2011/1.0 VERKENNINGSROUTE Wat wil je weten? Je wilt inzicht krijgen in de haalbaarheid van netwerkleren in je organisatie. Tegelijkertijd wil je je collega’s laten proeven aan netwerkleren, door werkvormen in te zetten die nieuwsgierig maken en enthousiasmeren. In ieder geval breng je het gesprek over netwerkleren als professionaliseringsvorm op gang. Om de smaak te pakken te krijgen, kun je het Inspiratiespel Netwerkleren met elkaar spelen (kies daarbij ook de verkenningsroute). Vervolgens kun je met behulp van deze route onderzoeken of netwerkleren aansluit bij de praktijk, cultuur en behoefte van je school of collega’s. Netwerkleren is immers geen oplossing voor alle problemen en is geen doel op zich. De professionaliserings- problematiek die ten grondslag ligt aan de behoefte om netwerkleren in de school of organisatie te introduceren, staat te allen tijde centraal. Hoe ziet de verkenningsroute eruit? De route bestaat uit een selectie van 18 kaarten en start met de inspiratiekaarten, waarin leraren en schoolleiders een beeld geven van hun ervaringen met netwerkleren. Met behulp van de netwerkscan krijg je een indruk of netwerkleren binnen het team kans van slagen heeft. Je vindt antwoorden op vragen over netwerkleren. Wat houdt netwerkleren in? Welke fases kun je onderscheiden, wat is de meerwaarde van netwerkleren en hoe kun je netwerkleren stimuleren vanuit de schoolleiding? De werkvormen die aansluiten op deze vragen kunnen leiden tot een breed gesprek over netwerkleren binnen de school. Vervolgens komen meer voorwaardelijke zaken aan bod: wat voor taken kun je onderscheiden in een leernetwerk? Wat voor soort coaching is belangrijk, waarbij wordt ingezoomd op de leernetwerkcoach. De smaak van netwerkleren krijg je echter pas echt te pakken als je concreet met de werkvormen aan de slag gaat. VERKENNINGSROUTE
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
2011/1.0
VerkennIngsroute
Wat wil je weten?Je wilt inzicht krijgen in de haalbaarheid van netwerkleren in je organisatie. Tegelijkertijd wil je je
collega’s laten proeven aan netwerkleren, door werkvormen in te zetten die nieuwsgierig maken en
enthousiasmeren. In ieder geval breng je het gesprek over netwerkleren als professionaliseringsvorm
op gang.
Om de smaak te pakken te krijgen, kun je het Inspiratiespel Netwerkleren met elkaar spelen
(kies daarbij ook de verkenningsroute). Vervolgens kun je met behulp van deze route onderzoeken
of netwerkleren aansluit bij de praktijk, cultuur en behoefte van je school of collega’s. Netwerkleren
is immers geen oplossing voor alle problemen en is geen doel op zich. De professionaliserings-
problematiek die ten grondslag ligt aan de behoefte om netwerkleren in de school of organisatie
te introduceren, staat te allen tijde centraal.
Hoe ziet de verkenningsroute eruit?De route bestaat uit een selectie van 18 kaarten en start met de inspiratiekaarten, waarin leraren en
schoolleiders een beeld geven van hun ervaringen met netwerkleren.
Met behulp van de netwerkscan krijg je een indruk of netwerkleren binnen het team kans van slagen
heeft. Je vindt antwoorden op vragen over netwerkleren. Wat houdt netwerkleren in? Welke fases
kun je onderscheiden, wat is de meerwaarde van netwerkleren en hoe kun je netwerkleren stimuleren
vanuit de schoolleiding? De werkvormen die aansluiten op deze vragen kunnen leiden tot een breed
gesprek over netwerkleren binnen de school.
