Page 1
Waarom steunde de Anti Apartheidsbeweging Nederland het gewelddadig verzet van het
ANC in Zuid-Afrika terwijl zij zelf in Nederland uitsluitend geweldloze acties voerde?
Jens Wierzoch
Fruitlaan 11
6515CA Nijmegen-Noord
Tel.:06-49288571
Student: 3002721
Bachelorwerkstuk begeleid door bij Martijn Eickhoff
Studierichting Geschiedenis
Radboud Universiteit Nijmegen
1 december 2013
Page 2
Inhoudsopgave
Inleiding ............................................................................................................................. 1
1. De historische dimensie van apartheid..................................................................... 5
1.1. De Apartheid in Zuid-Afrika.................................................................................... 5
1.2. Nederland tegen apartheid ....................................................................................... 6
2. Het ontstaan van de AABN ...................................................................................... 7
2.1. Belangrijke discussiestukken binnen de AABN ...................................................... 8
2.2. De zeven categorieën van activiteiten binnen de AABN ......................................... 9
3. Het creëren van aandacht voor Apartheid .............................................................. 10
3.1. De tentoonstelling in het Anne-Frank huis ............................................................ 10
3.2. Bezoek van ANC-leden aan Nederland ................................................................. 11
3.3. De actie Beat tegen apartheid................................................................................. 12
4. Hulpverlening aan ANC ........................................................................................ 13
4.1 Het eerste steunfonds van de AABN aan het ANC ............................................... 14
4.2 De morele ondersteuning ....................................................................................... 15
4.3 Radio Freedom actie .............................................................................................. 16
5. Conclusie ................................................................................................................ 17
6. Literatuurlijst .......................................................................................................... 19
Page 3
1
Inleiding
‘Education is the most powerful weapon which you can use to change the world. ‘1
Nelson Mandela 1993 Nobel Peace Prize laureate
Het is nu al meer dan 60 jaar geleden dat de apartheid in Zuid-Afrika werd ingevoerd. 19 jaar
geleden werd Nelson Mandela tot de eerste zwarte president van Zuid-Afrika gekozen. De
tussenliggende periode van 40 jaar verzet tegen het apartheid-regime heeft veel internationaal
onderzoek opgeleverd. Nederland speelde door hun zogenaamde ‘stam’-verwantschap met de
witte bevolking van Zuid-Afrika, een belangrijke rol in de anti-apartheid strijd. In Nederland
waren in de jaren 1971 tot 1994 Nongovernmental organisations (NGO’s)2, die als doel
hadden actief strijd te voeren tegen het apartheidsbeleid in Zuid Afrika. De Nederlandse
regering voerde in hun ogen geen goed anti-apartheidsbeleid.3 Een van deze organisaties was
de in 1971 opgerichte Antiapartheidsbeweging Nederland (AABN). Deze organisatie
onderhield nauwe banden met het African National Congres (ANC) in Zuid-Afrika. Het
actievoeringsbeleid van het ANC veranderde na het bloedbad van Sharpeville in 1960 van een
geweldloos actiebeleid naar een gewelddadig actiebeleid. De AABN bleef in Nederland
vasthouden aan een geweldloos actiebeleid.
Uit de beschikbare literatuur blijkt dat de AABN, vanwege hun onvoorwaardelijke steun aan
het ANC, als een links radicale beweging werd gezien.
Carry van Lakerveld geeft in 1994 als verklaring voor de samenwerking tussen de AABN en
het ANC in de maatschappelijke verhoudingen binnen Nederland en Zuid-Afrika. Volgens
haar ligt de oorzaak bij de gebeurtenissen in Zuid-Afrika en de reactie van de Nederlandse
regering en de Nederlandse bevolking daarop. Doordat de Nederlandse regering na het
bloedbad in Sharpeville en Soweto nog steeds een neutrale houding tegenover het
Apartheidsregime in Zuid-Afrika vasthield, ging de AABN uit solidariteit samenwerken met
het ANC. Het politieke klimaat in Zuid-Afrika zou het ANC gedwongen hebben om tot een
gewelddadige opstand over te gaan. Na Soweto golden ze als een illegale organisatie in Zuid-
Afrika. Op basis van dit concludeert Van Lakerveld dat in Zuid-Afrika de rol van het
1 Verenigde Natie, Resource for Speaker on global issues,
http://www.un.org/en/globalissues/briefingpapers/efa/quotes.shtml. Geraadpleegd op 9.11.2013. 2 Kelly-Kate S. Pease, International Organisations (5de druk; New York 2012) 3-6.
3 M. van Leeuwen en D.A. Leurdijk e.a., Het woord is aan Nederland (Den Haag 1983) 78-83.
Page 4
2
geweldloos verzet was uitgespeeld. In Nederland kon de AABN door het geweldloos verzet
de mensen nog wel bereiken en daardoor veranderingen tot stand brengen. 4
De sociaal wetenschapper Frank J. Buijs legt in 1995 een verband tussen de samenwerking
van de AABN en het ANC met het links activisme. In zijn onderzoek komt de AABN naar
voren als een communistische beweging die het ANC ondersteunde omdat het
Apartheidsbeleid symbool zou staan voor het kapitalisme en onderdrukking van de mens. De
AABN voerde volgens hem geweldloze acties in Nederland, omdat dit een voorwaarde was
om subsidie te ontvangen. Dit was ook de oorzaak van het uit elkaar gaan van de gematigde
en radicale leden van de AABN in de latere jaren tachtig. Hieruit is de Revolutionaire Anti-
Racistische Actie (RaRa) ontstaan, die wel gewelddadige actie in Nederland pleegde, zoals
bijvoorbeeld de brandstichting bij Makro-supermarkten. Hierbij moet wel opgemerkt worden
dat het hierbij om een relatief kleine groep ging en dat hun acties uitsluitend materiële schade
veroorzaakten en geen doden of gewonden.5
Het zeer recente onderzoek uit 2008 van S.W. Couwenberg blijkt de bron van samenwerking
bij de politieke theorie van het communisme te leggen. De AABN is als links-radicaal te
classificeren en hierdoor is ook te verklaren waarom zij hun geweldloze actievoering vooral
tegen bedrijven richtten. Deze golden namelijk als voorvechters van het zo gehate kapitalisme
en zouden hierdoor aan de ondragelijke situatie van het apartheidsbeleid in Zuid-Afrika
hebben bijgedragen. Het interessante aan dit onderzoek is ook dat het een vergelijking maakt
tussen het verzet van Nederland onder de Duitse bezetting en het verzet van het ANC tegen
apartheid. De AABN zou volgens Couwenberg door het gelijkstellen van het
nationaalsocialisme aan het apartheidsregime een nog grotere reden hebben gehad om samen
te werken met het ANC. De basis hiervoor was solidariteit.6
Een andere belangrijke bijdrage vormt het proefschrift “Van Sharpeville tot Soweto” van S.
de Boer uit 1999. Hij kijkt vanuit het perspectief van het beleid van het Ministerie van
Buitenlandse Zaken naar de AABN. Hij komt tot de conclusie dat de sociale achtergrond van
de AABN een belangrijke rol heeft gespeeld in de samenwerking met het ANC. Door de
werkwijze van de AABN en de verhouding tussen de AABN en andere Anti-apartheid
actiegroepen te vergelijken, stelt hij vast dat de actiegroepen verzuild waren net zoals de
4 Carry van Lakerveld (ed.), Nederland tegen apartheid. (Amsterdam, 1994).
5 Frank Jaap Buijs, Overtuiging en geweld. Vreedzame en gewelddadige acties tegen de apartheid (Amsterdam,
1995). 6 S.W. Couwenberg (ed.), Apartheid,Anti-apatheid, Post-apartheid (z.p. 2008) 28.
