VSF magazine 3 - 2011

I

Is jouw sportclub een groene sportclub?

Spoka 2011

“Momenten”: een interessan-te publicatie

Het Sociaal Strafwetboek

Interne communicatie

Microsoft Word vervolmaking

Multimove voor kinderen

juli

- au

gust

us -

sep

tem

ber

2011

-

a

fgift

ekan

toor

Gen

t X

-

P30

3166

D

3.2011

magazine

3

ubbelinterview

jaar Dynamo Project

mpulssubsidies

.be

.be

Waag

jij

ook

de s

pron

g me

t Sp

oka?

Zo b

egon

nen

zij...

meter

Kari

n Donckers

peter S

eppe S

mits

Spok

a is

een

initi

atief

van

Surf

naar

www.sp

oka.b

e en

vind ee

n sp

ortk

amp

op jouw

maat!

met steun

van

onze

gouden

partn

ers

aren

aY

OU

R C

OA

CH

IN

SP

OR

TS I

NS

UR

AN

CE

6 Hoe zou het nog zijn met de impulssubsidies?

8 Multimove voor kinderen

10 Is jouw sportclub een groene sportclub?

11 Belgische K2 in rechte lijn naar Londen

13 Sportparticipatie en kansengroepen: “Momenten”

16 Spoka 2011: alweer een succesvol jaar

19 Dynamo Project blaast drie kaarsjes uit

21 Het Sociaal Strafwetboek

24 VSF Online

25 Interne communicatie: essentieel in elke organisatie

26 Microsoft Word vervolmaking

11 16 21

in dit nummer

13

Na een welverdiende verlofperiode, is het sportnajaar intussen al goed uit de startblokken geschoten. Sportfe-deraties zijn begonnen aan de laatste rechte lijn van de huidige beleidsperi-ode en in de sportclubs is het nieuwe sportseizoen intussen ook ingezet. Met 2012 in zicht, beginnen de sport-federaties en de sportbeleidsmakers stilaan te denken aan de opmaak van de beleidsplannen voor de nieuwe beleidsperiode 2013-2016. Het wordt bijgevolg voor iedereen stilaan tijd om het huidige beleid te gaan evalueren met het oog op een eventuele bijstu-

ring in de toekomst. Ook de Vlaamse Sportfederatie vzw denkt volop aan de nieuwe beleidsperiode en plant vanaf het najaar 2011 een aantal ondersteu-nings- en informatiemomenten voor haar leden sportfederaties in het kader van de opmaak van nieuwe beleidsplannen. Het komende jaar wordt ook voor de beleidsmakers een belangrijke periode waarin de balans zal worden opge-maakt van de verschillende sportbeleidsinitiatieven.In dit nummer staan wij alvast stil bij één van deze beleidskeuzes die een belangrijke stap moet betekenen in de verhoging van de kwaliteit van jeugdsportbegeleiding in sportclubs, met name de impulssubsidies. Halver-wege de looptijd van het huidige impulsbeleid, stellen we vast dat het gros van de gemeenten gebruik maakt van deze impulssubsidies. 90% van de aange-wende middelen komt ten goede van sportclubs, aangesloten bij een erkende sportfederatie. Om dit kwaliteitsverhogend initiatief zo integraal mogelijk te laten doorstromen naar de erkende sportfederatiesector, blijft het echter be-langrijk dat ook sportfederaties hun rol blijven opnemen door hun sportclubs zoveel mogelijk te informeren en te stimuleren om gebruik te maken van het impulsbeleid.

Gekwalificeerde jeugdsportbegeleiders in de sportclub hebben is één zaak, een aangepast beweegaanbod voor jonge kinderen in de sportclub, is een andere zaak. Recent onderzoek wijst uit dat het aantal jonge kinderen dat te weinig beweegt en te kampen heeft met bewegingsachterstand, stijgt. Bo-vendien waarschuwen sportartsen en bewegingsacademici ervoor dat jonge kinderen die wel actief zijn, maar te vroeg specialiseren in een sport, het ri-sico kunnen lopen op een te eenzijdige lichaamsontwikkeling. De Vlaamse overheid start bijgevolg in het najaar 2011, in samenwerking met de VSF en een aantal andere partners, met een experimenteel project rond het creëren van een gevarieerd bewegingsaanbod voor jonge kinderen. Ook de Vlaamse sportfederaties en hun sportclubs krijgen de kans om hun steentje bij te dra-gen in dit project. Je leest er alles over in dit magazine.

Een goede start in de bewegingscultuur van jonge kinderen, moet op termijn leiden naar enerzijds een gezonde levens- en beweegstijl, maar kan ander-zijds in de toekomst ook de topsport ten goede komen. Met de Olympische Spelen van 2012 in het vizier, laat het VSF Magazine vanaf nu en tot aan de Spelen telkens Vlaamse topatleten aan het woord in hun voorbereiding naar Londen 2012. In dit nummer bijten kajakkers Olivier Cauwenbergh en Lau-rens Pannecoucke de spits af.

Verder in dit nummer lees je meer over de succesformules van Spoka en het Dynamo Project. Ook willen we jou warm maken voor een aantal interessante VSF opleidingen die eraan komen in het najaar van 2011.

Veel leesplezier!

Willy PennoitVoorzitter

ColofonVSFmagazineTijdschrift van de Vlaamse Sportfederatie vzwNummer 3 - 2011 - jaargang 18verschijnt vier maal per jaar

Verantwoordelijke UitgeverGeraldine MattensZuiderlaan 13 - 9000 Gent

HoofdredactieGeraldine Mattens

EindredactieSara Pannecoucke

RedactieteamGeraldine Mattens - Sophie Cools - Sara Pannecoucke - Jelle Vanbiervliet - Anne-Line Balduck

Vormgeving Sara Pannecoucke

DrukNevelland Graphics cvba-soIndustriepark - Drongen 219031 GentTel. 09 371 57 16Fax 09 371 87 [email protected]

Redactie adres - Advertenties - AbonnementenVlaamse Sportfederatie vzwZuiderlaan 139000 GentTel. 09 243 12 90Fax 09 243 12 [email protected]

Abonnementsprijs 15 euro

Gedrukt op 600 exemplaren

CopyrightNiets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd door middel van boekdruk, foto - offset, fotokopie, microfilm of welke andere methode dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de VSF.

voorzitter aan het woord

1 Pennenzakkenrock - dinsdag 28 juni 2011 2 EU-project: Symposium Helsinki - woensdag

8 en donderdag 9 juni 2011 3 Thema-avond Sponsoring Berchem - donderdag 23 juni 2011 4

Teambuildingsdag VSF - vrijdag 8 juli 2011

in beeld

1

4

2

3

Hoe zou het nog zijn met de impulssubsidies?

JELLE VANBIERVLIET

6 VSFmagazine 3.2011

In 2009 ging het impulsbeleid

van start. Na twee jaar zijn zowel

de VSF als de federaties benieuwd

naar een stand van zaken. Want als

sportfederatie is het interessant om

de sportclubs te informeren over de

mogelijkheden van de impulssubsi-

dies en hen te stimuleren hier opti-

maal gebruik van te maken.

Op onze vraag gaf het Bloso ons

een zicht op hoe de impulssubsidies

besteed worden.

ImpulssubsidiesDe impulssubsidies kunnen uitslui-tend bekomen worden door Vlaam-se gemeenten die genieten van een beleidssubsidie op basis van het lo-kaal Sport voor Allen-decreet.Het thema voor het impulsbeleid is van 2009 tot en met 2013 “de kwaliteit van de jeugdsportbegelei-der verhogen in de sportverenigin-gen aangesloten bij een erkende Vlaamse sportfederatie”. De beleidsdoelstelling van de

Vlaamse Regering met dit im-pulsbeleid is het verkrijgen van meer en hoger sportgekwalifi-ceerde jeugdsportbegeleiders en jeugdsportcoördinatoren, actief in meer erkende sportverenigingen.

Als jeugdsportbegeleider wordt be-schouwd: een sporttechnische be-geleider voor jeugdsport, actief in een erkende sportvereniging. Het gaat dus over iemand die training geeft aan de jeugd in een sportver-eniging, aangesloten bij een erken-de Vlaamse sportfederatie.

Als jeugdsportcoördinator wordt beschouwd: een sportgekwali-ficeerde jeugdsportbegeleider (minimum VTS-initiator) die het jeugdsportbeleid in de erkende sportvereniging coördineert op sporttechnisch, beleidsmatig en or-ganisatorisch vlak.

Hoe besteden de ge-meenten de beschik-bare middelen?De gegevens die hieronder ver-meld staan, zijn gebaseerd op de jaarverslagen van de gemeenten van 2009. Cijfers voor 2010 zijn nog niet beschikbaar aangezien de gemeenten hun jaarverslagen van 2010 pas moeten indienen tegen 1

september 2011.

Voor de periode 2009-2013 komen 262 gemeenten in aanmerking voor de impulssubsidies. Voor de periode 2010-2013 zijn dat er 275. Twee van de 262 gemeenten maak-ten in 2009 geen gebruik van de ter beschikking gestelde impuls-subsidies. 260 gemeenten gingen wel in op het impulsbeleid.

Van die 260 gemeenten gaven in 2009:• 159 gemeenten (61%) directe

financiële ondersteuning aan erkende sportclubs via een specifiek subsidiereglement. Deze gemeenten organiseer-den geen eigen initiatieven, zoals het organiseren van bij-scholingen.

• 98 gemeenten (38%) directe financiële ondersteuning aan erkende sportclubs met daar-naast ook nog eigen initiatie-ven (zie verder).

• 3 gemeenten (1%) geen direc-te financiële ondersteuning aan erkende sportclubs. Deze hadden enkel eigen initiatie-ven.

Het totale bedrag van de door de ge-meente gerapporteerde uitgaven bedroeg in 2009: 4.358.004,64 euro.

SOPHIE COOLS

7VSFmagazine 3.2011

sport voor allen

Hiervan werd 3.917.481,22 euro (90%) besteed aan directe finan-ciële ondersteuning van erkende sportclubs, en 440.523,42 euro (10%) aan eigen initiatieven van de gemeenten.

Het totaal aan effectief uitbetaal-de impulssubsidies door Bloso in 2009 bedroeg 4.246.692,95 euro.

Directe financiële on-dersteuning van de sportclub vs eigen ini-tiatieven van de ge-meenten Directe financiële onder-steuning van de sportclub?Alle gemeenten die impulssubsi-dies ontvangen, moeten hiervan over een periode van vijf jaar de meerderheid (51% of meer) beste-den aan directe financiële onder-steuning van erkende sportclubs, op basis van een subsidieregle-ment. Dat subsidiereglement ver-schilt van gemeente tot gemeente, maar rijmt telkens met de voorge-schreven kwaliteitscriteria uit het uitvoeringsbesluit. We stellen vast dat een aantal ge-meenten werken met een basis-voorwaarde alvorens een club kan rekenen op subsidies. Deze voor-waarde kan bijvoorbeeld zijn:

• De sportvereniging heeft min-stens 20 jeugdleden die de sport binnen de sportvereni-ging beoefenen.

