• Enkele begrippen • Wetgeving en normen • Metingen • Noodverlichting • Blue Light Hazard Verlichting PREBES 04/12/2018
• Enkele begrippen• Wetgeving en normen• Metingen• Noodverlichting• Blue Light Hazard
VerlichtingPREBES 04/12/2018
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - situering
Fotometrische grootheden
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - begrippen
Verlichtingssterkte (E):
De op een oppervlakte invallende lichtstroom per oppervlakte-eenheid
Uitgedrukt in lux= lumen per m²
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - begrippen
Luminantie (L):
Luminantie is de hoeveelheid licht, die door een oppervlak wordt uitgestraald of weerkaatst:
Uitgedrukt in Candela per m²
Maat voor de verblinding
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - begrippen
Kleurtemperatuur in K:
Hoe hoger, hoe kouder de “ervaring”
Bij daglicht: variatie
Geen grenswaarden: afh van psychologische en esthetische factoren
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - begrippen
Kleurbeleving Kleurtemperatuur (K)Warm < 3000 KNeutraal 3000 – 5300 KKoud > 5300 K
Kleurtemperatuur = maat voor lichtkleur uitgedrukt in Kelvin (K)
2700 K:wit licht, zeer warm (rood)3000 K:wit licht, warm (oranje)4000 K:wit licht, koel (wit)> 5000K: wit licht, benadert het daglicht, zogenaamd koud (blauwachtig)
Kleurtemperatuur en verlichtingssterkte bepalen samen psychologische effect van verlichting
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - begrippen
Koud licht (5.000 K)
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Neutraal licht (3500 K)
Warm licht (2500 K)
Kleurweergave-index (Ra) van 0 tot 100Ra = 91 – 100 zeer goedRa = 81 – 90 goedRa = 51 – 81 matigRa = < 51 slecht
Geeft aan in welke maat een lichtbron de kleuren even natuurgetrouw als het daglicht weergeeft
Ra-waarde van 80 is voldoende voor de meeste werkposten
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - begrippen
ONDERHOUDSFACTOR MfAfh van onderhoud – levensduur van lamp en armatuur
FACTOR UGRL (Unified Glare Rating): verblindingsgraad
Verblinding kan voorkomen worden door:- Matte wandbekleding- Juiste plaatsing van armaturen met lage luminantie
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - begrippen
CONTRAST: verhouding van de luminanties van 2 opp
Verlichting kiest en plaatst men in functie van:de taak die uitgevoerd wordt (bv. visuele eisen)de kenmerken van de werkplek (bv. binnen, buiten)het tijdstip (bv. dag, nacht)de persoonlijke kenmerken van de gebruikers (bv. leeftijd)
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Indien wn’s met grotere lichtbehoefte verlichtingssterkte aanpassen
Hoeveelheid licht nodig om goed te kunnen zien stijgt met leeftijd1/3 bij 10 jaar 175 lux1/2 bij 20 jaar2/3 bij 30 jaar1 bij 40 jaar 500 lux2 bij 50 jaar5 bij 60 jaar 2500 lux
Hinderlijke verblinding door directe of indirecte waarneming vermijden
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Te weinig licht belet het waarnemen van de details en schaadt de kwaliteit en een vlotte uitvoering van het werk. Kan ook AO’s veroorzaken!
Te veel licht vermeerdert de weerkaatsingen, en kan vermoeidheid van de ogen veroorzaken
VerlichtingPREBES 04/12/2018
KB Arbeidsplaatsen
Voldoende daglicht en indien niet mogelijk adequate kunstverlichtingKunstverlichting omvat algemene verlichtingsinstallatie eventueel aangevuld met een plaatselijke verlichtingsinstallatie
Kunstmatige verlichting van die aard dat risico voor ongevallen wordt voorkomenIndien er risico’s zijn bij uitvallen van kunstverlichting een noodverlichting voorzien
Eisen waaraan de verlichting moet voldoen bepaald door de risicoanalyse“teneinde ongevallen door de aanwezigheid van voorwerpen of hindernissen en vermoeidheid van de ogen te voorkomen”Bij toepassing van de norm NBN-EN 124 64-1 en NBN-EN 124 64-2 wordt de wg vermoed te hebben gehandeld in overeenstemming met vorige bepaling
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - wetgeving
Min verlichting: gemeten op hoogte van 0,85 m van de grond:
- 200 lux: refter, wasplaats, ruw assembleerwerk…
- 300 lux: bakkerij, machinewerk, wasserij, lassen, garage, receptie…
- 500 lux: EHBO-lokaal, labo’s, fijn assembleerwerk, bureauwerk
- 750 lux: glasbewerking, precisie-assemblage
- 1000 lux: juweelproductie
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - wetgeving
Min verlichting voor verplaatsing (gemeten op de vloer):
