I N HET artikel ‘De Willie Wor- tels van ons afval’ (Het Parool van 9 februari) wordt be- schreven hoe trots de ge- meente is op de vuilverbranding in Amsterdam-West. Als je de website www.afvalenergiebedrijf.nl mag geloven wordt ‘afval omgezet in duurzame energie en nieuwe ma- terialen. Niets morsen en niets weggooien, dat is ons streven. Daarom houden we steeds minder van het aangeboden afval over. Dat is nu nog maar 1,3 procent.’ Is het niet knap dat deze Willie Wortels jaarlijks een hoeveelheid huisvuil weten weg te toveren die gelijk staat aan vijf keer de Arena? De ongemakkelijke waarheid is dat men een basiswet van de natuur- kunde negeert, die van behoud van massa: wanneer je afval verbrandt, verdwijnt dit niet, maar wordt het omgezet in een gas. De Amster- damse vuilverbranding lijkt zich aan deze wet te onttrekken als je de website gelooft: ‘De rookgasreinig- inginstallatie van de afvalenergie- centrale verwijdert 99,9 procent van de schadelijke stoffen uit de rookgassen. De rook bestaat daardoor bijna volledig uit schone waterdamp.’ Dit is onjuist. Vuilverbranding genereert broeikasgassen. Die ver- oorzaken opwarming van het kli- maat en zijn daarom schadelijk. Vuilnis bestaat deels uit vocht: groente, fruit en tuinafval, etens- resten. En dat brandt slecht. Uit één vuilniszak wordt maximaal 6,5 kilowattuur (kWh) gewonnen, waarbij 27 kilo CO 2 ontstaat. Daar- mee is de efficiency van vuilver- branding vier keer zo schadelijk als kolenstook, dat te boek staat als de schadelijkste manier van elektrici- teitsopwekking. De restwarmte probeert men te gebruiken voor stadsverwarming waarbij veel ver- loren tijdens het transport. Hoog- rendementsketels in goed geïso- leerde woningen stoten veel min- der uit en branden alleen als het nodig is. Naast verkeerde voorlichting om het principe van vuilverbranding niet ter discussie te stellen, is ook sprake van creatief boekhouden. Op dit moment onderzoekt de Provincie of de emissiecijfers die de directie van de AVI-West op- geeft wel kloppen. De huidige uit- stoot van broeikasgassen wordt ge- schat op 0,9 megaton per jaar; net zoveel als het afvalaanbod. Het is maar de vraag of dat klopt. Doordat afval wordt gebonden aan zuurstof ontstaat een toename van het ge- wicht met een factor drie. De wer- kelijke uitstoot is wellicht twee megaton per jaar of meer. Vervolgens redeneert men dat door elektriciteit- en warmtepro- ductie de uitstoot elders afneemt. De kolencentrale hoeft dus minder hard te draaien, net zoals de cv-ke- tels van de huizen die zijn aange- sloten op stadsverwarming. Ver- volgens trekt men deze vermeden uitstoot af van de eigen cijfers. Maar dat verandert de werkelijk- heid niet: vuilverbranding komt neer op afvaldumping in de atmo- sfeer. Door de rekenarij wordt de wer- kelijke uitstoot op papier terugge- bracht tot 147.000 ton per jaar: een factor dertien lager. En daarmee verdwijnen afvalpreventie en her- gebruik buiten het blikveld van de gemeentelijke politici. Het lijkt na- melijk of niet veel meer kan wor- den bereikt, terwijl juist preventie en hergebruik een kosteneffectie- ve bijdrage leveren aan een ver- minderde uitstoot van broeikas- gassen. In 1979 nam de Tweede Kamer op initiatief van CDA-Kamerlid Ad Lansink een motie aan waarin de voorkeur voor afvalpreventie en hergebruik werden vastgelegd. Met deze ‘Ladder van Lansink’ werd in feite gezegd: voorkomen is beter dan genezen. Braungart en McDonough ne- men in hun inspirerende boek Af- val is voedsel het sluiten van kring- lopen tot uitgangspunt voor de economie. Afval bestaat in hun op- tiek niet meer, net zoals in de na- tuur alles onderdeel is van een kringloop. In analogie daarmee be- horen producten en verpakkingen zo te zijn ontworpen dat zij kunnen worden opgenomen in de biosfeer (het milieu) of weer terugvloeien in de economie als grondstof. Zo neemt Océ oude kopieerap- paraten terug en hergebruikt de onderdelen. De producent neemt zo verantwoordelijkheid voor de hele levenscyclus van een product. In veel in het boek beschreven ge- vallen is