• De sportvereniging kan mini-mum 1 jaar werking bewijzen.

• De sportvereniging is geen club van beroepssporters of heeft geen commercieel oog-merk.

• …

Daarnaast wordt er gewerkt met aanvullende subsidies, die bere-kend worden aan de hand van een puntensysteem. Hoe meer punten een club behaalt, hoe meer subsi-dies de club kan krijgen.Een aantal voorbeelden van hoe een club extra subsidies kan ver-krijgen (gebaseerd op subsidiere-glementen van een aantal gemeen-ten):

• Trainingen die geleid wor-den door gediplomeerde jeugdsportbegeleiders.

• Beschikken over een ac-

tieve sportgekwalificeerde jeugdsportcoördinator.

• Deelname aan een opleiding of bijscholing van de VTS.

• Organiseren van een vorming /opleiding.

Eigen initiatieven van de gemeenten?In 2009 hebben 101 gemeenten eigen initiatieven ontwikkeld in het kader van de impulssubsidies. 98 hiervan in combinatie met directe financiële ondersteuning van de erkende sportclubs, 3 gemeenten met uitsluitend eigen initiatieven en geen directe financiële onder-steuning (NOOT: die drie gemeen-ten zullen dus in de komende jaren extra middelen aan de directe fi-nanciële ondersteuning van sport-clubs moeten uitgeven om over de periode van vijf jaar de meerder-heid van de impulssubsidies daar-aan te spenderen). De eigen initiatieven van de ge-meenten kunnen in 6 grote groe-pen ingedeeld worden:

• Uitgaven voor het behalen van een sportspecifiek diploma of attest van de Vlaamse Trai-nersschool door de jeugdsport-begeleider of jeugdsportcoör-dinator.

• Uitgaven voor het organiseren van bijscholingen, gevolgd door de jeugdsportbegeleider of de jeugdsportcoördinator.

• Uitgaven voor het aanstel-len van sportgekwalificeerde jeugdsportbegeleiders en jeugdsportcoördinatoren op voorwaarde dat ze de functie actief uitoefenen in de sport-vereniging zelf.

• Uitgaven voor initiatieven die leiden tot nieuwe jeugdsport-begeleiders of jeugdsportco-ordinatoren of die de drop-out van actieve jeugdsportbegelei-ders of jeugdsportcoördinato-ren tegengaan.

• uitgaven voor onderzoek (was enkel mogelijk in 2009)

De meest populaire eigen initiatie-ven waren: • uitgaven voor het organiseren

van bijscholingen (56 gemeen-ten)

• uitgaven voor onderzoek (42 gemeenten)

• uitgaven voor het behalen van een sportspecifiek diploma of attest (27 gemeenten).

Minder frequent voorkomend wa-

ren de uitgaven voor initiatieven die leiden tot nieuwe jeugdsport-begeleiders of die de drop-out van jeugdsportbegeleiders moe-ten tegengaan. Ook het aanstel-len van een sportgekwalificeerde jeugdsportbegeleider of –coördi-nator is niet echt gebruikelijk met 7 gemeenten.

Tegemoetkoming in de opleidingskosten?

Belangrijk voor de sport-clubs!248 van de 260 gemeenten (95%) hebben in 2009 een tegemoetko-ming in de kosten van de opleiding van een jeugdsportbegeleider of –coördinator voorzien. Alles wijst erop dat dit zeker tot 2013 zo zal blijven. Het is dus belangrijk dat je je sportclubs en jeugdtrainers op deze tegemoetkomingen wijst.

ConclusieWe kunnen concluderen dat de impulssubsidies algemeen gekend zijn, en dat de meeste gemeenten er effectief mee aan de slag zijn gegaan. Wanneer we kijken naar de verdeling van de middelen gaat zo’n 90 % van de beschikbare mid-delen naar de directe financiële on-dersteuning van clubs, aangesloten bij een erkende sportfederatie. Iets wat we uiteraard enkel maar kun-nen toejuichen. Als sportfederatie is het belangrijk om jouw clubs te wijzen op de mo-gelijkheden die bij deze impulssub-sidies liggen. Daarnaast heb je als sportfedera-tie, dankzij de (sporttechnische) expertise, de sleutel in handen om de kwaliteit van de jeugdsportbe-geleiders in de eigen clubs te ver-beteren. Een samenwerking met een gemeente in het kader van de impulssubsidies kan in bepaalde gevallen bijvoorbeeld interessant zijn.

Bloso website

Meer weten?Neem een kijkje op onze website www.vlaamsesportfederatie.be > SVA > Impulssubsidiesof ga naar www.bloso.be > Subsi-diëring > Lokale en provinciale besturen en VGC > Begeleiding en informatie > Impulssubsidie

Multimove voor kinderen

SOPHIE COOLS

8 VSFmagazine 2.2011

Wie experimenteert met ons mee?Volgende actoren zijn betrokken:

• Kabinet Sport en Departe-ment CJSM: algemene opvol-ging en evaluatie project

• VSF: projectcoördinator en uitwerking productontwikke-ling i.f.v. de sportfederaties en sportclubs

• ISB: uitwerking productont-wikkeling i.f.v. de lokale over-heden

• UGent en VUB: flankerend on-derzoek, i.s.m. KUL

Het project wordt aangestuurd door een stuurgroep waarin deze organisaties zetelen, eventueel aangevuld met andere betrokken actoren. Tijdens het project zal in teamverband worden samenge-werkt.

Multimove?!De Vlaamse Sportfederatie vzw werd aangeduid als algemeen pro-jectcoördinator en stelt in samen-werking met de Vlaamse overheid, de Vlaamse Trainersschool, het ISB en de Vlaamse universiteiten vol-gende strategische doelstellingen voorop in dit project:

1. Kennisontwikkeling: Kennisontwikkeling en brede sensibilisering bij ouders en begeleiders over het belang van motorische ontwikkeling van het kind, met het accent op een brede motorische vorming en plezierbeleving.

2. Productontwikkeling: Het project wil initiatieven opstarten voor het jonge kind, waarbij een brede motorische vorming centraal staat.

De aandachtige VSF-volger weet

het ondertussen al: de Vlaamse

overheid start een experimenteel

project op in verband met een ge-

varieerd bewegingsaanbod voor

jonge kinderen.

Het project, dat de naam “Multimo-ve voor kinderen: een gevarieerd bewegingsaanbod voor jonge kin-deren” draagt, kent zijn oorsprong in het Vlaams regeerakkoord. Dat stelt immers: “In samenwer-king met de sportfederaties en de universiteiten wordt een proefpro-ject uitgewerkt rond multisporten voor de allerjongsten”.

Deze basis werd in de beleidsnota en –brief Sport 2010 verder uitge-schreven.

sport voor allen

Flickr: diyosa

9VSFmagazine 3.2011

sport voor allen

Het project loopt van september 2011 tot en met augustus 2014 en richt zich tot kleuters (3- tot 6-jari-gen) en jonge kinderen (7- en 8-ja-rigen).

KennisontwikkelingBinnen het luik kennisontwikke-ling zullen volgende acties uitge-werkt worden:

1. De Vlaamse Trainersschool werkt, in samenwerking met de overige projectpartners, kennispakketten uit voor begeleiders van jonge kinderen. Die kennispakketten zullen onder andere via de projectpartners ter beschikking gesteld worden aan de deelnemende federaties, sportclubs en lokale overheden. De kennispakketten zullen op basis van gegevens uit de literatuur, bestaande initiatieven en goede praktijkvoorbeelden opgesteld worden. Ze zullen zowel achtergrondinformatie als heel concrete oefenstof bevatten

2. De Vlaamse Trainersschool werkt, in samenwerking met de overige projectpartners, kennispakketten uit voor de ouders van jonge kinderen. Die informatiepakketten zijn zowel bedoeld voor ouders van kinderen die instappen in het experimenteel project (via sportclubs of lokale overheden), als voor het brede publiek (in een latere fase, 2014).

3. Naast deze acties wil het project sportactoren overtuigen van de waarde van een brede motorische basisvorming. De VTS zal gedurende het project een aangepaste opleiding ontwikkelen in functie van het organiseren en begeleiden van een breed bewegingsaanbod, op basis van de ervaringen binnen het project.

ProductontwikkelingBinnen het luik productontwikke-ling wil het project via sportfede-raties en clubs enerzijds en lokale overheden anderzijds nieuwe ini-tiatieven rond een breed bewe-gingsaanbod voor jonge kinderen opstarten en uittesten. De Vlaamse Sportfederatie vzw zal in samen-werking met enkele van haar leden

sportfederaties en de sportclubs een belangrijke rol spelen in dit luik van het project.

Een projectmedewerker, die zal werken vanuit de Vlaamse Sport-federatie vzw, zal in nauwe samen-werking met vier sportfederaties en een selectie van zes clubs (per federatie), een breed bewegings-aanbod voor jonge kinderen bin-nen deze clubs opstarten. Die pro-jectmedewerker zal een concrete ondersteuning voor de betrokken federaties en clubs uitwerken, waarbij de link tussen de federatie en de club essentieel zal blijken. Dit met o.a. het oog op verdere struc-turele verankering. Bij het ISB zal een andere projectmedewerker een gelijkaardige taak vervullen naar de lokale overheden toe.

Flankerend onderzoekDe deelnemende clubs en de lokale overheden worden opgevolgd door de universiteiten in twee flanke-rende onderzoeken. De VUB zal de evolutie van de kennis, de attitude en het gedrag van begeleiders en ouders ten aanzien van een brede motorische basisvorming opvolgen, terwijl de UGent de vooruitgang in de motorische vaardigheden van de deelnemende kinderen zal meten.

Timing?Het project kent volgende grote fa-sen:

1. Najaar 2011• selectie van deelnemende fe-

deraties en sportclubs

2. Najaar 2011 t.e.m. februari 2012

• Uitwerken van concreet on-dersteuningsmateriaal (werk-pakket/ toolkit/ fiches…) voor de aanbieders, op basis van bestaande initiatieven en goede praktijkvoorbeelden (coördinatie door VTS, in sa-menwerking met VSF en de deelnemende sportfedera-ties).

3. Voorjaar t.e.m. midden 2012• Informeren en bijscholen van

de deelnemende clubs.• uitwerking van informatiepak-

ketten voor de ouders

4. September 2012 – juni 2013Start projectjaar 1: • implementatie breed bewe-

gingsaanbod in de deelnemen-de clubs (+ opvolging)

• Informeren van ouders van kinderen die instappen.

