Top Banner
DE ESSENTIE VAN ZORG Hans Reinders: Wat is de essentie? Thijs Tromp: Betekenisvolle zorgrelatie Wout Huizing bezoekt ‘bijna-thuis-huis’ Zoetermeer En verder: Column van Leo Fijen Ethisch Elftal Interview met Gabriël Anthonio 3 jaargang 13 september 2011 Thema:
24

Zin in Zorg

Mar 10, 2016

Download

Documents

Septembernummer van Zin in Zorg, tijdschrift van Reliëf over zorg, ethiek en levensbeschouwing
Welcome message from author
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
Page 1: Zin in Zorg

DE ESSENTIE VAN ZORG hans reinders: wat is de essentie? thijs tromp: Betekenisvolle zorgrelatie wout huizing bezoekt ‘bijna-thuis-huis’ Zoetermeer

En verder:column van leo fijen

ethisch elftal

interview met gabriël Anthonio

3jaargang 13september 2011

thema:

Page 2: Zin in Zorg

Zorg Zonder regelsDe bureaucratie in de ouderenzorg

is doorgeschoten, vindt het bestuur

van zorginstelling De Hoven in Noord-

Groningen. De regels, protocollen en

richtlijnen hebben het werken in de

zorg uitgekleed tot het uitvoeren van

voorgeschreven handelingen. Door alle

aandacht voor risicobeheersing is er

volgens bestuurder Jannie Nijlunsing

geen ruimte meer voor gewone mense-

lijke aandacht. De Hoven is vanaf 1 juli

op drie afdelingen gaan experimenteren

met Zorg Zonder Regels. De werking

van protocollen, regels en registraties

wordt stopgezet en personeel moet ge-

woon met de bewoners in gesprek over

wat zij prettig vinden. In de Tweede

Kamer is enthousiast gereageerd op de

plannen. Staatssecretaris Marlies van

Veldhuyzen van Zanten heeft toegezegd

dat het project toegevoegd wordt aan

vijf ‘regelarme projecten’ die gesteund

worden door het Ministerie van Volks-

gezondheid.

Als kAnker je rAAktEen groep christenen met verschillende

achtergronden heeft het initiatief

genomen tot de stichting ‘Als kanker je

raakt’. Zij willen een open oor en hart

bieden aan allen die met kanker ge-

confronteerd worden. Naast ondersteu-

ning en troost bieden zij begeleiding

en advies. Ze verwijzen ook naar een

netwerk van christelijke hulpverleners

die vanuit hun werk en/of ervaring

weten wat leven met kanker is. Denk

aan predikanten, geestelijk verzorgers,

rouwbegeleiders, artsen, psychologen,

fysiotherapeuten etc. Er worden lan-

delijke en regionale ontmoetingsdagen

georganiseerd, waarbij er tijd en ruimte

is voor ontmoeting en gesprek. Ook is

er veel aandacht voor zingeving. Meer

informatie of aanmelden voor een ont-

moetingsdag: www.alskankerjeraakt.nl

symposium over stervenshulpDe Vereniging voor geestelijk verzorgers

Albert Camus organiseert een symposium

over de mogelijkheid en wenselijkheid

om geestelijk verzorgers op te leiden tot

nieuwe scriptieprijs Aan de leerstoel ‘mensen met een verstandelijke beperking: psychopathologie en behandeling’ wordt een scriptieprijs verbonden: de ‘Anton došen scriptie-prijs’. de prijs zal worden toegekend aan de meest vernieuwende masterscriptie op het gebied van mensen met een verstandelijke beperking en psychiatrische en/of gedragsproblemen. de prijs bestaat uit een bedrag van € 5.000,- en zal voor het eerst worden uitgereikt in november 2011.

Best Buddies wint pier de Boer-prijs de nederlandse stichting tot Bevordering van de sociaal-pedagogische Zorg (stichting spZ) heeft voor de tweede keer de pier de Boer-prijs uitgereikt. winnaar is Best Buddies, een organisatie die het aangaan van vriendschappen van verstandelijk gehandicapten met leeftijdsgenoten zonder een verstande-lijke handicap initieert en ondersteunt. voor de pier de Boer-prijs waren drie

projecten genomineerd: Best Buddies, Ik ben Thomas en ik ga dood van de expertgroep palliatieve zorg voor mensen met een verstandelijke beper-king en Onbeperkt Actief van raster welzijn. tijdens een feestelijke bij-eenkomst in Barneveld hebben de drie genomineerden hun projecten aan het publiek gepresenteerd. Best Buddies ontving als prijswinnaar een bronzen beeld en een cheque ter waarde van € 50.000,-.

steun voor projecten levensvrAgen & ouderenOuder worden brengt met zich mee dat de mens terugkijkt op het leven en

vooruitkijkt naar het einde daarvan. Vooral wanneer mensen te maken krijgen

met toenemende afhankelijkheid of verlies en naar andere manieren zoeken

om in het leven zin te ervaren. Het is belangrijk dat deze levensvragen gezien

worden en respectvol behandeld. Organisaties die werk maken van de omgang

met levensvragen kunnen rekenen op inhoudelijke steun én mogelijkheden voor

financiering van projecten. Het Expertisenetwerk Levensvragen en Ouderen

van Vilans, waarvan Reliëf een van de kernpartners is, is erop gericht om

initiatiefnemers te informeren en in praktische zin te ondersteunen. Skanfonds

biedt met een speciaal stimuleringsprogramma extra financiële ruimte om

initiatieven te ontplooien en te professionaliseren. Voor meer informatie kijkt

u op www.skanfonds.nl

week vAn reflectie in de ZorgVan maandag 21 tot en met vrijdag 25 november 2011 vindt de landelijke week van

reflectie in de zorg en jeugdzorg plaats. Het belooft een inspirerende week te wor-

den met lunchbijeenkomsten, symposia, lezingen, filmavonden,

ethiekcolleges, avonden met theater en bijeenkomsten waar

medewerkers ethische dilemma’s in hun werk kunnen bespreken.

Aan de week van reflectie wordt meegewerkt door instellingen

uit alle sectoren van de gezondheidszorg, maar ook door ROC’s,

hogescholen en universiteiten, werkgevers- en werknemersorga-

nisaties en organisaties op het terrein van ethiek.

2 Zin in Zorg

Page 3: Zin in Zorg

stervenshulpdeskundigen. Deze zouden

toegerust moeten worden om ouderen,

die hun leven voltooid achten, te helpen

bij het sterven. Het debat over ster-

venshulpbegeleiding zal zich met name

richten op het zingevingsperspectief.

Welke onderliggende waarden spelen in

deze discussie een rol? Welke mensbeel-

den? Daarnaast is er aandacht voor de

medische en juridische aspecten.

Het symposium vindt plaats op 2 novem-

ber van 13.30 tot 17.00 uur in de Toren-

zaal van het Utrechts Centrum voor de

Kunsten aan het Domplein 4 in Utrecht.

Sprekers zijn dr. Christa Anbeek en dr.

Boudewijn Chabot. Drs. Wout Huizing,

stafmedewerker van Reliëf, treedt op als

gespreksleider. Informatie en aanmelden

via www.vgw-albertcamus.nl

verlAngen Zien

Jij die mij aankijkt

Jij die mij niet kent

Jij die mij nodig hebt

Jij die moet wachten

Jij die af moet wachten

Jij tegen wie ik U zeg

Jij die ik meneer noem

Jij die ik mevrouw noem

Jij die mij vreemd bent

Jij zo ineens op mijn weg

Wij kozen elkaar niet uit

Wij zijn elkaar niet gelijk

Wij hebben verschillende belangen

Wij verkennen elkaar

Wij tasten elkaar af

Jij bent niet wat ik zie

Ik ben niet wat U ziet

Jouw ogen en mijn ogen

zien soms dat verlangen

Verlangen over en weer

gewaardeerd te worden

Verlangen naar die brug

aandacht die een brug bouwt

marinus van den Berg

inAugurele rede petri emBregts Een goede hulpverlener in de zorg

aan kwetsbare mensen is iemand die

niet alleen vaktechnisch bekwaam is,

maar ook zijn persoonlijke kwaliteiten

kan inzetten in de relatie met de

hulpbehoevende. Dat betoogde

hoogleraar Petri Embregts van Tilburg

University vrijdag 17 juni jl. in haar

inaugurele rede ‘Zien, bewogen worden,

in beweging komen’. Embregts verricht

onderzoek naar psychopathologie

en behandeling van mensen met

een verstandelijke beperking. De

hulpverlening aan kwetsbare mensen

is aan verandering onderhevig, evenals

de rolopvatting van de hulpverlener.

Om deze veranderde hulpverlening

goed te analyseren en de kwaliteit

van zorg te optimaliseren, zou minder

aandacht besteed moeten worden aan

de beheersbaarheid en meer aan het

hulpverleningsproces, stelde

Petri Embregts in haar oratie. De

kwaliteit van zorg wordt volgens

Embregts voor een groot deel bepaald

door een betekenisvolle, goede relatie

tussen de hulpbehoevende en de

hulpverlener. Het zijn vooral houding

en persoonskenmerken die van invloed

zijn op contact maken, afstemmen op

de zorgbehoevende, een betrekking of

relatie aangaan en deze onderhouden.

promotie johAn smitOp 14 november om 15.45 uur hoopt

Johan Smit aan de Vrije Universiteit

te promoveren tot doctor in de

Godgeleerdheid op het proefschrift

‘Competenties voor de pastorale

communicatie met mensen met een

verstandelijke beperking’.

ontferming voor dummiesop vrijdag 1 juli jl. hield Annelies van heijst, hoogleraar Zorg, cultuur en caritas, haar inaugurele rede in de aula van de universiteit van tilburg. de rede, getiteld Ontferming voor Dummies. Zorgverhou-dingen in een religieus verleden en pluriform heden, is te lezen en te downloaden op de website www.zorgethiek.nu daar is ook een kort interview te lezen met prof. van heijst.

Foto: UvT

3september 2011

Page 4: Zin in Zorg

colofon

Zin in Zorg is een uitgave van Reliëf, christelijke

vereniging van zorgaanbieders, in samenwerking

met de Stichting Cupertino. Bij Reliëf zijn

200 zorginstellingen aangesloten. De missie van

Reliëf is om vanuit christelijke inspiratie invloed

uit te oefenen op het maatschappelijk debat en

de inhoud, uitvoering en organisatie van de zorg

en aldus bij te dragen aan de essentie van zorg.

Vanuit die missie richt Zin in Zorg zich op

gezondheidszorg, ethiek en levensbeschouwing

in hun onderlinge relaties.

Zin in Zorg verschijnt viermaal per jaar.

issn: 1389-6490 / jaargang 13 / nummer 3

AbonnementenLidinstellingen van Reliëf ontvangen twee

abonnementen; aanvullende abonnementen voor

€ 17,50 per jaar.