Vervolgens komen meer voorwaardelijke zaken aan bod: wat voor taken kun je onderscheiden in
een leernetwerk? Wat voor soort coaching is belangrijk, waarbij wordt ingezoomd op de
leernetwerkcoach. De smaak van netwerkleren krijg je echter pas echt te pakken als je concreet
met de werkvormen aan de slag gaat.
ve
rk
en
nin
gs
ro
ut
e
Tot slot zijn er individuele vragen. Ben ik geschikt voor netwerkleren? Wat wordt daarbij van mij
gevraagd? En wat kan netwerkleren voor mij gaan betekenen? De quiz maakt dat inzichtelijk.
Afhankelijk van de uitkomsten van deze route kun je verder met de startersroute om zo het
netwerkleren concreter gestalte te gaan geven.
1. Marloes Vreuls
2. Jan Moors
3. De ‘Hofheren’
4. Netwerkscan
5. Netwerkleren
6. Fases
7. Stimuleren
8. Meerwaarde
9. Energizers
10. Wereldcafé
11. Rollen
12. Coaching
13. Leernetwerkcoach
14. Marktplaats
15. Netwerkanalyse
16. Competenties
17. Tot je verbeelding
18. Quiz
verkenningsroute
De
‘Ho
fH
er
en
’2011/1.0
De ‘HofHeren’
Directeuren van de Hofscholen in Bergeijk, deelnemers van leernetwerk ‘Directies Hof’, een schooloverstijgend leernetwerk.
Hoe is jullie leernetwerk ontstaan?
Het leernetwerk directies Hofbestaat al jaren. Feitelijk begon het tien jaar geleden, vanuit het ideaal
om de concurrentie tussen de Hofscholen om te buigen in samenwerking. Drie toenmalige directeuren
besloten gezamenlijk de verantwoordelijkheid te nemen voor de drie scholen. Niet vrijblijvend, maar
onvoorwaardelijk. In de loop van tijd is de samenstelling (die sinds 2004 bestaat uit vier Hof scholen)
iets gewijzigd, maar de intentie niet.
En na al die tijd nog niet op elkaar uitgekeken?
Nee, integendeel. We zien elkaar zelfs buiten school wel eens. De relaties liggen dicht aan tegen
vriendschappen, zelfs onze partners kennen elkaar. Maar ook voor ons leernetwerk geldt, dat we het
moeten onderhouden. Als er dingen niet goed gaan, dan maken we dat bespreekbaar. Soms heeft
een van ons even minder tijd voor het netwerk. Dat heeft vaak een reden. Maar het is wel goed om op
die momenten ons functioneren als netwerk onder de loep te nemen. Aftasten of we nog op dezelfde
weg zitten, ook al loopt een van ons even wat achter.
Wat betekent jullie samenwerking voor de teams van de scholen?
De samenwerking heeft zeker invloed op de teams. De gedeelde verantwoordelijkheid is heel
concreet vormgegeven. Zo zijn we bij afwezigheid van een van ons vervangend directeur voor de
scholen. We zijn alle vier aanspreekbaar voor de teams. We merken nu dat de teams de voordelen echt
zijn gaan inzien, en niet meer anders zouden willen. Zag je in het begin nog bij studiedagen alle teams
per school bijeen zitten, nu is er een mix. Steeds vaker geven onze teams aan dat ze merken dat we
zijn gegroeid. Dat we eigenlijk betere directeuren zijn geworden. Maar het blijft zoeken naar hoe je de
samenwerking het beste vorm kunt blijven geven. Wij betrekken de teams daar intensief bij.
De ‘HofHeren’
Wat heeft jullie leernetwerk tot nu toe opgeleverd voor jullie professionalisering?
