Cabin crew prepare for start-up ... ! innoveer! Innovatie in de praktijk › nr 03 2010 Pierre Wind aan de innovatielat › Kenniseconomie in de praktijk › Boot als dvd’tje › 16 pagina’s NEDERLAND KENNISLAND? › Van schoorsteenbouwer tot CO 2 - specialist ‹
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
Cabin crewprepare for start-up ... !
innoveer!Innovatie in de praktijk › nr 03 2010
Pierre Wind aan de innovatielat › Kenniseconomie in de praktijk › Boot als dvd’tje › 16 pagina’s NEDERLAND KENNISLAND? › Van schoorsteenbouwer tot CO2- specialist
‹
INN03-DEF.indd 1 08-11-10 08:27
Energie Onderzoeksubsidie Dé snelle route naar energie-innovatie voor de MKB-er met een goed idee.www.agentschapnl.nl/eosT +3 1 (0) 88 602 92 00
INHOUD› › 5innoveer! gebiedende wijs van: innoveren (innoveerde) 1 (overg.; h. geïnnoveerd) als nieuwigheid
invoeren 2 (onoverg.; is geïnnoveerd) zich vernieuwen • (1512) ‹ Fr. innover
3 VOORWOORD Jan Noordegraaf, directeur Synbra Technology
6 INNOVATIELAT De BN’er als ondernemer. Hoe innovatief is Pierre Wind?
8 OUTLOOK Tracking and tracing in de wereld van de watersport
13 MIJN TROTS 07 Bijna 200 keer lichter
14 SCHAKELS Van schoorsteenbouwer tot CO2-specialist
16 STELLING ‘Kennis zit bij ondernemers en niet bij hogescholen en universiteiten.’
17 MIJN TROTS 08 Vlieg op!
18 LEERMOMENT Het onvoorstelbare voorstelbaar; een van de Syntens Breakfast Briefi ngs
20 AGENDA Het nieuwe samenwerken en andere workshops
SPECIAL: NEDERLAND KENNISLAND?24 MIJN VISIE Arno van Mourik, directeur Airborne International, over maakindustrie en innovatie
29 UPDATE Nieuws en inspirerende tips
32 DOSSIER Succesvolle samenwerkingen tussen hogescholen, universiteiten en het MKB
37 MIJN TROTS 09 Stille zee creëer je zelf
38 COLUMN Angéla Kramers, oud-Dolly Dot
06 3724
INN03-DEF.indd 5 05-11-10 12:59
TEKST MARLEEN BAKKER
FOTOGRAFIE JAN DIRK VAN DER BURG
Mozart in de keuken
PIERRE WIND is een energieke alleskunner: hij is smaakambassadeur, kokoloog, voorvechter van smaaklessen in het onderwijs, rector van de Groene Academie.
BruistIK VOEL ME EEN VERNIEUWER,
een crea-teur. Ik weet niet of ieder-
een die met me heeft samenge-
werkt me even aardig vindt – ik ben
geen gemakkelijke man – maar ze
vinden me wél allemaal een gozer
die bruist van de ideeën. Een inno-
vator. Dan moet je een spons zijn, ik
wil alles weten van de wetenschap
van voeding. Als ik vragen heb, bel
ik gerust een hoogleraar voeding
en gezondheid op en zeg: ‘Gooz... ik
zit daar mee’ en vraag hem dan het
hemd van het lijf.
DropsoepIK BEN UIT DE BAARMOEDER
GEROLD om te vernieuwen. Laat
mij de Mozart van deze eeuw
worden op het gebied van voeding.
Ik wil absoluut niet sterven en
vergeten worden, dat is een van
de grootste drijfveren voor mijn
vernieuwingsdrang. Wie bedenkt er
anders in de jaren tachtig drop-
soep? Ik dus. Net als een sorbet
met basilicum.
RealistischHET GEVOEL om de eerste te
zijn, is heerlijk. Dat was heel erg
aanwezig met ‘De grootste keuken
van Nederland’, een culinair feest
voor 9000 kinderen in het ADO
Den Haag-stadion. De Amsterdam
ArenA was mijn eerste wens, maar
soms moet je realistisch blijven.
Denk groot, maar bekijk het klein
als het moet: de smaaklessen
die door 350.000 kinderen in
Nederland, China en Engeland zijn
gevolgd, zijn per slot van rekening
ook op een zolderkamer begon-
nen.
WetenschapDE BOEL OMDRAAIEN: voorgerecht
wordt nagerecht en andersom.
Prachtig. Dat kan alleen maar als
je kennis hebt, anders wordt het
een zootje. Zo ben ik bijvoorbeeld
op zuurkoolijs gekomen. Iemand
zei: ‘Ik lust geen zuurkool.’ ‘Vies
bestaat niet’, antwoordde ik, ‘ik ga
zuurkool lekker maken.’ In dertig
seconden beslis ik dat het kan.
Echt bizar.