Particulier abonnementen kosten € 26,75 per

jaar. Losse nummers € 6,75 + porto. Advertentie-

tarieven op aanvraag. Abonnementen kunnen

ieder moment van het jaar ingaan. Opzeggingen

moeten voor 1 december gedaan worden.

redactieDrs. Annemieke Beekers

Dr. Carlo Leget (voorzitter)

Dr. Frits Mertens

Drs. Cynthia Lieshout (eindredactie)

Drs. Thijs Tromp

redactieadviseurProf. dr. Martin Hoondert

(uitgever Abdij van Berne)

Redactieadres: Reliëf, t.a.v. Anjo Oppelaar,

Neckardreef 6, 3562 CN Utrecht

redactieadviesraadDrs. Abeltje Hoogekamp

Drs. Agnes van Balkom

Dr. Frans Kamsteeg

Drs. Martijn Laterveer

Prof. dr. Herman Meininger

Drs. Elly van Reij-Pieterson

Daniëlle van der Eerden-Vollebrecht

Grafi sch ontwerp

Impulsar, Uitgeest

technische realisatie

Drukkerij Berne, Heeswijk

De redactie heeft getracht om alle recht-

hebbenden toestemming te vragen voor

publicatie. Dat is niet in alle gevallen gelukt.

Indien u meent gepasseerd te zijn, gelieve

contact op te nemen met de redactie.

www.relief.nl

6 de kwestiewat is ‘de essentie’?hans reinders

8 de visie de essentie van zorg:de betekenisvolle zorgrelatiethijs tromp

10 doorgelichtde mens is geschapen om rechtop te lopeninterview met gabriël Anthoniothijs tromp

12 op locAtie elk detail is belangrijkreportage vanuit hospice Zoetermeerwout huizing

13 ZinneBeeldgeweldsmisdrijffrits mertens

14 ethisch elftAl horen, zien en zwijgen?madeleine timmermann en marianne waling-huijsen

15 portret vAn de ethische commissie vAn... stichting land van horne

16 geleZenDe mongool, de moeder en de fi losoofBesproken door jet isarin

18 de ZorgrelAtie de relatie tussen jacky martin en michael kolen

19 gesprek met jAckyeen plek onder de zon

20 reportAgeBeroepsprofi el voor de hbo-geestelijk verzorgerverslag van een studiemiddagnico van der leer

22 verenigingsnieuws

23 column vAn de voorZitter

4 Zin in Zorg

Page 5: Zin in Zorg

goede Zorg

Achmea ontzorgt”, is al enkele jaren de leus waarmee een

bekende verzekeringsmaatschappij klanten probeert te

trekken. Ik herinner me nog goed hoe de Nijmeegse

hoogleraar spiritualiteit Kees Waaijman daar tegen

protesteerde. Hij vond het geen goed idee, dit motto. Zorg is

juist iets dat we moeten koesteren, was zijn gedachte: iets

waardevols waar onze samenleving beter van wordt. Zoiets

moet je niet willen missen.

Nu zou je kunnen denken dat Achmea misschien ook helemaal

niet zover wil gaan. Wat zij willen uitdragen is wellicht

gewoon dat mensen zich niet ongerust hoeven maken wanneer

hen iets overkomt. Comfort, daar kan toch niets op tegen

zijn?

Die tendens (hoe minder zorg, hoe meer comfort) is zelfs heel

herkenbaar. Iedereen wil comfortabel leven. Hoe meer geld

mensen hebben, hoe meer alledaagse zorgtaken ze afstoten:

het huis schoonmaken, de tuin bijhouden, kleding wassen, er

is veel wat anderen kunnen doen. Maar is een comfortabel

leven ook automatisch een gelukkig of beter leven? Dat is nog

maar de vraag.

Zorg is namelijk iets eigenaardigs. Ook de alledaagse zorg

voor het eigen levensonderhoud. Het vraagt aandacht en

biedt daarmee een kans om stil te staan bij vanzelfsprekend-

heden. Het gewone wordt ongewoon en bijzonder wanneer je

er aandachtig mee bezig bent. Dat geldt ook voor het geven

en ontvangen van zorg.

Zorg geven is overigens niet altijd leuk, zoals dat ook geldt

voor het ontvangen van zorg. Het dwarsboomt nog al eens

onze eigen plannen en confronteert ons met pijnlijke kanten

van het bestaan als kwetsbaarheid en afhankelijkheid.

Tegelijkertijd zit daar precies ook een grote waarde van zorg.

Je zou kunnen zeggen dat het ons als het ware terugbrengt

naar wat echt belangrijk is en openbreekt naar elkaar toe.

Weg uit onze zelfgerichtheid.

Zorgen is in zichzelf zinvol want het kan niet zonder

verantwoordelijkheid, aandacht, afstemming, verbinding etc.

Allemaal ethische begrippen. Zorg is dan ook door en door

ethisch. Ik ben er zelfs van overtuigd dat ethiek uiteindelijk

steeds weer begint en eindigt met zorg.

In dit themanummer gaan we op onderzoek naar de vraag wat

nu de essentie van goede zorg is. Misschien is een goed

vertrekpunt om in ons achterhoofd te houden: goede zorg

verbindt mensen met elkaar en met de wereld om hen heen.

Het helpt deze wereld – soms een jungle, soms een woestijn,

soms een tuin – een beetje bewoonbaarder te maken.

Vanuit die gedachte is ook aan dit themanummer veel zorg

besteed. Zin in zorg heeft zelfs een nieuw jasje gekregen.

Want van goede zorg wordt de wereld een beetje mooier.

carlo leget

redactioneel

columnIk geef al meer dan tien jaar

lezingen over spirituele groei van

mensen. Maar ik weet pas echt wat

groeien betekent sinds ik kansloos

tegen de vlakte werd gesmeten. Het

gebeurde twee jaar geleden. Ik was

veel te druk, luisterde niet naar mijn

lichaam en ging vanuit het niets op

een ijskoude zaterdagmorgen

schaatsen. En dat deed ik ook nog

eens met botte ijzers. Ik kreeg de

rekening binnen een half uur

gepresenteerd toen ik hard onderuit

ging en met gebroken en bloedende

pols voor oud vuil op de ijsvloer lag.

Ik kon niet opstaan, ik lag daar als een

kansloze ploeteraar. En ik wist echt

niet hoe ik de vaste wal kon bereiken.

Op dat moment keek ik in het gezicht

van twee stoere mannen van de

ijsclub van Breukelen. Ze tilden me

op, legden me op een slee, gooiden

een deken over me heen en schaatsten

me naar warmere oorden. Ik werd

geholpen omdat ik niets meer kon, op

het nulpunt van mijn zwakheid lag en

nog maar één vraag kon ophoesten:

help me!

Zorg kan er alleen maar zijn als de

een aan de ander vraagt: help me!

Veel nadrukkelijker gebeurde dat nog

eens twee dagen later. Ik was

inmiddels geopereerd, had me al lang

niet verschoond en wilde mijn haren

wassen. Maar dan moest ik hulp

vragen, want mijn beide armen lagen

vastgeketend aan het bed. Dat deed ik

pas na twee dagen bij een oudere

verpleegkundige: ‘Wilt u me helpen

douchen?’.

Daar stond ik even later, in al mijn

naaktheid, met een verpleegkundige

die mijn haar waste. Zorg kon er

slechts zijn omdat ik afhankelijk

durfde te zijn. Eigenlijk moest ik weer

afhankelijk als een baby worden. De

verpleegkundige leerde me die les

want er was geen goede shampoo.

Maar ze had wel babyshampoo voor

me. Ik moest lachen bij alle ellende.

Want die shampoo gaf goed weer hoe

zin in zorg kan ontstaan: als de een

zijn hoofd durft te buigen en even als

een baby wil worden, dan kan de

ander verbonden raken en zorg

bieden. Misschien moeten we weer

leren elkaar tot last te zijn.

leo fijenHoofd Godsdienst & Cultuur

bij de RKK/KRO

hulpeloos Als een BABy

5september 2011

Page 6: Zin in Zorg

Zodra ‘de essentie van zorg’ ter sprake komt, stuit je op de vraag wat dat eigenlijk is: de essentie. en hoe stel je die vast? misschien nog wel belangrijker: wat doet het antwoord op die vraag ertoe? wat wil iemand weten die naar ‘de essentie van zorg’ vraagt? prof. dr. hans reinders, hoogleraar ethiek aan de vu, laat zijn licht schijnen op de essentie van zorg.

WAT IS DE ESSENTIE

Het zal niet voor iedereen gelden,

maar in mij ontwaakt meteen de

fi losoof. Laat ik bij de taal beginnen.

Hebben woorden als ‘specialistische

zorg’, ‘kopzorg’, ‘zorgplicht’, ‘zorgvul-

dig’, ‘bemoeizorg’, ‘nazorg’, ‘zorgsy-

steem’, ‘thuiszorg’, ‘zorgethiek’, enz.

iets met elkaar gemeen? Zit in al die

woorden eenzelfde begrip van zorg, of

betekent ‘zorg’ in verschillende secto-

ren en disciplines telkens iets anders?

Mij lijkt het antwoord op die vraag

duidelijk. ‘Zorg’ heeft vele betekenis-

sen – als zelfstandig naamwoord en als

voor- of achtervoegsel – zodat je je

kunt afvragen of dat wel bestaat: de

essentie van zorg. De uitwaaiering van

betekenissen is een bekend verschijn-

sel in onze taal. Mensen eigenen zich

woorden en begrippen toe, bijvoorbeeld

om zich van een last te ontdoen, of

anderen ergens van te bevrijden. Zelf-

doding heette nog niet zo lang geleden

zelfmoord; iemand met een beperking

heet nog steeds een ‘gehandicapte’ ter-

wijl dat woord door de betrokkenen als

denigrerend wordt ervaren. Mensen met

een gehoorstoornis zijn niet gehandi-

capt maar hebben een eigen cultuur, de

‘dovencultuur’. Er zijn nog veel meer

voorbeelden te noemen.

Mensen proberen elkaar tot andere in-

zichten te brengen en daarom trekken

en wrikken ze aan vastgeroeste bete-

kenissen. Er staat in dit verband een

prachtige passage in het boek Through

the Looking Glass van Lewis Carroll –

een vervolg op Alice in Wonderland

– die ik de lezer niet wil onthouden.

Alice komt een heel merkwaardig man-

netje tegen, mr. Humpty Dumpty. Ze

Hans Reinders

6 Zin in Zorg

Page 7: Zin in Zorg

Zorg heeft een kern, iets eigens, dat je niet kunt prijsgeven aan de markt

raakt met hem in gesprek, nota bene

over taal! Het gaat over het woord

‘glorieus’: “Ik weet niet wat je met dat

woord bedoelt,” zegt Alice. Humpty

Dumpty glimlacht laatdunkend. “Na-

tuurlijk weet je dat niet, totdat ik het

je vertel. Ik bedoelde: ‘hier heb je niet

van terug!” “Maar dat betekent ‘glori-

eus’ helemaal niet”, protesteert Alice.

“Wanneer ik een woord gebruik”, zegt

Humpty Dumpty op een verwijtende

toon, “dan betekent het precies wat ik

wil dat het betekent, niet meer en niet

minder.” “De kwestie is,” werpt Alice

tegen, “of je woorden van alles kunt

laten betekenen.” “De kwestie is,” ant-

woordt Humpty Dumpty, “wie daarover

gaat – dat is alles.”

Woorden en hun betekenissen zijn het

voorwerp van debatten tussen mensen

met tegengestelde opvattingen. Sociale

wetenschappers leggen ons – als eigen-

tijdse Humpty Dumptys – uit, dat deze

debatten beslist worden door de vraag

bij wie de ‘definitiemacht’ ligt. Is er

met het woord ‘zorg’ ook iets dergelijks

aan de hand?

In zekere zin wel. Dat blijkt zodra we

even stilstaan bij wat wordt genoemd

de vermaatschappelijking van zorg.