Eigenlijk heel veel. We ervaren allen het netwerk als een veilig vangnet. Ik kan zelf zeggen dat ik me
dankzij het netwerk zekerder ben gaan voelen als directeur. Terwijl een ander juist weer heeft geleerd
zich beter te presenteren voor de teams. We groeien allemaal doordat we elkaars talenten onderling
benutten. Je krijgt ook continu een spiegel voorgehouden. Voor een collega-directeur is het vaak net
wat makkelijker feedback te geven dan voor een leraar. En we hebben wel allemaal ‘krijt aan onze
handen’. We weten dat lesgeven best zwaar kan zijn. Wij streven ernaar zo ondersteunend mogelijk
te zijn voor de teams. We willen ook kunnen inspireren. Met ons leernetwerk willen we het goede
voorbeeld geven.
Welke competenties zijn volgens jullie belangrijk bij netwerkleren?
Bereid zijn te groeien en je daarbij kwetsbaar durven opstellen. Dat is de absolute basis.
Ook zelfreflectie en feedback durven geven aan de ander zijn onontbeerlijk. Als je dat hebt
binnen een netwerk dan komt er ruimte voor die verschillende invalshoeken.
Hoe zorgen jullie voor vernieuwing, een frisse wind in jullie netwerk?
We vullen elkaar goed aan maar missen wel bepaalde kennis of affiniteiten. In die richting hebben we
bewust verbreding gezocht. Maar dat is niet structureel ingevuld. Misschien zouden we er goed aan
doen toch wat meer te verbreden. Voor je het weet ben je zo op elkaar ingespeeld dat je een eenheid
bent geworden, waarin weinig ontwikkeling meer zit. Dat is ook weer niet de bedoeling.
Dit is een weergave van het gesprek dat met Gert van Kooij (Pr. Beatrixschool), Matthieu Jansen (St. Jozefschool),
Frans de Lau (Beisterveld) en Stan Schilleman (St. Thomas van Aquinoschool) is gehouden in het kader van het
project ‘Geef de leerkracht de middelen voor zijn vak terug’. Dit is een project van de vier Hofscholen in Bergeijk,
dat is ondersteund vanuit het RdMC.
Ma
rlo
es
Vr
eu
ls
2011/1.0
marloes vreuls
Marloes, leraar groep 3/4 van basisschool ‘t Spoor in Maastricht over netwerkleren
Wat is netwerkleren volgens jou?
Netwerkleren is voor mij het gebruikmaken van elkaars kennis in de breedste zin van het woord.
Netwerkleren doe je zowel privé als op het werk, en het kan een scala van onderwerpen betreffen.
Zelf heb ik op werkgebied nog weinig netwerkcontacten buiten mijn eigen school.
Ik wil mijn netwerken graag verbreden naar andere scholen.
Je zegt dat je bij veel onderwerpen netwerkleren kunt inzetten. Geef eens een voorbeeld.
Netwerkleren kun je inzetten voor alle vakken die je geeft, zoals rekenen, taal en spelling. Maar ook
voor zorgvragen. Zo zat ik zelf met de vraag hoe ik het lesmateriaal voor kinderen die hoge scores
halen, uitdagender kan maken. In een leernetwerk kun je hierover ideeën en ervaringen uitwisselen.
Het is goed als er van verschillende kanten naar zo’n onderwerp gekeken wordt. Dus door verschil-
lende mensen, met allemaal hun eigen visie.”
Wat zijn belangrijke begrippen bij netwerkleren?
Leren van en met elkaar, kennis delen, een open houding. Maar ook succeservaringen opdoen en
elkaar ontmoeten. Je moet daarbij bereid zijn om iemand bij jou in de keuken te laten kijken en
andersom. Niet dingen alleen maar voor jezelf houden, maar anderen mee laten profiteren, als je
iets hebt ontdekt wat werkt.
Marloes Vreuls
Wat is jouw concrete ervaring met netwerkleren?
Ik heb veel contact met mijn collega’s van de groepen 3 en 4 op de andere locatie. We hebben het
met elkaar over heel praktische dingen, maar ook over zorgkinderen. We hebben geen bouwvergade-
ringen, maar komen bij elkaar als we dat nodig vinden. We plannen die bijeenkomsten dan ook echt
gericht in. Zo ben ik een nieuw –tijdelijk- netwerk gestart over een nieuwe taalmethode.