5. Juni – augustus 2013• tussentijdse evaluatie en even-

tuele bijsturing van het pro-ject.

6. September 2013 – juni 2014• mogelijkheid voor meer fede-

raties/clubs om (gedeeltelijk) in het project in te stappen

Start projectjaar 2: • implementatie breed bewe-

gingsaanbod in de deelnemen-de clubs (+ opvolging)

7. Juli – augustus 2014• evaluatie experimenteel pro-

ject• Opstarten van initiatieven in

functie van de verankering en de bredere implementatie van de ontwikkelde producten.

Welke federaties?De VSF lanceerde eind augustus een projectoproep voor haar sport-federaties om deel te nemen aan het experimenteel project “Multi-move voor kinderen”. Tot midden september konden de sportfedera-ties zich kandidaat stellen via een formulier. De VSF maakt de vier geselecteerde sportfederaties in het najaar 2011 bekend.

Voor meer informatie over het pro-ject “Multimove voor kinderen”, surf dan naar www.vlaamsesport-federatie.be > SVA > Multimove

Is jouw sportclub een groene sportclub?

Omdat alle beetjes helpen...

10

LIEN BERTON

Meer weten?Interesse in dit onderwerp? Bestel dan de nieuwe brochure van het Dynamo Project “De groene sportclub”. Binnen-kort verkrijgbaar via www.dynamo-project.be

Sportclubbestuurders moeten heel

wat watertjes doorzwemmen om

de werking van hun sportclub in

goede banen te leiden. Dit betekent

meestal veel (vrijwilligers)werk

met weinig mensen. Hoewel sport-

clubbestuurders misschien andere

prioriteiten zullen hebben bij het

besturen van hun club, willen we

toch de aandacht vestigen op het

belang van een groen beleid in je

sportclub. Je kunt als bestuurder

heel wat kleine dingen doen die het

milieu vooruit helpen. Daarnaast

geef je jouw leden het goede voor-

beeld, zodat ze ook thuis milieu-

bewuster zullen denken én doen.

Daarom lanceert het Dynamo Pro-

ject een nieuwe brochure met tips

aan de hand van een aantal grote

thema’s om een groene sportclub

te worden.

MobiliteitLeden moeten zich verplaatsen om naar de training te komen, ploegen die competitie spelen,... Er worden voor een sportclub heel wat kilome-ters afgelegd. Een groen beleid van het bestuur kan onder meer inhouden dat enkel de verplaatsingsonkosten vergoed worden wanneer er aan carpooling wordt gedaan. Optie: enkel volle auto’s worden terugbetaald. Ook kan het bestuur aanmoedigen om zoveel mogelijk van het openbaar vervoer gebruik te maken.

Bekijk ook zeker eens de groepsta-rieven van de NMBS en De Lijn.

AfvalSportclubs organiseren al eens eve-nementen of hebben soms een ei-gen cafetaria. Dit brengt ongetwij-feld een berg afval met zich mee. Om die berg te beperken, moet je het afval zo goed mogelijk sorteren. En dat is een vak op zich! Om orga-nisaties te helpen, publiceerde Fost Plus een aantal tips en tricks over sorteren. Neem zeker een kijkje op www.fostplus.be. Daarnaast zijn er allerlei initiatie-ven om het afval een tweede le-ven te geven. Zo kun je plastieken flessendoppen verzamelen en aan een vrijwilliger van het Belgisch Centrum voor Geleidehonden be-zorgen (over gans België zijn er contactpunten). Als het Centrum voldoende doppen verzameld heeft, kunnen ze de doppen omrui-len voor een blindengeleidehond. Meer info: www.dopjesactie.be.

Energie en waterEr zijn heel wat manieren om de energie- en waterfactuur te beper-ken en dat hoeven niet steeds dure en technologische inspanningen te zijn. Zo kun je vrij eenvoudig (dak)isolatie plaatsen, een timer instal-leren op de verwarming en de douches, gebruik maken van spaar-lampen of lichtsensors plaatsen zodat het licht niet nodeloos blijft branden. De kosten zijn snel terug-verdiend door de lagere energiefac-tuur die het je oplevert! Plan je binnenkort verbouwin-gen of ga je eigen infrastructuur bouwen? Dan kun je onder meer kiezen voor een groen dak dat be-

ter isoleert, het plaatsen van een warmtewisselaar en dubbele begla-zing. Je vindt een lijst met allerlei subsidies op www.vlaanderen.be > premies en subsidies. Maar onthou dat de enige 100% groene energie de energie is die je niet verbruikt! Wil je weten welke leverancier het groenst is in jouw geval? Neem dan een kijkje op www.vreg.be.

PapierNaast energie en water is ook pa-pier een kostbaar goed op onze planeet. Probeer zoveel mogelijk via mail te communiceren met je leden. Print niet elk verslag van ie-dere vergadering af, maar hou alles elektronisch bij.

De Groen Event AwardJaarlijks organiseert OVAM (Open-bare Vlaamse Afvalstoffenmaat-schappij) een wedstrijd waarbij de organisator van een sportevene-ment die bijzondere inspanningen voor het milieu levert, een award ontvangt. Bovendien krijgt de win-nende organisatie ook een som van 2.000 euro uitgekeerd. Heeft jouw club interesse in een deelname? Kijk dan op www.groenevent.be.

goed bestuur

Flickr: epSos.de

11VSFmagazine 3.2011

Belgische K2 in rechte lijn naar Londen

SOPHIE COOLS

topsport

Sinds kajak als sporttak op de

Olympische Spelen is opgenomen

(1936, Berlijn), vaardigde België

elke editie minstens 1 atleet af.

Die reeks wordt ook deze Olym-

piade voortgezet: Laurens Panne-

coucke en Olivier Cauwenbergh

(K2 1000m) bezorgden kajakkend

België opnieuw een Olympische

selectie.

Interview

Laurens en Olivier, proficiat met jullie kwalificatie voor de Olympi-sche Spelen 2012. Is deze selectie

definitief?

Laurens Pannecoucke: “Ja, we heb-

ben voldaan aan de normen van het IOC en BOIC: WK-top 6 als K2. Na onze sterke wereldbekers wis-ten we dat we het konden, maar dan moesten we het ook nog altijd doen.”

Olivier Cauwenbergh: “Let wel: in de kajaksport is het zo dat niet de personen geselecteerd zijn, maar dat een boot zich selecteert. België heeft dus op dit moment een K2-boot om af te vaardigen. In andere landen wordt soms nog gewisseld qua teams, maar in België zal ho-pelijk met ons verder gewerkt wor-den.”

Kajak... Hoe komen jullie in zo’n niet-alledaagse sport terecht?

Laurens Pannecoucke: “We zijn bei-de gestart met voetballen. Ik wou echter snel in de voetsporen van mijn vader treden en op 9- jarige leeftijd ben ik dan van start gegaan bij Sobeka kanoclub in Zwevegem. De club was dicht bij huis en stond gekend voor zijn goede jeugdwer-king. Daar heb ik al op jonge leef-

tijd mijn vaardigheden als kajakker kunnen ontwikkelen.”

Olivier Cauwenbergh: “Ik ben op mijn achtste meegegaan naar een initiatieles in de Koninklijke Cano Club Mechelen, de club waar mijn broer kajakte. Ik was direct ver-kocht! De toffe sfeer, de goede be-geleiding, en de snelle progressie natuurlijk.”

En de bal ging aan het rollen... (of de kajak aan het varen...) Hoe komt een jongen uit Mechelen in de boot met iemand uit Harelbeke?

Laurens Pannecoucke: “De voor-bije 2 jaar was ik de K1 1000 meter vaarder van België. Begin dit jaar werden er verschillende K2-com-binaties getest. Onze combinatie kwam er als de beste uit. En sinds maart zijn we samen K2 beginnen trainen.”

Olivier Cauwenbergh: “Ik vaar al langer K2. De combinatie met Lau-rens werkt. We voelen elkaar goed aan, maken plezier en zijn vrien-

Dubbelinterview met Olivier Cauwenbergh en Laurens Pannecoucke

Flickr: epSos.de

12 VSFmagazine 3.2011

den. Dat is belangrijk om de druk op grote kampioenschappen aan te kunnen.”

Laurens Pannecoucke: “Samen trainen is heel belangrijk, zowel in K1 om ons aan mekaar op te trek-ken, als in K2 om de boot goed te laten lopen. In de winter zitten we vaak in war-mere oorden en als we in België zijn, dan zitten we in Hazewinkel op trainingskamp. Ik ben dus zel-den thuis.“

Welke ondersteuning krijgen jul-lie? Olivier Cauwenbergh: “Vanuit het NKV (nvdr: de sportfederatie) wor-den we goed ondersteund. Carlos Prendes is onze coach (via pool top-trainers van Bloso). Daarnaast worden we omkaderd door een team: kinesist Maarten Thysen, dokter Vincent Vanbelle en inspanningsfysioloog Peter Hespel. NKV werkt ook met de specialisten van het bewegingsplatform. Chris Vermeulen coördineert het geheel. Al deze specialisten staan vrij goed in contact met elkaar en ze begelei-den ons prima.”

Laurens Pannecoucke: “We hebben beiden ook een contract bij Bloso. Ikzelf heb een jaarlijks tewerkstel-lingscontract dat verlengd wordt als ik mijn doelstellingen haal. Ik studeer niet meer omdat de combi-natie topsport en studeren heel erg moeilijk is voor me vanwege de vele buitenlandse stages. “

Olivier Cauwenbergh: “Ik heb een topsportstudentencontract. Ik combineer het kajakken met mijn studie Interactieve Multimedia Design aan de Lessius Hogeschool

Mechelen. “

Wat is dé factor tot succes volgens jullie? Laurens Pannecoucke: “Volgens mij is de factor tot succes heel hard trainen en gezond blijven. Mentaal moet het natuurlijk ook altijd goed zitten. De trainingen zullen, denk ik, niet aangepast worden. We we-ten dat het op deze manier werkt.”

Jullie behaalden de selectie voor de Spelen via een vierde plaats op het wereldkampioenscha Lijn in Szeged. Wat zijn de ambities voor Londen?

Laurens Pannecoucke: “We zaten nu heel dicht bij de medailles op een sterk bezet WK. Volgend jaar zijn we alweer een jaartje sterker. Een medaille moet mogelijk zijn!”

topsport

Flickr: Dr John2005

Sportparticipatie en kansengroepen

“Momenten”: een interessante publicatie

SOPHIE COOLS

13VSFmagazine 3.2011

Sportparticipatie en kansengroe-

pen: het werkt niet zonder extra

inspanningen, want sporten is niet

voor iedereen evident. Er zijn orga-

nisaties voor wie de maatschappe-

lijke rol van sport de corebusiness

is, maar dat geldt niet voor ieder-

een. Toch slagen heel wat organisa-

ties erin om dagelijks goede inspan-

ningen te leveren in functie van een

brede sportparticipatie.