Dit is een begrip dat wijst op het feit

dat gezondheidszorg in onze samenle-

ving niet langer een bolwerk is waar

professionals – artsen, psychiaters,

psychologen, enz. – het voor het zeg-

gen hebben, maar dat ook in deze

sector de maatschappelijke processen

van emancipatie en gelijkberechtiging

van burgers hun invloed doen gelden.

Die processen zijn sinds enkele decen-

nia gaande en hebben in de zorgsector

grote veranderingen teweeg gebracht.

De aard van deze veranderingen komt

in de laatste twintig jaar pregnant tot

uitdrukking in het spreken over mensen

die zorg gebruiken als ‘consumenten’ en

‘cliënten’. Het is niet toevallig dat deze

termen vooral worden verafschuwd door

mensen die in de zorgsector werken, en

het is evenmin toevallig dat ze vooral

worden gebruikt door mensen die willen

dat de zorgsector veel ‘transparanter’

wordt.

Vermaatschappelijking van zorg bete-

kent onder meer dat zorginstellingen

en hun professionals verantwoording

verschuldigd zijn aan de samenleving.

Niet alleen omdat ze met ‘publiek geld’

werken, maar ook omdat het niet aan-

gaat dat de zorgsector er eigen normen

en waarden op na houdt. Deed ze dat

dan? Jazeker. Denk maar aan het feit

dat wat tegenwoordig ‘bio-ethiek’ of

‘gezondheidsethiek’ heet, tot in de

jaren ’80 van de vorige eeuw nog ‘me-

dische ethiek’ heette. Medische ethiek

was ethiek van en voor dokters. Het feit

dat die term is gesneuveld heeft alles

te maken met het proces dat ik hier

beschrijf.

Maar de betekenis van vermaatschappe-

lijking gaat verder. Gebruikers van zorg

zijn geen voorwerp van professioneel

handelen, maar hebben zelf een stem.

Het adagium in de zorgsector luidt

‘vraaggestuurde zorg’. Dit betekent

onder meer dat zorggebruikers een stem

krijgen in wat ‘goede zorg’ mag heten.

Ook de discussie over zorgkwaliteit laat

deze omkering zien.

In de context van deze maatschappe-

lijke ontwikkeling krijgt de vraag naar

‘de essentie van zorg’ reliëf. Ze wordt

gesteld door mensen die in de verschui-

ving van ‘definitiemacht’ in de zorg-

sector niet alleen maar winst zien. In

mijn vak vind je ze verenigd onder het

banier van de zorgethiek. Niet omdat ze

vinden dat in de zorg professionals het

voor het zeggen moeten hebben – dat

vindt eigenlijk niemand – maar wel om-

dat ze van oordeel zijn dat ‘zorg’ een

kern heeft, iets eigens, dat je niet kunt

prijsgeven aan het vrije veld van maat-

schappelijke krachten – lees: de markt

– zonder daarvoor een prijs te moeten

betalen.

Wat dat ‘iets’ is? Als ik goed luister naar

wat mensen daarover zeggen, dan ver-

zetten ze zich tegen de idee van zorg

als ‘product’, als iets dat je ‘gebruikt’.

Hun bezwaar geldt de instrumentalise-

ring van zorg die maakt dat de vraag

hoe je dat doet, goede zorg leveren,

secundair wordt. De vraag naar de

essentie van zorg lijkt mij daarom

een vraag naar een manier van doen

die past bij het begrip zorg, een han-

delingspraktijk, waarvoor specifieke

menselijke kwaliteiten nodig zijn. Zorg

is geen ‘zorg’ meer als die kwaliteiten

er te weinig toe doen. Ik denk dat ze

hierin gelijk hebben.

Foto

: M

aart

je G

eels

/Hol

land

se H

oogt

e

7september 2011

Page 8: Zin in Zorg

De tijd is voorbij dat ideologische

kaders ons dicteren wat goede zorg

is. En dat is maar goed ook. Het is inmid-

dels een algemeen aanvaard uitgangs-

punt dat het de zorgvrager is, die het

uiteindelijke oordeel velt over wat goe-

de zorg is. Dat oordeel van de zorgvrager

is natuurlijk van wezenlijk belang, maar

toch zet ik vraagtekens bij dit uitgangs-

punt. Hieronder leg ik uit waarom.

Het begrip ‘zorg’ is te ontleden in twee

aspecten, twee betekenissen: zorgen

om (bekommernis) en zorgen voor (in

relatie). Het belang dat ik hecht aan die

tweede betekenis, het relationele karak-

ter van zorg, brengt mij tot de stelling

dat we pas kunnen spreken van goede

zorg als er sprake is van een betekenis-

volle zorgrelatie.

Zorg Als BekommernisLaten we bij het begin beginnen. Zorg

als bekommernis. Mensen proberen te

genieten van het leven. Zij zijn gezond,

hebben liefdevolle familieleden, fi jne

vrienden, een aantrekkelijke levens-

partner, zinvol werk, boeiende hobby’s,

een prachtig huis en een mooie auto.

Dat komt voor. Maar iedereen weet ook

dat gezondheid, en al deze relaties en

bezittingen onder druk kunnen staan,

nooit vanzelfsprekend zijn. Er kunnen

zorgen ontstaan. Er is niemand die zich

hiervoor kan afsluiten. De genietende

mens is een kwetsbaar mens. Genieten

van het leven en je hechten aan anderen

maken mensen kwetsbaar voor verlies,

lijden en pijn. Daar begint de menselijke

zorg. Zorg in de betekenis van ‘je zor-

gen maken om’. In de zorgen die we ons

maken, beseffen we niet alleen dat we

kwetsbaar zijn, maar ook dat we afhan-

het is pretentieus om te spreken over de essentie van

zorg. wie kan zeggen wat goede zorg is, waar het in de

zorg écht om gaat? thijs tromp, directeur van reliëf,

doet toch een poging. hij sluit aan bij hans reinders

die in ‘de kwestie’ aandacht vroeg voor het verzet

tegen de instrumentalisering van de zorg.

DE ESSENTIE VAN ZORG: DE BETEKENISVOLLE ZORGRELATIEThijs Tromp

Zin in Zorg8

Page 9: Zin in Zorg

Wederzijds vertrouwen is de belangrijkste voorwaarde voor goede zorg

kelijk zijn van anderen. Als het moeilijk

wordt, hopen we te kunnen rekenen op

anderen, hopen we dat anderen naar ons

omzien en ons terzijde staan. Dat ande-

ren voor ons zorgen.

Zorg in relAtieDat ‘zorgen voor elkaar’ is de tweede

betekenis van zorg. Aan deze tweede be-

tekenis denken we meestal als het gaat

over ‘de zorg’. Het is goed te beseffen

dat ‘de zorg’ een bredere reikwijdte

heeft dan alleen professionele zorg.

Zorgen voor elkaar doen we voortdurend

en in allerlei relaties: moeders en vaders

voor kinderen, geliefden en vrienden

voor elkaar, buren voor buurtgenoten,

kerkleden onderling, als collega’s en

zelfs onbekenden die een handje toeste-

ken. Waarop al deze zorg is gebaseerd

is niet zo eenvoudig te zeggen. Want zo

gevarieerd als relaties zijn, zo uiteen-

lopend is ook de zorg die we in deze

relaties voor elkaar hebben. En dan is er

ook nog zoiets als betaalde zorg, zorg als

een soort transactie.

In de opvatting die we vanuit Reliëf

voorstaan, is zorg goed te noemen als er

een betekenisvolle zorgrelatie tot stand

komt. Dat wil zeggen dat de verleende

zorg tegemoet komt aan de zorgbehoef-

te van de zorgvrager. Die zorgbehoefte

bestaat in de eerste plaats uit de erken-

ning dat er lijden of ongemak is dat de

zorgvrager zorgen baart en erkenning

van wat die zorgen voor de zorgvrager

betekenen. Dit zetten we op de eerste

plaats omdat juist dit punt momenteel

in de zorg onder druk staat. De kwali-

teit van de professionele zorgverlening

in Nederland staat technisch gezien op

een hoog peil. Maar die technische be-

nadering van de kwaliteit van zorg heeft

zich vertaald in voorgestructureerde

diagnoses, richtlijnen voor de behande-

ling, stroomlijning van zorgroutes, spe-

cialisatie van behandelaren en heldere

zorgovereenkomsten. En juist die tech-

nische benadering zorgt ervoor dat een

soort scherm tussen de zorgverlener en

de zorgvrager komt te staan. De vraag

‘wat heeft u en hoe kunnen we dat zo

efficiënt mogelijk verhelpen’, verdringt

de vragen die op de eerste plaats zouden

moeten komen: ‘wie bent u, hoe gaat

het met u en wat betekent het voor u

dat u lijdt aan uw beperkingen of uw

ziekte?’ Precies waar in de zorg contact

gemaakt wordt over déze betekenisdi-

mensie, krijgt de zorgrelatie werkelijk

inhoud.

wederZijds vertrouwenDoor een dialoog, gekenmerkt door lief-

devolle aandacht voor en erkenning van

de zorgvrager, ontstaat het vertrouwen

waardoor de zorg tot goede zorg kan

worden. Het wederzijds vertrouwen is

de belangrijkste voorwaarde voor het

bieden van verantwoorde en deskundige

zorg. Want dat is uiteraard het tweede

aspect van de zorgbehoefte, namelijk

dat er iets gedaan wordt aan de pijn,

het lijden en de beperkingen. Maar ook

hier willen we een kanttekening maken.

Het is van belang dat we in de zorg

niet alle pijlen richten op het oplossen

van problemen. Veel problemen waar

mensen aan lijden zijn niet op te los-

sen, hooguit te verlichten. Maar in alle

zorgsituaties geldt dat nabij blijven, ook

als de mogelijkheden minder worden of

er geen genezing mogelijk is, essentieel

is. Ook wanneer mensen de onafwend-

baarheid van afnemende mogelijkheden

onder ogen moeten zien, is er sprake

van ontwikkeling. Een heel belangrijke

ontwikkeling zelfs. In het reine komen

met gebrokenheid en aftakeling vraagt

om een groei van binnen. De steun van

zorgverleners, formele en informele, is

hier van onschatbare waarde.

tAAk voor de ZorgorgAnisAtieOm zorgen vanuit een betekenisvolle

zorgrelatie mogelijk te maken, zullen

zorgorganisaties de zorgrelatie als de

kern van hun organisatie moeten gaan

beschouwen. Dat vraagt om medewerkers

die zorgen vanuit persoonlijke aandacht

en oprechte betrokkenheid. Deze be-

zielde vakmensen zullen in de organisatie

optimale handelingsruimte moeten krij-

gen om vanuit hun beroepseer betrokken

en deskundige zorg te verlenen. Naast de

voortdurende aandacht voor technische

kwaliteit dient er ruimte te zijn voor

bezinning en reflectie op de motivatie en

inspiratie van zorgverleners.

Op de foto ziet u het team van Reliëf.

9september 2011

Page 10: Zin in Zorg

de betrokkenheid bij mensen in de marge lijkt een rode draad te zijn in uw carrière.

“Ik ben niet bestemd voor de comfort zone. Het gedoe, dat

hoort bij me. Ik zit in de kerk het liefste achterin, tussen de

mensen aan de rand. Ik vraag me altijd af waar Jezus zou gaan

zitten. Ik voel me aangetrokken tot gebrokenheid. Echte ver-

andering komt niet voort uit het nastreven van mooie idealen,

maar uit intense verontwaardiging over hoe het loopt. Dat je

geraakt wordt en denkt: ‘Dit kan zo niet langer!’ Dat heb ik

vooral wanneer ik zie dat mensen vernederd worden. Mensen

zijn geschapen om rechtop te lopen, niet om gebukt door het

leven te gaan.”

kleine verhalen en grote verhalen“Een voorbeeld: Er was een meisje bij Jeugdhulp Friesland.