Page 5
3
Nederlandse samenleving. Iedere zuil zou volgens hem een eigen actiegroep hebben. De
AABN viel hierbij onder de communistische zuil.7
Uit de analyse van de literatuur blijkt dus dat de historici uit gaan van een diepe
verbondenheid tussen de AABN en het ANC. Volgens deze onderzoeken kwam
verbondenheid voort uit de overeenkomst in de politieke ideologie, zijnde het communisme.
De onderzoekvraag in dit werkstuk is: Waarom steunde de AABN het gewelddadig verzet van
het ANC in Zuid-Afrika terwijl zij zelf in Nederland uitsluitend geweldloze acties voerde?
Om de onderzoekvraag te kunnen beantwoorden heb ik deze in twee vragen onderverdeeld.
De eerste vraag is: Waarom ondersteunde de AABN het ANC en maakte zij bij haar
ondersteuning onderscheid in welke acties van het ANC zij ondersteunden? De tweede vraag
is: Waarom voerde de AABN uitsluitend geweldloze acties in Nederland?
In mijn onderzoek wil ik op basis van een archiefonderzoek van de besluitvormingen van het
bestuur en de raadgevende vergadering van de AABN nagaan hoe de verbondenheid met het
ANC tot uitdrukking kwam. Welke redenen hadden ze om het ANC te ondersteunen?
Waarom voerde zij geweldloze acties in Nederland? Waarom kozen ze voor deze acties? Het
eindpunt van mijn onderzoek is 1994. Dit is het jaar waarin in Zuid-Afrika de eerste vrije
verkiezingen werden gehouden. Mijn werkstuk is in vier hoofdstukken ingedeeld.
In hoofdstuk één staat de oorsprong van de apartheid in Zuid-Afrika en de reactie van
Nederland hierop centraal. Hierbij wordt de situatie in Zuid-Afrika en in Nederland van 1948
tot 1971 beschreven. De deelvragen hierbij zijn vooral gericht op hoe de maatschappelijke
situatie heeft kunnen leiden tot het oprichten van het ANC en de AABN.
Hoofdstuk twee behandelt de opbouw van de AABN met als doel de achterliggende ideologie
en hun doelstellingen te analyseren. De deelvragen geven aandacht aan de kwestie of door de
fusie van de studentengroep Pluto met het Comité Zuid-Afrika tot de AABN de
communistische ideologie intocht nam in de beweging. De uiteindelijke doelstellingen van de
AABN vormen de tweede deelvraag van dit hoofdstuk. Hoe verhielden deze zich met de
ideologie van het communisme.
In hoofdstuk drie geef ik een nadere beschouwing op drie activiteiten van de AABN in
Nederland. Hoe waren hun geweldloze acties opgebouwd en hoe werden deze uitgevoerd?
7 Stefan de Boer, Van Sharpeville tot Soweto (Den Haag 1999).
Page 6
4
Hebben ze met anderen bewegingen in Nederland samen gewerkt en wat wilden ze met deze
activiteiten bereiken?
In hoofdstuk vier staat beschreven welk soort steun de AABN aan het ANC gaf. Was het
alleen morele of ook financiële steun of participeerde ze ook daadwerkelijk bij de
gewelddadige acties van het ANC?
De scriptie wordt door mij afgesloten met het uiteindelijke beantwoorden van mijn
onderzoeksvraag. Hiervoor komen de in twee gesplitste hoofdvragen weer samen tot een
geheel. Waarom steunde de AABN het ANC en waarom voerde de AABN alleen geweldloze
actie in Nederland uit?
Page 7
5
1. De historische dimensie van apartheid
In dit hoofdstuk schets ik het historische kader. Hierbij wordt de vraag beantwoord welke
maatschappelijke ontwikkelingen aanleiding waren voor het ontstaan van de AABN en het
ANC. Dit doe ik voornamelijk om te kijken welke rol het apartheidsbeleid van Zuid-Afrika in
de Zuid-Afrikaanse en Nederlandse maatschappij speelde.
1.1. De Apartheid in Zuid-Afrika
Vanaf 1948 is apartheid of rassensegregatie in Zuid-Afrika op juridisch niveau vastgelegd.8 In
Zuid-Afrika bestond de apartheid op sociaal en cultureel niveau al eerder maar pas door de
Nasionale Party (NP) werd ze ook vastgelegd in het wettelijk onderbouwde politieke kader.9
Het concept apartheid werd onderverdeeld in een kleine en een grote apartheid. Bij de kleine
apartheid handelt het zich vooral om het wettelijke kader, dat de ongelijkheid tussen blank en
zwart op papier mogelijk maakte, zoals het verbod op een gemengd huwelijk in 1949.10
Met
de grote apartheid worden vooral de uitgevoerde regeringsprogramma’s bedoeld zoals het
stichten van de thuislanden in 1951.11
Dit waren door de NP onafhankelijk opgerichte
gebieden binnen Zuid-Afrika bestemd voor de zwarte bevolking. Hierdoor werden de
werkende zwarten in de overige gebieden van Zuid-Afrika juridisch gezien als
vreemdelingen. Waardoor zij ongelijk konden worden behandeld ten opzichte van de blanke
bevolking. Het doel van apartheid was het behouden van de superioriteit van het blanke ras
tegenover het snel groeiende en in de meerderheid zijnde zwarte ras in Zuid-Afrika. De
counterpart hiertegen was het African National Congress (ANC), die door de zwarte
middenklasse in 1911 werd opgericht.12
Zij vormde zich in het verloop van de tijd om tot een
verzetsbeweging tegen de apartheid. De partij werkte ook nauw samen met de blanke Zuid-
Afrikaanse Communistische partij (SACP). Door hun nauwe samenwerking met de SACP
werden ze beschouwd als een communistische beweging.13
Hun gezamenlijke geweldloze
georganiseerde demonstratie, tegen de pasjeswet van de thuislanden in 1960 in Sharpeville,
8 Nelson Mandela, De lange weg naar de vrijheid (5de druk; z.p. 2008).
9 Leonard Thompson, A history of South Africa. (Londen 1994).
10 Digital Innovation South Africa, Prohibition of Mixed Marriages Act, Act No 55 of 1949,
http://www.disa.ukzn.ac.za/index.php?option=com_displaydc&recordID=leg19490708.028.020.055
Geraadpleegd op 23.11.2013. 11
Aluka, Bantu Authorities Act, Act No. 68 of 1951,
http://www.aluka.org/action/showContentImage?doi=10.5555/AL.SFF.DOCUMENT.leg19510615.028.020.068
Geraadpleegd op 24.11.2013. 12
ANC, A brief history of the African National Congress http://www.anc.org.za/show.php?id=206 Geraadpleegd
22.11.2013 13
Mandela, vrijheid 97.