In dit artikel gaan we dieper in op

een publicatie van Demos “Momen-

ten met focus op sportparticipatie

van kansengroepen. Zonder doel

kan je niet scoren”. De publicatie

biedt een mix van visies, praktijk-

verhalen, opmerkelijke benaderin-

gen en beleidsreflecties.

Demos?Demos is als Vlaams kenniscen-trum actief binnen het Participa-tiedecreet. Demos zet in op het vernieuwen en verdiepen van de participatie van kansengroepen aan cultuur, jeugd en sport. Onder de noemer kansengroepen wordt begrepen: mensen in armoede, etnisch culturele minderheden en mensen met een beperking. Demos maakt dit concreet door organisa-ties te informeren en adviseren, samenwerkingsverbanden en net-werken te faciliteren, intervisie en begeleidingstrajecten op te zetten.

Zonder doel kan je niet scorenMomenten is een periodieke publi-catie van Demos. In 2011 verscheen een “Momenten, met focus op sportparticipatie van kansengroe-pen”. De publicatie laat deskundi-gen uit verschillende organisaties en vanuit diverse invalshoeken aan het woord. Marc Theeboom opent de publica-tie door de sociale waarde van sport centraal te plaatsen, vanuit een gezond realisme. Ook Nederland-se onderzoekers komen aan het woord. Agnes Elling en haar colle-ga’s van het W.J.H. Mullier Instituut lichten het evaluatierapport van de projecten “Meedoen alle jeugd door sport” (zie p. 14) en “(Maatschap-pelijke) integratie allochtone vrou-wen in de sport” toe.

Verder peilt Hakim Benichou van het Minderhedenforum naar de barometer interculturalisering van de sport(sector) en bekijkt Uit de Marge vzw de relatie tussen sport en jeugdwerk met maatschappelijk kwetsbare jongeren. Uit de gezond-heidssector wordt VIGeZ en het wijkgezondheidscentrum De Sleep aan het woord gelaten.

Vanuit de lokale overheden licht Stad Gent hun visie op brede sport-participatie toe en het ISB schetst de rol en positie van de lokale sportdienst in het voeren van een sport(participatie)beleid voor allen. Jef Cas (Antwerpen Sportstad vzw) werpt de vraag op hoe ver we staan in het denken en handelen rond sportparticipatie.

Gert Eerarts (Buurtsport Brussel) schetst, via een opiniestuk over de rellen met Brusselse jongeren, een beeld met aandacht voor de leef-wereld van Brusselse jongeren en diversiteit in de samenleving. Twee concrete veldverhalen geven

hun kijk op de toeleiding van kin-deren naar reguliere clubs (Jespo vzw) en/of een duurzame sport-carrière op top- of recreatieniveau (vzw Jeugd en Sport Fit&Vaardig Roeselare).

De georganiseerde sport krijgt een spreekbuis via Peter Gheysen, com-munity coördinator bij Club Brugge en de medewerkers van Vecht en Dans vzw, een proeftuin in het kader van het Participatiedecreet dat sportclubs ondersteunt in hun maatschappelijke rol. VSF-leden Sporta Federatie en VlaS belichten hun dagelijkse werking en hoe deze inspeelt op de sportparticipatie van kansengroepen.

Hoewel Momenten voornamelijk focust op sportparticipatie van mensen in armoede of etnisch cul-turele minderheden, toch wordt ook aandacht besteed aan perso-nen met een handicap (via een interview met Koen Stas van de Provincie Antwerpen en André Christiaens van BOAS vzw) en sportwerking in gevangenissen (De Rode Antraciet).

Samenwerking VSFIn het najaar 2011 bekijkt de VSF de samenwerkingsmogelijkheden met Demos .

Sportfederaties die momenteel nood hebben aan informatie of ondersteuning met betrekking tot mensen in armoede of etnisch culturele minderheden, kunnen contact opnemen met Wouter Devriendt van Demos ([email protected] of 0474 64 98 92).

doelgroepenbeleid

Flickr: Dr John2005

14 VSFmagazine 3.2011

Focus op Nederlands project “Meedoen alle jeugd door sport.”

Wat?“Meedoen alle jeugd door sport”, een programma van de Neder-landse ministeries van Volksge-zondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Wonen, Wijken en Integratie (WWI).

Budget?70,5 miljoen euro

Wanneer?2006-2010 (5 jaar)

Wie?9 sportbonden (atletiek, baseball/ softball, basketbal, gymnastiek, korfbal, kracht- en vechtsport, judo, voetbal en zwemmen), 11 gemeenten en 500 sportclubs.

Doel?Zo veel mogelijk (allochtone) jeugd, uit kansarme stadswijken, naar sportclubs toeleiden én een grotere ouderbetrokkenheid creëren.• integratie in sport: allochtone

jongeren nemen meer deel aan sport en de 500 deelnemende clubs hebben meer allochtone leden (15% meer allochtone leden in de deelnemende sport-clubs).

• integratie door sport: allochtone jongeren gaan meedoen in de samenleving via activiteiten in sportclubs of projecten van bonden in scholen of buurten. Hierbij gaat bijzondere aan-dacht naar het overbrengen van belangrijke waarden en normen.

• reïntegratie: via 50 speci-fieke trajecten (zorgtrajecten) moeilijk opvoedbare jongeren (zorgtrajecten) stimuleren in reïntegratie in de samenleving.

Doorheen het project veranderden de doelgroepen enigszins: van allochtone jeugd naar jeugd uit achtergestelde wijken. Vandaar ook de naamsverandering van het project van “Meedoen allochtone jeugd door sport” naar “Meedoen alle jeugd door sport”. Deze ver-nieuwde invalshoek lag ook meer in de invalshoek van de bonden: zo veel mogelijk jeugd bereiken, met afspiegeling van de wijk waarin de

club gevestigd is.

InhaalbewegingLaat ons even een kijkje nemen hoe onze noorderburen een inhaalbe-weging in de sportparticipatie van jongeren (uit kansengroepen) aan-pakken. De betrokken ministeries kozen ervoor om via de georgani-seerde sport (de sportbonden) te werken om een betere samenwer-king tot stand te brengen en de be-trokkenheid van de verenigingen te vergroten. De focus lag hierbij op sportclubs van negen bonden, geconcentreerd in elf gemeenten. Het financieringsopzet (70% van de projectgelden via bonden en hun clubs) betekende een stijlbreuk met de oorspronkelijke financiering via de gemeenten. Ondanks de scep-tische stemmen bij aanvang, werd het betrekken van de bonden ach-teraf als één van de succesfactoren van het project beschreven. De combinatie van vereniginsonder-steuning vanuit de bonden, met de faciliterende rol van de gemeenten op lokaal niveau bleek te werken.

De bonden konden (op basis van een eigen projectplan) het project invullen, binnen een vast kader (met regels). Ook de clubs maakten een plan op (beleidsdoelen, activi-teitenplan, …), waardoor ze dicht bij hun eigen identiteit konden blijven werken. Deze plannen waren een voorwaarde voor instap in het project en de ontvangst van projectgelden.

De bonden zagen meedoen als een kans voor de georganiseerde sport, zowel op vlak van algemene sport-participatie, als voor de ingeslagen

weg naar professionalisering van verenigingen en een marktgerich-ter beleid. Het bood mogelijkheden aan voor de ontwikkeling van sportproducten die dichter bij specifieke doelgroepen liggen.

Verenigingsondersteu-ning, ouderbetrokkenheid en meerHet project steunde op 4 pijlers:1. verenigingsondersteuning,

kaderopleiding en planvorming2. kennismakingsactiviteiten in

scholen en in de buurt; gebruik van rolmodellen en publiciteit

3. betrokkenheid (allochtone) ouders en vrijwilligersinzet

4. flexibele (light) lidmaatschappen en beperkte kosten lidmaatschap

Opvallend is dat werd ingezet op de basis van sportclubwerking. De betrokken partijen zagen in dat een sterke sportclub in staat zou zijn haar maatschappelijke opdracht te vervullen.

Deze ondersteuning van de basiswerking werd dan bijvoor-beeld aangevuld door specifieke impulsen, zoals het creëren van een verenigingsklimaat waarin de (allochtone) sporter zich thuis kan voelen. Met als volgende stap het inzetten op de vrijwillige inzet van allochtone ouders.

Meer weten?Momenten bestellen of downloaden?www.demos.be

doelgroepenbeleid

a solution for your passion

Benieuwd wat Infomat en Dim@Sports Federation Management voor uw sportfederatie kunnen betekenen? Neem voor meer informatie vrijblijvend contact op met Infomat of bezoek onze website www.infomat.eu!

Dim@Sports Federation Management is gebouwd door een professioneel IT-bedrijf, met professionele ondersteuning, helpdesk en evolutie.

Dim@Sports is operationeel in gebruik bij meerdere sportfederaties (klein en groot), volgt alle sport en technologische evoluties op de voet en werkt boven alles GEÏNTEGREERD. Dankzij deze integratie behoren dubbele invoer en verschillende databases of programma's tot het verleden.

Dim@Sports verbindt de verschillende taken in een sportfederatie, denk maar aan leden- en club-administratie, facturatie, boekhouding, genereren van kalenders, beheren van resultaten en klassementen, oproepen van officials of scheidsrechters, een extranet-luik voor communicatie tussen clubs/leden en de Federatie, officiële rapportering, ... U kiest zelf de taken die u binnen uw federatie verder wil automatiseren.

Dim@Sports laat uiteraard personalisering toe per sportfederatie, maar wel op basis van één platform dat door vele organisaties wordt gebruikt en dat mee evolueert in de tijd.

PROFESSIONEEL management van een sportfederatie vraagt een PROFESSIONELE software

Infomat nv • Laarstraat 16 Blok AB • 2610 Wilrijk • 03/820.60.00 • [email protected]

Competition

Community

SMS

Extras

Webshop Website

Finance

Extranet

Administration

Dim@Sports Federation

Management

16 VSFmagazine 3.2011

SARA PANNECOUCKE

De Vlaamse Sportfederatie vzw wil

met het Spoka project jongeren tus-

sen 6 en 25 jaar warm maken om

aan sportkampen deel te nemen.

Jongeren vinden op www.spoka.

be een sportkamp op maat uit het

sportkampenaanbod van de VSF

leden sportfederaties. Op de web-

site zoek je gemakkelijk op datum,

sport, locatie, leeftijd, niveau,…

Spokaleden 2011De sportkampen die je terugvindt op Spoka zijn georganiseerd door 15 Vlaamse sportfederaties.