dat een profijtelijke stra- tegie die banen oplevert. De overheid kan ondernemer- schap stimuleren waarbij duur- zaamheid en herbruikbaarheid voorop staan. Zo heeft de verande- ring in de fiscale bijtelling van lea- seauto’s tot een run geleid op zuini- ge auto’s. Het vraagt weinig inspan- ning van de overheid en leidt snel tot verandering. Het kabinet kan een btw-tarief instellen van 35 of 50 procent voor producten die níet aan eisen van herbruikbaarheid en duurzaam- heid voldoen en tegelijkertijd de inkomstenbelasting verlagen. Door de fiscale regelgeving te laten ingrijpen op de producten die in Nederland worden verkocht zijn er geen gevolgen voor bedrijven die produceren voor de export. Ook van concurrentievervalsing is geen sprake, omdat btw geen relatie legt met het land van herkomst. De fiscale bevoordeling van slim ontworpen en slim verpakte producten kan de Nederlandse economie een impuls geven, waar- bij kwaliteit centraal staat. Een maatregel op korte termijn is het opheffen van het reinigings- recht. De kosten van de inzameling en verbranding kunnen direct ten laste worden gebracht van produ- centen via de verpakkingsbelasting of een andere milieugerichte hef- fing. Dit verlicht de lasten voor de milieubewuste burger. De auteur is bestuurskundige en lid van de landelijke werkgroep Milieu en Energie van de PvdA. www.harmenbos.nl/vuilverbranding Het PAROOL MENINGEN/POST 10 DONDERDAG 28 FEBRUARI 2008 Zo schoon is vuilverbranding niet MEN DOET ER OOK AAN CREATIEF BOEKHOUDEN I N HET PAROOL van dinsdag bericht u dat het vriendje Peter van Anne Frank een gezicht heeft gekregen. U veronderstelt dat hij in Bergen-Belsen of Ausch- witz is vermoord. Een exacte da- tum is niet bekend. In 1995 is bij Sdu Uitgeverij het boek In memoriam verschenen dat alle namen met gegevens bevat van de uit Nederland weggevoerde Jo- den, van wie geen graf bekend is. Dit bestand is ook al enige tijd via internet toegankelijk onder de naam Digitaal monument Joodse gemeenschap in Nederland. Uit de bij uw artikel geplaatste reproductie van het document met de foto van Peter blijkt dat hij vol- uit Lutz Peter Schiff heette. Deze naam komt in bovengenoemde twee bronnen voor. Zo komen we te weten dat Lutz Pe- ter Schiff op 9 september 1926 in Berlijn is geboren, in de Amstel- laan 37-III in Amsterdam heeft ge- woond en is gestorven op 31 mei 1945 in Auschwitz. Hij is dus na afloop van de oorlog in het concentratiekamp gestor- ven! Anton Bossers, Leiden Meer over de vriend van Anne Frank FOTO AD N ET ALS veel anderen was ik verrast over de uitspraken van minister Hirsch Ballin dat het onderscheid allochtoon en autochtoon problemen met zich meebrengt. In uw artikel van maandag noemt u ook het aandeel van de PvdA-fractie in deze discus- sie. Deze berichtgeving klopt op een aantal punten niet. Ten eerste heb ik in tegenstelling tot Hirsch Ballin niet gepleit voor het afschaffen van het woord al- lochtoon in Nederland of Amster- dam. Wel stelde ik voor het woord allochtoon niet meer te gebruiken in gemeentelijke stukken, omdat het onnodig polariserend en gene- raliserend werkt. Er vallen heel veel groepen Am- sterdammers onder deze noemer. Die moeten we niet op één hoop gooien. Als er een probleem is met een specifieke etnische groep, dan moeten we deze groep gewoon dur- ven benoemen. Ten tweede is de gemeenteraad uiteindelijk wel akkoord gegaan met het voorstel; in het aangeno- men Actieplan radicalisering staat de volgende zinsnede in de maatre- gel over de communicatie van de gemeente: ‘In de communicatie wordt aandacht besteed aan inclu- sief taalgebruik (groepen in eerste instantie aanduiden als Amster- dammers en in tweede instantie – en alleen als dat relevant is – als et- nische of religieuze groep)’. Manon van der Garde fractievoorzitter PvdA Amsterdam Het woord allochtoon De afvalenergiecentrale in Amsterdam-West. FOTO FLORIS LOK Het afvalenergiebedrijf in Amsterdam-West doet zich schoner voor dan het is. Als gevolg hiervan doen politici te weinig om de hoeveelheid afval te verminderen. HARMEN BOS