Page 8
6
liep uit in een bloedbad.14
Hierna verklaarde de regering het ANC tot een verboden
organisatie. Daardoor moesten zij voortaan hun acties in het geheim voeren. Dit verbod leidde
ertoe dat zij van geweldloze actievoering over gingen naar gewelddadige actievoering. Dit
werd gedaan door een bewapende tak op te richten, die onafhankelijk was van het ANC, de
Umkhonto we Sizwe (MK). Deze tak stond onder de leiding van Nelson Mandela.15
Ze
werkten hierin nauw samen met SACP die ervoor zorgden dat leden trainingen volgden in de
Sovjet Unie.16
In 1990 werd de apartheid uiteindelijk afgeschaft en werd het ANC-lid Nelson
Mandela bij de verkiezingen in 1994 tot de nieuwe president van Zuid-Afrika gekozen.
Tegenwoordig is het ANC in Zuid-Afrika nog steeds de grootste partij.
1.2. Nederland tegen apartheid
In Nederland begon het verzet tegen de apartheid vooral na de gebeurtenissen in Sharpeville
en Soweto op gang te komen. In 1945 gold de stamverwantschap tussen Nederland en Zuid-
Afrika nog als een belangrijkere factor in de Nederlandse samenleving.17
De
stamverwantschap was een nauwe historische band tussen Nederland en de Zuid-Afrikaanse
boeren op het gebied van geloof, taal en normen en waarden. Vooral de Nederlandse regering
probeerde deze stamverwantschap te benadrukken. Hun achterliggende motieven hiervoor
waren vooral hun economische belangen in Zuid-Afrika.18
Het apartheidsprobleem wilde zij
vooral door diplomatische onderhandelingen oplossen. In 1951 werd dit wederzijdse
vertrouwen bekroond met het culturele verdrag waarin zich beiden landen tot vriendelijke
culturele uitwisseling verplichtten.19
De kerken en NGO’s in Nederland echter waren voor een
op sanctie gebaseerd beleid en voor het opzeggen van het culturele verdrag. De Nederlandse
regering moest in hun ogen Zuid-Afrika door economische sancties dwingen af te zien van
hun apartheidsbeleid. Hun doel probeerden de organisaties vooral te bereiken door
voorlichtingscampagnes te houden over de situatie in Zuid-Afrika. Ze gingen er namelijk
vanuit dat dit de Nederlandse regering tot het herzien van haar standpunten zou dwingen.
Omdat deze in de gunst van de kiezer wilden blijven. Het Comité Zuid-Afrika (CZA) speelde
hierin vanaf 1960 een belangrijke rol. Hun actievoering was vooral het schrijven van
14
Tom Lodge, Sharpeville: An apartheid massacre and its consequences. (New York 2011) 1-28. 15
Mandela, vrijheid, 248-251. 16
Eric Louw, The Rise, Fall, and Legacy of Apartheid (z.p. 2004) 121. 17
Gerrit Schutte, Stamverwantschap onder druk. De betrekkingen tussen Nederland en Zuid-Afrika, 1940-1947
(Amsterdam 2011). 18
M. van Leeuwen en D.A. Leurdijk e.a., Het woord is aan Nederland (Den Haag 1983) 74-103. 19
Overheid.nl, Cultureel Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Unie van Zuid-Afrika
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/trb-1951-76.html Geraadpleegd op 24.11.2013.
Page 9
7
maandkranten over de situatie in Zuid-Afrika en deze in verband te brengen met de
internationale afspraken over embargo’s. Hun actievoering leidde niet tot een grote aanhang
onder de Nederlandse bevolking. Door de arrestatie van 156 apartheidstegenstander in 1956 in
Zuid-Afrika werd ook in de rest van de wereld duidelijk dat apartheid ook een gewelddadige
kant had. In Engeland werd het Defence and Aid Fund (DAF) opgericht. Hun doel was geld
inzamelen om zo voor de verdachten een goede verdediging te kunnen betalen. De DAF kreeg
in 1964 ook een afdeling in Nederland, die in 1968 ging samenwerken met het CZA. In de
jaren zeventig ontstonden ook andere actiegroepen zoals de kerkelijke werkgroep Kairos en
de door de gevluchte Zuidafrikaan, Esau du Plessis, in het leven geroepen Bozcot Outspan
Actie(BOA). Ook het Angola Komitee ging na de onafhankelijkheid van Angola verder onder
de naam Komitee Zuidelijk Afrika (KZA).20
2. Het ontstaan van de AABN
Uiteindelijk veranderde de manier van actievoering door de komst van de studentenbond
Pluto in 1971. Deze werd opgericht door de blanke naar Nederland gevluchte Zuidafrikaan,
Berend Schuitema. Hun ideologische oorsprong was het communisme. Deze politieke
ideologie gaat uit van een permanente klassenstrijd tussen de heersende klassen (bourgeoisie)
en de werkenden klassen (het proletariaat). Volgens hen is de enige oplossing voor de
klassenstrijd dat het proletariaat deze strijd wint. De heersende klassen wordt volgens de
aanhangers puur geleid door economische winst. Zij duiden dit aan door kapitalisme. Het
kapitalisme zou uiteindelijk zelf ten ondergaan. Voor de precieze definities zijn binnen de
ideologie verschillende verklaringsmodellen. De belangrijkste zijn het Leninisme, Stalinisme
en Trotskisme.21
De studentenbond Pluto had vooral als doel aanhang voor hun
Antiapartheidsbeweging te krijgen door een actieve actievoering. Hun eerste actie was het
verstoren van het waterpolotoernooi, tijdens de wedstrijd van Zuid-Afrika tegen Nederland in
1971, door rookbommen te werpen.22
Hierna fuseerde Pluto met het CZA, dat hiervoor DAF
20
Carla Edelenbos e.a., Defence and Aid Fund 1965-1991 (Utrecht 1991 )9-17. 21
David Priestland, Weltgeschichte des Kommunismus. Von der Französischen Revolution bis heute. (München
2009). 22
Conny Braam, De Bokkeslachter. ‘Het verhaal van een Afrikanerzoon, die de kwellende banden met zijn land
niet kan verbreken.’ (Amsterdam 1993).