Bond voor Lichamelijke Opvoeding vzw• Dansliga Sportfederatie vzw• Federatie Dans en Sport vzw• Gezinssportfederatie – GSF

vzw• Koninklijke Belgische Korfbal-

bond - Vlaamse Liga vzw• Recreas vzw – Recreatief Aan-

gepast Sporten• Sportievak vzw• Sporta - federatie vzw• Vlaamse Badminton Liga vzw• Vlaamse Liga Paardensport

vzw• Vlaamse organisatie voor In-

ternationale Volksspelen vzw - PFV

• Vlaamse Schietsportkoepel vzw

• Vlaamse Ski- en Snowboardfe-deratie vzw

• Vlaamse Reddingscentrale vzw

• Vlaamse Triatlon - Duatlon Liga vzw (nieuw sinds mei 2011)

Meerwaarde sportfe-deratiesWelke meerwaarde biedt het Spoka project nu voor de deelnemende sportfederaties?

• De sportfederatie bereikt meer mensen die kunnen deelnemen aan de sportkam-pen. De bezoekers vinden ge-makkelijk de weg naar Spoka via het internet.

• De meeste jongeren op zoek naar een sportkamp zijn sport-minded. Onder deze jongeren zijn er vast enkele nog niet aangesloten bij een georgani-seerde sportclub. Die jongeren komen dus bij de Spokaleden terecht in hun zoektocht.

• Via de zoekmodule op de web-site en het jaarlijks evenement staan de verschillende sport-takken en sportfederaties nog eens extra in de kijker.

Spoka 2011 Alweer een succesvol jaar

VSFmagazine 3.2011 17

Na een deugddoende en sportieve zomervakantie is het tijd voor een kleine stand van zaken.

Enkele cijfersIn 2011 staan er op de Spoka web-site 702 sportkampen. Dit is al een stijging van 53 sportkampen tegen-over 2010.

De VSF en het Spoka project wil de jongeren de weg wijzen naar een gepast sportkamp. Hoeveel keer heeft men nu al geklikt op onze website?

• Vanaf januari 2011 telde de Spoka-website gemiddeld 2.272 unieke bezoekers en 74.656 hits per maand.

• Eind juni, na Pennenzakken-rock, zagen we een kortston-dige en forse stijging tot meer dan 10.000 klikken per dag.

Well be@INGING draagt zorg voor zijn werkne-mers. In het kader van Well be @ING wil de bank aan de kinderen van hun werknemers over gans Vlaanderen activiteiten aanbieden aan een voordeeltarief. Hiervoor werkt ING samen met verschillen-de partners.In 2011 is Spoka één van de part-ners wat betreft het aanbieden van sportkampen. Via vermelding op hun interne website kunnen hun werknemers naar Spoka surfen om op zoek te gaan naar een gepast sportkamp voor zoon en/of dochter.

Om de deelname bij dergelijke partners te stimuleren, levert ING een korting aan de werknemers op het volledige inschrijvingsbedrag.

Wat levert Spoka dit partnerschap op?

• extra promotie voor Spoka, sportfederaties en de sport-kampen

• Heel wat werknemers van ING surfen naar Spoka op zoek naar een sportkamp voor hun kinderen.

• extra naamsvermelding (o.a. op de website, interne mai-lings,…)

P e n n e n z a k k e n r o c k 2011Op dinsdag 28 juni 2011 ging het ééndaags kinderfestival Pennen-zakkenrock van start aan het Zil-vermeer in Mol. Het mooie weer, het muzikale programma en de vele randanimaties lokten heel wat schoolgaande kinderen en hun leekrachten en/of ouders. Ook de Vlaamse Sportfederatie vzw kon je in het kader van het Spokaproject op Pennenzakkenrock terugvinden met het Spoka Sportdorp, dat vol-ledig in het teken van de “ideale sporter” stond.

Met ruim 24.000 bezoekers (te-genover 2010: 19.000 bezoekers) was het een warme en schitterende editie. Het doelpubliek? Kinderen, tussen de 8 en 14 jaar, ouders, leerkrach-ten en geïnteresseerden. Ideaal voor Spoka dus!

Samen met de aanwezige Spoka-leden hebben we er een sportieve en succesvolle dag van gemaakt. De kinderen konden kiezen uit 9 verschillende sportactiviteiten, vol-ledig verzorgd en begeleid door de sportfederaties.

Als de kinderen hadden deelge-nomen aan drie verschillende sportactiviteiten uit het Sportdorp kregen ze een cool gadget, nl. een groen rubberen polsbandje met www.spoka.be. Voor deze “ideale sporters” had de VSF een erepodi-um voorzien, waar ze alleen of met hun vrienden op de foto konden.

Meter Karin Donckers was ook aanwezig op Pennenzakkenrock en op de foto. Peter Seppe Smits

kon jammer genoeg niet komen door recente aanpassingen in zijn trainings- en wedstrijdschema. Seppe had voor de kinderen wel en-kele snowboardattributen voorzien waar deze mee op de foto konden (snowboard, helm,…). Deze podi-umfoto’s konden de kinderen gauw terugvinden op Facebook. Hiervoor moesten ze uiteraard eerst even surfen naar de Spoka website.

Vanaf 9u ’s morgens tot 16u in de namiddag werd het Sportdorp druk bezocht. Heel wat kinderen hebben deelgenomen aan de sportactivitei-ten. Uiteraard heeft niet iedereen aan minstens drie activiteiten deel-genomen, maar toch konden we in het Sportdorp meer dan 1000 “ide-ale sporters” belonen! Ze hebben allemaal even kunnen proeven van de sport. Het was een succesformu-le en alle medewerkers hadden hun handen vol met de begeleiding van de kinderen.

over vsf

18 VSFmagazine 3.2011

Meer weten?Interesse om ook aan te sluiten bij Spoka? Neem dan contact op met Sara op [email protected] of 09 243 12 92.

De 9 sportactiviteiten waren heel verschillend, en bestonden uit:

1. Kajakparcours (Sportievak vzw en Vlaamse Reddingscentrale vzw)

2. Tumbling op de airtrack (Sporta-Federatie vzw)

3. Horse Race spel (Vlaamse Liga Paardensport vzw)

4. Schietactiviteit (Vlaamse Schietsportkoepel vzw)

5. Dansinitiatie (Dansliga vzw)6. Petanquespel (Petanque

Federatie Vlaanderen - afdeling Antwerpen)

7. Basketbalspel (Recreas - Recreatief Aangepast Sporten vzw)

8. Rope skipping (Bond voor Lichamelijke Opvoeding vzw

9. Korfbal (Koninklijke Belgische Korfbalbond vzw)

Een volledige fotoreportage vind je terug op de website www.spoka.be.

Enkele reactiesOrganisator PZR:“Ik heb heel erg veel positieve re-acties gehoord op het Sportdorp. Jullie enthousiasme moet blijkbaar erg aanstekelijk gewerkt hebben want alle partners uit jullie omge-ving wisten het me te vertellen.”

Sportievak vzw:“Het was helemaal niet evident om tijdens één van de drukste weken van het jaar een dag uit te trek-ken maar we vonden het meer dan waard!”

Vlaamse Liga Paardensport vzw:“Het was voor ons (VLP) een heel nuttige ervaring en willen hier ze-ker in de toekomst opnieuw aan meewerken.”

Facebook fotowed-strijdDe VSF heeft in het kader van Spo-ka & Pennenzakkenrock een online fotowedstrijd georganiseerd voor kinderen tussen 8 en 14 jaar.

De wedstrijd liep vanaf maandag 4 april 2011 tot en met zondag 15 mei. Hier kon iedereen tussen 8 en 14 jaar zijn/haar favoriete, coolste of mafste sportkampfoto online plaatsen en zo kans maken op 5 gratis tickets voor Pennenzakken-rock.Na afloop van de fotowedstrijd ko-zen we 5 foto’s en iedere winnaar ontving 5 gratis tickets om samen met 4 vrienden naar Pennenzak-kenrock te gaan.

De 5 winnaars vind je ook terug op de website www.spoka.be in de fo-togallerij.

.be.beover vsf

GERALDINE MAT T ENS

19VSFmagazine 3.2011

ANNE-LINE BALDUCK

dynamo project

Dynamo Project blaast drie kaarsjes uit

Het Dynamo Project van de Vlaam-

se Sportfederatie vzw (VSF) is één

van de proeftuinen die deel uitma-

ken van het Participatiedecreet.

Als proeftuin en experimenteel

project, wil het Dynamo Project

via verenigingsondersteuning op

managementvlak een duurzame

professionalisering en kwaliteits-

verbetering in sportclubs berei-

ken. Het Dynamo Project werd in

juni 2009 gelanceerd en heeft een

looptijd van 5 jaar. Het is evenwel

de ambitie van de VSF om na afloop

van deze eerste periode het experi-

mentele project te zien evolueren

naar een verankerd gegeven zodat

het een blijvende meerwaarde kan

zijn voor de sportsector.

Intussen heeft het Dynamo Project

er bijna drie werkingsjaren op zit-

ten. Tijd om een stand van zaken op

te maken.

Eén missie met 4 kap-stokkenDe missie van het Dynamo Project is eenvoudig en duidelijk: “Het aanbieden van managementonder-steuning aan sportclubs.”Deze missie wordt vertaald in 4 grote doelstellingen, die de wer-king van het Dynamo Project con-creet vorm geven:

• uitbouw van een documenta-tie- en kenniscentrum

• uitbouw van een helpdesk• actieve diepteondersteuning

via vormingen• individuele maatbegeleiding

Documentatie- en kennis-centrumHet aanbieden en verstrekken van informatie en kennis aan de sport-clubs is een eerste doelstelling van het Dynamo Project. Zo worden er brochures, praktische documen-ten, handleidingen, checklists en modeldocumenten ter beschikking gesteld aan de sportclubbestuur-ders. Deze documentatie handelt uiteraard over wetgevende en managementgerelateerde onder-werpen, zoals de vzw-wetgeving, de vrijwilligerswetgeving, de btw-reglementering, verzekeringen, subsidies, werkgeversmaterie,… . Een overzicht van de 14 themati-sche brochures en het aanbod aan (elektronische) modeldocumenten is terug te vinden op de website van het Dynamo Project.

Naast het ter beschikking stellen van brochures en documenten, ontwikkelde het Dynamo Project ook tools die sportclubbestuurders in staat stellen om wegwijs te ge-raken uit de papierwinkel waaraan ze met hun sportclub gebonden zijn. Zo kunnen zij bij het Dynamo Project terecht voor een boekhoud-programma, een btw-tool en een vrijwilligersregister.

Sportclubs kunnen ook via het Dy-namo Project intekenen op een voordelige webhosting en domein-registratie.