SmaakpretparkSAMEN MET MIJN DOCHTER
STERRE schreef ik het boek Het
Smaakpretpark. Dat is pas in-
novatief: samen schrijven met je
dochter. Het werd tot het beste
kinderkookboek van de wereld
uitgeroepen. Andere ideeën liggen
klaar: ik heb al jaren grote plannen
het Smaakpretpark uit te werken
tot een echt park. Het Disneyland
van Scheveningen: spelen bij de
dropfontein, varen in een sui-
kerbootje, je eigen smaklied en
fantastische gerechten maken.
INNOVATIELAT› 6 ›
INN03-DEF.indd 6 08-11-10 08:31
› › 7PIERRE WIND › 1993 introduceert verplichte smaaklessen, inmiddels door 350.000 kinderen gevolgd, in
Nederland, China en Engeland ›1997-2000 presentator De Eetfabriek (NPS), Kookvanjou, Grazend Nederland,
Kerst met Wind, De Avond van de Smaak en De Kookplaat › 2009 boek Het Smaakpretpark, dochter Sterre is
coauteur, beste kinderkookboek van de wereld › oktober 2010 boek Kokologico, keukengeheimen ontrafeld
CV ›
INN03-DEF.indd 7 10-11-10 18:03
OUTLOOK Boot als dvd’tje van
Bol.com
› 8
Innoveren is niet per se hetzelfde als ‘al het oude overboord’. Dat bewijst het project ‘Tracking recreatieve scheepsvaart’, waar
bestaande technologieën zijn samengevoegd. Door het Friese project is een schip
geworden als een dvd’tje besteld bij Bol.com: je weet altijd precies waar het zich bevindt.
“Dankzij die borgstelling konden we het merk meteen krachtig in de markt zetten”
Ondernemen dankzij een borgstellingskrediet
De opvallende opmars van SapphDress to impress: met grote, spraakmakende billboards werd in 2007 het lingeriemerk Sapph in de markt gezet. Sindsdien verovert Sapph de Nederlandse en Belgische markt. In drie jaar groeide de omzet naar 10,7 miljoen.En het businessplan gaat uit van 33 miljoen omzet in 2013.
Nederland en België worden voor Sapph dan ook te klein; het bedrijf kiest voor internationale expansie. Duitsland en Zwitserland zijn als eerste aan de beurt. Het merk heeft alles in zich om, in navolging van bekende Nederlandse merken als G-Star en Mexx, de wereld te veroveren.
Voor de introductie van Sapph was veel geld nodig. Oprichter Cor van Schoonhoven legde samen met enkele investeerders 2,6 miljoen euro op tafel. Dat bedrag werd het eerste jaar met name besteed aan reclame en marketing. Daarnaast werd er in 2009 een kredietfaciliteit verstrekt van 2 miljoen euro door Van Lanschot Bankiers; voor de helft daarvan staat de overheid borg. Van Schoonhoven: ‘Dankzij die borgstelling konden we het merk meteen krachtig in de markt zetten, dat was ons anders niet gelukt.’
Wilt u als ondernemer ook investeren? Raadpleeg www.agentschapnl.nl om te zien hoe het ministerie van Economische Zaken u kan ondersteunen bij ondernemingsfinanciering.
www.agentschapnl.nl/ondernemingsfinanciering
INN02-DEF.indd 11 10-08-10 14:47
0H
ER
MA
N W
OU
TE
RS
/HH
acquisitie gepleegd onder bedrijven die
iets aan het idee zouden kunnen heb-
ben. Geosports is aan de slag gegaan
om toepassingen te bedenken.
Zeilrace
Een van de eerste toepassingen was, zo
vertelt Dennis Carton van Geosports, de
mogelijkheid om online een race met
boten te volgen. Om uit te leggen hoe
het systeem werkt, laat hij de website
zien waarop het evenement is terug
te kijken. ‘De informatie van de deel-
nemende boten is ingeladen. Gaan ze
varen, dan zijn bewegingen van de boten
zichtbaar op het internet. Je kan ze zo
volgen vanaf een mobiele telefoon met
dataverkeer of achter een computer. Je
kan ook op de hoogte blijven van nieuw-
tjes en zelf reacties toevoegen, fi lmpjes
of foto’s zien. Kortom, een interactief
geheel. Bij het SKS Skûtsjesilen van
2009 zaten we helemaal klaar om het
systeem in de praktijk te zien werken.
We dachten dat we overal aan had-
den gedacht en toen klapte de server
eruit. Met zo’n 20.000 gebruikers was
de toegepaste techniek niet afdoende.
Bovendien was bijvoorbeeld een tele-
foonaanbieder niet berekend op een
piekbelasting van al die mensen die
tegelijkertijd in dat gebied die website
wilden aanspreken via hun smartphone.
Alles ging op zwart. Je wilt natuurlijk
niet dat zoiets gebeurt, maar het is een
wijze les geweest.’
Het overkomt hem nu niet meer. Aan de
webserver zijn hogere eisen gesteld en
het dataverkeer van bijvoorbeeld boten
die deelnemen aan een race gaat in de
toekomst via een ander netwerk dan de
gewone telefoonprovider.