Page 10
8
van zich los moest maken, in de Antiapartheidsbeweging Nederland (AABN). De standpunten
van Pluto zijn bij de fusie één op één overgenomen. De standpunten van de AABN waren: 23
• Het strijden voor een gelijke behandeling van de zwarte bevolking door de Zuid-
Afrikaanse regering.
• Afkeuring van de bevoordeling van andere rassen in Zuid-Afrika zoals kleurlingen of
de Indische bevolking door de Zuid-Afrikaanse regering omdat dit ten kosten ging van
de zwarte bevolking.
De structuur van de AABN werd in 1971 vastgelegd. Aan het hoofd stond een dagelijks
bestuur (DB) bestaande uit negen leden, die de dagelijkse politieke leiding hadden. Hieronder
stond de raadgevende vergadering (pleno) waarin actieve leden, leden van het DB,
stafmedewerkers en alle vrijwilligers waren vertegenwoordigd. De taak van het pleno was het
opzetten en later ook het evalueren van activiteiten en campagnes. Verder waren er nog
verschillenden werkgroepen. Zij hadden tot doel informatie te verzamelen over de situatie in
Zuid-Afrika, de mening van de Nederlandse regering en de mening van de Verenigde Natie.
De frequentie van vergaderen was verschillend. Het DB kwam twee keer per week bijeen, de
werkgroepen meestal één keer per week en het pleno werd één keer per twee maanden
gehouden.24
2.1. Belangrijke discussiestukken binnen de AABN
In 1972 circuleerde binnen de AABN een discussiedocument, geschreven door Berend
Schuitema, over de plaats van de AABN als solidariteitsbeweging. 25
In dit document komt
duidelijk de Leninistische argumentatiewijze naar voren. De AABN zou aan het ANC
politieke en tactische ondersteuning moeten bieden. Militaire steun kon volgens hem alleen
door socialistische landen verleend worden en niet vanuit West-Europa. De AABN moest
haar doel proberen te bereiken door het uitgroeien tot een massa beweging.26
Een tweede document over hoe de AABN hun strijd tegen apartheid moest voeren komt
tijdens de DB notulen op 17 oktober 1973 aan de orde. In dit document beargumenteren de
23
International instituut voor sociale Geschiedenis (IISG), Archief van Antiapartheidsbeweging Nederland
(AABN), Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 1. 24
Ravage, Interview met Fulco van Aurich internetpagina van 9 MAART 1989
http://www.ravagedigitaal.org/1989/25/12.html Geraadpleegd op 21.11.2013. 25
DB notulen van 13-12-1972, IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het Dagelijke
Bestuur. 1971-1994. 1Inv. nr. 7. 26
Intern discussiestuk AABN Des. 1972 IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het
Dagelijke Bestuur. 1971-1994. 1Inv. nr. 7.
Page 11
9
auteurs en DB-bestuursleden Pim Jufferman en Ton Korver waarom er geen revolutie in
Nederland moet komen om de situatie in Zuid-Afrika te verbeteren. Ze vinden namelijk dat de
AABN niet als een politieke partij naar Zuid-Afrika moet kijken maar eerder naar een
pragmatische oplossing moet zoeken. De situatie in Nederland verschilt hierin met de situatie
in Zuid-Afrika. In het document staat bijvoorbeeld, dat de AABN alleen een economische
boycot tegen het apartheidsregime kan ondersteunen als hierbij de werkgelegenheid in
Nederland niet wordt aangetast. De schrijvers van dit document concluderen, dat de AABN
vanuit een antikapitalistisch oogpunt iedere bevrijdingsbeweging moet ondersteunen. Bij een
boycotactie moet erop gelet worden, dat de AABN niet de Nederlandse vakbonden tegen zich
krijgt, omdat hierdoor de doelstelling, het verkrijgen van een grote aanhang in de bevolking in
het gevaar komt.27
In beiden documenten is het communisme een belangrijk onderdeel van hun argumentatie.
Het gedachtegoed gaat uit van een klassenstrijd tussen de bourgeoisie en het proletariaat.
Hierbij vormt de bourgeoisie de heersende politieke klassen en het proletariaat de werkende
niet heersende klasse. In deze twee documenten kan ookde motivatie voor geweldloze acties
in Nederland worden gevonden. Omdat zij een grote aanhang onder de bevolking wilde
bereiken waren zij voor geweldloze acties. Door het gebruik van geweld zouden zij een slecht
imago in de media krijgen wat niet zou bijdragen aan het verkrijgen van een grote aanhang
onder de bevolking. Ook zou door het voeren van uitsluitend geweldloze acties een verbod op
de AABN worden voorkomen.
2.2. De zeven categorieën van activiteiten binnen de AABN
De AABN nam in februari 1974 een besluit om hun activiteiten vanwege de omvang van haar
actieveld onder te verdelen in zeven categorieën.28
De eerste categorie was
financieringscampagnes voor het ANC. Hiertoe behoorden alle activiteiten en fondsen die tot
doel hadden geld voor het ANC in te zamelen. De tweede categorie was de presentatie van de
Zuid-Afrikaanse bevrijdingsbeweging. Hieronder vielen dus activiteiten waar ANC leden zich
voorstelden aan AABN leden. De derde categorie was een informatiegroep, die zich met het
verzamelen van belangrijke informatie over de apartheid in Zuid-Afrika zelf en ook het
verzamelen van de reactie van het buitenland op de apartheid bezig hield. De boekuitgeverij
was de vierde categorie, die het publiceren van eigen boeken over apartheid mogelijk moest
27
Over investeren en nog zo wat., IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's
en andere algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 2. 28
Beleidsnota AABN 1-2-1974, IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en
andere algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 2.
Page 12
10
maken. Verder was er een vijfde categorie voor het uitgeven van de “Apartheid Nieuws” krant
verantwoordelijk, die algemeen nieuws over het apartheidsregime in Zuid-Afrika aan de
Nederlandse burgers gaf. Scholenprojecten vormden de belangrijke zesde categorie binnen de
AABN. Door deze probeerde de AABN in scholen voorlichting te geven over apartheid.
Hierdoor werd de jonge generatie bewust gemaakt over de ongelijkheid in Zuid-Afrika. Ook
probeerde men via de schoolkinderen het thema apartheid onder de aandacht van hun ouders
te krijgen. De zevende categorie was onder de naam sport bekend. Het doel hiervan was de
Nederlandse sport voor de ongelijkheid in Zuid-Afrika te sensibiliseren. Maar ook om de
sport als internationaal forum te gebruiken om het bezwaar tegen het apartheidsregime
duidelijk te maken door verstoring van sportieve ontmoeting van Nederland met Zuid-Afrika.