Geïnspireerd door netwerkleren, heb ik leerkrachten op een aantal scholen een mail gestuurd met
de vraag:“Welke methode hebben jullie?” en “Wat zijn de plus- en minpunten?” Daar heb ik leuke en
bruikbare reacties op gekregen. De volgende keer benader ik dus sneller leerkrachten van andere
scholen.
Welke vaardigheden of competenties heeft iemand nodig om goed te kunnen netwerkleren?
Je moet bereid zijn om kennis te delen en goed kunnen communiceren. Kom ik weer terug bij die
open houding, die je nodig hebt. En het komt neer op geven en nemen. Natuurlijk komt het voor dat
jij een keer meer investeert dan een ander. Maar er komt vast een moment waarop jij meer vragen
ergens over hebt, en dan wil je ook graag in je behoefte worden voorzien. “
Welke factoren stimuleren netwerkleren?
Eigenlijk heel praktisch; zet alle namen van de leraren bij elkaar met het e-mailadres en zet erachter
wie welke groep heeft. Of organiseer schooloverstijgend een studiedag waar je de mensen van
bepaalde groepen bij elkaar zet. Laat ze maar praten over waar ze tegen aanlopen. Of inventariseer
vooraf de onderwerpen en link de mensen aan elkaar, meer is niet nodig.
Dat werkte ook voor jou.
Ja, ik merk vooral dat die bijeenkomst over netwerkleren mij heeft gestimuleerd om verder te kijken.
Ik wilde toen echt aan de slag met anderen. Er zat een collega bij van groep 4 van mijn school en een
collega van een andere school. Er was meteen een klik, en we bespraken direct de zaken waar we
tegen aanlopen. We hebben een afspraak gemaakt, en nu groeit het netwerk al.
Dit is een samenvatting van een interview met Marloes Vreuls dat is afgenomen in 2010, als onderdeel van het
onderzoek naar netwerkleren van het RdMC.
jan
mo
or
s2011/1.0
Jan moors
Jan, leraar groep 8 van de Pr. Beatrixschool in Bergeijk,deelnemer van leernetwerk ICT, een schooloverstijgend leernetwerk
Wat is netwerkleren volgens jou?
Netwerkleren is met mensen die dezelfde leervraag hebben een groep vormen, om zo van elkaars
kennis en vaardigheden gebruik te kunnen maken en om elkaars leervragen op te lossen of helder
te krijgen. Maar je kunt ook samen iets ontwikkelen; door met elkaar in gesprek te gaan, komt er van
alles boven. Voor je het weet spreek je af om een item op te pakken en samen uit te werken voor de
verschillende scholen.
Hoe ziet zo’n leernetwerk er dan uit, wat zijn de eigenschappen?
Ik merk dat zo’n leernetwerk eigenlijk pas echt goed begint te werken, als je elkaar beter leert kennen.
De vertrouwensband is ontzettend belangrijk, is die er niet dan blijft het te formeel. Ik ben drie jaar
geleden gestart met het leernetwerk ICT. In het begin kwamen we eigenlijk altijd samen op vaste
tijdstippen, maar daar bleef het dan ook bij. Nu kennen we elkaar goed en zijn we eigenlijk vrienden
met elkaar geworden. Ik durf nu veel sneller een vraag aan iemand te stellen en we spreken elkaar
vaker, ook via de mail.
Wat zijn eigenschappen van een goed leernetwerk?
Afspraken. Vaste tijdstippen vind ik toch wel belangrijk bij leernetwerken. Naast deze afspraken komen
we ook informeel samen, maar je moet als leernetwerk wel bepaalde doelstellingen voorop zetten.