Medische hulp
Het toepassingsgebied van tracking in
recreatieve scheepvaart is inmiddels
enorm uitgebreid. Carton legde zelf
tijdens een van de zeilraces contact met
mensen van het Antonius Ziekenhuis
in Sneek. ‘Zo’n toepassing is natuurlijk
prachtig in medische noodsituaties: je
kan een boot erg goed lokaliseren en
zo snel ter plaatse zijn om medische
hulp te verlenen. Dat was vroeger een
eindeloos gezoek.’
Ook de botenverhuur vaart wel bij de
gekoppelde technieken. Ernst Jan
Voerman: ‘De administratie die normaal
gesproken vastzit aan de verhuur is vrij
omvangrijk. Je wilt namelijk wel dat je
boot op tijd weer terug is. En niet dat er
iets vervelends mee gebeurt. Voorheen
betekende dit ook een grote inzet van
personeel. Dat is nu verleden tijd. Via
een internetsite kun je een bootje huren.
Je boekt online, betaalt met iDeal en
krijgt dan een unlockcode. Daarmee kun
je een paneeltje op de boot bedienen en
je kunt gaan varen. Met de tracker kan
automatisch de positie van de huurder
worden bepaald. En het systeem is zo
ingericht dat de huurder automatisch
een sms krijgt als de huurtijd erop zit.
Het werkt al met al enorm kostenbespa-
rend!’
Zowel Voerman als Carton kan einde-
loos doorgaan met het oplepelen van
toepassingen die de watersport ten
goede kunnen komen. ‘Je hoeft natuur-
lijk niet te stoppen bij deze tracking &
tracing’, zeggen Voerman en Carton. ‘Je
kunt dit verder uitbouwen. Dan moet je
denken aan dieptemeting, energietoe-
passingen en noem maar op. De basis
is gelegd. Hierop kunnen we nog lang
voortborduren.’
ZORGTracking & tracing zoals het nu
in de watersport wordt ingezet,
heeft een enorm breed toepas-
singsgebied. Zoals in de zorg:
dementerende ouderen bijvoor-
beeld kunnen met een speciaal
horloge beter de weg terugvin-
den. Op het horloge zijn allerlei
technieken in te bouwen, zoals
een wegwijzer met instructie.
Als het etenstijd is, kan iemand
zo zelfstandig de weg vinden
naar de eetzaal.
‘De toepassing is prachtig in medische noodsituaties’
›OUTLOOK› 12
INN03-DEF.indd 12 08-11-10 08:54
07
MIJN TROTS› › ICT › 13
Bijna 200 keer lichter
FOTOGRAFIE IVO VAN DER BENT
Zeven jaar geleden sleep-
ten we voor een spraak-
verstaanbaarheidsmeting
een apparaat mee van
25 kilo. Wij hebben die
techniek teruggebracht
tot software voor op de
iPhone, 135 gram. Heel
licht dus en bovendien
is er geen duur meetap-
paraat van €10.000,-
nodig. De prijs van onze
software mag niet uit de
pas lopen met de duurste
apps: zo’n 300 tot 1000
dollar.
Het belangrijkste van
onze innovatie: onze
metingen zijn betrouw-
baarder dan de huidige.
Met een druk op de knop
is duidelijk in welke
mate een omroepbericht
voor het menselijk oor
verstaanbaar is. Het
klinkt eenvoudig, maar
hier hebben we vijftien
jaar onderzoek naar
gedaan. Onze mentor
Herman Steeneken bij
TNO zelfs al vanaf 1973.
In december is het zover:
dan brengen we onze
meetmethode uit. We
richten ons vooral op de
VS. Hun claimcultuur
betekent voor ons een
groeimarkt: na incidenten
is het heel belangrijk om
te kunnen aantonen dat
de verstaanbaarheid van
bijvoorbeeld ontruimings-
installaties goed was.
SANDER VAN WIJNGAARDEN algemeen directeur Embed-
ded Acoustics › product het ontwikkelen van meetapparatuur
voor omroep- en ontruimingsinstallaties › innovatie iSTI,
meetsoftware die spraakverstaanbaarheid meet › verkoop
verwacht in 2011 1500 verkopen meest uitgebreide variant ›
successen in april 2010 met compagnon Jan Verhave begonnen
en nu al vacatures uitstaan, in december komt iSTI op de markt
FOTOGRAFIE IVO VAN DER BENT
INN03-DEF.indd 13 08-11-10 09:06
De ondernemer Rob Ernst (Array Industries) ‘In 1990 startte ik Array Industries als
ingenieursbureau. Door de overname van een schoorsteenbouwbe-
drijf kon ik onze activiteiten uitbreiden van engineering naar ook zelf
vervaardigen. Daarna investeerde ik in kennis, onder andere door de
overname van een ingenieursbureau en het behalen van certifi caten
op het gebied van lassen. In 2008 raakte ik in gesprek met Niklaas
van Hylckama Vlieg. Ik zag op dat moment dat ik markt zou gaan
verliezen in de utiliteitsbouw, omdat mijn verwachting was dat daar
steeds minder behoefte is aan grotere stalen schoorstenen. Ook de
tuinbouwmarkt staat onder druk vanwege de economische recessie.