Ook werd gepoogd Nederlandse sporters door middel van brieven op te roepen niet deel te
nemen aan een wedstrijd tegen Zuid-Afrika.
3. Het creëren van aandacht voor Apartheid
In dit hoofdstuk worden drie verschillende activiteiten beschreven die door de AABN werden
uitgevoerd met als doel bewustwording van het Nederlandse volk. Hierbij wordt vooral de
besluitvorming van het DB beschreven. Maar ook wordt beschreven hoe het pleno de
activiteiten organiseerde en welk doelen ze daarbij hadden.
3.1. De tentoonstelling in het Anne-Frank huis
Met deze activiteit had de AABN het doel om mensen ervan bewust te maken dat apartheid
equivalent is aan nationaalsocialisme. Hierdoor hoopten zij een makkelijke verbondenheid
voor de strijd tegen de apartheid in de Nederlandse bevolking te creëren. Het was een van de
eerste activiteiten van de AABN überhaupt en ze stonden hierdoor enorm onder druk. Het
doel van deze activiteit was een fototentoonstelling van de situatie in Zuid-Afrika binnen het
Anne Frank huis te houden. Ze hielden drie tentoonstellingen met verschillende accenten. In
1971 legden zij een verband tussen het opzetten van de thuislanden in Zuid-Afrika met de
Endlösung van de Nazi’s. De nadruk lag hierbij op het rassenprobleem en de daarmee
verbonden verplichte hervestiging van de zwarte bevolking in Zuid-Afrika. Hierop volgde in
1972 de focus op de Nederlandse investeringen in Zuid Afrika die bijdroegen aan de
instandhouding van het apartheidsbeleid in Zuid-Afrika. In 1973 lag de nadruk op de
bevrijdingsbewegingen in Zuid-Afrika.29
Uit de DB notulen van 17 december 1973 komt naar
29
IISG, Chronologie Anti-Apartheids Beweging Nederland 1971-1994,
http://www.iisg.nl/archives/docs/ChronologieAABN.pdf Geraadpleegd op 21.11.2013.
Page 13
11
voren dat ze nog meer tentoonstellingen wilden doen in het Anne Frank huis.30
Ook in de
informatiebrochure van november 1973 geven zij aan dat zij voortaan ieder jaar in de
zomermaanden tentoonstellingen zullen gaan houden in het Anne Frank Huis.31
Aan deze
activiteiten kan worden afgeleid, dat de AABN probeerde door een vergelijking te maken met
het oorlogsverleden op de gevoelens van de Nederlandse bevolking in te spelen.
3.2. Bezoek van ANC-leden aan Nederland
Het bezoek van ANC leden aan Nederland vond plaats op drie tot acht oktober 1977 en werd
door alle Antiapartheidsbewegingen in Nederland samen organiseert (KZA, DAF, BOA en de
AABN). Het was het eerste bezoek van ANC leden aan Nederland en was hierdoor heel
bijzonder voor de AABN. Tussen de verschillenden Antiapartheidsbewegingen zorgde dit
bezoek echter voor twisten. Het ANC hoofdkwartier in Londen was hiervoor
verantwoordelijk. Zij hadden zowel aan de AABN en als het KZA gevraagd om als
organisator voor het bezoek op te treden.32
Dit probleem losten de verschillenden
Antiapartheidsbewegingen op door een gezamenlijke vergadering te houden. Bij deze
vergadering maakte zij samen een gedetailleerd programma voor het bezoek. De AABN kreeg
hierin het recht om voor een tijdsduur van anderhalve dag voor de ANC delegatie activiteiten
te organiseren. De overige tijd moesten de anderen Apartheidsbewegingen onder elkaar
verdelen.33
Door dit akkoord werd het grondbeginsel van het KZA niet aangenomen. Het
KZA wilde namelijk een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het bezoek van de ANC
delegatie. Het voorstel van de AABN was een separate verantwoordelijkheid. Dit werd
aangenomen omdat zij anders dreigden op te stappen. Uit deze onderhandelingen tussen de
AABN en de anderen Nederlandse Apartheidsbewegingen kunnen wij zien hoe de AABN de
andere bewegingen beschouwde. Ze zagen deze bewegingen namelijk niet als bondgenoten
maar meer als een last voor zich zelf. Dit blijkt ook duidelijk uit hun brief aan het ANC.34
Uit
30
IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 1. 31
Stichitng AABN november 1973, IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's
en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 2. 32
Brief van ANC aan KZA 4-8-1977 en Brief van AABN aan ANC op 18-8-1977, IISG, AABN, Notulen,
besluitenlijsten en vergaderstukken van het Dagelijke Bestuur
1971-1994., Inv. nr. 8. 33
Vergadering van 14-9-1977, IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het Dagelijke
Bestuur.
1971-1994., Inv. nr. 8. 34
Brief van AABN aan ANC 28-8-1977, IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het
Dagelijke Bestuur.
1971-1994., Inv. nr. 8.
Page 14
12
deze brief blijkt dat de AABN het enige aanspreekspunt voor het ANC in Nederland wilde
zijn.
Voor de ANC delegatie regelde de AABN een activiteit op zes oktober in Amsterdam. Op
deze activiteit lichte de ANC-leden de AABN in over de situatie in Zuid-Afrika en werd ook
een toespraak gehouden. Wat er precies tijdens de vergadering is besproken is niet te
achterhalen. Maar het document met de hoofdlijnen van de inhoud van de toespraak geeft ons
een globale indruk. 35
Hierin werden vijf problemen beschreven die het ANC in hun strijd
tegen apartheid in Zuid-Afrika vaststelde. Aan het eind van ieder probleem staat ook wat de
AABN volgens het ANC moet doen. Een groot probleem is dat het ANC niet voldoende
middelen heeft om alleen tegen het apartheidsbeleid te strijden. Daarom moet het AABN het
ANC onvoorwaardelijke steunen. Ook de economische ondersteuning van Nederlandse
bedrijven aan het apartheidsregime vormde een probleem voor het ANC. De AABN werd
opgeroepen meer boycotacties tegen Nederlandse bedrijven te voeren. En meer voorlichting
over apartheid in de media en in het Nederlandse parlement te geven. Hiermee verwachte het
ANC dat de Nederlandse bedrijven hun steun aan het apartheidsregime zouden opzeggen. Het
ANC beschouwde deze soort van inmenging in Zuid-Afrika als neokolonialisme.
Wij kunnen hieruit dus afleiden dat op deze vergadering communistische theorieën zijn
besproken. De neokolonialismetheorie is namelijk een toepassing van de communistische
ideologie, ontwikkelt door de Ghanese president Kwame Nkrumah, op Afrika.36
Inhoudelijk
zegt de theorie dat voormalige Europese kolonies in Afrika, nadat ze onafhankelijk zijn
geworden opnieuw worden bedreigd door het Westen. De westerse bourgeoisie probeert
volgens Nkrumah door economische en militaire hulp aan niet democratische Afrikaanse
regeringen te geven deze weer afhankelijk te maken van het Westen. Deze toespraak, die op
zes oktober is gehouden, laat ons zien op welke manier communistische ideeën binnen de
AABN en het ANC werden uitgewisseld.