HelpdeskVerder biedt het team van het Dynamo Project een telefonische en online helpdesk aan. Sport-clubbestuurders die nood hebben aan verdere informatie of een specifieke vraag hebben rond een management- of bestuurlijk probleem, kunnen via een online

vragenformulier op de website hun vraag stellen. Ze kunnen ook persoonlijk contact opnemen met één van de medewerkers. Drie jaar werking, leert dat de meeste vra-gen die door sportclubbestuurders gesteld worden over de vzw-, de vrijwiligers- en de btw-wetgeving gaan.

De actieve diepteondersteuning van de sportclubbestuurders re-aliseert het Dynamo Project on-der meer door het aanbieden van vormingen en opleidingen. Het vormingsaanbod van het Dynamo Project wordt samengesteld op basis van de noden van de sport-clubbestuurders. Het aanbod is gekoppeld aan de inhoudelijke, managementgerelateerde thema’s die voorkomen in het kennis- en do-cumentatiecentrum en worden bo-vendien afgestemd op het aanbod van Sportac, waarmee een diep-gaande samenwerking werd opge-zet. Sportclubbestuurders kunnen rechtstreeks inschrijven voor de geplande opleidingen, maar ook sportfederaties en sportdiensten kunnen vormingsmomenten be-stellen bij het Dynamo Project.

Een greep uit het actuele oplei-dingsaanbod:

• Mijn sportclub, een vzw?• De vzw- en de vrijwilligerswet-

geving• Wegwijs in btw en de sportclub• Wegwijs in fiscaliteit en de

sportclub• Praktisch boekhouden voor

sportclubbestuurders• Praktisch boekhouden met

btw tool• Wegwijs in verzekeringen en

de sportclub• Website bouwen met Drupal• …

Naast dit “klassieke” opleidings-aanbod, lanceerde het Dynamo Project ook meer innoverende vormingsmomenten. Zo bleek een thema-avond over sponsoring een schot in de roos te zijn en heeft het

VSFmagazine 3.2011

dynamo project

20

dienstverlening staat hoog geno-teerd op de agenda. Want het Dy-namo Project wil dat de juiste infor-matie bij de juiste mensen terecht komt. Deze optimale informatie-doorstroming kan bereikt worden, enerzijds door een rechtstreekse communicatie naar de sportclubbe-stuurders via de standaardcommu-nicatiekanalen, maar anderzijds ook via verdere communicatie en samenwerking met de sportfedera-ties en de sportdiensten.

Uit de positieve reacties van het veld zelf, blijkt dat de introductie van het Dynamo Project een brood-nodige stap was in de verdere on-dersteuning van vrijwillige sport-clubbestuurders. Sportclubbestuurders ervaren het Dynamo Project als een aanvulling op de werking van de sportfede-raties. Deze laatste vinden op hun beurt in het Dynamo Project een volwaardige partner terug waarop ze een beroep kunnen doen om op een professionele en efficiënte wijze een deel van hun ondersteu-ningsopdracht te vervullen. De mogelijkheid die het Dynamo Project heeft om zich te specialise-ren in administratieve en manage-mentgerelateerde thema’s, zorgt ervoor dat zij de sportclubbestuur-ders op het scherpst van de snee kan informeren en bijstaan. Ook sportclubs ontsnappen niet

aan het Westers model van juridise-ring en bureaucratisering. Het toe-komstmodel van de mediaan-sport-club zal waarschijnlijk resulteren in een organisatie met semiprofes-sionele of soms zelfs professionele kenmerken. In het kader van het Europees project “Volunteering in sport”, over managementonder-steuning in sportclubs, waarvan de VSF projectleider is, blijkt dat de professionaliseringsgraad van sportclubs binnen de EU zeer di-vers is. De landen waar deze profes-sionalisering het verst gevorderd is, leren ons alvast dat deze evo-lutie belangrijke implicaties heeft voor de organisatie die sportclubs ondersteunen, zoals sportfedera-ties, sportdiensten en het Dynamo Project. Deze organisaties zullen ook mee moeten evolueren en hun dienstverlening afstemmen op de stijgende graad van professionali-sering in de sportclubs. Er valt dus nog een hele weg af te leggen.

Meer weten?Wil je meer weten over de dienstverlening van het Dynamo Project? Surf dan naar www.dynamoproject.be

concept van de Dag van de Sport-clubbestuurder inmiddels ook al zijn plaats op de markt veroverd.

Individuele maatbegelei-dingDe vierde pijler in de werking van het Dynamo Project is de individu-ele maatbegeleiding. Sportclub-bestuurders met een specifieke vraag of een probleem, die niet via documentatie of de helpdesk kun-nen worden opgevangen, kunnen zich kandidaat stellen voor een in-dividueel begeleidingstraject. De sportclub wordt dan gedurende een bepaalde tijd begeleid door een me-dewerker van het team of door een externe deskundige. Tot op heden werden maatbegeleidingen aange-boden in de domeinen van de vzw- en de btw-begeleiding.

En nu?Het Dynamo Project staat vandaag op de drempel van haar vierde wer-kingsjaar. In dit voorlaatste jaar van het huidige project, worden nog een aantal nieuwe brochures en tools gerealiseerd en zal het oplei-dingsaanbod gehandhaafd worden. De hoofdfocus zal echter liggen bij het behouden, optimaliseren en verdiepen van de reeds bestaande dienstverlening. Ook verder door-gedreven communicatie over deze

Nieuw in werking sinds 1 juli 2011

Het Sociaal Strafwetboek

GERALDINE MAT T ENS

VSFmagazine 3.2011 21

Flickr: Dominique Godbout

Vorig jaar bundelde de wetgever

alle sociale strafbepalingen, die tot

dan verspreid waren over verschil-

lende wetten en uitvoeringsbeslui-

ten, in één Sociaal Strafwetboek.

Op 1 juli 2011 trad het Sociaal

Strafwetboek ook effectief in wer-

king. Er ontbreken nog enkele uit-

voeringsbesluiten, maar het wet-

boek zelf is een feit.

Het belangrijkste gevolg van de

inwerkingtreding van het nieuwe

strafwetboek, is dat sommige soci-

aalrechtelijke inbreuken voor het

eerst strafbaar worden en dat an-

dere inbreuken voortaan strenger

of minder streng bestraft zullen

worden.

Voortaan één geheelIn tegenstelling tot vroeger waar het sociaal sanctierecht één klu-wen was van onsamenhangende procedures en sancties, verspreid over verschillende wetteksten, vormt het nieuwe Sociaal Strafwet-boek nu één overzichtelijk geheel van procedures en sancties voor inbreuken op arbeids- en sociaal zekerheidsrecht.1

Sociale inspectie trans-paranterDoor de invoering van één Sociaal Strafwetboek worden de sociale sancties niet alleen gebundeld in één tekst, maar komt er ook een bundeling van de te volgen proce-dures bij onderzoek en vaststelling van de inbreuken. De rol van de sociale inspectiediensten blijft be-langrijk in de onderzoeksfase, maar wordt nu beter afgebakend. Nu zijn zij enkel bevoegd voor de opsporing van de inbreuken die opgenomen zijn in het Sociaal Strafwetboek en de hiertoe gebruikte middelen moeten aangepast zijn aan de no-den van het onderzoek. Zo werden er bijkomende maatre-gelen genomen ter bescherming van de persoon of de instelling die het voorwerp uitmaakt van een onderzoek. Inspiratiebron hierbij was de Wet Franchimont, die eind

jaren 90 in de naweeën van de zaak Dutroux werd ingevoerd om meer rechten te verlenen aan het slachtoffer in een strafrechtelijk onderzoek (bv. dossierinzage voor het slachtoffer). Het Sociaal Strafwetboek voert ook beroepsprocedures in tegen maat-regelen, opgelegd door sociaal in-specteurs.

Thematische aanpak van de inbreukenHet Sociaal Strafwetboek creëert eveneens overzicht en samenhang op het niveau van de sociaalrech-telijke inbreuken. Alle inbreuken worden thematisch opgesomd. Een paar voorbeelden:

• inbreuken met betrekking tot arbeidstijd

• inbreuken met betrekking tot arbeidsvoorwaarden

• illegale arbeid • inbreuken met betrekking tot

sociale documenten • inbreuken met betrekking tot

sociale zekerheid• …

Naast deze thematische indeling, wordt bovendien als belangrijke nieuwigheid een uniform straf-fenschema ingevoerd, waarbij de inbreuken op grond van hun ernst worden ingedeeld in 4 niveaus:

1 Let wel, het Sociaal Strafwetboek handelt alleen over federale wetgeving.

wetgeving

Flickr: Horia Varlan

wetgeving

Niveau 1: de lichtste inbreuken. Dit betreft voornamelijk het niet nakomen van administratieve ver-plichtingen zoals:

• onjuiste informatie geven over educatief verlof

• onjuiste informatie geven over uitzendarbeid

• …

Niveau 2: inbreuken die te ma-ken hebben met de reglementering rond:

• het arbeidsreglement• minimale arbeidsduur • werk- en rusttijden• feestdagen• nachtarbeid• tijdskrediet• moederschaps- en vader-

schapsrust• …

Niveau 3: inbreuken die te ma-ken hebben met de reglementering rond:

• gezondheid en veiligheid op het werk

• uurroosters van deeltijders• verplichte arbeidsongevallen-

verzekering• …

Niveau 4: zware inbreuken zo-als:

• schending van de Dimona re-glementering

• schending van de reglemente-ring rond deeltijdse arbeid

• geweld, pesterijen of onge-wenst seksueel gedrag op het werk

• schending van de reglemente-ring rond kinderarbeid

• …

Meer rechtszeker-heid bij sanctione-ringDoor de sociaalrechtelijke inbreu-ken in thema’s en in niveaus van ernst in te delen, wordt er ook meer rechtszekerheid gecreëerd in de sanctionering. Want elke inbreuk krijgt nu een straf naar waarde.

Vóór de invoering van het Sociaal Strafwetboek bestond er in de ver-schillende betrokken wetgevingen een variëteit aan zowel administra-tieve als strafrechtelijke geldboetes en gevangenisstraffen voor inbreu-ken op de sociale wetgeving. Nu zijn er, naar analogie met de 4 ni-veaus van inbreuken, ook 4 niveaus van sancties. (zie tabel 1)

De bedragen van de geldboetes worden telkens vermenigvuldigd met het aantal werknemers waar-voor de inbreuk werd vastgesteld. Hierop is evenwel een bovengrens van 100 gesteld door het Sociaal Strafwetboek.

Het nieuwe, eenvormige stelsel van sancties leidt in een aantal gevallen tot een verzwaring van de straffen, maar in andere gevallen evenzeer tot een vermindering van de straf. (zie tabel 2)

Daar waar de minimum gevange-nisstraf vroeger 8 dagen was, staat deze nu op 6 maanden. Een aan-zienlijke verhoging, op het eerste zicht, maar enkel inbreuken van de zwaarste soort (niveau 4) leiden nog tot een mogelijke gevangenis-straf, terwijl deze vroeger ook kon opgelegd worden voor lichtere in-breuken. Het nieuwe systeem leidt dus eigenlijk tot een depenalisering van de lichtere inbreuken, omdat de rechtbanken zich zouden kun-nen concentreren op de aanpak van de zwaardere vormen van sociale fraude.