5 lux: opslag van hout, kolen, autoparking
10 lux: verlichting van havens
20 lux: auto- en containeropslagplaatsen in havens
50 lux: olieopslagtanks, plaatsen voor laden en ontladen
100 lux: verplaatsingszones in het bedrijf, gangen, trappen, magazijnen
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - wetgeving
NBN-EN 12464-1: Werkplekverlichting binnenMin verlichtingssterkte is gedefinieerd3 zones gedefinieerd: taakgebied – directe omgeving – achtergrondGelijkmatige lichtverdelingReflectiewaardenVerblindingsgraad UGRVerblinding door reflectieLichtkleurDaglicht wordt aangemoedigdOnderhoudsschema opstellen
NBN-EN 12464-2: Werkplekverlichting buiten
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - normen
Werkoppervlak:
Luminantieverdeling: 5:3:1 verhouding (taakgebied:directeomgeving:achtergrond)
Definiëring taakgebied – directe omgeving - achtergrond
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - normen
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Taakgebied
Directe omgevingAchter
grond
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Taakgebied
Directe omgeving
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Taakgebied
Verblinding: schaalverdeling van 10 tot 28
Hoe lager de waarde, hoe minder de verblinding
VerlichtingPREBES – 04/12/2018
Voorwaarden voor een goede verlichtingVerlichtingssterkte aangepast aan werktaakTe grote contrasten vermijden
Geen verblinding- Rechtstreeks- Onrechtstreeks door weerkaatsingGelijkmatig
Geen scherp afgelijnde, hinderlijke schaduwenGeen storende verlichtingswarmte
Aangepaste helderheid van de werkplaatsen : keuze van lichte en zachte kleurenKwaliteit van de kleurweergave verzekeren: keuze van lampen
VerlichtingPREBES 04/12/2018 – goede praktijk
ALGEMENE AANBEVELINGEN:Een aangename werksfeer scheppen- Combinatie van licht en kleuren- Compromis tussen natuurlijke en kunstmatige verlichting
Regelmatig onderhoud voorzien
Uniformiteit van verlichting verzekeren in totaliteit van lokaal en werkzone
Optimale verspreiding verzekeren door evenwicht van rechtstreekse en onrechtstreekse verlichting
VerlichtingPREBES 04/12/2018 – goede praktijk
ALGEMENE AANBEVELINGEN:
• Minimumverlichting verzekeren
• Rechtstreekse waarneming van lichtbronnen vermijden
• Weerkaatsingen vermijden
• Regelmatig onderhoud voorzien
• Lichtflikkering vermijden (stroboscopisch effect)
VerlichtingPREBES 04/12/2018 – goede praktijk
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - metingen
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - metingen
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - metingen
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - metingen
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - metingen
Lux-meter:
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - metingen
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - lichtkaart
Noodverlichting art III.1-33Bij uitvallen van kunstverlichting en aan een verhoogd risico w blootgesteld
Arbeidsplaatsen zijn uitgerust met een verlichting:- Bijdragen aan de veiligheid van de personen in een gevaarlijke activiteit of situatie- Gepaste afsluitprocedure voor gevaarlijke installaties
Verlichting niet minder dan 10% van de normaal vereiste verlichtingssterkte
VerlichtingPREBES 04/12/2018 - noodverlichting
VerlichtingPREBES – 04/12/2018 – NBN EN 1838
Bij veiligheidsverlichting wordt onderscheid gemaakt tss
Evacuatieverlichting: vluchtwegen
Anti-paniekverlichting: risico op paniek vermijden
Verlichting van gevaarlijke werkplaatsen: verhoogd risico incl procedures voor stilleggen van de installaties
VerlichtingPREBES – 04/12/2018 – NBN EN 1838
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Blue light hazard
Risico door beschadiging van het netvlies
Door blauw lichtstraling : 360 tot 500 nm
Effect op bioritme – ogen - slaap
Waak-slaapritme wordt verstoord onderdrukking slaaphormoon
Brillen met blauwe lichtfilter
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Studie van Belgisch Instituut voor Verlichtingskunde
VerlichtingPREBES 04/12/2018
Type lichtbron Emissie tov zichtbarestraling
Risico op BLH
gloeilamp 4 % 3 %
Ledlamp (2700 K) 10 % 7 %
Ledlamp (4000 K) 19 % 15 %
Ledlamp (6000 K) 31 % 24 %
Bronnen:
http://www.ergonomiesite.be/
http://www.ibe-biv.be/media/pdf/Aanbevelingen/IBE-BIV_20160830_Fotobiologisch_risico_en_Blue_Light_Hazard.pdf
Codex
Norm NBN EN12464-1
VerlichtingPREBES 04/12/2018
VerlichtingPREBES 04/12/2018