3.3. De actie Beat tegen apartheid
Deze actie werd uitsluitend door de AABN georganiseerd. Het doel van deze actie was het
organiseren van een commercieel concert met het thema verzet tegen apartheid. De opbrengst
zou uiteindelijk aan het ANC worden gedoneerd. Hierdoor zou gelijktijdig het Nederlandse
35
Hoofdlijnen Toespraak Organisatoren Zuid-Afrika Meeting 6 Oktober., IISG, AABN, Notulen, verslagen en
vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 3. 36
Kwame Nkrumah, Neo-Colonialism, The Last Stage of Imperialism (London 1965).
Page 15
13
volk alert gemaakt worden over de situatie in Zuid-Afrika en het ANC zou financiële
ondersteuning ontvangen. In de planningsfase werd ook duidelijk dat het niet financieel
haalbaar was om alle artiesten die men wilde naar Nederland te halen. Uiteindelijk wordt,
vanwege de hoge kosten besloten, Bob Marly niet uit te nodigen. Maar ook de zanger Makabe
werd niet uitgenodigd. De reden hiervoor was dat hij geen goede relatie met het ANC had.37
.
De opbrengst van dit concert was zeer teleurstellend voor de AABN. Het leverde een gat in de
begroting op van 60.000 gulden. Dit kwam doordat er niet genoeg kaarten waren verkocht en
de AABN zich ook niet tegen een tekort had ingedekt.38
We kunnen hieraan dus zien, dat ten
eerste niet alle activiteiten van de AABN succesvol waren en ten tweede dat bij iedere actie
ook rekening met het ANC werd gehouden.
4. Hulpverlening aan ANC
Uit de acties van de AABN in Nederland die in het voortgaande hoofdstuk zijn beschreven
blijkt dat deze geweldloos waren. In dit hoofdstuk beschrijf ik hoe de AABN actieve steun gaf
aan het ANC. Het ging hier dus voornamelijk om financiële steun. Zonder deze financiële
middelen afkomstig van NGO’s van over de hele wereld had het ANC zich niet zo lang tegen
het apartheidsregime kunnen verzetten. Een stakingsactie door het ANC in Zuid-Afrika
bijvoorbeeld was alleen haalbaar als ze lang genoeg duurde om de regering tot concessies te
dwingen. De werknemers werden in de tijd van de staking niet uitbetaald. In West-Europa
wordt dit door de vakbonden opgevangen die hiervoor een stakingskas hebben waaruit ze een
deel van het loon van de werknemer kunnen betalen zolang de staking doorgaat. In Zuid-
Afrika konden de zwarte werknemers niet op een vakbond terugvallen. Voor hun belangen
kwam het ANC op, zij betaalden de werknemer, bij staking, lonen uit hun eigen kas. Deze kas
moest dus worden aangevuld door financiële middelen uit het buitenland omdat het ANC zelf
in Zuid-Afrika verboden was. De leden die zelf meestal in armoedige toestanden leefden of op
de vlucht waren konden geen of vrijwel geen bijdrage geven. Hierdoor was het moeilijk om
de beweging uitsluitend op leden bijdragen draaiende te houden. Daarom was financiële steun
afkomstig van de rest van de wereld noodzakelijk. Deze financiële steun werd meestal door
NGO’s gegeven in sommige gevallen ook door regeringen. In Nederland werd dit gedaan
37
IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het Dagelijke Bestuur.
1971-1994., Inv. nr. 10. 38
Financiële situatie naar Beat Apartheid 16-8-1981, IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken
van het Dagelijke Bestuur.
1971-1994., Inv. nr. 10.
Page 16
14
door de antiapartheidsbewegingen AABN, KZA, BOA, KAIRO en DAF. Het AABN stelde
aan het ANC wanneer zij geld doneerde, geen voorwaarden wat zij met het geld mochten
doen. Hierdoor konden ze zelf niet met zekerheid garanderen dat hun geld niet voor het kopen
van wapens werd gebruikt.
4.1 Het eerste steunfonds van de AABN aan het ANC
Het ANC-noodkreet fonds was het eerste materiële steunfond van de AABN aan het ANC. De
aanleiding was een aanvraag van het ANC hoofdkwartier in Londen. Ze ontvingen namelijk
de verontrustende mededeling dat voor de stijgende vluchtelingen stroming uit Zuid-Afrika
naar de buurlanden van Zuid-Afrika meer hulp nodig was dan het ANC kon bieden. In het
pleno van 14 december 1976 wordt voor het eerst besproken om een werkgroep op te richten
voor de vluchtelingen.39
In de daarop volgende vergadering op 15 december 1976 van het DB
werd Conny Braam aangewezen om een voorstel voor de structuur van deze werkgroep uit te
werken. Zij diende haar voorstel in, nadat ze van 16 tot 18 december 1976 op een vergadering
in Londen met de Britse Antiapartheidsbewegingen Anti Apartheid Movement (AAM), de
Duitse, Franse en het ANC had overlegd. Het resultaat van deze ontmoeting in Londen
verwerkte ze in haar voorstel. Uit haar voorstel blijkt duidelijk dat de situatie toen al tien keer
erger was dan het ANC eerder had medegedeeld.40
Op de volgende pleno op 21 januari 1977
wordt er uiteindelijk vermeld dat de werkgroep is opgestart en dat deze zich alleen met het
inzamelen van kleding bezig gaat houden. Later werd op het DB overleg op 26 januari 1977
een taakverdeling voor de werkgroep vastgesteld.41
De taakverdeling omvatte de
organisatorische opzet zoals het ledenaantal, de tijdsduur van de groep en het schema voor de
inzameling en het vervoer naar Zuid-Afrika. De belangrijkste punten hieruit waren, dat er
tenminste één lid van het DB in moest zitten en dat de groep minimaal drie maanden actief
moest zijn. Op 16 februari 1977 wordt bij de DB vergadering medegedeeld, dat er
verschillenden kerkelijke instellingen en het Humanistisch verbond benadert zijn voor
financiële ondersteuning. Ook zijn Amsterdamse scholen benadert om kleine projecten op te
starten voor het inzamelen van kleding.42
Verder werd erover nagedacht het ANC-noodkreet
fonds te combineren met het tournee van de Zuid-Afrikaanse Jabula band van april tot mei.43
39
IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het Dagelijke Bestuur.
1971-1994., Inv. nr. 8. 40
Ibidem. 41
IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 3. 42
IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het Dagelijke Bestuur.
