TEKST MIRJAM REMIE INTERVIEW Maria Mendes De stem van de oorspronkelijk Portugese Maria Mendes is kristalhelder, maar de schoonheid van muziek zit in imperfectie, vindt ze. Op haar tweede album, dat binnenkort verschijnt, durft ze onvolmaakt te zijn. De nieuwe taal van de jazz R otterdam is haar stad geworden, vertelt zangeres Maria Mendes (30) op het terras van Hotel New York. Uitzicht op de Euromast, een tafeltje aan de Maas. Ze houdt van de internationale vibe van de stad. Van de coole plekken die je zoeken moet, maar die er heus wel zijn. Van haar huis in de buurt van de Witte de Withstraat, waar ze met haar Nederlandse vriend woont. Van het jazzcircuit in dit land, de kansen die hier zijn. Nee, ze heeft nog niet het gevoel gehad terug te willen naar Portugal. Mendes, die bekend staat om haar kristalheldere stem, komt uit Porto, in Noord-Portugal. Ze is de jongste van drie zussen. Drie jaar was ze toen ze opera be- gon te imiteren onder de douche. Dankzij haar moeder, kunstschilder en groot muzieklieebber, groeide ze op met klassieke muziek. Elke zaterdag Vivaldi. Een keer per maand naar de plaatselijke concertzaal. Zelf concertjes spelen voor de buren. docent, die veel vertrouwen had in haar toekomst als klassiek musicus, begreep haar keuze niet. En haar moeder, die haar altijd steunde, was niet blij. Haar hele leven was immers op de klassieke muziek gericht. Toch nam Maria Mendes een tus- senjaar, om de geheel nieuwe taal van de jazz te leren begrijpen. Ze kreeg privé-les van jazzvocalist Fátima Serro, die haar leerde over harmonie en swing. Luisterde naar jazzplaten: Ella Fitzgerald, Carmen McRae, Curtis Stigers, Natalie Cole, Jane Monheit, Frank Sinatra, Nina Simone. Mainstream, veel meer mainstream dan ze nu leuk vindt. Maar van de klassiekers moet je het leren, verontschuldigt ze zich. Na dat jaar werd ze toegelaten op het conservatorium in Porto, de enige opleiding in Portugal die jazz aanbood. Learning the hard way. Het jaar bestond uit Mendes en een andere vocalist. Er was geen stemtechniekdocent. De lessen wa- ren gericht op instrumenten, met als ge- volg dat ze in de eerste plaats werden op- geleid tot instrumentalisten in plaats van vocalisten. De Nederlandse Fay Claassen was docent. Eén keer per maand kwam zij naar Portugal, de andere drie weken was het keiharde zelfstudie. Mendes is nog altijd dankbaar dat haar universiteit Fay als docent vroeg; ze realiseert zich hoe kostbaar privé-lessen zijn. Het was Fay Claassen die Mendes na haar derde jaar naar Nederland haalde. Waarom kom je niet naar Rotterdam, vroeg ze. Daar is een coole universiteit, met wereldmuziek en een Braziliaanse afdeling. Mendes, door haar in Brazilië woonachtige grootouders net geïnteres- seerd geraakt in samba en bossa nova, voelde daar wel voor. Ze deed toelatings- examen en slaagde. Ze omschrijft haar tijd op Codarts als gelukkig, als een contrast met haar studie in Portugal. Opeens kon ze allerlei lessen ‘shoppen’: wereldmuziek, jazz, techniek. Ze ontmoette muzikanten van over de hele wereld – in Porto kwamen alle expats uit Spanje. En ze proefde de vrijheid en kansen van een conservatorium met meer financiële ruimte. Zo waren er twee keer per jaar projectweken waarbij verschil- lende muzikanten ‘van buiten’ werden uitgenodigd. Het beviel haar zo goed dat ze besloot er een master in jazz achteraan te plakken. Internationale roots Tijdens haar master richtte ze zich op de ontwikkeling van een nieuwe, jazz- achtige manier van improviseren in Braziliaanse muziek. Ze onderzocht het verschil in frasering bij jazzmuzikanten en Braziliaanse musici – vooral de groove is anders, ontdekte ze. Braziliaanse muziek is ritmisch en patronen worden herhaald, bij jazz gaat het vooral om har- monieën. Ze leerde veel van haar concept en verwerkte het in haar eerste en tweede album (Along the Road en Innocentia), beide met Braziliaanse elementen. Haar muziek wordt daarom vaak aangeduid als exotische jazz, bossa-jazz, waarin haar internationale roots voelbaar zijn. Maar Mendes maakt géén Braziliaanse muziek, benadrukt ze. ‘De manier waarop Op haar dertiende kreeg ze muzieklessen op een privé-muziekschool. Vanzelf- sprekend klassiek. Het paste bij haar opvoeding, maar het was ook noodzaak: er waren destijds geen jazz- of poplessen in Portugal. Ze leerde piano spelen, noten lezen, kreeg gehoortraining. Oefende vier, vijf uur per dag. Een grote toewij- ding, veel verantwoordelijkheid – dit was haar route. Bovendien kostte haar droom het gezin veel, letterlijk en figuurlijk. De muzieklessen waren duur. Er moest een piano komen. Haar moeder reed haar na school naar muziekles, de hele stad door, de files in. Ze raakte er gestresst van, maar kleine Maria zat tijdens de rit rustig haar les te oefenen. ‘Ik zie het als een geluk’, zegt Maria Mendes, ‘dat ik al op zo’n jonge leeftijd zo zeker was over wat ik wilde doen. Focus heeft me gebracht waar ik nu ben.’ Worsteling De grote ommezwaai kwam op haar zeventiende. Via oudere muzikanten die optraden op haar school, kwam ze met jazz in aanraking. Ongeveer op hetzelfde moment kwam haar oudste zus, die altijd al een afwijkende muzieksmaak had gehad, met een ander soort platen thuis: Doris Day, Nat ‘King’ Cole, Natalie Cole, Ruishi Sakamoto. Het warme, mooie, jazzgeluid zette iets in bloei bij Mendes. Ze stortte zich op de jazz. Gemakkelijk was dat niet. Het was ‘een worsteling’, zegt Mendes nu. Haar Maria Mendes: ‘Focus heeft me gebracht waar ik nu ben’ MARIA-MENDES.COM JB96_mariamendes.indd 8-9 17-07-2015 14:57:39