Je mag gerust iets eisen van een leernetwerk, vind ik. Als je geen doelstellingen en tijdstippen vast-
legt, dan blijft het te vrijblijvend. Dat zie ik bijvoorbeeld bij andere leernetwerken hier op school: als
ze geen datum vastleggen, dan komt het er niet echt van. Bij het leernetwerk ICT hebben we die vaste
afspraken wel, en dat vormt de basis. Daardoor zien we elkaar ook vaker tussendoor.
jan moors
Hoe heeft netwerkleren bijgedragen aan jouw professionalisering?
Ik ben nu veel vaardiger geworden op ICT-gebied. Door die uitwisseling in het netwerk krijg je veel
praktische kennis en vaardigheden van meer ervaren collega’s. Wat ik leer in het netwerk kan ik
meteen toepassen in mijn dagelijkse praktijk, in de klas. Wat daarvan goed werkt, speel ik door aan
collega’s, meestal rond de laptop, dat werkt vaak het beste. Zo krijg ik ze heel enthousiast, en ik zie dat
ook zij de kennis de dag erna meteen gebruiken in hun groep. Die informele gesprekjes met leer-
krachten hebben veel effect. Dat werkt veel beter dan een formele bijeenkomst voor het hele team,
merk ik. Ook hier speelt die vertrouwensband weer mee.
Welke competenties zijn belangrijk bij netwerkleren?
Voor mij is sfeer en relatie ontzettend belangrijk. Je moet elkaar vertrouwen voordat je dingen met
elkaar gaat delen en open naar elkaar durft te zijn. Je moet in een leernetwerk openstaan voor elkaars
ideeën en vragen, en er ook zijn voor de andere deelnemers. Als iemand een vraag stelt, niet pas na
drie weken reageren. Bij vragen kunnen we altijd bij elkaar terecht via de mail. In het netwerk zijn we
zo professioneel dat we elkaar ondersteunen, écht samenwerken, ook al zitten we niet op dezelfde
school. Zo staat niemand alleen. Die band hebben we nu, en dat is toch wel heel belangrijk.
Het komt er eigenlijk op neer dat je openstaat voor de anderen. Dat je niet denkt: ‘Ik ben ICT-er op de
prinses Beatrixschool’, maar dat je elke keer in je achterhoofd houdt ‘Ik ben ICT-er op de prinses Beatrix
school, maar ik ben ook een beetje verantwoordelijk voor de anderen’.
Dit is een samenvatting van het interview dat met Jan Moors is afgenomen in 2010, als onderdeel van het onderzoek
naar netwerkleren in de PO-praktijk.
2011/1.0
NetwerkscaN
DoelDe netwerkscan is een hulpmiddel om de haalbaarheid van netwerkleren in een schoolorganisatie te
peilen. In de scan onderscheiden we drie categorieën:
• ruimtevanuitdeorganisatie
• collegialiteit
• lereninjenetwerk.
Deze drie categorieën geven samen een beeld over de fase waarin een organisatie zich bevindt op de
Procedure instrumenten netwerklerenHet Ruud de Moor Centrum (RdMC) doet onderzoek naar netwerkleren in de onderwijspraktijk.
De onderzoeksinstrumenten van de toolkit staan online.* Het RdMC kan van de resultaten een
standaardrapportage opstellen. Deelname is gratis.
Stuur voordat je de quiz wilt inzetten een e-mail aan [email protected].
Geef in de mail aan:
• omwelkinstrumenthetgaat(quiz)
• naamenadresgegevensvandeschoolofschoolbestuur
• naamvandecontactpersoon
• verwachteaantaldeelnemersdatdequizgaatinvullen
• gewensteperiodevoorinzetvandequiz.
Wij nemen binnen een week contact op met de contactpersoon om specifieke zaken verder
te bespreken.
*http://rdmc.ou.nl/netwerkleren
quiz
Quiz:’ Ben ik een echte netwerkleerder?’Teljescoresopenbekijkinwelkecategoriejevalt.