1971-1994., Inv. nr. 8. 43
IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
Page 17
15
Uiteindelijk kreeg de werkgroep groen licht voor hun actie op 15 maart 1977. Ook het idee
om het ANC-noodkreet fonds te combineren met de muziektournee van Jabula op acht april
tot zes mei werd uitgevoerd.44
In de evaluatie van het pleno op 31 mei 1977 werd er heel
positief terug gekeken op deze actie. Het combineren van fondsverwerving en popconcerten
werd als goed concept geprezen.45
4.2 De morele ondersteuning
Het verzamelen van handtekeningen waren activiteiten van de AABN om de Zuid-Afrikaanse
regering te dwingen uitgesproken doodvonnissen voor vrijheidsstrijders weer in te trekken
en/of de gevangenen vrij te laten. Tijdens hun demonstraties riepen zij de Nederlandse
overheid op diplomatieke druk op het apartheidsregime in Zuid-Afrika uit te oefenen. Ik heb
een actie gevonden die de AABN samen met het Britse AAM heeft gevoerd. Helaas moet ik
ook bekennen dat ondanks dit soort acties veel doodvonnissen wel volstrekt zijn.
De demonstratie van de AABN en het Britse AAM werd bekend onder de naam “Pretoria 12”.
Het ging hierbij om twaalf ANC leden, die onder het Terrorisme Act van 1961 in 1977
werden aangeklaagd.46
Zes van hun werden uiteindelijk vrijgesproken. De andere kregen
straffen variërend van zes en tot achttien jaar opgelegd.47
Het proces zelf liep van tien mei
1977 tot zeven april 1978 en is na het Rivonia proces (waar Nelson Mandela werd
veroordeeld) één van de belangrijkste processen in de Apartheidsgeschiedenis.48
Hierdoor
werd namelijk voor de wereld duidelijk, dat niet alleen de gevangen maar ook de getuigen
door folteren tot uitspraken werden gedwongen. Helaas bestaan er weinig documenten over
het proces zelf. De AABN besluit zelf meteen na de aanhouding van de ANC-leden een
handtekeningenactie op te starten. Het doel hiervan was om de gevangen te helpen en het
proces onder de aandacht van de Nederlandse media te krijgen. Uit de notulen van het pleno
blijkt dat uiteindelijk vanaf 16 december 1977 er genoeg handtekeningen waren verzameld
om ze aan de Nederlandse regering aan te bieden.49
In de daaropvolgende notulen van 22
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 3. 44
International Instituut voor sociale Geschiedenis, ChronologieAABN,
http://www.iisg.nl/archives/docs/ChronologieAABN.pdf 26.11.2013. 45
IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 3. 46
47
South African History Online, Joe Nzingo Gqabi, http://www.sahistory.org.za/people/joe-nzingo-gqabi
Geraadpleegd op 27.11.2013. 48
South Arfikan History Online, Lele Jacob Motaung, http://www.sahistory.org.za/people/lele-jacob-motaung
Geraadpleegd op 27.11.2013. 49
IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 3.
Page 18
16
november 1977 van het DB werd besloten deze handtekeningen samen met die van de Britse
AAM op 11 december 1977 ook aan de VN aan te bieden. De AABN hadden uiteindelijk tot
22 november al 3760 handtekeningen verzameld. De invloed van deze handtekeningenactie
was uiteindelijk minimaal. Maar ze kregen wel gehoor bij de VN die onderzocht of de
aangeklaagde vrijheidsstrijders als krijgsgevangen konden worden aangemerkt. Hierdoor
zouden de gevangenen de doodsvonnissen kunnen ontlopen en ook een betere behandeling in
de gevangenissen was te verwachten.
Aan deze handtekeningenactie zien wij vooral dat er door de AABN heel veel tijd en moeite
werd gestoken in dit soort acties. De nauwe samenwerking tussen de AABN en het Britse
AAM toont aan dat de AABN ook over de grenzen heen keek en hun verzet tegen apartheid
door samenwerking met andere bewegingen probeerde te vergroten.
4.3 Radio Freedom actie
De Radio Freedom actie opgezet door de AABN was een van de materiële steunpilaren voor
het ANC. Het verschil van deze actie met de eerder genoemde activiteiten was dat het nu om
logistieke steun in de strijd van het ANC ging en niet alleen om humanitaire of financiële
steun. Met deze acties werden mobiele radiostations naar Zuid-Afrika verscheept. Hierdoor
kon het verzet beter werden gecoördineerd en gelijktijdig konden meer mensen worden
bereikt. De AABN begon de eerste radiostations te financieren met de opbrengst van een
benefietconcert dat op 29 mei 1985 in Amsterdam plaatsvond. Dit benefietconcert was
gelijktijdig ook voor het radiostation Venceremos voor El Salvador. De opbrengst van het
concert was zo goed dat op de prioriteitendiscussie van het pleno voor het jaar 1983, op 25
august 1982, werd besloten er mee door te gaan.50
Tijdens het op 14 februari 1984
uitgevoerde prioriteiten debat van de DB werd geconcludeerd dat door de Radio Freedom
actie wederom veel geld was ingezameld. 51
Daarom werd besloten om het ook het volgende
jaar door te laten lopen. Het was namelijk een goede mogelijkheid om de Nederlandse en later
ook de Zuid-Afrikaanse bevolking over de schrijnende situatie in Zuid-Afrika voor te lichten
en gelijktijdig geld in te zamelen voor het ANC. Voor deze actie had de AABN een
samenwerkingsverband gesloten met de Hilversumse omroep. De omroep gaf de Zuid-
Afrikanen opleidingen in het bedienen van radio’s. Later werd er ook een Radio-Freedom
tour-bus in het leven geroepen die tot 16 juni 1985 door Nederland heeft gereden om zo veel
50
IISG, AABN, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994 Inv. nr. 5. 51
IISG, AABN, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het Dagelijke Bestuur.
1971-1994.Inv. nr. 13.
Page 19
17
mogelijk geld voor het ANC in te zamelen.52
Door hun grote succes werd dit een zelfstandige
stichting die heeft bestaan vanaf juni 1987 tot 1996.
Uit deze actie van de AABN kan de verbondenheid met het ANC worden afgeleid. Het toont
verder aan dat de AABN een actieve rol in de strijd voor het ANC wilde spelen. De mobiele
radiostations hielpen het ANC enorm in hun strijd omdat ze hiermee hun leden in heel Zuid-
Afrika beter konden bereiken.53
5. Conclusie
Zoals in mijn inleiding is aangegeven is de onderzoeksvraag in dit werkstuk: Waarom steunde
de AABN het gewelddadig verzet van het ANC in Zuid-Afrika terwijl zij zelf in Nederland
uitsluitend geweldloze acties voerde?
Om de onderzoekvraag te kunnen beantwoorden heb ik deze in twee vragen onderverdeeld.