Daarom besloot ik mijn blik te richten op de industrie. Door maatop-
lossingen te leveren voor een diversiteit aan schoorsteengerelateerde
producten, maar vooral door me te specialiseren in CO2-scheiding en
-afvangst. Niklaas adviseerde me eens met TNO te gaan praten. Dat
heeft enorm veel aan het rollen gebracht. De installaties waar wij nu
aan werken komen als het goed is straks bij de grote energieprodu-
centen van deze wereld terecht.’
De innovatieadviseurNiklaas van Hylckama Vlieg (Syntens) ‘In de tuinbouw is men de
afgelopen jaren massaal overgestapt op warmtekrachtkoppelingsin-
stallaties. Rob stapte daar op het juiste moment in en leverde hiervoor
het engineeringpakket en het rookgassysteem. Hij is een echte
ondernemer. Hij kijkt ver vooruit en zag ook op tijd dat de markt zijn
verzadiging nadert. Hij wilde zijn bedrijf niet terugschalen, maar iets
zoeken in dezelfde sfeer om te kunnen groeien. Rob is zich er sterk
van bewust dat kennis de manier is om het verschil te maken voor je
klant. Als innovatieadviseur heb ik hem in contact gebracht met de
juiste technologiepartner uit ons netwerk, in dit geval TNO. Via mijn
netwerk wist ik dat binnen TNO onderzoek werd gedaan naar tuin-
bouw en CO2-scheiding en stelde Rob voor om eens te gaan praten of
daar interessante kennis voor hem ligt. TNO is geïnteresseerd in het
MKB. Voor ondernemers die willen innoveren liggen er interessante
kansen, want als je als bedrijf investeert in onderzoek verwerf je
rechten voor gebruik in de toekomst. Die voorsprong in technologie is
uiteraard gunstig voor de positie ten opzichte van concurrenten.’
Het product TNO en Array Industries werken samen aan onderzoek naar een
nieuwe techniek waarmee de energievoorziening in de glastuin-
bouw effi ciënter en schoner wordt. Bij de huidige energievoor-
ziening is er sprake van een koppeling tussen het produceren van
warmte en CO2. Beide zijn nuttig voor de tuinder, maar niet op
hetzelfde moment: in de nacht is er behoefte aan warmte, overdag
juist aan CO2. Met de nieuwe techniek wordt het verschil op geheven
doordat op elk gewenst moment CO2 of warmte kan worden afgeno-
men, zonder dat energie of CO2 verloren gaat.
Schoorsteenbouwer wordt CO2-specialist. Dat is in het kort het
verhaal van Array Industries, het bedrijf van ondernemer Rob Ernst. Hij investeerde de winst in kennis en ontwikkelde zich zo tot leverancier van hightech CO
2-oplossingen, in samenwerking
met partijen als TNO en ECN.
Meer informatie op:
www.arrayindustries.com
De kennispartnerEsther Hagen (projectleider TNO) ‘Ik ben de schakel tussen ons
onderzoeksteam en Array Industries. Als projectleider moet ik ervoor
zorgen dat we de vraag van de ondernemer goed begrijpen, zodat
we een onderzoeksprogramma kunnen opstellen. Syntens heeft het
contact gelegd en de eerste gesprekken begeleid tussen onze afdeling
scheidingstechnologie en Array Industries. Binnen TNO doen we
vaker co-fi nancieringsprojecten met het MKB. Ondernemers krijgen
hiervoor vanuit de co-fi nancieringsregeling fi nanciële ondersteuning
van de overheid. Wat bijzonder is aan het project met Array Industries
is dat we zeer intensief samenwerken. Rob is buitengewoon betrok-
ken. Op zijn initiatief hebben we hier om de week overleg over de
voortgang. Zijn bedrijf draagt bij aan het onderzoek door het leveren
van materialen. Als Rob zelf niet over bepaalde kennis beschikt, dan
neemt hij een medewerker mee die de kennis wel heeft. We zijn nu
bezig met opschaling van het model. Komende zomer kunnen we de
echte toepassing testen. Nog een jaar verder en dan kan de installatie
commercieel op de markt worden gebracht.’
› p15
INN03-DEF.indd 15 05-11-10 12:55
0
STELLING› 16 ›
RONALD ELBERS eigenaar VSE bv › wat industri-
ele automatisering › sinds 1998
(bestaat sinds 1974) › aantal
medewerkers 25
ennis van innovatie
komt van het be-
drijfsleven. Universiteiten
en hogescholen komen
soms met technisch prach-
tige oplossingen, maar die
leveren niet per se iets op.
Producten zijn immers pas
echt innovatief als ze een
toegevoegde waarde hebben
voor de gebruiker en van de
juiste – dus voor het doel van
het gebruik – kwaliteit zijn.
Dat is waar het bedrijfsleven
sterk in is. Ondernemers zien
welke nieuwe technische
kennis daarvoor in te zetten
is. Voor de toepasbaarheid is
bij universiteiten en hoge-
scholen minder oog. Vanuit
een theoretisch of puur
technisch oogpunt zaken
benaderen, kan voor de
wetenschap heel mooi zijn,
maar in de praktijk spelen
meerdere factoren een rol.
Wetenschap en ondernemers
hebben elkaar dus nodig.’
