3de graad TSO LO & Sport VAKFICHE EXAMENCOMMISSIE SECUNDAIR ONDERWIJS VAK: TOEGEPASTE FYSICA Dit is een vakfiche voor de volgende studierichting: 3 de graad TSO Lichamelijke opvoeding & Sport Let op: de inhoud van een vakfiche wordt jaarlijks aangepast. Deze vakfiche is geldig van: 1 mei 2017 t.e.m. 31 december 2018 De eindtermen natuurwetenschappen vind je op deze website http://eindtermen.vlaanderen.be/index.htm
15
Embed
VAK: TOEGEPASTE FYSICA - examencommissie.be fysica LOSP 3ts… · 3de graad TSO LO & Sport LEERINHOUDEN & LEERDOELEN Domein Wat je van de begrippen vermeld in het domein op het examen
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
3de graad TSO LO & Sport
VAKFICHE EXAMENCOMMISSIE SECUNDAIR ONDERWIJS
VAK: TOEGEPASTE FYSICA
Dit is een vakfiche voor de volgende studierichting: 3de
graad TSO Lichamelijke opvoeding & Sport Let op: de inhoud van een vakfiche wordt jaarlijks aangepast. Deze vakfiche is geldig van: 1 mei 2017 t.e.m. 31 december 2018
De eindtermen natuurwetenschappen vind je op deze website
praktische toepassingen van elektromagneten kunnen
opnoemen en verklaren.
Wisselstromen
Begrippen Kennis Inzicht Toepassing
6. Onderscheid tussen gelijkstroom en
wisselstroom.
Opwekken van een wisselspanning
Wisselspanning over een weerstand,
effectieve waarden
Onderscheid tussen gelijkstroom en
wisselstroom kunnen maken.
Het verband tussen de maximale
waarde en de effectieve waarde van
een wisselspanning kennen.
Het begrip effectieve waarde van
een wisselstroom kunnen
toelichten.
Verklaren waarom het elektriciteitsnet een
wisselspanningsnet is.
Het opwekken van een wisselspanning kunnen
verklaren als toepassing van het elektromagnetisch
inductieverschijnsel.
Examencommissie secundair onderwijs
8
LEERMIDDELEN
De Examencommissie stelt zelf geen leermiddelen ter beschikking. Je kan ze kopen in een (online) boekhandel of ontlenen en raadplegen in een bibliotheek. De bibliotheken van de lerarenopleiding aan de universiteit of de hogeschool bieden heel wat leermiddelen aan in hun collectie. Aangezien cursussen door het gebruik van audio, video, CD en DVD erg duur geworden zijn, verwijzen we verder nog naar websites waar je, vaak gratis, studie- en oefenmateriaal kan vinden. Een aantal websites veranderen echter wel eens van naam en/of worden aangepast. Daarom kunnen wij onmogelijk de juistheid van al deze websites op elk moment garanderen. Als je niet onmiddellijk op de juiste website terechtkomt, kan je die proberen te vinden via een goede zoekmachine, zoals bijv. Google.
Hoewel we bij elke nieuwe editie van het examenprogramma deze bibliografie actualiseren, blijft ze een momentopname. Het is dus best mogelijk dat ze op een bepaald ogenblik werken vermeldt die niet meer verkrijgbaar zijn of dat nieuwe werken die reeds op de markt zijn nog niet zijn opgenomen. Bovendien maken we bewust een selectie van leermiddelen die ons op dit ogenblik het meest aangewezen lijken om je voor te bereiden op onze examens. Door een selectie te maken, willen we je helpen om efficiënter je studie aan te pakken. Je kan echter ook andere werken, cursussen of audiovisuele middelen gebruiken bij je voorbereiding op het examen.
Probeer in elk geval zoveel mogelijk te oefenen en de taal actief te gebruiken. Niet zozeer het verwerken van een cursus of de zuivere taalkennis zal je helpen om het examen met succes af te leggen maar wel de vaardigheden die je ontwikkelt en de doeltreffendheid waarmee je boodschappen communiceert. Leermiddelen zijn dus enkel een middel om je taalvaardigheid te vergroten en geen doel op zich. Niet de leermiddelen zelf vergroten je slaagkansen maar wel de manier waarop je ze verwerkt hebt.
Handboeken kunnen houvast bieden door hun didactische opbouw en samenhang en zorgen voor een afwisseling in thema’s waarbij je verschillende vaardigheden ontwikkelt. Bovendien wijden handboeken meestal een apart deel aan het inoefenen van grammatica en woordenschat in functie van de communicatieve opdrachten die ze aanbieden. Deze elementen zorgen ervoor dat je het gevoel krijgt je zelfstudie beter te kunnen plannen en concreter te kunnen opvolgen.
Handboeken en methodes die veel gebruikt worden in het secundair onderwijs
Wat breng je mee naar het examen? Wat krijg je op het examen?