Zij was thuis mishandeld en misbruikt, kon enige tijd niet naar

school. Na een paar weken vond ze de moed om weer naar

school te gaan. Ze had niet al haar schoolboeken kunnen mee-

nemen. Bij de les Frans werd ze weggestuurd omdat ze haar

boek niet bij zich had. Omdat ze ook geen gymkleren had,

bedacht ze, dapper en creatief als ze was, dat ze wel in haar

shirt en ondergoed kon gymmen. De gymleraar zette haar voor

gek en stuurde haar weg. Haar conclusie: ‘Ik ga nooit meer

naar school!’ En geef haar eens ongelijk. Ik ben bij medewer-

kers nagegaan of er geld was voor schoolboeken en gymkleren.

Dat budget bleek er niet te zijn. Toen ben ik met dit verhaal

naar Piet Adema gegaan, gedeputeerde in Friesland. Met zijn

steun hebben we een armoedefonds opgericht, dat nu al drie

jaar bestaat en jongeren helpt om bijvoorbeeld gymschoenen

of nieuwe winterkleren te kopen waarin ze dus letterlijk recht-

op kunnen lopen. Voor deze jongeren is dit heel wezenlijk.

Het schept hoop als ze voelen dat hun ‘kleine’ verhaal gehoord

wordt en opgenomen in een groter verhaal. Het is het grote

verhaal van bewogenheid en solidariteit. Dat is voor mij zinge-

ving: kleine verhalen verbinden aan grote verhalen.”

werkt dat ook zo voor uzelf?“Na een ingewikkelde jeugd was mijn bekering tot het chris-

telijk geloof een vergelijkbare ervaring. Mijn kleine verhaal

kreeg zin in het licht van het grotere verhaal. Het grote ver-

haal dat God alleen in de volle omvang kent. Hij werkt dwars

door de chaos heen toe naar een nieuwe hemel en een nieuwe

aarde. Wij kunnen actief bijdragen aan dit grote verhaal, door

te streven naar een samenleving waarin niemand wordt ver-

nederd. Rechtop lopen verwijst naar opstanding en naar een

nieuwe hemel en nieuwe aarde.”

wat kunt u daaraan bijdragen als bestuurder?“Als bestuurder moet je regelmatig ingrijpende beslissingen

nemen. Je moet mensen ontslaan of een locatie sluiten. Dat

levert pijnlijke situaties op. Ik wil daar niet voor weglopen. Ik

ga het gesprek aan en laat zien dat het mijzelf ook verdriet

doet. Natuurlijk leidt dat niet altijd tot een harmonieuze

oplossing. Sommige mensen blijven boos. Maar dat zie ik als

genade. Dat heb ik geleerd van Franciscus van Assisi. Toen hij

ging preken in de dorpen kwamen velen tot geloof. De mensen

prezen hem en zeiden dat het goed ging. ‘Nee’, zei hij, ‘het

gabriël Anthonio, bestuurder bij

jeugdzorg friesland, is een betrokken

christen, een boeiende denker en een

man die wars is van oppervlakkigheid.

hij werkt bij voorkeur met mensen in de

marge. thijs tromp sprak met hem over

inspiratie, leiderschap en de essentie

van zorg.

Thijs Tromp

GABRIËLANTHONIO

MENSEN ZIJNGESCHAPEN OMRECHTOP TE LOPEN

10 Zin in Zorg

Page 11: Zin in Zorg

gaat niet goed.’ Pas toen hij in een stad kwam waar de kape-

laan hem vijandig bejegende en waar hij zelfs een pak rammel

kreeg zei hij: ‘Nu gaat het goed, sla door tot 29!’ Succes maakt

niet gelukkig.”

maar u bent zelf succesvol…“Ik bevind me in de gevarenzone. Ik ben een bestuurder met

een goed inkomen, ik ben lector, ik verzorg lezingen en pre-

ken. Voortdurend gaat het daarbij om status en bewondering.

Dan is het goed dat je regelmatig wordt geconfronteerd met je

eigen kwetsbaarheid. God vraagt niet van ons om de weg naar

boven in te slaan, maar om af te dalen, om de weg naar bin-

nen, die van innerlijke groei te kiezen.”

wat is voor u de essentie van zorg? “Misschien kun je beter vragen wat de essentie van leven is.

Aristoteles zegt: ‘Leef als een onsterfelijke.’ Daarmee bedoelt

hij dat je je niet moet richten op het vergankelijke, het ma-

teriële, het oppervlakkige. Richt je op duurzame waarden als

vriendschap, trouw en waardigheid. Als je streeft naar onver-

gankelijke waarden dan zul je offers moeten brengen. Maar

het is de moeite waard: beter tussen verkreukelde lakens om-

ringd door liefde en aandacht dan een gestreken en gepoetst

leven te midden van kilheid en kou. De essentie van zorg is dat

we leren om als mensen duurzaam met elkaar om te gaan.”

in elk nummer van Zin in Zorg leggen we de geïnterviewde vijf vragen voor. de antwoorden op

deze vragen geven een indruk van wie iemand is, hoe hij in het leven staat. deze keer een quickscan van gabriël Anthonio.

levensmotto? De weg naar beneden maakt rijker dan de weg

omhoog. De weg naar beneden is voor mij de weg

van Jezus. Het is een innerlijke weg, waarin je geest en

je karakter steeds verder gevormd worden. De wereld wil

altijd naar boven, meer geld, meer aanzien. Jezus volgen is

steeds verder afdalen.

Zorgmoment? Iedere ochtend om half zeven, de zorg voor mijn

gehandicapte zoon. Als ik hem wakker maak moet

ik hem eerst ‘lezen’. Hij kan niet praten en ik moet tijd

nemen om goed naar hem te kijken. Als ik te druk in mijn

hoofd bezig ben lukt dit niet goed. Ik moet eerst goed in

contact met mezelf zijn en kan dan hem aanvoelen en ver-

zorgen. Dit is de essentie van leiderschap: het moet van

binnenuit komen.

verontwAArdiging?

Ik maak me boos over mensen die andere mensen

vernederen. De mens is geschapen om rechtop te

lopen. Dan gaat het niet alleen om mishandeling of

misbruik, maar ook om bevoogding van de hulpverleners en

de eindeloze bureaucratie. Ik vind het geweldig om te zien

als mensen weer rechtop gaan lopen.

ZondAgochtend?

Moment van bezinning, in de kerk. Maar er moet

altijd iemand thuis bij mijn zoon zijn. Als ik op zon-

dag niet naar de kerk ga vind ik bezinning in de zorg

voor mijn zoon en bijvoorbeeld samen wandelen. Ik vertel

hem dan hoe intens veel ik van hem houd en dat ik blij ben

dat ik zijn vader mag zijn. Hij is de slijpsteen van mijn ziel.

geleZen? Peter Sloterdijk, Het heilig vuur, over de strijd tus-

sen jodendom, christendom en islam. Sloterdijk is

kritisch en anti-godsdienst. Ik lees geregeld dit soort

tegendraadse literatuur. Dat scherpt mijn geest. Ik lees in

dit boek ook een uitnodiging om ons geloof naar een manier

van leven te vertalen. Christenen mogen wat mij betreft

veel actiever aan het debat over wat moderne beschaving

is deelnemen. We hebben een unieke boodschap van liefde

en solidariteit. Daar zouden we ons meer naar kunnen ge-

dragen.

1

2

3

4

5

GABRIËLANTHONIO dr. gabriël Anthonio begon zijn carrière bij tot

heil des volks en later bij stichting timon in de opvang voor kinderen uit moeilijke gezinssitua-ties. vervolgens werkte hij voor justitie en werd directeur in een jeugdgevangenis en later in de dr. s. van mesdagkliniek, een tBs instelling in groningen. hij promoveerde op het proces van humanisering in de dr. s. van mesdagkliniek, waaraan hij leiding gaf. nu is hij directeur van jeugdhulp friesland en is lector in leadership & change management aan de stenden hogeschool. Anthonio is getrouwd en heeft een zoon en een dochter.

11september 2011

Page 12: Zin in Zorg

ELK DETAILIS BELANGRIJK in nederland zijn ruim 200 hospices en bijna-thuis-

huizen. een bijzonder aspect hierbij is de grote

betrokkenheid van vrijwilligers. wout huizing,

stafmedewerker van reliëf, liep mee in Zoetermeer.

Wout Huizing

Na vertraging in het verkeer stap ik

enigszins gehaast binnen in het

‘Bijna Thuis Huis Zoetermeer’. Maar al

snel (!) verdwijnt dat gevoel van haast.

In het kleine kantoor zitten de coördina-

tor en twee vrijwilligers genoeglijk bij

elkaar. Een hartelijke groet. Kopje kof-

fi e. Ik voel me welkom. Er is een sfeer

van rust en aandacht. Deze start zet de

toon voor mijn ervaringen op deze loca-

tie, waar twee patiënten verblijven en

een derde vandaag komt.

De vrijwilligers zijn om zeven uur in de

ochtend gestart en werken tot 11 uur.

“Heerlijk, dan heb je de rest van de dag

nog voor jezelf…” Ze worden afgewis-

seld door twee andere vrijwilligers die

het fi jn vinden juist rond het middaguur

deze ‘dienst’ te doen. Wat me opvalt is

de betrokkenheid op elkaar als vrijwil-

ligers. Ze werken in willekeurige teams,

net hoe het uitkomt met de planning

(40 vrijwilligers zijn beschikbaar, elke

dag vier teams van twee). Eén is bezig

met de ‘lief-en-leed’ pot en vraagt een

bescheiden bedrag om zo zorg voor el-

kaar te hebben. Hij schrijft een kaartje

voor een vrijwilligster die haar pols

heeft gebroken. Bij de overdracht is er

oprechte interesse in elkaar, gekoppeld

aan een goed gevoel voor humor. Ook

blijkt hun sterk inlevingsvermogen als de

situatie besproken wordt van een be-

woonster die ontzettende jeuk heeft. Ze

snappen wat dat betekent voor iemand

die volledig van zorg afhankelijk is. Al-

lerhande alternatieven worden bedacht

om haar terzijde te staan, rekening hou-

dend met de medische mogelijkheden

én (vooral) met wat de bewoonster ‘fi jn’

zou vinden.

Het is een voorbeeld van de zorgvuldig-

heid waarmee wordt gepoogd aan te

sluiten bij de vragen en noden van be-

woners. En het zijn niet alleen woorden.

Ik maak het mee in de praktijk als ik

oploop met de beide vrijwilligsters.

Lunchtijd. Een bewoonster krijgt een

boterham met ham. Al na één hap geeft

ze aan moeite te hebben om de ham

door te slikken. Is er ook zoetigheid? Het

liefst hagelslag. Dat lijkt er niet te zijn.

Is chocoladepasta ook goed? Nee, dan

liever gestampte muisjes. Uiteindelijk

blijkt de hagelslag tóch gevonden en

krijg de bewoonster haar gewenste bo-

terham met hagelslag. Eten met de vork

gaat moeizaam, maar wordt haar niet

uit handen genomen. “Dat vind ik wel zo

menswaardig om mensen zo lang moge-

lijk de kans te geven het zélf te doen…”

Er is rust, tijd. Geen enkele haast.