OLAF KEUReigenaar Keur ICT › wat mobiele
applicaties en softwarepakketten
voor bedrijven en instellingen
› sinds 2007 › aantal medewer-
kers 6
k denk dat bedrijfsleven
en kennisinstellingen veel
van elkaar kunnen leren.
Er zit ongelofelijk veel kennis
bij ondernemers. Voor een
ondernemer is die kennis van
levensbelang, want alleen
met voldoende kennis kun je
een onderscheidend product
leveren en dat bepaalt of
je een factuur kunt sturen
of niet. Uiteraard is er ook
veel kennis bij hogescholen
en universiteiten. Vaak is
het abstractieniveau van
die kennis vrij hoog. Het is
de taak van de ondernemer
om hieruit de informatie
te destilleren die voor zijn
bedrijf van belang is. De kloof
tussen kennisinstellingen
en het bedrijfsleven moet
overbrugd worden. Nu liggen
op universiteiten waardevolle
promotieonderzoeken soms
te verstoffen op de plank. Dat
is doodzonde.’
FRANK VAN DER CHIJS voorzitter United Brains › wat
kennispoort voor MKB › sinds
2005 › aantal medewerkers 18
partijen
nited Brains is een
samenwerkings-
verband van een groot
aantal kennisinstellingen
in Zuid-Nederland, onder
meer TU Eindhoven, Fontys
Hogescholen, TNO, Philips en
de ROC’s van Eindhoven en
Helmond. Onze doelstelling
is de kennis die aanwezig is,
ter beschikking te stellen aan
het MKB om zo te kunnen
innoveren. In het eerste jaar
dat United Brains bestond
kregen we veertig vragen. Nu
krijgen we ruim zeshonderd
vragen per jaar. Ik wil de
stelling dus graag nuance-
ren. Wij merken dat er een
grote behoefte is aan kennis.
Kennisinstellingen als ho-
gescholen en universiteiten
kunnen die kennis leveren.
En dat komt overigens ook
het onderwijs ten goede. Bij
ongeveer een derde van de
vragen uit het MKB worden
studenten ingeschakeld!’
MURK PEUTZregiodirecteur Zuid Syntens,
innovatienetwerk voor
ondernemers
ennis is pas wat waard
als er een gebruiker is.
Als er iemand is die het nodig
heeft. “Nice to know” is iets
anders dan “need to know”.
Alles wat mensen bij een
kennisinstelling weten, of
kunnen weten, krijgt waarde
door middel van gebruikers.
In het economisch domein
zijn dat uiteindelijk onder-
nemers. Niet universiteiten
valoriseren, maar onderne-
mers zetten kennis om in
economische waarde. In de
praktijk lukt dat valoriseren
het beste als ondernemers
zelf al redelijk innovatief zijn
én al met de gewenste kennis
bezig zijn. Ondernemers die
verdiepende kennis zoeken
en over voldoende innova-
tievermogen beschikken zijn
daarom zeer welkom op ’s
lands kennisinstellingen.’
‘K ‘I ‘U ‘K
‘Kennis zit bij ondernemers en niet bij hogescholen
On Top Pro, een vliegenvanger in het systeemplafond
bedacht en ontwikkeld door het Beuningse bedrijf Ware
Care › verkoop met name in Frankrijk, Italië, Benelux,
Duitsland, Engeland, Spanje en Tunesië. Beperkte
aantallen in Turkije en Noord-Amerika › successen
Nominatie Horecava Innovation Award (2008)
08
› › › 17MIJN TROTS› › handel › 17
‘Vliegen kunnen onze
klanten – bakkers, slagers
of andere verkopers van
levensmiddelen – niet
bij hun verkoopwaar
gebruiken. Maar met de
bestaande vliegenvangers
voor aan de wand had een
klant van ons problemen:
ze nemen kostbare ruimte
in en zijn bovendien
onsmakelijk voor con-
sumenten, dode vliegen
aan de muur klevend. Wij
hebben de vliegenvangers
onzichtbaar gemaakt door
ze in systeemplafonds
te verwerken. Verder is
de toepassing gelijk: we
maken gebruik van uv
A-licht om de vliegen
aan te trekken en een
lijmplaat om ze te vangen.
Eigenlijk een cosmetische
innovatie dus. We waren
zelf ook verbaasd dat deze
toepassing nog nergens
in de wereld beschikbaar
was. Uiteindelijk is het
een unique selling point geworden. We trekken
hiermee klanten aan
die vervolgens ook onze
andere producten en
diensten afnemen ter
voorkoming van overlast
van plaagdieren. Syntens
heeft ons in de opstartfase
geholpen met het octrooi,
de licenties en de ver-
plichte CE-markering.
Vlieg op!
