This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
AUTOMERK DAIHATSU TYPE MATERIACILINDERINHOUD 1500AANTAL KLEPPEN 16 twin camMOTORCODE 3SZ-VETRANSMISSIE TYPE MTVOERTUIG TYPE PERSONEN AUTO ( M )TYPE VSI INJECTOREN (KLEUR) BLAUWRETROFIT VERSIE ( LPG / CNG ) LPGBRANDSTOF SYSTEM AUTO MPIMODELJAAR 2007-TYPE GOEDKEUR ( R115 ) R115-0000**PLAATSING GOEDKEUR STICKER Indien van toepassing: Rechter zijde, B-stijl. SET NUMMER 345/1303000
Internal memory : 16 Mb of meer Memory HD space : 5MB Beeldscherm : 256 kleuren, advies kleuren 16 bits of meer Com port : 1 vrije COM port 1 of COM port 2 met een 9 of 25 pins connector
- Voertuig scan tool of OBD scan tool ( part nr. 099/99928 ) - Uitlaatgas analyser - Multimeter - Oscilloscoop - Prins VSI diagnostic software - Prins VSI serial interface - Prins VSI break out box ( part nr. 080/70090 ) - Momentsleutel ( 10Nm ) - Looplamp - Assortiment boren 4 to 12 mm - Assortiment gaten boor ( ø 20, 30, 50, 70 mm ) - Plaat pons ø 70 mm - Ronde vijl - Accu – of pneumatische boormachine - Draadsnijder ( male M6x1, M8x1, M10x1 ) - Leiding snijder - Flare tool( voor 6 en 8 mm koper leiding ) - Lucht pistool - stofzuiger - hete lucht pistool - Inbussleutel 3,5mm ( part nr. 099//9970 ) - Verdamper afstel tool ( part nr. 099/9960 ) - Molex extraction tool voor VSI switch connector ( part nr. 090/9929 ) - Soldeerbout en tin - Draadstrip tang - Isolatie tape - Vloeibare pakking - Draad borgmiddel - Anti-corrosie - Gas lek detector of lek spray - krimpkousjes - koelvloeistof
VOERTUIG CHECK
Voordat men een voertuig inbouwt: - Check de driveability van het voertuig op benzine - Check het benzine managementsysteem op foutcodes ( OBD scan tool ) - Check de katalysator ( uitlaatgas analyzer ) - Check het ontstekingsysteem ( bougies, kabels, bobine )
A : Verdamper H : Toerentalsignaal ( 40 ) B : Filter unit I : Lambdasignaal ( 46 ) C : Injectorrail J : “-” onderbreking benz. inj. D : VSI Computer K : Overdruk aansluiting E : Injectie module L : Goedkeur sticker F : Wateraansluitingen M : Doorvoer schakelaarbedrading G : “+” contact ( 13 )
OVERDRUKAANSLUITING Demonteer het spruitstuk, zie pag.9 Boor volgens onderstaande foto een gat van 5 mm in het inlaatspruitstuk aan de achterzijde. Tap M6x1 en plaats de nippel met borgmiddel.
MONTAGE INLAATSPRUITSTUK NIPPELS Demonteer het inlaatspruitstuk. Verwijder bij cilinder 1 en 4 de opstaande rand. Boor volgens onderstaande foto 4 gaten van 9 mm in het inlaatspruitstuk. Tap M10x1 in de geboorde gaten. Plaats met borgmiddel ( extra sterk ) de inlaatspruitstuk nippels in het inlaatspruitstuk. Let op dat het borgmiddel niet in de inlaatspruitstuk nippels loopt. Verwijder een gedeelte van de aluminium steun zoals op de foto. Monteer vier stukken nylon gasslangen van 30 door de nippels ( 4 cm uitstekend ).
De eerste cilinder aan de distributiezijde wordt gezien als cilinder 1.
SLANGEN Lengte slang, ø 16 mm verdamper -> filter unit Prins = ± 6 cm Lengte slang, ø 16 mm verdamper -> filter unit Keihin = ± 90 cm Lengte slang ø 5 mm verdamper -> spruitstuk = ± 85 cm Lengte slang, ø 11 mm filter unit Prins -> injectorrail = ± 20 cm Lengte slang, ø 11 mm filter unit Prins -> injectorrail = ± 50 cm Lengte slang, ø 11 mm filter unit Keihin-> injectorrail = ± 85 cm Lengte slang, ø 11 mm filter unit Keihin-> injectorrail = ± 100 cm Lengte slang ø 6 mm VSI-injector 1 -> nylon slang = ± 4 cm Lengte slang ø 6 mm VSI-injector 2 -> nylon slang = ± 4 cm Lengte slang ø 6 mm VSI-injector 3 -> nylon slang = ± 4 cm Lengte slang ø 6 mm VSI-injector 4 -> nylon slang = ± 4 cm
Indien van toepassing: bevestig de Keihin filter met twee M6x10mm ( Max. 10 mm lengte! ) boutjes. Knip de slangen op maat. Zorg ervoor dat de slangen zonder beklemming en/of knikken gemonteerd worden.
Plaats de schakelaar op een goed zichtbare en bereikbare plaats. Druk tijdens het monteren van de schakelaar deze alleen op de zijkanten aan. Indien men de schakelaar in het midden aandrukt, kan dit tot beschadiging leiden. Zie algemene handleiding voor het programmeren van de schakelaar.
ELECTRISCHE AANSLUITINGEN Indien de aangegeven draadkleuren niet overeenkomen dient men deze zelf te meten / controleren.
Kabel nr. / opdruk Kleur kabel Aansluiting 50 MAIN GND bruin Met ringtong aansluiten op de – pool van de accu.
25-51 +12V BAT rood Met ringtong aansluiten op de + pool van de accu.