Daarna moet de bewoonster op de po-

stoel. Heel voorzichtig, elke volgende

stap aftastend en vragend of het gaat.

Een heel ritueel. Deken om, deur sluiten

voor de privacy. Daarna weer terug op

bed. Ook dat is een ritueel: het laken

moet niet te hoog, de sprei tot net over

de knieën, kussentje onder de arm, bed

niet te plat en niet te hoog (vijf standen

worden ‘uitgeprobeerd’). Eindelijk is

alles in orde. En dan… “O ik vind het zo

vreselijk, maar ik moet wéér. Dat vind

ik wel erg voor jullie.” Geen enkel punt.

Het hele ritueel herhaalt zich. Inlevend,

aansluitend, met evenveel zorg en aan-

dacht. Geen enkel verwijt. Elk detail is

belangrijk.

Zó is zorg bedoeld, gaat er door mij

heen. Aftasten wat de ander nodig

heeft. Niet je eigen programma wil-

len ‘afwerken’, maar kijken, luisteren

wat zich aandient en beschikbaar zijn.

Belangeloos voor de ander. Bewogen en

liefdevol. Betekenisvol voor de ánder én

voor jezelf.

12 Zin in Zorg

Page 13: Zin in Zorg

De Goudse kunstschilder Jan van

Lokhorst verbeeldde deze parabel

in drie schilderijen. Ze hangen sinds

oktober 2010 in de recreatiezaal van

het protestants-christelijk zorgcentrum

Gouwestein in Gouda. De kunstwerken

symboliseren de band tussen de arbeid

van de diaconessen in het verleden en

de zorg in het heden.

In de parabel van de barmhartige Sama-

ritaan laat Jezus de vraagsteller zelf

de vraag “Hoe verdien ik het eeuwige

leven?” beantwoorden met: “Hou zoveel

mogelijk van uw God en van uw naaste

zoveel als van uzelf!” En de weder-

vraag: “Wie is mijn naaste?” met: “De

man die medelijden toonde”. Door het

slachtoffer beleef ik mijn emoties als

groter dan mezelf – als iets tussen mij

en de ander in. Van Lokhorst schildert –

met acrylverf op plasticglas – veel

lijnen tussen het slachtoffer en de

Samaritaan. Ze geven aan waar ze

elkaar raken. Bij echte zorg is de

betrokkenheid op elkaar wezenlijk.

Barmhartigheid overschrijdt de grenzen

van onze individualiteit. Dat maakt het

mogelijk om zich zonder eigenbelang te

ontfermen over de medemens. De vraag

wie onze naaste is, is vanuit eigen-

belang gezien niet te beantwoorden.

Pas als we onszelf ook zien als ruimte

tussen mij en de ander in, waar we

elkaar – als de lijnen op het schilderij

– kunnen raken, kunnen we zorgen voor

de naaste.

GEWELDSMISDRIJFvan gerespecteerde, hooggeplaatste personen verwacht

je dat zij een slachtoffer van een geweldsmisdrijf zullen

helpen; van een vijandig persoon niet. maar de laatste

– hier een samaritaan – doet dat wel, en de eersten –

hier een priester en een leviet – niet. dit verhaalt de

parabel van de barmhartige samaritaan, een geliefd

verhaal in de zorg. volgens velen moet dit overbrengen

dat niet telt wat iemand is, maar wat hij doet. maar dat

is maar de halve waarheid.

Frits Mertens

13september 2011

Page 14: Zin in Zorg

een thuiszorgmedewerkster ziet bij een alleenstaande mannelijke cliënt tijdens het stofzuigen op de salon-

tafel blaadjes liggen met foto’s waar ze nogal van schrikt. Ze is ervan overtuigd met kinderporno van doen te heb-ben. na haar dienst meldt ze zich overstuur bij haar lei-dinggevende, met het voornemen om aangifte te doen. in het team ontstaat discussie. er worden vragen gesteld als: mogen we dat eigenlijk wel doen, we hebben toch een be-roepsgeheim? we dienen de persoonlijke levenssfeer van onze cliënten te beschermen. maar dit is strafbaar, dan is het toch je plicht om aangifte te doen? welke morele af-weging moet in dergelijke gevallen gemaakt worden, wat weegt hier het zwaarst?

madeleine timmermann: Het is een ongemakkelijke casus

over een precair onderwerp. Als eerste reactie komt bij mij

de vraag op of er geen sprake kan zijn van een misverstand.

Intuïtief trap ik eerst op de rem vanwege het risico te snel in

een oordeel of veroordeling te schieten, juist omdat het over

kinderporno gaat.

marianne waling-huijsen: Het is inderdaad van belang dat

er een zorgvuldige reconstructie plaatsvindt van wat er is

gebeurd. Lagen de foto’s open en bloot? Of was de medewerk-

ster aan het snuffelen? Betreft het werkelijk kinderporno? In

het verlengde daarvan dienen zich vragen aan als: Wat denkt

de medewerkster over de bedoelingen van meneer om het

zo neer te leggen? Wat gebeurde er op het moment dat zij al

stofzuigend meende kinderporno te zien? Had zij al eerder

bepaalde bedenkingen in dit licht over deze meneer? Van zeer

groot belang vind ik dat de leidinggevende eerst met haar zo

goed mogelijk duidelijkheid creëert.

mt: En dat de betreffende medewerkster voldoende gehoor en

ondersteuning krijgt want zij verkeert in (gewetens)nood!

mwh: Zeker. Maar waarom is het al in het team besproken?

Als er ook andere medewerkers in deze thuissituatie komen

dan zal het ook met hen besproken moeten worden. Zo niet,

dan in eerste instantie wat terughoudendheid betrachten tot

er meer duidelijk is. Eerst moet de leidinggevende de me-

dewerkster opvangen en uitzoeken wat er aan de hand is of

kan zijn. Of de organisatie richtlijnen heeft in deze of er een

beroep gedaan kan worden op een vertrouwenspersoon? Dan

is de vraag wat deze medewerkster wil? Per direct uit de situ-

atie gehaald worden of een time-out of ziet ze andere moge-

lijkheden?

ZorgrelAtiemt: Dat heeft alles te maken met de zorgrelatie die zij met

deze meneer heeft.

Beroepsgeheim is een essentieel onderdeel van de zorgrela-

tie. De cliënt moet er op kunnen vertrouwen dat hij of zij bij

zorgverleners in veilige handen is. Vanuit de zorgethiek is het

voor de handliggend om niet in te steken bij juridische regel-

geving, maar eerst met meneer over de kwestie contact te

hebben. Het perspectief op de betreffende meneer mag niet

zomaar verengd worden tot dader. Pas als hij gehoord is kan

verder gekeken worden.

mwh: Het zou goed zijn als de medewerkster in staat is om

met de leidinggevende samen met de cliënt te bespreken wat

twee leden van het Ethisch Elftal werpen

hun licht op een moreel dilemma uit de

zorgpraktijk van alledag. deze keer het

verhaal van een thuiszorgmedewerkster

die met strafbare feiten van haar cliënt

geconfronteerd wordt. madeleine

timmermann en marianne waling-huijsen

over de spanning tussen het beschermen

van de persoonlijke levenssfeer van de

cliënt en het recht om aangifte te doen

van een strafbaar feit.

MADELEINE TIMMERMANN

HOREN, ZIEN EN ZWIJGEN?

14 Zin in Zorg

Page 15: Zin in Zorg

sinds wAnneerDe Commissie Ethiek is in

1994 opgericht. Het motto bij

de oprichting was: “Bezig zijn

en bewust zijn van ethiek = kwaliteit

van Zorg!” Aanvankelijk was de Com-

missie alleen voor St. Martinus bedoeld,

maar later is de Commissie organisatie-

breed ingezet voor de hele Stichting.

sAmenstellingDe Commissie bestaat uit

maximaal twaalf leden en

zij nemen op persoonlijke

titel deel. De Commissie komt één keer

per maand bij elkaar en krijgt profes-

sionele ondersteuning van een externe

ethicus. De Commissie geeft advies en

ondersteuning bij ethische vragen op

het gebeid van o.a. zorg, behandeling,

wonen en welzijn.

trots opMedewerkers zijn enthousiast

als het gaat om ethische re-

fl ectie en Moreel Beraad. Lei-

dinggevenden stralen dat enthousiasme

uit. Iedereen die betrokken is bij cliën-

ten, o.a. huishoudelijk medewerkers,

voedingsassistenten en receptionistes,

wordt betrokken bij het nadenken over

goede zorg. We maken ethiek niet moei-

lijk. Medewerkers ervaren ‘dit is waar

het om gaat in mijn werk’. Dit geeft

woorden aan de mooie, maar complexe

situatie van alledag.

knelpuntEen knelpunt is om een ad-

vies en besluit welke wij als

Commissie Ethiek nemen, in

samenspraak met de Algemeen Direc-

teur, goed geïmplementeerd te krijgen

in de gehele organisatie. Wij hebben

bijvoorbeeld binnen onze Stichting

afgesproken om twee keer per jaar op

alle afdelingen een Moraal Beraad te

organiseren. Maar in de praktijk gebeurt

dat niet op alle afdelingen. Het is echt

een gezamenlijke verantwoordelijkheid,

maar voor leidinggevenden is het soms

lastig hier prioriteit aan te geven.

tipsDe Stichting vindt het be-

langrijk om bewust vanuit

waarden te werken. Wat vin-

den wij en onze cliënten belangrijk? De

tien belangrijkste waarden hebben we

samengevat en benoemd als onze kern-

waarden, immers “Samen maken wij het

verschil!”. Deze kernwaarden gebruiken

wij als kapstok om heel concreet de

ethiek levendig te maken.

Opgetekend door drs. Theo de Zwart

land van horne is een grote instelling van verpleeg-

huis-, verzorgingshuis- en thuiszorg in weert en

omgeving. Adinda de winter (beleidsmedewerker

Zorg & kwaliteit) en mariet van duyl (voorzitter van

de commissie) vertellen over de commissie.

5 vrAgen AAn de ethische commissie vAn...lAnd vAn horne

1

2

3

4

5

zij meende aan te treffen en dat het haar heel erg geschokt

heeft. Kan zij tegen hem zeggen welke problemen zij heeft

bij het ontdekken van (mogelijke) kinderporno? Kan met de

cliënt besproken worden dat zij zich klem voelt staan tussen

de opgebouwde zorgrelatie en haar recht aangifte te doen van

een strafbaar feit?

mt: Het is van belang te realiseren dat de integriteit van alle

betrokkenen een rol speelt. Het is en blijft wel noodzakelijk

om de betreffende medewerkster voldoende ruimte te geven

haar ongemak te uiten en haar wensen kenbaar te maken. Het

is goed dat zij er niet over zwijgt. De leidinggevende heeft

als taak haar serieus te nemen. Hij of zij creëert overzicht

en weegt welke stappen in welke volgorde genomen kunnen

worden.

mwh: Als er goed voor medewerkers gezorgd wordt werkt dat

door in de zorg aan cliënten. Ook in ongemakkelijke situaties

kan goede zorg gegeven worden, als maar met elkaar onder-

kend wordt dat het ongemakkelijk is en zorgvuldig verkend

wordt waar de grenzen liggen. Proberen en leren om in ge-

sprek te gaan of te blijven. Juist ook als het gaat over zaken

waarover men liever zou zwijgen.