Helemaal Beetje mee Neutraal Beetje Helemaal mee oneens oneens mee eens mee eens
1. Ik werk graag met anderen samen om 1 2 3 4 5 daarmee mijn kennis te vergroten.
2. Ik wil graag precies weten hoe ik ga leren 5 4 3 2 1 tijdens het professionaliseren. 3. Ik wil graag zelf bepalen over welke 1 2 3 4 5 onderwerpen ik me professionaliseer.
4. Ik vind het fijn om met anderen mijn kennis 1 2 3 4 5 te delen en anderen iets uit te leggen.
5. Ik geloof dat je veel meer leert van collega’s en vanuit de praktijk, dan van reguliere professio- 1 2 3 4 5 naliseringsvormen als een cursus of boeken lezen.
6. Ik heb liever traditionele werkvormen, dan activerende 5 4 3 2 1 werkvormen in een professionaliseringstraject.
7. Ik maak deel uit van een leernetwerk. 1 2 3 4 5
8. Vormen van professionaliseren, waarbij informatie delen via de computer een 5 4 3 2 1 grote rol speelt, vind ik maar niets.
9. Ik wil, voordat ik met professionaliseren begin, 5 4 3 2 1 precies weten wat de uitkomsten en opbrengsten zijn.
10. Ik leer het liefst van collega’s. 1 2 3 4 5
11. Als ik met een probleem zit dan vraag ik anderen 1 2 3 4 5 of zij daar iets over weten en me kunnen adviseren.
12. Geef mij maar een cursus van een dag, in plaats van 5 4 3 2 1 bijeenkomsten met collega’s.
qu
iz
Helemaal Beetje mee Neutraal Beetje Helemaal mee oneens oneens mee eens mee eens
13. Ik werk het liefste alleen. 5 4 3 2 1
14. Ik neem liever deel aan een verplichte professionali- 5 4 3 2 1 seringsactiviteit dan aan een niet-verplichte activiteit. 15. Ik ben gemotiveerd om nieuwe manieren van professionaliseren uit te proberen, ook al weet ik niet 1 2 3 4 5 direct wat het me oplevert.
Beschrijving van de verschillende types. Tel je scores op kijk welke jij bent!
Score van 15 t/m 45
Netwerkleerder in spe
Je bent er duidelijk nog niet uit of netwerkleren wel bij jou past. Wel denken wij
dat door te ervaren wat netwerkleren kan betekenen voor je onderwijspraktijk,
jij kunt doorgroeien naar type B of C.
Score van 46 t/m 60
Netwerkleerder op weg
In jou schuilt duidelijk een netwerkleerder. Hoewel je op bepaalde punten ook
nog wat twijfels hebt of onzeker bent.
Score 61 t/m 75
Netwerkleerder in hart en nieren
Jij bent een netwerkleerder pur sang! Een inspiratiebron voor andere collega’s.
Jij ziet netwerkleren als de beste manier om je leven lang te professionaliseren
en vindt het fijn om collega’s de meerwaarde ervan te laten zien.
quiz
De inspirator of leernetwerkcoach kan het initiatief nemen voor het inzetten van de quiz. Hij maakt
afspraken met het RdMC en nodigt de deelnemers schriftelijk of per e-mail uit voor het invullen van de
quiz. Online ziet iedere deelnemer direct na het invullen van de quiz wat voor type netwerkleerder hij
is. De toelichting op de quiz kan zo nodig worden aangepast. Herhaal de meting na verloop van tijd
om eventuele veranderingen in houding zichtbaar te maken.
Wat levert de quiz op?De uitkomsten van de quiz kunnen een verheldering zijn. Je weet nu hoe jij of je school tegen net-
werkleren aankijkt. Door aan te sluiten bij het type dat jij bent of je collega’s zijn, kunnen gerichte
acties ondernomen worden om netwerkleren te versterken of te introduceren op je school.