Voor de lichtste inbreuken (niveau 1) is er enkel nog een administra-tieve geldboete voorzien. Op deze manier is het belang van de admi-nistratieve geldboetes wel toege-nomen, aangezien enerzijds een belangrijk aantal – lichtere – in-breuken enkel nog door deze geld-boetes kunnen bestraft worden, maar anderzijds door het feit dat nu voor alle inbreuken, opgesomd in het Sociaal Strafwetboek, admi-nistratieve geldboetes kunnen wor-den opgelegd. Er dient wel aan toegevoegd te worden dat het bedrag van een be-langrijk aantal van deze geldboetes vandaag lager ligt dan voordien.

VSFmagazine 3.201122

Gevangenisstraf Strafrechterlijke geldboete Administratieve geldboete

Niveau 1 / / 55 tot 550 euro

Niveau 2 / 275 tot 2.750 euro 137,5 tot 1.375 euro

Niveau 3 / 550 tot 5.550 euro 275 tot 2.750 euro

Niveau 4 6 maanden tot 3 jaar 3.300 tot 33.000 euro 1.650 tot 16.500 euro

Inbreuk Sanctie voor 1/07/2011 Sanctie na 1/07/2011

Niet volledig invullen sociale balans geen sanctie zowel administratieve als straf-rechtelijke geldboete mogelijk

Niet naleven DIMONA verplichtingen hoge administratieve en straf-rechtelijke geldboetes

tarief administratieve en straf-rechtelijke geldboete verlaagd

Niet uithangen uurrooster deeltijder administratieve en strafrechte-lijke geldboetes

tarief administratieve en straf-rechtelijke geldboete verhoogd

Sancties: 4 niveaus - Sociaal Strafwetboek

Vergelijking van sancties voor en na het Sociaal Strafwetboek

23 VSFmagazine 3.2011

wetgeving

In geval van herhaling kunnen de sancties verdubbeld worden. Wan-neer er verzachtende omstandig-heden zijn, kunnen de straffen ver-minderd worden.

Tenslotte voert het Sociaal Straf-wetboek een aantal nieuwe sanc-ties in voor inbreuken van de zwaarste soort, zoals bijvoorbeeld “De sluiting van de onderneming” en “Het verbod van uitvoering van een activiteit”.

Kleine aanvullingHet Sociaal Strafwetboek is in wer-king getreden op 1 juli 2011, maar om volledig te zijn willen we hier toch een kleine kanttekening aan toevoegen. De sancties voor de in-breuken op algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsover-eenkomsten zullen pas op 1 juli 2013 in werking treden, voor zover deze inbreuken al niet door een an-dere bepaling van het Sociaal Straf-wetboek worden gesanctioneerd.

W a a k z a a m h e i d , maar geen paniekDe doelstelling van de invoering van het Sociaal Strafwetboek, was het verduidelijken en rationalise-ren van het sociaal strafrecht, om

zo te komen tot een efficiëntere aanpak van ernstige en georgani-seerde vormen van sociale fraude. Als doorsnee werkgever is het ui-teraard aangeraden om even stil te staan bij dit Sociaal Strafwetboek en na te gaan of alle sociale ver-plichtingen wel degelijk op de een correcte manier vervuld worden.

Er is echter geen reden tot paniek. De vaststelling van een inbreuk naar aanleiding van een sociale inspectie, zal niet altijd leiden tot de zwaarste sanctie. Want de taak van de sociaal inspecteur is niet om louter repressief op te treden. In de mate van het mogelijke zal hij daar-om vaak eerst een waarschuwing geven of vragen om de situatie te regulariseren. Hou toch in het achterhoofd dat een inspecteur de sancties wel meteen kan opleggen en zorg er dus in de eerste plaats voor dat je als werkge-ver de sociale wetgeving op de voet volgt en naleeft.

Heb je vragen over een onderwerp in dit magazine?Wil je graag dat we een onderwerp behandelen in VSF magazine?Heb je goede voorbeelden bij een verschenen artikel of over een ander onderwerp?

Laat het zeker weten aan de VSF magazine redactie via [email protected].

Meer weten?Wil je het volledige Sociaal Strafwetboek lezen?

Surf dan naar onze website www.vlaamsesportfedera-tie.be > Werkgeversmate-rie > Algemeen.

Nieuwe gezichten bij de Vlaamse Sportfederatie vzwOver VSF - VSF organisatienieuws05.09.2011

De VSF wordt versterkt met vier nieuwe medewerkers.

• Leen Magherman is vanaf 5 september 2011 onze nieuwe beleidsmedewerker. Zij helpt je verder met al je vragen over verenigingsondersteuning voor sportfederaties, kadervorming, VSF opleidingen en vrijwilligersbeleid.

• Begin oktober start Grace Hellinckx als onze nieuwe medewerkster Com-municatie en lay-out. Heb je vragen over onze website, onze publicaties, de VSF Knipselservice of over algemeen media- en communicatiebeleid? Dan moet je bij Grace zijn.

• Midden oktober zal Tim Lamon ons team komen vervoegen als medewer-ker Sport voor Allen. Brede School, doelgroepenbeleid en SVA-beleid zullen de hoofdmoot worden in het takenpakket van Tim.

• Samen met Tim, zal ook Sofie De Bock van start gaan al projectmedewerker voor het project Multimove.

Erkende bijscholingen - verplicht voor gesubsidieerde coördinato-renOpleidingen - algemeen26.08.2011

Dit najaar organiseert de VSF nog twee bijscholingen:

• Interne communicatie (erkend voor 6u) • Word Vervolmaking (niet erkend)

Wees er als sportfederatie steeds aandach-tig voor dat de gesubsudieerde coördina-toren al hun verplichte bijscholingsuren hebben gevolgd. Wie geen 6u erkende bij-scholing heeft gevolgd, krijgt vermindering van de werkingssubsidies. Meer informatie hieromtrent vind je op onze website.

Nieuw forfait kilometervergoe-ding vanaf 1 juli 2011vrijwilligers - algemeen14.06.2011

Het maximumtarief voor dienstverplaatsin-

gen met de eigen auto, motor- of bromfiets bedraagt sinds 1 juli 2011 (tot 30 juni 2012) 0,3352 euro per km.

Het gaat om een maximumbedrag dat de fis-cus en de RSZ zonder meer aanvaarden als kostenvergoeding. Een lagere tussenkomst is dus mogelijk. Maar als de werkgever een hoger bedrag toekent, moet hij de werke-lijke kosten kunnen bewijzen.

De organisatie kan haar vrijwilligers ook op die manier vergoeden voor hun verplaatsin-gen met privévervoermiddel.

Dopingpreventie - nieuwe educa-tieve instrumentenMVS – doping22.07.2011

Het team Medisch Verantwoord sporten stelt enkele nieuwe educatieve instru-menten voor om rond dopingpreventie te werken.

Enerzijds stelt het team MVS het Real Win-ner programma (http://flanders.realwinner.org) en anderzijds de Play True Quiz van WADA (http://quiz.wada-ama.org) voor. Deze instrumenten zijn gratis, online en beschikbaar in het Nederlands.

Voor meer informatie over een dopingvrije sport, consulteer de website www.doping-lijn.be of stel uw vraag via [email protected].

Projectsubsidies evenementen ter promotie van een breed sportaan-bod: ook voor sportfederatiesSport voor Allen - massasportevenementen03.08.2011

Met de “Projectsubsidies voor evenementen ter promotie van een breed sportaanbod” wil de minister van Sport evenementen met een beperkte media-aandacht en die bijdragen tot het promoten van een breed sportaanbod in Vlaanderen, ondersteunen.

De focus ligt hierbij op sporten die niet in aanmerking komen voor klassieke sub-sidiëring via Topsport Vlaanderen en/of sporten die weinig of geen kansen krijgen in de traditionele mediaverslaggeving. Het doel is om goed uitgewerkte evenementen binnen deze sporten ook in de spotlights te plaatsen.

Dossiers voor evenementen die plaats-vinden tussen 1 januari en 30 juni 2012 moeten ten laatste op 30 september 2011 ingediend worden. Voor sportfederaties is het belangrijk dat de evenementen ruimer gaan dan de basiswerking en de basis-opdracht sportpromotie. Het project kan bijvoorbeeld een meerwaarde krijgen door het benutten van nieuwe promotiekanalen en de concrete samenwerking met partners buiten de sportsector.

Nieuw: ontslagbescherming tijdens vaderschapsverlofWerkgeversmaterie - algemeen26.08.2011

Sinds kort kunnen werknemers die gebruik (willen) maken van hun recht op vader-schapsverlof of geboorteverlof, zich beroe-pen op een ontslagbescherming.

Deze bescherming houdt in dat de werkge-ver de arbeidsovereenkomst niet eenzijdig mag beëindigen gedurende een periode die ingaat op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving van de uitoefening van het recht op vaderschaps- of geboorteverlof aan de werkgever tot 3 maanden na die ken-nisgeving. De werknemer kan wel nog ont-slaan worden om redenen die geen verband houden met de opname van dit verlof.

Bij niet-naleving van deze ontslagbescher-ming is de werkgever aan de werknemer een forfaitaire vergoeding verschuldigd gelijk aan het loon voor drie maanden, bovenop de verbrekingsvergoeding die desgevallend verschuldigd is.

Deze ontslagbescherming is van toepassing op alle werknemers die vanaf 30 juli 2011 hun werkgever schriftelijk in kennis hebben gesteld van het opnemen van vaderschaps-verlof of geboorteverlof.

Derde Sportcongres in ICC GentOver VSF - Dynamo Project24.06.2011

Op zaterdag 8 oktober 2011 vindt het Sport-congres opnieuw plaats in het ICC Gent. Het succesvol congres is ondertussen aan zijn derde editie toe. En ook in 2011 kunnen sportfederaties en sportclubbestuurders genieten van een voordeeltarief.

Meer informatie vind je op www.dynamo-project.be en www.sportcongres.be.

over vsf

VSF Online is de maandelijkse e-nieuwsbrief van de Vlaamse Sportfederatie vzw. Ie-dereen kan die nieuwsbrief ontvangen. Wil je graag het sportbeleidsnieuws volgen, gezien vanuit sportfederatiesector, dan kun je je op onze website abonneren op VSF Online.

In VSF magazine focussen we op de belangrijkste realisaties van de afgelopen maanden. De volledige nieuwsberichten kun je raadplegen op www.vlaamsesportfederatie.be.