FOTOGRAFIE IVO VAN DER BENT
INN03-DEF.indd 17 08-11-10 09:12
LEERMOMENT› 18 › ›
Met een sterke focus op producenten en ondernemers is de Horti Fair hét platform voor nieuwe producten, uitwisseling van kennis en concreet zaken doen. De Breakfast Briefi ng Het onvoorstelbare voorstelbaar, informeerde over de waarde van scenarioplanning. ‘Want in deze branche is in elk geval één ding zeker: onzekerheid!’
innoveer!p24 › Mijn visie / Van de werkzame beroeps bevolking is een derde hoog opgeleid en dit aandeel neemt verder toe / p29 › Update / De totale uitgaven aan research & development in Nederland bedroegen in 2008 ruim 10 miljard euro. Internationaal gezien is dat gemiddeld / p32 › Dossier / Een steeds groter deel van R&D-uitgaven wordt gedaan door het bedrijfsleven en een relatief kleiner deel door overheidsinstellingen / p37 › Mijn Trots / R&D-bedrijven kenmerken zich door een hogere innovatiegraad. Bijvoorbeeld productinnovaties en meer samenwerking met leveranciers / p38 › Column / Van de werkzame beroepsbevolking is een derde
NL KEN
NISL
AND?
INN03-DEF.indd 23 05-11-10 13:00
MIJN VISIE› 24 › ›
‘Eerst vraag, dan pas
innovatie’Het persbericht in augustus dit jaar was veelzeggend: Airborne International trekt negen miljoen euro uit de kapitaalmarkt aan om de groei en expansie van het Nederlandse bedrijf te versnellen. Airborne wil topspeler worden in Europa op het gebied van de ontwikkeling en productie van composietcomponenten voor industriële toepassingen. Crisis? Hoezo crisis? Directeur Arno van Mourik over innovatie, groei en de noodzaak om de maakindustrie in ons land te behouden.
TEKST WILLEM VAN LEEUWEN
FOTOGRAFIE MAURITS GIESEN
INN03-DEF.indd 24 10-11-10 18:29
› 25
NL
KENNIS
LAND?
INN03-DEF.indd 25 10-11-10 18:29
› 26 › ›
irborne International heeft zich sinds
de oprichting in 1995 ontwikkeld tot
een toonaangevend design and build-
bedrijf op het gebied van high-end
vezelversterkte kunststoffen. Airbor-
ne ontwikkelt en produceert com-
posietproducten voor uiteenlopende
markten zoals luchtvaart, ruimte-
vaart, astronomie, olie en gas en
hoogwaardige machine-industrie. Het
bedrijf is de verwezenlijking van een
idee van Arno van Mourik en Marco
Brinkman, twee voormalige studen-
ten lucht- en ruimtevaarttechniek. Het
hoofdkantoor staat in Den Haag en het
bedrijf heeft ook een vestiging in Spanje.
Met het nieuwe kapitaal wordt de eerste
fabriek ter wereld neergezet voor de
continue vervaardiging van hoogwaar-
dige thermoplastische composietbuizen
met een volledig versmolten wand voor
de olie- en gasindustrie.
Hoe heeft Airborne zich ontwikkeld? ‘Na ons afstuderen in 1995 startten
Marco Brinkman en ik een ingenieurs-
bureau. Toen nog zonder doorwrochte
strategie, iedereen die advies nodig
had op het gebied van composieten of
geavanceerde machines kreeg dat. We
zagen al snel dat je daarmee niet ver
kwam, je moet de producten ook kun-
nen prototypen en uiteindelijk maken.
Vervolgens zijn we dat gaan doen, we
maakten alles wat mogelijk was, vooral
voor de olie- en offshoremarkt. De
tweede vijf jaar zijn we ons meer gaan
focussen en werden we een design and build-bedrijf puur op het gebied van
composiet. Dat was best risicovol, we
stootten een belangrijk winstgevend
onderdeel af en vergeet niet dat van
composieten vijftien jaar terug hoge
verwachtingen bestonden, maar dat er
behalve in de vliegtuigindustrie nog bijna
niemand die toegepaste producten kon
maken. De markt trok een vacuüm. Het
eerste bedrijf dat producten zou kunnen
ontwerpen, bouwen en leveren zou een
zeer robuuste positie kunnen verwer-
ven.’
Dat werd Airborne International. De
kern van het bedrijf werd het ontwikke-
len en bouwen van tastbare oplossingen
voor de klant. De prototype-productie en
het ingenieursbureau werden samen-
gevoegd en het bedrijf verhuisde naar
Ypenburg, aan de rand van Den Haag.
Wat is het geheim van het succes van Airborne? ‘Ons model is heel simpel:
er is een technologie-as, de kennis en
kunde die je in huis hebt of ontwikkelt
waardoor je marktpotentie hebt. Daar-
naast is er de as van marktevidence. De
composietmarkt is een nieuwe markt.
Ontwerp, materiaalkeuze, bouw, logis-
tiek, alles is nog geïntegreerd, dit in
tegenstelling tot bijvoorbeeld de staal-
markt, die volledig is uitontwikkeld. Dit
betekent dat je klanten moet duidelijk
maken, bewijzen, dat je het volledige
proces onder controle hebt en een
kwalitatief hoogwaardig product kunt
leveren. Daarbij heb je ook de fi nanci-
ele robuustheid nodig. Marktevidence bouw je op door projecten te draaien. De
laatste as is cruciaal: Airborne wil een
enabler zijn voor de klant, een produc-
tenbouwer die het de klant mogelijk
maakt een sprong voorwaarts te maken.
