
615
46
68
1215
3
a
48
= 12
69
= 23
b
315
= 15
6
10 =
35
c
12
15
23
13
45
14
34
14
4
4 3 6 9
4 3 6 9
5
12
deel 14
deel 14
deel
Jan krijgt evenveel als Kees.
1
2 =
1
4 =
2
4 =
1
8 =
4
8 =
€ 20 € 10 € 20 € 5 € 20
€ 40 € 20 € 40 € 10 € 40€ 80 € 40 € 80 € 20 € 80
12
Breuken optellenTaak 11
1
14
+ 34
= 113
+ 23
= 1 35
+ 25
= 136
+ 36
= 1
2
59
2 hokjes rood, 3 hokjes groen
23
3 hokjes rood, 3 hokjes groen
78
3 punten rood, 4 punten groen
3
56
46
412
66
26
1012
66
56
1012
4
2 + 14
= 2 1
4 1 +
5
6 = 1
5
6
2 58
1 34
1 14
1 14
2 78
2 34
2 58
2 88
2 18
5
2 12
krat + 1
2 krat = 3 volle kratten
1 14
+ 3
4 = 2 2
26
+ 4
6 = 3
6
3 3 2
2 2 1 24
4 378
13
Weet je het nog?Taak 12
1
Ieder kind krijgt 7 knikkers.
Dat is 1
5De teller is 1 en de noemer is 5
Ieder kind krijgt 5 knikkers.
Dat is 1
7De teller is 1 en de noemer is 7
2
12
– 1 12
– 1 34
– 2 23
– 3 12
2 12
– 1 34
– 1 34
3
a
18
= 30 cm
48
= 120 cm
38
= 90 cm
78
= 210 cm
b
Er waren 3 delen. 1
3 deel is 100 cm.
Het hele touw was 300 cm.
c
12
= 14
= 28
= 58
=
12 m 6 m 6 m 15 m
8 m 4 m 4 m 10 m40 m 20 m 20 m 50 m
d
Lengte van hele lat
12 m
8 m
10 m
80 m
4
a
12
van 120 = 60
16
van 120 = 20
14
van 80 = 20
16
van 36 = 6
b
300 ∶ 6 = 50
200 ∶ 4 = 50
60 ∶ 3 = 20
100 ∶ 10 = 10
5
13
+ 23
= 33
34
+ 14
= 44
68
+ 28
= 88
12
+ 12
= 22
23
35
15
13
+ 23
= 33
45
47
58
6
a
3 48
5 34
2 14
1 24
2 38
1 34
1 18
8 3 18
b
2 67
2 28
1 24
4 1 24
34
3 2 26
78
14
Toets 1
1
13
23
14
24
34
2
a
Er zijn 24 stickers.
12
deel = 12 stickers
14
deel = 6 stickers
24
deel = 12 stickers
13
deel = 8 stickers
23
deel = 16 stickers
16
deel = 4 stickers
26
deel = 8 stickers
36
deel = 12 stickers
b
A 13
B 14
C 15
3
Per kind Welk deel?
4 knikkers1
2
5 knikkers1
3
4 knikkers1
4
5 knikkers1
5
4
a
De inhoud van elk glas is 1
5 deel van
de inhoud van de fles.
1 glas kost € 0,50 3 glazen is 3
5 deel.
3 glazen kosten € 1,50
b
1 glas = ...... deel 1 glas
1
4 deel € 1,-
1
8 deel € 0,50
1
10 deel € 0,40
1
5 deel € 0,80
4 glazen = ...... deel 4 glazen
4
4 deel € 4,-
4
8 deel € 2,-
4
10 deel € 1,60
4
5 deel € 3,20
5
Stokbrood 1
2 delen van 1
4 =
2
4
3 delen van 1
4 =
3
4
Stokbrood 2
1 deel is 1
8
4 delen van 1
8 =
4
8 =
1
2
14
brood = 2
824
brood = 4
828
brood = 1
468
brood = 3
4
6
1 34
1 56
2 35
15
Toets 2
1
a
12
– 1 13
– 2 12
– 3 34
– 4 23
b
3 34
4 13
4 13
3 34
2
15 minuten voorbij.
Dat is 1
4 uur.
30 minuten voorbij
Dat is 1
2 uur.
45 minuten voorbij
Dat is 3
4 uur.
10 minuten voorbij.
Dat is 1
6 uur.
3
18
= 50 cm28
= 100 cm48
= 200 cm
38
= 150 cm14
= 100 cm12
= 200 cm
34
= 300 cm58
= 250 cm
68
= 300 cm78
= 350 cm
4
a
Loper 1 heeft 1
3 (
2
6) km gelopen en
moet nog 2
3 (
4
6) km.
Loper 2 heeft 2
3 (
4
6) km gelopen en
moet nog 1
3 (
2
6)km.
Loper 3 heeft 5
6 km gelopen en
moet nog 1
6 km.
5
a
Ieder kind krijgt 1
4 deel van
16 ijsblokjes = 4 ijsblokjes.
Als deelsom: 16 : 4 = 4 ijsblokjes
b
15 1012
van 10 = 5
6 1114
van 80 = 20
110
van 100 = 10
17
van 210 = 30
c
10 → 12
van 20 = 10
10 → 14
van 40 = 10
10 → 18
van 80 = 10
10 → 1
10 van 100 = 10
d
6 → 12 ∶ 2 = 6
16 → 64 ∶ 4 = 16
7 → 49 ∶ 7 = 7
4 → 12 ∶ 3 = 4
6
€ 20 € 10 2
€ 60 € 30 6
€ 16 € 15 6
€ 10 € 50 6
b
De loper heeft 1
8 deel afgelegd.
Dat is 2 km.
De hele afstand is 16 km.
Hij moet nog 7
8 lopen. Dat is 14 km.
16
Toets 3
1
5 10 15 20
4 8 12 16
2 4 8 12
24
= 5
10
25
= 4
10
45
= 8
10
2
a
Bij figuur C 12
= 24
Bij figuur D 12
= 48
b
Bij figuur B 14
= 28
3
a
48
= 12
23
= 69
25
= 6
15
410
= 25
b
48
69
210
410
39
68
c
14
13
15
25
13
34
4
a
1 34
+ 1
4 = 2 2
18
+ 7
8 = 3
1 14
krat + 3
4 krat = 2 volle kratten
b
68
38
14
25
78
34
14
18
5
210
deel 25
deel 35
deel
Jan krijgt meer dan Kees.
1
2 =
1
4 =
1
8 =
3
4 =
5
8=
€ 40 € 20 € 10 € 50 € 50
€ 160 € 80 € 40 € 240 € 200
€ 200 € 100 € 50 € 300 € 250