Online

Interne communicatie: essentieel in elke organisatie

JELLE VANBIERVLIET

25 VSFmagazine 3.2011

Flickr: kayintveen

Interne communicatie speelt in

elke organisatie een grote rol. Toch

is het één van de zaken die in heel

wat organisaties wordt vergeten,

of minder belangrijk wordt geacht.

Nochtans bepaalt goede commu-

nicatie het sociaal klimaat in het

bedrijf en is het de belangrijkste

voedingsbodem voor elke bedrijfs-

cultuur.

Interne communica-tieInterne communicatie is het geheel van alle acties en alle communica-tie die een invloed heeft op wat de medewerkers denken, geloven, voelen en doen.Het is alle uitwisseling van infor-matie binnen een organisatie die bijdraagt aan de organisatiedoel-stelling. Dit kan onder de vorm van werkoverleg, maar ook via het in-tranet, een personeelsblad of zelfs een mededelingenbord.

De functies van in-terne communicatieWe kunnen 4 functies onderschei-den bij interne communicatie:

InformerenInterne communicatie is bij uitstek het instrument voor het doorgeven van organisatorische, praktische of operationele informatie. De doel-stelling is dat alle medewerkers weten wat ze moeten doen, volgens welke procedures en technieken. Operationele informatie omvat niet alleen echte werkinstructies, maar ook wetenschappelijke arti-kelen, overzichten van technieken of gebruiksmethodes,... De infor-matie is doorgaans bestemd voor specifieke doelgroepen en zelden voor de organisatie als geheel.

VerbeterenVorming is het belangrijkste onder-deel van deze functie. Informatie die gericht is op een verbetering van de werking, de productie of de mondigheid van medewerkers kan in de meest diverse hoekjes van de interne communicatie zitten. Tips in de kleedkamers, uitwisseling van ervaringen of het opzetten van een “Post-it-actie” over hoe je het best de telefoon opneemt: het zijn allemaal acties die de werking van de organisatie kunnen verbeteren.

BindenEen grote uitdaging is het behou-den van de beste medewerkers. Expertise en ervaring maken van de beste medewerkers potentiële prooien van de concurrentie. Bin-ding wordt ook bereikt door het be-drijf als community te versterken, door het te positioneren als een leefgemeenschap waar je collega’s vrienden kunnen zijn en waar je trots bent als de bedrijfsploeg een

voetbalmatch wint. Interne com-municatie creëert een ontastbaar maar ook kostbaar extra legaal voordeel.

BetrekkenEen van de belangrijkste doelstel-lingen van interne communicatie is het creëren van betrokkenheid. Dat doe je niet alleen door het bedrijf en zijn cultuur aan de medewerkers te “verkopen”, maar ook door ze mee aan die cultuur te laten bouwen. Luisteren en kanalen aanbieden waar iemand zijn ei kwijt kan, is goed voor het bedrijf en voor de be-trokkenheid van de medewerkers. Men zegt bovendien wel eens dat de eigen medewerkers de beste ambassadeurs van een bedrijf zijn. Die vorm van betrokkenheid noe-men we “interne branding”.

Opleiding Interne commu-nicatieOm je eigen federatie onder de loep te nemen en er de interne commu-nicatie helemaal te optimaliseren, organiseert de VSF in november de opleiding Interne communicatie.

Deze vindt plaats op volgende data:

• dinsdag 15 november 2011, Huis van de Sport, Antwerpen

• donderdag 17 november 2011, Huis van de Sport, Gent

Alle info en inschrijvingen: www.vlaamsesportfederatie.be > Oplei-dingen > Interne communicatie.Deze opleiding wordt voor 6u er-kend door het Bloso voor de CT, de STC(r) en de AC.

verbeter je werking

Flickr: Christine Laureys

VSFmagazine 3.2011

Microsoft Word vervolmaking

Microsoft Word is een van de be-

kendste tekstverwerkers ter we-

reld. Praktisch iedereen werkt met

het programma en is er goed mee

vertrouwd. Toch zijn er tal van func-

ties die heel erg handig zijn, maar

die niet gebruikt worden omdat

men ze niet kent. We zetten er een

aantal op een rijtje.

Zoeken en vervangenIn lange documenten kan het zoe-ken naar bepaalde woorden erg veel tijd in beslag nemen. Microsoft Word heeft een functie om snel woorden terug te vinden.De eerste manier om een woord te zoeken is via ”Bewerken” op de me-nubalk. Hier klik je op “Zoeken”, of, als je iets wilt vervangen, “Vervan-gen”. Hier typ je het woord in dat je wilt zoeken. Bij vervangen typ je in het bovenste vak het woord dat je wilt vervangen en in het onderste het woord waarin je het wilt ver-vangen.Je kan ook sneller op hetzelfde scherm terecht komen door [Crtl] en [F] in te drukken voor zoeken, en [Crtl] en [H] voor vervangen.

Alles over tabellenNiets is zo overzichtelijk als een ta-bel om gegevens in te plaatsen. Om een tabel in te voegen ga je naar “Tabel” op de menubalk. Je haalt je muis over “Invoegen” en klikt op ta-bel. Nu kun je invullen hoeveel ko-lommen en rijen je wilt. Ook kun je de breedte van de kolommen aan-geven, of kun je “Aanpassen aan inhoud” aanvinken. Als je dit doet wordt de kolom precies zo groot als nodig is om alle tekst erin te zetten.

Ook kun je op ”AutoOpmaak” klik-ken en kiezen uit verschillende op-maakprofielen voor je tabel.Je kunt ook een tabel invoegen door op de werkbalk op het symbool voor een tabel (zie afbeelding) te klik-ken.Om binnen de tabel naar een vol-gend vakje van de tabel te gaan, kun je er met de muisknop op druk-ken. Ook kun je dit met het toet-senbord doen door middel van de pijltjestoetsen of de [Tab]-toets om naar de volgende cel te gaan.

Inhoudstabel makenJe maakt een inhoudsopgave door de kopstijlen te kiezen (bijvoor-beeld Kop 1, Kop 2 en Kop 3) die je in de inhoudsopgave wilt opnemen. In Microsoft Office Word wordt naar koppen gezocht die overeen-komen met de stijl die je hebt geko-zen. Vervolgens krijgt de tekst van de vermelding de opmaak en de inspringing die bij de kopstijl horen en tot slot wordt de inhoudsopgave in het document ingevoegd.In Microsoft Office Word 2007 be-schik je over een galerie met meer-dere inhoudsopgavestijlen waaruit je kunt kiezen. Markeer de tekst voor de inhoudsopgave en klik ver-volgens op de gewenste inhouds-opgavestijl uit de galerie. Office Word 2007 maakt automatisch de inhoudsopgave op basis van de kop-pen die je hebt gemarkeerd.

Taal instellenSoms zul je een tekst in een andere taal dan het Nederlands willen ty-pen. Als je gewoon in die taal gaat typen, verspringt de taal automa-tisch naar de taal waar je in typt. De taal kun je ook vanaf het begin in-stellen. Ga naar “Extra” op de me-nubalk, vervolgens naar “Taal” en dan kies je voor “Taalinstellingen”. Een laatste mogelijkheid is bij de Spelling- en grammaticacontrole de taal in te stellen. Dit doe je dan in

het vakje “Taal voor woordenlijst”.

Opleiding VSFDe VSF organiseert in december de vervolmakingscursus Mircosoft Word. Deze opleiding gaat dieper in op de iets minder bekende, maar wel bruikbare functies van Micro-soft Word.

JELLE VANBIERVLIET

Flickr: Christine Bageant

Je haalt er meer uit dan je denkt

verbeter je werking

Meer weten?Alle informatie over deze op-leiding vind je op onze web-site www.vlaamsesportfe-deratie.be > Opleidingen > Word vervolmaking

26

© 2

011

KPM

G F

iduc

iaire

, a B

elgi

an c

ivil

CVB

A/S

CR

L an

d a

mem

ber fi

rm o

f the

KPM

G n

etw

ork

of in

depe

nden

t mem

ber fi

rms

affil

iate

d w

ith K

PMG

Inte

rnat

iona

l Coo

pera

tive

(“KP

MG

Inte

rnat

iona

l”),

a Sw

iss

entit

y. A

ll rig

hts

rese

rved

.

KPMG - SportpraktijkSportorganisaties en sportclubs zijn genoodzaakt om steeds professioneler te werken. Dit maakt dat er nood is aan een volledige begeleiding van de

sportfederatie, de sportclub en de individuele sportbeoefenaar. Vandaar heeft KPMG een tiental jaar geleden een competentiegroep (“Sportpraktijk”) opgericht

rond de sportsector. De Sportpraktijk bundelt de ervaring en know-how van de sportsector van de verschillende afdelingen binnen KPMG.

Wat heeft KPMG de laatste jaren zoal gedaan in de sportsector?

Fiscale en juridische begeleiding van diverse sportclubs bij de bouw van hun nieuw clubhuis waarbij in vele gevallen

een belangrijke btw-optimalisatie kon worden gerealiseerd;

Boekhoudkundige assistentie van diverse sportclubs waarbij onze accountant de documenten ter plaatse inboekt of

onze assistentie beperkt blijft tot de (jaar)afsluiting en/of het indienen van de btw-aangifte, de aangifte

in de rechtspersonenbelasting, enz.

Fiscale en juridische begeleiding van de individuele sportbeoefenaar

De aangifte in de personenbelasting wordt voor de betrokken sportbeoefenaar voorbereid. Belangrijke fiscale besparingen kunnen immers gerealiseerd

worden indien de sportbeoefenaar ook inkomsten behaald uit prestaties in het buitenland (vb. wedstrijdpremies).

Fiscale en juridische begeleiding van de sportfederaties Voor hun fiscale vragen kloppen de sportclubs in eerste instantie vaak aan bij hun eigen sportfederatie. KPMG

begeleidt diverse sportfederaties met de complexe(re) fiscale en juridische vragen. KPMG is bovendien partner

van de Vlaamse Sportfederatie in het kader van het Dynamo Project.

Advies omtrent commercieel beleid (vb. waardering licenties, marketing en

communicatie) en infrastructuur (locatiestudie, begeleiding bij PPS-projecten, enz.)

Uw contact: Philippe Versweyveld

+32 3 821 19 20 [email protected]

Pieter De Ranter + 32 3 821 19 50

[email protected]

kpmg.be

Als u zorgt voor het verbeteren van uw persoonlijk record...

...dan zorgt arena voor de rest. Sinds jaar en dag is arena vooraanstaand verzekeringspartner van talloze sportfederaties. Zo kan u gerust zijn dat u zelfs bij het beoefenen van uw favoriete sport kan rekenen op de steun van een deskundig team op die momenten dat het minder goed gaat.

Voor meer inlichtingen en advies surf naar www.arena-nv.be.