Wij maken bijvoorbeeld kunststof buizen
die het afhanggewicht voor olieboorplat-
forms met 50 procent kunnen reduce-
ren. Daardoor kan er twee keer zo diep
worden geboord, of kunnen er twee
keer meer buizen aan het schip worden
gehangen.’
Maar dan zou je dus in nog veel meer markten kunnen stappen. Zoals wind-energie. ‘Grappig dat je dit noemt. Want
dat is nu juist een markt waarin wij die
enabler op dit moment helemaal niet
zien. Wij kunnen niets toevoegen aan de
windmolenindustrie, waardoor zij een
INN03-DEF.indd 26 08-11-10 09:32
MIJN VISIE› › › 27
extra stap kunnen zetten. Deze industrie
heeft behoefte aan andere kennis en
producten: hoe kun je betere generato-
ren bouwen, of traploze overbrengingen
realiseren? Composiet draagt hier niets
aan bij. Dat is voor ons steeds essenti-
eel, wij moeten een wezenlijke bijdrage
kunnen leveren.’
Airborne werkt in verschillende markten, zoals luchtvaart, ruimtevaart, astronomie, olie en gas. Hoe krijg je daarin vaste voet? ‘Je moet de goede
keus maken, met het businessmodel
als uitgangspunt. vervolgens moet je
het –gecalculeerde – risico nemen en je
productiestructuur en je organisatie op
die markt afstemmen. Klanten willen
zien dat je tegen hun standaard kunt
leveren. General Dynamics accepteert
echt geen kwaliteitsfoutjes meer in zijn
astronomiesystemen omdat wij nog een
jong bedrijf zijn. Als je in de wereld van
de grote jongens speelt moet je mee
kunnen doen. Anderzijds hebben zij veel
tijd en effort gestoken in het borgen van
de kwaliteitsprocedures van de pro-
ducten die wij voor hen maken. Puur
co- makership en co-makerdevelopment.
Om dat te bereiken moet je heel trans-
parant durven werken. Bij iedere com-
plicatie in ontwerp of productie zoeken
wij daarom contact met onze klant en
leggen onze oplossingen voor.’
In Nederland verstaan we onder ken-niseconomie vooral het ontwikkelen
ARNO VAN MOURIK Samen met studiegenoot Marco Brinkman richtte Van
Mourik in 1995 Airborne op, direct na hun studie Luchtvaart- en Ruimtevaart-
techniek. Zij zagen wel wat in composietmaterialen. Vijfi en jaar na dato wordt
het duo door tientallen personeelsleden bijgestaan.
‘Als je in de wereld van de grote jongens speelt, moet je mee kunnen doen’
CV ›
›
NL
KENNIS
LAND?
INN03-DEF.indd 27 08-11-10 09:32
van kennis. In jullie kennisbedrijf zit duidelijk ook de productiecomponent. ‘Daarmee raak je precies de kern van
de misvatting rond kenniseconomie.
Technologie in zichzelf vertegenwoordigt
maar een beperkte waarde. Je bouwt
technologie op omdát het nodig is om
te kunnen leveren aan klanten. Eerst
moet er industriële vraag zijn, er moet
capaciteit gecreëerd worden om aan
die vraag te kunnen voldoen. Het gaat
om innovatievraag en niet om zoiets
onduidelijks als innovatieaanbod. Als
je de verkiezingsprogramma’s van de
partijen naast elkaar legt en je kijkt
onder het kopje innovatie, dan verstaat
vrijwel iedereen daar scholing onder.
Alsof scholing ervoor zorgt dat de
industrie dan producten gaat aanbie-
den waarvoor innovatie nodig is. Het is
omgekeerd: eerst is er een vraag en die
moet beantwoord worden in de vorm van
innovatieve producten. Nu is het zo dat
innovatie wordt gemeten naar het aantal
universiteiten en kenniscentra. Waar het
om gaat is dat je eerst bedenkt hoe je
met innovatie geld kunt verdienen.’
Kan de overheid daarin überhaupt wel een bijdrage leveren? ‘De overheid
moet industriepolitiek voeren als ze de
kenniseconomie wil stimuleren. In de
eerste plaats betekent dat dat ze moet
erkennen dat de maakindustrie een
belangrijke rol speelt op het gebied van
innovatie. Dat betekent verder dat ze
moet zorgen dat bedrijven die hoog-
waardige producten maken worden
gefaciliteerd. Subsidie is nog niet eens
het voornaamste. Zorgen dat innova-
tieve industrieën zich makkelijk kunnen
vestigen op de plek waar ze het best
gedijen. Daar moet ruimte voor worden
gecreëerd, regels moeten wat worden
versoepeld. Een collega-bedrijf van ons
wilde een productielijn bijbouwen en dat
hebben ze uiteindelijk niet gedaan. Ze
zijn uitgeweken naar Amerika, omdat
ze het met de welstandscommissie niet
eens konden worden over het uiterlijk
van het gebouw. Je leest met regelmaat
dat bedrijven hun R&D-afdelingen in
Nederland sluiten. Niet heel verbazing-
wekkend: als je je productiefaciliteit
verhuist, dan kun je op je vingers natel-
len dat de R&D-afdeling vroeger of later
volgt.’