Plaats de zekering pas in de zekeringhouder als het complete LPG-systeem is aangesloten.
33 33G INJ OUT 1 34 34 G INJ PLUS
Wit-geel rood
Connector voor VSI-injector op cilinder 1.
32 32G INJ OUT 2 34 34 G INJ PLUS
Groen-geel rood
Connector voor VSI-injector op cilinder 2.
31 31G INJ OUT 3 34 34 G INJ PLUS
Rose-geel rood
Connector voor VSI-injector op cilinder 3.
30 30G INJ OUT 4 34 34 G INJ PLUS
Blauw-geel rood
Connector voor VSI-injector op cilinder 4.
13 IGNITION + grijs-wit Maak een aansluiting op + benzine injector Kleur kabel : zwart geel Locatie kabel : in kabelboom van de benzine injectoren
46 LAMBDA 1-L oranje Voor meting van het lambda-signaal cilinderbank 1. Kabel parallel aansluiten op de lambda-sensor. Kleur kabel : rood Locatie kabel : sensor connector lambda sonde, rechts voor de cilinderkop.
40 RPM paars-wit Voor meting van het toerental Kleur kabel : zwart-groen Locatie kabel : bobine connector cilinder 1
ELECTRISCHE AANSLUITINGEN Indien de aangegeven draadkleuren niet overeenkomen dient men deze zelf te meten / controleren.
Meting / onderbreking van de benzine-injectoren : Onderbreek elke benzine-injector stuurdraad ( injector min ). Elke VSI draad van de module heeft een benzine-injector / cilinder nummering, sluit deze dan ook aan op de overeenkomende benzine-injector / cilinder. Sluit de Bi-kleur VSI-meetdraad aan bij de onderbroken stuurdraad richting de benzine computer ( ECU SIDE ). Sluit de bijbehorende volle kleur VSI-draad aan bij de onderbroken stuurdraad richting de benzine-injector ( MIN INJ SIDE ). Let op : Elke bi-kleur meetdraad dient bij het juiste benzine-injector / cilinder te worden aangesloten overeenkomende met de LPG-injector.
Zie ook aansluitschema’s in handleiding Algemeen deel 1/2 VSI meetdraad nr. : Volle kleur / Bi-kleur Te onderbreken benzine-injector draad kleur / locatie
VSI draad nr. 39 Benzine-injector / cil.1
Wit / Wit-geel Kleur : wit-groen Locatie : in kabelboom van de benzine injectoren
VSI draad nr. 38 Benzine-injector / cil.2
Groen / Groen-geel Kleur : wit-blauw Locatie : in kabelboom van de benzine injectoren
VSI draad nr. 37 Benzine-injector / cil.3
Rose / rose-geel Kleur : wit-rood Locatie : in kabelboom van de benzine injectoren
VSI draad nr. 36 Benzine-injector / cil.4
Blauw / blauw-geel Kleur : wit Locatie : in kabelboom van de benzine injectoren
1. Sluit de seriële interfacekabel aan en start het VSI-diagnoseprogramma op. Plaats de VSI hoofdzekering in de houder. Programmeer de LPG schakelaar, zie hoofdstuk Montage schakelaar. 2. Zet het contact in de accessoirestand. Bij het eerste gebruik van het LPG-systeem, dient de
VSI-computer met de diagnose-software geactiveerd te worden. Als de VSI-computer nog niet is geactiveerd, zal dit toonbaar zijn middels een foutcode. Activeer de VSI-computer met de functie F11 ( activate ECM ).
3. Controleer of het programma in de VSI-computer overeenstemt met de auto :
Kijk d.m.v. F2 naar het pakketnummer en omschrijving van de auto in de diagnose-software en vergelijk deze met het pakketnummer op de pakbon.
4. Laat de motor warmdraaien op benzine.
Controleer met de diagnose-software alle inkomende signalen : Voeding schakelaar, RPM, benzine-injector inspuittijden, lambda signaal.
Het systeem zal pas op LPG schakelen indien de temperatuur van het koelwater ( T-ect ) boven de instelling van parameter T-min uitkomt en als de TSO-cold tijd is verstreken. 5. Laat de motor overschakelen op LPG en wanneer deze op LPG draait, schakel direct terug
naar benzine bedrijf. Het systeem staat nu op druk. Controleer nu of alle componenten en aansluitingen gasdicht zijn dmv een gasdetector of dmv een vloeibare lekkage test (zeepsop). Er mag geen lekkage aanwezig zijn!
Pas op voor draaiende / bewegende delen van de motor. Controleer het koelvloeistofpeil en of de verdamper warm wordt.
6. Verdamperdruk instellen, altijd bij een warme motor > ±80°C Laat de motor stationair op LPG draaien.
Kijk naar de ingestelde waarde van de Idle-level in de parameterlijst of functietoets F2 (ID-box) Verdraai op de voorzijde van de verdamper de inbusbout om de druk af te stellen. Stel de verdamperdruk in, zodat de gemeten druk ( P-sys ) gelijk is met de idle-level waarde. Een foutcode op deze instelling wordt gegenereerd als de druk teveel afwijkt. Verzegel de verdamper d.m.v. de bijgeleverde sticker na inregeling van de druk.
7. Controleer nogmaals met de diagnose-software alle inkomende en uitgaande signalen. 8. Controleer of er eventueel foutcodes zijn en verhelp deze.
Controleer het benzine systeem op EOBD foutcodes. 9. Plak de VSI goedkeursticker (R115) op de aangegeven plaats in de motorruimte. Plaats de afscherm connector op de VSI communicatie connector. 10. Maak een proefrit en controleer of op LPG bedrijf hetzelfde motorgedrag vertoond wordt als