MARIANNE WALING-HUIJSEN

15september 2011

Page 16: Zin in Zorg

Een man doet zijn jas aan, hangt zijn tas over zijn schouder

en loopt naar de bus. Hij gaat naar zijn werk. Aan het eind

van de middag komt hij thuis. Zo gaat het vijf dagen per week,

al jaren lang. Een leven als dat van velen. Eentonig en voor-

spelbaar.

Thecla Rondhuis schrijft over het rituele leven en het ‘onder-

grondse wortelstelsel’ van haar zoon, de 37-jarige Ramon, een

‘mongool’ die slecht ziet, slecht hoort en nauwelijks spreekt.

De vraag die als een rode draad door haar boek loopt is:

Ramon, wie ben jij? De vraag daaronder lijkt te zijn: en wie

maakt dat mij?

Rondhuis is fi losoof en naar eigen zeggen allergisch voor ieder-

een die er “blijk van geeft niet zelfstandig na te denken” en

toch constateert ze met verbazing dat ze zielsveel houdt van

haar niet zelfstandig denkende zoon.

In 24 hoofdstukken schetst en ordent Rondhuis het leven van

en met een zoon die in zijn handelen van alles laat zien, maar

overlopen nAAr de BArBAren. het puBlieke BelAng vAn religie en christendomEen stevig doordacht betoog over de

grote betekenis die het christendom

kan hebben in onze samenleving.

Borgman is een belezen en scherpe

denker die doet aan ‘publieke theo-

logie’. Hij wil niet evangeliseren,

maar zo over geloof praten dat het

betekenisvol wordt voor mensen binnen en buiten het

christendom. In verschillende hoofdstukken snijdt hij di-

verse thema’s aan; van het belang van andere religies tot

de actuele economische crisis. Verschillende hoofdstukken

zijn eerder verschenen als artikel, maar hier staat alles als

geheel mooi bij elkaar. Een prikkelende aanrader voor wie

wat dieper wil doordenken.

Erik Borgman, Boekencentrum, 2011, 128 p. €18,95

leven AAn de grens. reflecties op terminAle ZorgMarinus van den Berg heeft werkno-

tities uitgewisseld met Carlo Leget.

Leven aan de grens is een weergave

van zorgsituaties en refl ecties daar-

op. Voorbeelden: mensen in nood /

in eenzaamheid en ‘oog in oog met

je eindigheid. Marinus van den Berg

spreekt indringend over de vraag of

de waarheid altijd verteld kan wor-

den, waarop Carlo Leget reageert

met een refl ectie op wat hij noemt ‘de terreur van de

transparantie en van het taboe’. Leget vraagt binnen op-

leidingen ook aandacht voor aspecten als menselijkheid en

communicatie. Aanbevelenswaardig boek als prikkel voor

goede zorgverlening. [bespreking Piet Ronnes]

Marinus van den Berg & Carlo Leget, Ten Have, 2011, 176 p.

€16,90

Bioethiek Zonder grenZen. mondiAlisering vAn geZond-heid, ethiek en wetenschApIn de bioethiek wordt vaak nagedacht

binnen de grenzen van een land of

werelddeel. Maar wat gebeurt er als

je naar de grotere mondiale samen-

hang kijkt? Henk ten Have, voormalig

directeur van de Unesco, doet dat

hier en het resultaat is schokkend.

Meer dan de helft van de moderne

geneesmiddelen wordt in de derde wereld uitgetest, een

op de tien nieren die getransplanteerd worden is afkomstig

van arme mensen die hun nieren verkopen. Ten Have trekt

met veel bevlogenheid en kennis van zaken aan de bel:

we moeten breder kijken en kunnen onze ogen niet langer

sluiten voor het vele onrecht dat wereldwijd gebeurt.

Henk ten Have, Valkhof Pers, 2011, 256 p. €18,50

tussen denken en liefheBBen

16 Zin in Zorg

Page 17: Zin in Zorg

zelf niet kan vertellen of duiden wat er onder dat zichtbare

handelen ligt. Het onvermogen van haar zoon dwingt moeder

Rondhuis ertoe te observeren en te interpreteren. Alleen zo

kan ze omgaan met gedrag dat haar vreemd is en anticiperen

op reacties die het gezamenlijke leven potentieel ondermij-

nen. Rondhuis doet wat moeders van kinderen die anders zijn

noodzakelijk doen: ze verbindt zich emotioneel met haar kind

en vindt of creëert van daaruit omgevingen waarin het kind

kan en mag zijn wie het is.

Als fi losoof voegt Rondhuis daar een dimensie aan toe. Dat

doet ze vrij impliciet in de 24 hoofdstukken van haar boek,

heel expliciet in de epiloog. Daar komen de vragen, dilemma’s

en kwesties aan de oppervlakte die ondergronds aanwezig zijn

in haar leven met Ramon en in het leven van alle ouders met

een kind dat anders is. Hier gaat het over concepten van waar-

heid, goedheid en schoonheid, over denken en liefhebben,

over opvattingen en gevoelens, over wat het kind heeft en wie

het is. Hier gaat het over de zin en betekenis van rituelen en

de mogelijke betekenisloosheid van het nadenken erover.

Ramon is anders. Anders dan wie? Anders dan wat? Rondhuis

beantwoordt die vragen en maakt zichtbaar en voelbaar dat

die vragen soms niet of slechts gedeeltelijk te beantwoorden

zijn. Ze neemt de lezer mee in haar zoektocht naar haar zoon

en zichzelf. In haar boek wordt duidelijk hoe en waarom zij

zelf iemand anders is geworden in de 37 jaar dat ze de moeder

is van Ramon.

Rondhuis heeft een mooi en belangrijk boek geschreven. Van

moeder Rondhuis zou ik nog wel meer willen lezen over de rol

die visualisering en gebarentaal hebben gespeeld in het leven

van Ramon. Van fi losoof Rondhuis over de relatie tussen denken

en liefhebben. Is het: ik weet dat ik van je hou; ik hou van je

omdat ik voel wie je bent; ik hou van je omdat ik weet wie je

bent; ik hou van jou ondanks je beperking; ik hou van jou juist

vanwege je beperking en de eigenheid die daarmee samen-

gaat? Of is het uiteindelijk gewoon: ik hou van jou?

Thecla Rondhuis, De mongool, de moeder en de fi losoof,

Ten Have (VBK Media), 2011, €19,90

Rondhuis heeft een mooi en belangrijk boek geschreven

spookrijders in de Zorg. pleidooi voor een geZondheidsZorg Zonder meldplicht, privAcyschending, AfBrAAk vAn institu-ties, en Zonder megAlomAne systemen. De gemeente Rotterdam heeft een meldcode voor huise-

lijk geweld verplicht gesteld. Hulpverleners die mishan-

deling, misbruik of andere vormen van huiselijk geweld

vermoeden, dienen dit te melden bij justitie. Weigeren

ze dit contract met de gemeente te tekenen, dan trekt

de gemeente de subsidie in. Jos Lamé, bestuurder van de

Riagg Rijnmond, heeft geweigerd deze overeenkomst met

de gemeente te sluiten. Het afdwingen van de melding

van huiselijk geweld zet de vertrouwensrelatie tussen

hulpverlener en cliënt ernstig onder druk. Een grote groep

denkers van naam, Lamé in zijn verzet en bieden in dit

lezenswaardige boek korte maar vlijmscherpe analyses

van de plannen van de gemeente Rotterdam. Kern van de

betogen is dat de overheid de tragiek van huiselijk geweld

wil uitbannen, terwijl dergelijke tragiek principieel niet

uit te bannen is. Een dapper boek dat te denken geeft.

Jos Lamé (red.), Eburon, 2011, 96 p. € 9,95

terug nAAr toen. deel 1 (geB. 1920 - 1935) en deel 2 (geB. 1935 - 1950)Beide delen bevatten veel verhalen

over vroeger, met vragen, tips en sug-

gesties voor begeleiders van remiscen-

tiegroepen (professionals of vrijwil-

ligers). Een twintigtal thema’s komt zo

in beeld. Bij die thema’s helaas geen

expliciete aandacht voor zingeving.

Op www.perpsectiefuitgevers.nl staan extra materialen.

Ingrid Barendsen, Wil Boonstra, Perspectief Uitgevers,

2011, 175 p. en 192 p. per deel € 34,75

Als het wAssen vAn AndermAns voeten. frAnciscus ontmoeten in leidinggeven en werk. Jaap Lodewijks, beschrijft heel helder

hoe hij de franciscaanse spiritualiteit

probeert in te passen in zijn leven en

zijn leidinggeven. Hij doet dat voor

managers en leidinggevenden. Niet

om hen handzame handvaten en truc-

jes aan te reiken, maar juist om hen

te leren open te kijken naar het leven

en de eigen levenshouding en daar vragen bij te durven

stellen. Een goede manager moet vooral zichzelf (leren)

kennen, zichzelf overwinnen. Dan kan hij er echt zijn

voor de ander en die adequaat aansturen. Lodewijks

illustreert dit met veel voorbeelden uit de eigen

redactionele keuken. Dat maakt het een sterk boek.

Een must voor wie geen gemakkelijke trucjes of

management tools wil leren.

Jaap Lodewijks, Ten Have, 2011, p.92, € 12,90

jet isarin fi losoof en senior onderzoeker bij Kentalis.

17september 2011

Page 18: Zin in Zorg

Jacky vindt het best leuk om met Michael en ondergete-

kende in gesprek te gaan. Maar het loopt tegen etenstijd

en eigenlijk heeft hij honger. En met een lege maag kan hij

niet vertellen. Dat probleem is gelukkig snel opgelost als een

medebewoner en collega van de boerderij zijn broodtrommel

komt brengen. Jacky laat zich de boterhammen goed smaken

en vertelt ondertussen over zijn werk op de boerderij. En

over zijn diverse andere werkzaamheden. “Dat moet je wel

opschrijven hoor” spoort Jacky mij aan, “dat ik vier banen

heb. Op de boerderij zorg ik voor de schapen. Natuurlijk niet

in deze kleren, want deze zijn te netjes. Verder werk ik bij de

post, dan ga ik mee met de bus. Eerst deed ik dat vaak met

Kees. Maar Kees is ziek geworden en dood gegaan. Daar ben ik

heel verdrietig om geweest. Ik kon met Kees goed buurten.”

Jacky vertelt verder over zijn derde baan: “Ik werk ook nog

bij het dorpshuis. Daar geef ik mensen drinken en ik help met

afwassen en met koffi e drinken. En dan als laatste werk ik nog

bij Dré, dat is houtbewerken.”

respect en wAArdering Tijdens het vertellen zoekt Jacky af en toe, verbaal en non-

verbaal, steun bij Michael. Michael bevestigt Jacky in zijn

verhaal en helpt hem soms door een nieuw thema aan te

reiken, steeds zorgvuldig aftastend of Jacky het daar al dan

niet over wil hebben. Het is mooi om het wederzijdse respect

en de waardering die ze voor elkaar hebben op het spoor te

komen. Michael vertelt dat Jacky een van de bewoners is die

hem, toen hij bij Prisma kwam werken, veel geleerd heeft

over hoe het er bij Prisma allemaal aan toegaat. “Jacky is

belangrijk hier op het terrein, je komt hem overal tegen. Het

is een fi jn iemand.”

Ik vraag Jacky of hij ook wat kan vertellen over het werk van

Michael als geestelijk verzorger bij Prisma. “Dat weet ik wel:

om de twee weken is er repetitie, en ook om de twee weken

een viering. Ik kom graag in de kapel, en zing ook in het koor.