Het lijkt alsof in de politiek het beeld ontbreekt van hoe een kenniseconomie er in de praktijk uit zou zien. ‘Dat is
juist. Kijk naar de duurzame-energie-
industrie. Daar moeten we naartoe, zegt
de politiek. De energie van windmolens,
getijdencentrales, zonnepanelen, noem
maar op. De investeringen die moeten
worden gedaan om een infrastructuur
en productiefaciliteit op te bouwen zijn
enorm. Maar Nederland faciliteert die
investeringen niet. Tegelijkertijd vinden
we dat Nederland een kenniseconomie
moet hebben, wat een voortrekkersrol
impliceert. Inmiddels is de kennis ver-
dwenen naar Denemarken en Duitsland.
De verbinding kennis met industrie
wordt niet gelegd. De politieke wil ont-
breekt ook, zo lijkt het.’
Wat is er nodig om innovatieve bedrij-ven de stap te laten maken die Airborne
inmiddels heeft kunnen zetten? ‘Laten
we niet te negatief zijn over de overheid.
Ze bouwt inmiddels wel een effectief
instrumentarium op het gebied van
fi nanciële ondersteuning. Wij hebben
van de overheid een uitbreidingskrediet
gekregen waarmee we een pilot-lijn
konden bouwen om composietbuizen te
fabriceren. Daarmee hebben we kunnen
bewijzen dat we competent zijn, waarna
we investeerders hebben weten aan te
trekken. We lossen die lening nu af. Die
push van de overheid is dus echt belang-
rijk geweest en ook effectief. Dat zou op
grotere schaal moeten gebeuren. Geen
subsidie dus op kennisontwikkeling,
maar mede risico dragen op productie-
investeringen. De maakindustrie moet
weer hoog in het vaandel. Ik weet dat
in China de loonkosten een stuk lager
zijn dan hier, maar ze zullen zeker nog
fl ink stijgen. In ons land moeten meer
bijzondere, hoogwaardige producten
worden gemaakt waarbij er meteen voor
moet worden gezorgd dat ze industrieel
gezien ook op de lange termijn rendabel
zijn. Wij zijn druk bezig met de opzet
van een volautomatische productielijn
van onderdelen die nu nog met de hand
worden gemaakt. Daarmee voorkomen
we dat de loonkosten ook in de toekomst
leidend zijn. Zo kun je een tegenwicht
bieden aan de economische grootmach-
ten.’
MIJN VISIE› 28 › WAARDEVOLLE INTERACTIE‘Marco Brinkman en Arno van Mourik vormen
een bijzonder team’, zegt Paul Asselbergs,
innovatieadviseur bij Syntens. ‘We waren hun
allereerste opdrachtgever. Wat op mijn netvlies
gebrand staat, is dat ze steeds op een positieve
wijze inspeelden en reageerden op initiatieven
en ideeën van onze kant. Dat leidde tot waar-
devolle interactie, die in de beginfase op een
aantal momenten best belangrijk was voor het
bedrijf en die nu al meer dan vijftien jaar duurt.
Airborne maakt onder meer op een proactieve
wijze gebruik van de projecten die Syntens
organiseert. In het prille begin hadden wij het
gevoel dat Airborne succesvol zou kunnen wor-
den. Het is dan ook heel mooi om te zien waar
het bedrijf nu staat en welke kansen er liggen
in de nabije toekomst’, aldus Asselbergs.
‘De overheid moet industrie-politiek voeren als ze de kenniseconomie wil stimuleren’
INN03-DEF.indd 28 05-11-10 12:57
‘DE ZORG KAMPT MET GROTE UITDAGINGEN ZOALS STIJGENDE KOSTEN EN EEN
DREIGEND TEKORT AAN ARBEIDSKRACHTEN. HIERVOOR ZIJN INNOVATIEVE
OPLOSSINGEN NODIG. HET MKB KAN DAAR EEN BELANGRIJKE ROL IN SPELEN,
MAAR DAARVAN WORDT NOG TE WEINIG GEBRUIK GEMAAKT’, ALDUS WILLO
EURLINGS, DIE BIJ SYNTENS HET CLUSTER CARE2BUSINESS AANSTUURT.
‘Binnen Care2Business brengen we zorgpartijen in contact met bedrijven die produc-
ten voor de medische sector ontwikkelen, om samen oplossingen te bedenken voor
vraagstukken in de zorg.’ Voor ondernemers is het vaak nog lastig om de specifi eke
spelregels van deze complexe sector te doorgronden. Daarom ontwikkelde adviseur
Martijn Hessels de ‘Care2Business Scan’. Martijn Hessels: ‘Samen met het bedrijf
dat een product ontwikkelt, doorlopen we van tevoren het hele traject. Niet alleen
de techniek maar bijvoorbeeld ook juridische aspecten, fi nanciering en marketing.
We gaan na waar men kennis, faciliteiten of kapitaal tekort zou kunnen komen en
zoeken daar dan oplossingen voor, bijvoorbeeld samenwerking met derden.’ De
Care2Business Scan is op 7 september gelanceerd. Vijftien bedrijven met een sterke
businesscase gaan de bijbehorende masterclass doorlopen, deelname aan de scan