De eerste vraag is: Waarom ondersteunde de AABN het ANC en maakte zij bij haar
ondersteuning onderscheid in welke acties van het ANC zij ondersteunden? De tweede
hoofdvraag is waarom voerde de AABN uitsluitend geweldloze acties in Nederland?
Om deze onderzoeksvragen te beantwoorden heb ik archiefstukken van het bestuur en de
raadgevende vergaderingen van de AABN geanalyseerd. Op basis van de door mij
geanalyseerde stukken kan ik de volgende conclusies geven.
De motivatie van de AABN om aan het ANC steun te geven vinden wij in het delen van
dezelfde politieke ideologie, het communisme. Dit hebben ook ander wetenschappelijke
onderzoeken aangetoond. Ook uit mijn onderzoek blijkt dat de verbondenheid tussen het ANC
en de AABN op de communistische theorie gebaseerd is. Dit blijkt uit de geanalyseerde
Pluto-standpunten en de twee discussiestukken uit de jaren 1972 en 1973. Ook blijkt dat het
ANC hun motivatie voor steun verzoeken en de AABN het verlenen van steun baseerde op
deze theorie. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het verzoek van ANC aan de AABN om boycotacties
tegen bedrijven te voeren.
Een tweede motivatie van het AABN om het ANC te ondersteunen was solidariteit. Dit blijkt
vooral uit de tentoonstelling in het Anne Frank huis in het jaar 1971. De AABN beschouwde
het verzet tegen apartheid gelijk aan het Nederlands verzet tegen de Nazi’s. Het
52
Idem, 14. 53
Conny Braam, Operatie Vula (Amsterdam 1992) 221-222.
Page 20
18
apartheidsregime zou het zelfde zijn als het nationaalsocialisme van de Nazi’s. Hierdoor
voelden zij zich ook geroepen om het ANC te helpen op grond van solidariteit. Ook
humanitaire overwegingen speelde een rol bij het steunen van het ANC. De ANC-noodkreet
actie van 1976 zou niet in die mate zijn uitgevoerd als humanitaire hulp niet belangrijk zou
zijn gevonden. Bij deze actie ging het namelijk in eerste instantie om het verstrekken van
humanitaire hulp aan de slachtsoffers van apartheid.
De financiële steun van de AABN was onvoorwaardelijk. Dus het ANC kon zelf beslissen wat
ze met het gedoneerde geld deed. Uit de notulen kan niet worden afgeleid of hierover binnen
de AABN discussies hebben plaatsgevonden. Wij kunnen ons dus de vraag stellen of de
AABN de kwestie van gewelddadige acties van het ANC niet als logisch gevolg van hun
politieke ideologie zag.
Het beantwoorden van de tweede hoofdvraag, waarom voerde de AABN uitsluitend
geweldloze acties in Nederland, kan ik ten delen beantwoorden door hun doelstelling te
beschouwen en door uitgevoerde acties. De AABN had zich als doel gesteld om een massa
organisatie te worden omdat ze daardoor een zo groot mogelijk deel van de Nederlandse
bevolking kon bereiken. Deze doelstelling blijkt uit de twee discussiedocumenten van de
AABN, zoals beschreven is in hoofdstuk twee. De situatie waarin zich het ANC bevond was
volgens hen totaal niet te vergelijken met hun eigen situatie in Nederland. De AABN kon in
Nederland namelijk wel demonstraties voeren tegen apartheid. De drie in hoofdstuk drie
beschreven activiteiten tonen aan dat hun insteek vooral gericht was op het geven van
voorlichting aan het Nederlandse volk. Door het aankaarten van de misstanden in Zuid-Afrika
in de media konden meer mensen worden overtuigd dan met het plegen van geweld tegen
Nederlandse bedrijven en de overheid. Dit zou eerder een tegenovergesteld effect hebben
gehad. Door een gewelddadige actie zou de Nederlandse bevolking geen aandacht geven aan
de situatie in Zuid-Afrika maar aan hen als organisatie.
Page 21
19
6. Literatuurlijst
Beuren, van J. en Chris Huinder, De vinger op de zere plek (Amsterdam 1996).
Boer de S., Van Sharpeville tot Soweto (Den Haag 1999).
Braam C., De Bokkeslachter. Het verhaal van een Afrikanerzoon, die de kwellende banden
met zijn land niet kan verbreken. (Amsterdam 1993).
Braam C., Operatie Vula (Amsterdam 1992).
Buijs, F. J., Overtuiging en geweld Vreedzame en geweldadige acties tegen apartheid
(Amsterdam 1995).
Couwenberg S.W. ed., Apartheid,Anti-apatheid, Post-apartheid (Amsterdam 2008).
Edelenbos C. e.a., Defence and Aid Fund 1965-1991 (Utrecht 1991 ).
Lakerveld, van C. ed., Nederland tegen Apartheid (Amsterdam 1994).
Leeuwen, van M. e.a., Het woord is aan Nederland (Den Haag 1983).
Lodge T., Sharpeville: An apartheid massacre and its consequences. (New York 2011).
Louw E., The Rise, Fall, and Legacy of Apartheid (z.p. 2004) .
Mandela, N., De Lange weg naar de vrijheid( 5de druk; z.p. 2008).
Marx C, Oxwagon Sentinel: Radical Afrikaner Nationalism and the History of the
"Ossewabrandwag" (Munster 2009).
Nkrumah K., Neo-Colonialism, The Last Stage of Imperialism (Londen 1965).
Pease K.-K. S., International Organisations (5de druk; New York 2012).
Priestland D., Weltgeschichte des Kommunismus. Von der Französischen Revolution bis heute.
(München 2009).
Thompson L., A history of South Africa. (Londen 1994).
Page 22
20
Lijst van archivalia:
International instituut voor sociale Geschiedenis
Archief van Antiapartheidsbeweging Nederland (AABN)
Inv. nr. 1-6, Notulen, verslagen en vergaderstukken betreffende de pleno's en andere
algemene vergaderingen van de AABN. 1971-1994.
7-17, Notulen, besluitenlijsten en vergaderstukken van het Dagelijke Bestuur.
1971-1994.
Internetbronnen:
Aluka, http://www.aluka.org Geraadpleegd op 24.11.2013.
ANC, http://www.anc.org.za Geraadpleegd 22.11.2013.
Digital Innovation South Africa, http://www.disa.ukzn.ac.za Geraadpleegd op 23.11.2013.
International Instituut voor sociale Geschiedenis, http://www.iisg.nl Geraadpleegd op
26.11.2013.
Overheid.nl, https://zoek.officielebekendmakingen.nl Geraadpleegd op 24.11.2013.
Ravage, http://www.ravagedigitaal.org Geraadpleegd op 23.11.2013.
South Arfican History Online, http://www.sahistory.org.za Geraadpleegd op 26.11.2013.
Verenigde Natie, http://www.un.org Geraadpleegd op 11.11.2013.