Dat is mijn hobby. En als iemand een feest heeft doet Michael

een viering. En als iemand overleden is ook. Dan is er een

begrafenis. Dat heb ik ook al wel eens meegemaakt. We gaan

ook vaak met Michael uit, op bedevaart bijvoorbeeld naar

Scherpenheuvel. Of op bezoek in het klooster, deze week nog,

zijn we in Velp geweest.” Michael laat een foto zien van het

bezoek aan de Kapucijnen in Velp.

koffie“Het gaat wel goed hé” evalueert Jacky tussentijds ons ge-

sprek. “Is er trouwens nog koffi e Michael? Want praten zonder

drinken dat gaat toch ook niet.”

michael kolen werkt als geestelijk

verzorger en consulent levensbeschouwing

bij prisma. de stichting prisma biedt zorg

en ondersteuning aan mensen met een

verstandelijke beperking. jacky martin,

een 55-jarige man met een verstandelijke

beperking, woont al bijna 50 jaar in

verschillende woonvoorzieningen van

prisma. in elk nummer van Zin in Zorg

zult u hen tegenkomen in de rubriek: ‘in

gesprek met jacky’. ter kennismaking ging

cynthia lieshout, eindredacteur van Zin in

Zorg, met michael en jacky in gesprek.

MICHAEL KOLEN GEESTELIJK VERZORGER

EN CONSULENT

LEVENSBESCHOUWING

Jacky is belangrijk hier op het terrein. Je komt hem overal tegen

18 Zin in Zorg

Page 19: Zin in Zorg

Voorzien van een vers kopje koffi e gaat Jacky verder:

“Michael doet het heel goed hier. Ik heb van Michael helemaal

geen last. Hij maakt af en toe wel eens grapjes. Hij slaat ook

niet. Vroeger, van de broeders, heb ik wel klappen gehad.

Maar de broeders van het klooster waar we nu geweest zijn,

in Velp, die deden dat niet hoor. Die waren heel aardig voor

ons. We hebben ook lekker gegeten. Soep, en friet en gehakt-

ballen, hele grote. Maar ook gezond hoor, sla en boontjes.”

feestenJacky woont al bijna zijn hele leven op het terrein van de

woonvoorziening van Prisma.

“Ik ben toen ik vijf jaar oud was hier gekomen en ik ben nu

55. Dus volgend jaar heb ik jubileum.” Jacky heeft al wel een

idee hoe hij dat jubileum wil vieren: “Eerst een viering in de

kapel, dan een receptie en ’s avonds feesten.”

Binnenkort is er ook een feestelijke gebeurtenis waar Jacky

graag over wil vertellen. Het Heilig Hartbeeld dat op het ter-

rein staat is gerestaureerd en wordt onthuld. “Ik mag het

doek eraf halen en Michael gaat er wijwater op gooien.” Een

beetje zorgen maakt Jacky zich nog wel: “Is dat wel schoon

water Michael? Want het beeld mag natuurlijk niet vies wor-

den. Het is toch Jezus, die daarop staat? En de kerk en Jezus

horen bij elkaar en dat hoort allemaal bij Michael Kolen.”

Als we naar buiten gaan om foto’s te maken, kunnen we dan

ook geen betere plek bedenken dan bij het Heilig Hartbeeld.

JACKY MARTIN

gesprek met

jAcky

Ronnie zegt dat hij het beeld, zaterdag mag onthullen.”

Boos stapt Jacky mijn kamer binnen. In de afgelopen

maanden heeft hij de restauratie van het Heilig Hartbeeld

als een ware opzichter gevolgd. Geen enkel detail ontsnap-

te aan zijn aandacht en het kostte de vaklui nog heel wat

overredingskracht om Jacky ervan te overtuigen dat sommi-

ge details niet ‘gerepareerd’ hoefden te worden omdat het

een oud beeld is.“Als het klaar is moeten we het opnieuw

onthullen, zo hoort dat”, opperde Jacky vorige week toen

hij zag dat het werk op een eind liep. Nu vreest hij dat een

ander met die eer gaat strijken. Ik stel hem gerust: “Ronnie

is zaterdag ‘de verslaggever’. Jij mag het beeld onthullen.”

De geruststellende toon geeft Jacky de ruimte om een an-

dere ervaring van die week met mij te delen. “Ik heb mijn

eigen hart zien kloppen toen ik dinsdag in het gras lag”,

zegt hij met een ondeugende glimlach alsof hij een geheim

aan mij wil verklappen. Dan ineens verontwaardigd: “Ze

dachten dat ik dood was! Iemand heeft achter het raam

staan kijken. Toen gingen ze bellen, bellen en nog eens

bellen. En toen kwam iemand vragen of er iets met mij aan

de hand was, of ik soms ziek was of hulp nodig had, maar

er was helemaal niks. Ik lag gewoon lekker in de zon! Toen

ben ik boos geworden, want ze wilden naar mijn woonvoor-

ziening bellen. Waarom houden ze mij zo in de gaten? Ik

mag toch zeker zelf weten of ik in het gras ga liggen!”

Samen lopen we naar zijn geliefde grasveld. “Mooie plek,

Jacky”, zeg ik. “Ja, maar de volgende keer ga ik op het

gras bij de parkeerplaats liggen daar is ook zon en daar kan

niemand mij zien.” Zijn stem klinkt vastberaden. Jacky laat

zich ‘zijn plek onder de zon’ niet zomaar ontnemen. Op

de terugweg komen we langs het Heilig Hartbeeld dat zijn

nieuwe hagelwitte armen liefdevol uitspreidt. Ik heb me

in de afgelopen periode soms afgevraagd wat de zeggings-

kracht van dit stukje versteend erfgoed nog is. Jacky heeft

het vandaag voor mij weer een beetje tot leven gewekt.

Zie voor beelden van de onthulling: YouTube: Onthulling H. Hartbeeld Landpark Assisië

EEN PLEKONDER DE ZONMichael Kolen

19september 2011

Page 20: Zin in Zorg

Het gaat om kwaliteit van zorg en

daarom is het van belang dat hel-

der is wat het beroepsprofi el behelst

van een geestelijk verzorger die op HBO

bachelor niveau is opgeleid”. In zijn

openingswoord geeft de directeur van

Reliëf Thijs Tromp direct het gemeen-

schappelijk belang aan van deze confe-

rentie. Het gaat om de kwaliteit van de

geestelijke verzorging als een specifi eke

discipline binnen de gezondheidszorg.

Dit is van groot belang voor werkgevers,

opleiders, beroepsbeoefenaren en de be-

roepsverenigingen. Daarom zijn experts

uit de diverse groepen op deze mid-

dag aanwezig. Vooral de mensen uit de

diverse HBO-opleidingen gaven gehoor

aan deze oproep, daarnaast is er een

vertegenwoordiger van de Protestantse

Theologische Universiteit. De opkomst

van de kant van de werkgevers is niet al

te groot. Een bestuurder is gevraagd zijn

visie te geven. Deze is uitdagend.

Vanuit de beroepsgroep zelf zijn enkele

geestelijk verzorgers aanwezig, zowel

HBO als WO geschoold. Vanuit de be-

roepsvereniging, de Vereniging van Gees-

telijk Verzorgers in Zorginstellingen, is

er geen vertegenwoordiger aanwezig.

De betrokkenheid van de ongeveer

25 deelnemers is groot. Er zijn heldere

inleidingen en er is volop interactie

tijdens de gesprekken onderling. Het

blijkt dat het thema actueel is en om

een verantwoording vraagt met het oog

op de praktijk. Het is mooi dat HBO-ers

steeds vaker een aanstelling krijgen

als geestelijk verzorger en werkgevers

verwachten veel van hen. Maar wat is

het onderscheid met een academisch

geschoolde geestelijk verzorger, behalve

het fi nanciële plaatje? Dat levert ondui-

steeds vaker worden geestelijk verzorgers met een hBo-

opleiding aangesteld, met name in de gezondheidszorg.

Voor hen is er geen onderbouwd beroepsprofi el. Dat

levert onduidelijkheid op ten aanzien van verwachtingen,

taken en verantwoordelijkheden. daarom belegden reliëf

en het lectoraat theologie en levensbeschouwing van

hogeschool windesheim een studiemiddag over dit thema

op woensdag 29 juni in mennorode, elspeet. nico van der

leer doet voor Zin in Zorg verslag van deze bijeenkomst.

GEZOCHT: BEROEPSPROFIELVOOR DE HBO-GEESTELIJKVERZORGER

reportage

20

20 Zin in Zorg

Page 21: Zin in Zorg

delijkheid op: voor henzelf als het gaat

om taken en verantwoordelijkheden,

voor de werkgevers ten aanzien van wat

zij van hen kunnen verwachten en voor

de academisch geschoolde collega’s met

betrekking tot de invulling van hun be-

roepsrol. Maar ook de opleidingen weten

niet precies welke doelen zij moeten

stellen voor deze groep aankomende

professionals.

ruimte voor vAriAtieDe heer J. Groen, bestuurder van de

Protestantse Zorggroep Crabbehoff, reikt

de deelnemers een duidelijk onderscheid

aan. In zijn visie is er binnen een dienst

Geestelijke Verzorging ruimte voor vari-

atie, en kan een HBO-er een goede aan-

vulling zijn op zijn academisch geschool-

de collega. Waar de een zich specifi ek

kan concentreren op de persoonlijke

contacten met bewoners en cliënten,

de coördinatie van de vrijwilligers en de

regeling rondom de kerkdiensten en vie-

ringen kan de ander zich specialiseren in

zaken als beleid, scholing en advisering.

De academicus wordt geacht een organi-

satie te kunnen ‘lezen’ en mee te kun-

nen doen op bestuurlijk en strategisch

niveau. De meer praktisch opgeleide

HBO-er is bij uitstek bekwaam om con-

tacten op te bouwen en op een creatieve

wijze met groepen om te gaan. Dit beeld

wordt bevestigd door de presentatie van

mevrouw H. Koopman, HBO-opgeleid en

werkzaam als geestelijk verzorger bij

Zorgpartners Midden-Holland. Zij geeft

aan dat er in andere functies ook diverse

niveaus van opleiding zijn en dat er ook

binnen de geestelijke verzorging heel

goed samengewerkt kan worden door

HBO en WO opgeleide professionals. Hier

ligt volgens de aanwezigen een uitdaging

voor de beroepsvereniging VGVZ om bin-

nen de beroepsstandaard differentiatie

aan te brengen, waarbij de mogelijkheid

geopend zou worden voor lidmaatschap

van de op HBO bachelor-niveau opge-

leide geestelijk verzorger. Binnen de PKN

is er een vergelijkbare discussie over de

status van de HBO-kerkelijk werker, in

relatie tot de sacraments-bevoegde aca-

demisch gevormde predikant.

nico van der leer is geestelijk verzorger en specialist zingeving bij de protestantse Zorggroep crabbehoff

Deze middag moet een vervolg krijgen. Dat blijkt duidelijk uit de adviezen vanuit

de deelnemersgroep. Enkele daarvan zijn:

VOOR DE WERKGEVERS: geef een heldere visie op differentiatie binnen het

beroepsprofi el voor de dienst geestelijke verzorging in uw instelling.

VOOR DE OPLEIDINGEN (HOGESCHOLEN EN UNIVERSITEITEN): maak duidelijk wat het

inhoudelijke en praktische verschil is tussen de HBO varianten, bachelor en master,

en de WO studie.