LET OP
Je mag een grafische rekenmachine gebruiken. Er mogen geen programma’s in het geheugen gestockeerd zitten. Reset je rekenmachine vóór de start van je examen. Een gsm, tablet of smartphone zijn niet toegelaten om te rekenen. Bovendien stellen we geen rekenmachines ter beschikking. Zorg er dus voor dat je je rekenmachine niet vergeet.
Overzicht toegelaten grafische rekenmachines
Texas Instruments (TI) Hewlett Packard (HP) Casio
TI-83 Plus G8X92AA FX-CG20
TI-84 Plus NW280AA FX-9860GII
TI-84 Plus C Silver Edition F2229AA FX-9860GII SD
TI-84 Plus CE-T HP39gll FX-9750GII
Je brengt enkel dit mee: 1. een blauwe of zwarte balpen, potlood, gom, meetlat
2. een grafisch of wetenschappelijk rekentoestel
3.
Wat breng je mee?
Je krijgt het formularium in bijlage 1
Wat krijg je?
Examencommissie secundair onderwijs
10
CASIO GRAPH35+
CASIO GRAPH95
Hoe verloopt het examen?
HOE LANG DUURT EEN EXAMEN?
VERLOOP VAN HET EXAMEN
Na aanmelding op het secretariaat of aan de balie ga je naar het aan jou toegewezen lokaal. De toezichter
controleert nogmaals jouw e-ID en geeft je een plaats. Je neemt alvast het nodige materiaal en wacht in alle
rust op instructies van de toezichter. Net voor aanvang van het examen worden nog een aantal richtlijnen
meegedeeld en start vervolgens het examen.
Tijdens het maken van het examen kan je volgende tips in acht nemen:
- Lees de vragen zeer aandachtig en gebruik indien nodig de bijlagen die je krijgt. Deze bijlagen zijn identiek aan
de bijlagen in de vakfiche (zie laatste rubriek)
- Ingeval van open vragen formuleer je jouw antwoord duidelijk en ordelijk.
- Indien je een vraag niet onmiddellijk kan beantwoorden ga je verder met de volgende vraag (noteer ergens
dat je deze vraag nog moet beantwoorden).
- Wanneer je denkt alle vragen te hebben beantwoord, kan je afhankelijk van de nog resterende tijd de
onopgeloste vragen terug proberen te beantwoorden en alles nog eens nalezen.
Let op: om dit examen af te leggen, heb je een rekentoestel nodig. Dit dien je zelf mee te brengen want er
worden geen toestellen ter beschikking gesteld.
Voor alle kandidaten
150 min
Voor kandidaten met een gemotiveerd attest
180 min
Examencommissie secundair onderwijs
11
WELKE SOORTEN VRAGEN MOET JE OPLOSSEN?
Je kiest een antwoord uit een aantal mogelijkheden of combineert opgegeven elementen om een antwoord samen te stellen. Je formuleert zelf geen antwoord.
De meest voorkomende soorten gesloten vragen in onze examens zijn meerkeuzevragen, combinatievragen en ordeningsvragen.
Meerkeuzevraag: je kiest de juiste mogelijkheid om de vraag te beantwoorden of een zin aan te vullen. Je krijgt daarvoor telkens drie of vier mogelijkheden. Er is altijd maar één juist antwoord.
Combinatievraag: je maakt de juiste combinatie tussen twee of meer groepen elementen.
Je krijgt telkens meer elementen dan je nodig hebt om de vraag te beantwoorden. Er blijven dus altijd elementen over.
Ordeningsvraag: je zet elementen in een chronologische of andere logische volgorde.
gesloten vragen
Je formuleert zelf je antwoord.
Dat antwoord kan erg kort zijn maar ook vrij lang.
open vragen
Examencommissie secundair onderwijs
12
Met welke beoordelingscriteria evalueren de examinatoren het examen?
Voor de gesloten vragen:
moet je het juiste antwoord aanduiden om punten te scoren; naargelang het vraagtype kan je voor een gedeeltelijk juist antwoord soms ook punten scoren; is er geen giscorrectie.
Voor open vragen bekijken de correctoren of je antwoord
de juiste wetenschappelijke begrippen en symbolen bevat; ondubbelzinnig is en de juiste inhoud bevat; duidelijk leesbaar is (anders kunnen er geen punten toegekend worden); duidelijk gestructureerd is;
Wij houden geen rekening met taalfouten.
Hoe wordt het totale aantal punten van het examen berekend?
Het eindtotaal van het examen wordt berekend op basis van het gewicht dat elke component in het examen
vertegenwoordigt.
Hoe word je uiteindelijk geëvalueerd?
Het vak Toegepaste Fysica maakt samen met de vakken Toegepaste Biologie en Toegepaste Chemie deel uit van het vak Toegepaste Natuurwetenschappen. Het vak Toegepaste Fysica telt voor 33 % mee in het eindtotaal van het vak Toegepaste Natuurwetenschappen. Je bent geslaagd voor het vak Toegepaste Natuurwetenschappen indien je voor dit vak in totaal 50% behaalt.