VOOR DE GEESTELIJK VERZORGERS: laat zien wie je bent, wat je kunt en wat

je wilt, zodat je een persoonlijk én professioneel profi el kunt tonen binnen het

werkveld.

Laat zien wie je bent,

wat je kunt en wat je wilt

Foto’s: Hans Dornseiffen

21september 2011

Page 22: Zin in Zorg

nieuwe vormgeving Zin in ZorgU heeft het gezien, het tijdschrift van

Reliëf is flink vernieuwd. Na 6 jaar was

het nodig het blad een facelift te ge-

ven. Het blad heeft een frissere uitstra-

ling gekregen door een meer eigentijdse

vormgeving en door het gebruik van

kleur. Ook streeft de redactie ernaar de

artikelen nog leesbaarder en toegan-

kelijker te maken dan voorheen. De

artikelen zijn korter geworden en er is

meer aandacht voor de praktijk van de

zorg. Natuurlijk houden de verdiepende

beschouwingen over de zorg die u van

ons gewend bent ook hun plek.

Met deze nieuwe vormgeving hopen we

Zin in Zorg nog aantrekkelijker te heb-

ben gemaakt, zonder onze eigenheid

te verliezen. Aan u het oordeel of we

daarin geslaagd zijn.

Mocht u uw mening willen geven, aar-

zelt u dan niet een mail te sturen aan

de eindredacteur, [email protected].

sAmenwerking met cupertinoNaast de verandering in vorm is Zin in

Zorg ook een samenwerking aangegaan

met de Stichting Cupertino. De Stichting

Cupertino spant zich in om de aandacht

voor levensbeschouwing en ethiek in

de zorg voor mensen met een verstan-

delijke beperking te bevorderen. In Zin

in Zorg zal de samenwerking tot uiting

komen door in ieder nummer aandacht

te besteden aan de zorg voor mensen

met een verstandelijke beperking. Met

deze samenwerking is Zin in Zorg een

goed alternatief voor de mensen die

in het verleden lezer waren van het

tijdschrift Cupertino. Alle oud-abonnees

van dit tijdschrift krijgen dan ook een

kennismakingsnummer toegezonden.

Meer over Cupertino vindt u op

www.cupertino.nl.

Afscheid Arie kArsAan het eind van dit jaar neemt mr. Arie

Kars afscheid als voorzitter van Reliëf.

In de zeven jaar dat de heer Kars voor-

zitter was van Reliëf heeft hij zich met

succes ingespannen om de samenwer-

king tussen katholieke en protestantse

leden vorm te geven. Op bevlogen

wijze heeft hij in al die jaren Reliëf

een gezicht gegeven. Ter gelegenheid

van zijn afscheid is er op 21 november,

in aansluiting op de Algemene Leden-

vergadering, een symposium met het

thema ‘Bezield leiderschap’. Spreker is

onder meer Jaap Lodewijks, bekend van

het boek Als het wassen van andermans

voeten (zie ook p.17 van dit nummer).

Algemene ledenvergAderingOp 21 november staat de Algemene

Ledenvergadering van Reliëf gepland.

Tijdens deze vergadering zal het be-

stuur de nieuwe bestuursvoorzitter en

een nieuw bestuurslid voordragen aan

de leden. Verder komen het jaarplan

2012 en de bijbehorende begroting aan

de orde.

promotie thijs trompOp vrijdag 28 oktober, om 14.30 uur,

hoopt drs. Thijs Tromp, directeur van

Reliëf, aan de Protestantse Theologische

Universiteit in Kampen te promoveren

op een proefschrift met de titel Het

verleden als uitdaging. Tromp deed de

afgelopen jaren onderzoek naar de ef-

fecten op zingeving van het maken van

levensboeken in de zorg voor ouderen.

De methode Mijn leven in kaart diende

als basis voor het onderzoek.

symposium ter gelegenheid vAn de promotie vAn trompVoorafgaand aan de promotie van Thijs

Tromp op 28 oktober, zal er in de och-

tend in Kampen een symposium plaats

vinden, geheel gewijd aan het maken

van levensboeken, Mijn leven in kaart

en de zorg voor het verhaal van oude-

ren. De praktijk en de reflectie op de

praktijk van het maken van levens-

boeken komen aan de orde. We wil-

len er een feestelijke bijeenkomst van

maken met velen die in de afgelopen

jaren bij het onderzoek betrokken zijn

geweest of aan de slag zijn gegaan met

Mijn leven in kaart. Sprekers zijn

o.a. Wout Huizing, Kees Posthuma,

Gerben Westerhof, Helma Aniceta,

Ruard Ganzevoort en Thijs Tromp. De

kosten zullen zo laag mogelijk gehou-

den worden; een vergoeding voor de

gemaakte onkosten. Mocht u interesse

hebben voor dit symposium, u bent van

harte welkom. U kunt zich al aanmelden

via [email protected].

geloof in Zorg!Op zaterdag 8 oktober vindt het tweede

congres ‘Geloof in zorg’ plaats, in De

Lichtboog in Houten. Het congres is be-

doeld voor christenen die werkzaam zijn

in de gezondheidszorg en die zich graag

laten inspireren en bemoedigen in hun

werk. Het thema is ‘Geloof in zorg in

de praktijk’. Sprekers zijn onder meer

Esmé Wiegman (Tweede Kamerlid voor

de ChristenUnie), Jan Hoogland (lec-

tor samenlevingsvraagstukken aan de

Gereformeerde Hogeschool) en Marinus

van den Berg (geestelijk verzorger bij

Laurens Rotterdam).

Meer info: www.geloofinzorg.nl.

mAsterclAss ouderen in perspectiefIn januari 2012 gaat de vijfde jaargang

van de succesvolle masterclass ‘Ou-

deren in perspectief’ van start. In de

masterclass, bedoeld voor professionals

en beleidsmakers in de ouderenzorg,

komen aspecten als zorg, beleid, ethiek

en levensvragen in de begeleiding van

ouderen aan bod. De masterclass staat

onder leiding van dr. Martin Walton en

drs. Wout Huizing en vindt plaats in

Kampen, in het gebouw van de Protes-

tantse Theologische Universiteit. Deze

serie vindt plaats op tien maandagen in

de maanden januari tot juni 2012. Wilt

22 Zin in Zorg

Page 23: Zin in Zorg

u zich opgeven, neem dan contact op

met Wout Huizing ([email protected]).

Meer info: www.relief.nl/agenda.

onderZoek nAAr ethische commissiesSamen met CNV PubliekeZaak start

Reliëf in het najaar een onderzoek naar

de behoefte aan scholing en advies van

ethische commissies in de gezondheids-

zorg. Doel is om in kaart te brengen

waar de activiteiten van de ethische

commissies zich op richten en of het

huidige aanbod van scholing wel voldoet

om in de behoefte te voorzien.

Meer informatie: [email protected].

Arie kArs

vAn de voorZitter

tot Bloei komen

In de visie van Reliëf staat de relatie tussen zorgontvanger en zorgverlener

centraal in het proces van zorg verlenen. Dat uitgangspunt staat als een huis.

De kenmerken van een relatie zijn bepalend voor ons spreken over dat proces.

Begrippen als trouw, vertrouwen, betrouwbaarheid, wederkerigheid, waardig-

heid, gelijkwaardigheid, afhankelijkheid, eigen regie, respect en zelfs liefde vul-

len dit begrip. Daardoor is de relatie betekenisvol voor beide partijen en biedt

mogelijkheden voor diepgang en intensiteit die uiteindelijk zeer bepalend voor

de kwaliteit van die relatie en daarmee voor de geleverde zorgprestatie zijn.

Er is echter meer dan dat… We krijgen in toenemende mate belangstelling voor

een ander aspect van zorgverlening, dat vooral in intramurale voorzieningen van

groot belang is geworden: gastvrijheid, of nog scherper, gastgerichtheid. Dit be-

grip is afkomstig uit de wereld van facilitaire dienstverlening en hotelwezen. Kort

gezegd komt het neer op het scheppen van een omgeving waarin de kwaliteits-

beleving van klant, medewerkers en bezoekers toeneemt en daarmee hun welbe-

vinden. Gastgerichtheid richt zich anders gezegd, meer op de wensen (desires)

dan op de behoeften (needs) van mensen. Cliënten hebben behoeften waarin je

voorziet door een op maat van die cliënt toegesneden aanbod te scheppen en te

leveren. In een 1 op 1 relatie krijgt dat aanbod gestalte. Gastgerichtheid bevat

elementen die uitstijgen boven de unieke cliëntrelatie. Zo is de inrichting en am-

biance van een intramurale instelling de gelegenheid bij uitstek iets van die gast-

gerichtheid te communiceren. Het gedrag van de medewerkers – hun gastgericht-

heid – is één van de factoren die het welbevinden van cliënten en medewerkers

beïnvloedt. Een accommodatie die door inrichting, kleurstelling en toegankelijk-

heid gastvrijheid uitstraalt, krijgt meer waardering van cliënten en medewerkers

dan een instelling waar louter geïnvesteerd wordt in de cliëntrelatie.

Een gastgerichte organisatie richt zich op alle elementen die bijdragen aan dat

welbevinden van cliënten en medewerkers. Nadrukkelijk noem ik hier tevens de

medewerkers.

Gastgerichtheid richt zich primair op diegenen die de dragers van de belofte zijn:

de medewerkers. Het management zal de gastgerichtheid richtinggevend voor de

visie van de organisatie moeten laten zijn. Medewerkers zijn de belichaming van

die visie. Investeren in cliënttevredenheid betekent eerst en vooral investeren

in je medewerkers. Gastgerichtheid krijgt (letterlijk) een gezicht door de drager

ervan. Een intrinsieke grondhouding van gastgerichtheid bij medewerkers in je

organisatie is een essentiële randvoorwaarde voor succesvolle gastgerichtheid.

Training en scholing zijn noodzakelijk in een proces van groeien naar gastgericht-

heid. Toch zal ook dat mislukken wanneer we er als leiders niet in slagen om

cliënt en medewerker weer eigenaar van hun zorgrelatie te laten zijn.

De cliënt, die invloed op zijn eigen leven wil behouden en de medewerker, die

invloed en ruimte wil om die unieke relatie met de cliënt overeenkomstig zijn

professionaliteit en betrokkenheid in te vullen.

De zorgrelatie centraal in de zorgorganisatie. Gastgerichtheid vult dat aan tot

een onverslaanbare combinatie: cliënten en medewerkers die hun leef- en werk-

omgeving als hun thuis ervaren en trots op hun werk zijn.

Zo komt de zorgrelatie tot bloei.

VOORZITTER

VAN RELIËF

23september 2011

Page 24: Zin in Zorg

Leonie van Straaten

Iedereen gaat doodOver de onzekerheid van ons bestaan

Op rustige en heldere wijze laat de auteur zien hoe wij om kunnen gaan met de onzekerheid van ons bestaan. De dood hoort bij het leven, dat weten we, maar kunnen we er ook mee leven? Leonie van Straaten laat zien wat het christelijk geloof op dit vlak te bieden heeft. Dat is heel veel!

Verschijntnovember 2011ca. 200 pagina’sprijs: € 19,50

Bestellen bij:

berneboek.comTelefoon: 0413-291394

Presentatie op de Berne Inspiratiemiddag van zaterdag 12 novemberZie ww.wlh.nl > vorming.

Met een optreden van theatermaker Kees van der Zwaard.

Project voor levensvragen en ouderen?