middenbouw bovenbouw Primair Onderwijs •• project Literair workshops creatief schrijven Inleiding Een “En toen…” verhaal is zo gemaakt. Maak een pakkend (deel-) verhaal. Met de hulp van een persoonlijke workshop. Beschrijf een deel van wat je ziet/hoort/voelt/wilt. Deze lessenserie biedt leerlingen een aantal workshops om samen hun eigen verhaal over wat hen bezighoud te schrijven. Het kan gebundeld in de klas of publiceren op een internet-pagina met leerlingen van andere scholen. mirjam oldenhave
lesbrief bij workshops creatief schrijven. de workshops zijn toegankelijk met een wachtwoord
Welcome message from author
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
De vraag stel je in je tekst aan het begin. Het antwoord mag je gelijk geven, of aan het einde. Wat jij het beste vindt. *opdracht: Denk aan iets wat jij hebt meegemaakt. (Of zelf verzint) Stel jezelf daarover een vraag. Zet deze vraag in 4 zinnen boven aan je stuk tekst. Daarna beschrijf je het antwoord op de vraag.
De titel van het verhaal komt niet voor in het verhaal, maar vormt de aanleiding of de rede tot het verhaal. *opdracht: Denk aan iets dat je hebt meegemaakt. Maak daar de titel mee. Schrijf daarna wat je daardoor, daarmee (dus met de titel) hebt meegemaakt in je verhaal.
Vraag vooraf. En een antwoord
●●wwwwww..vviimmeeoo..ccoomm//1155224477440000
wwaacchhttwwoooorrdd:: workshop 0 circa ½ uur
workshop 1 circa ½ uur
uur
wwwwww..vviimmeeoo..ccoomm//1155444400776655
●● wwaacchhttwwoooorrdd::
verhaal afmaken
*techniek: Een begin van een spannend verhaal met een verrassend onbekend einde. *opdracht: Schrijf het einde van dit verhaal. T!P Je mag ook een andere omgeving en andere hoofdpersonen bedenken. Schrijf voor iemand anders het begin van een verhaal en laat dat dan afschrijven. Jij schrijft het verhaal van de ander af.
●● wwwwww..vviimmeeoo..ccoomm//1155443399118844
●● wwaacchhttwwoooorrdd::
circa ½ uur workshop 2
Een verhaal van poppen of knuffels die tegen en met elkaar praten. Probeer wat uit en laat ze lekker tegen elkaar praten en verzin wat ze meemaken. *opdracht: Speel een verhaal met knuffels. Schrijf het op.
Lyanne laat een fragment horen van het boek Hoe overleef ik de brugklas. De eerste zin is erg belangrijk! Ze legt uit waarom en hoe je dat kunt oefenen. *techniek: De eerste zin is zo spannend/leuk dat iemand gelijk aandacht voor je verhaal heeft. Maar hoe maak je zo de eerste zin? Niet erop zitten wachten. Neen. Beginnen met schrijven en achteraf de eerste zin zoeken in de tekst die je al geschreven hebt. *opdracht: Schrijf een verhaal over iets van je lichaam. Sla de eerste zin over! Kies achteraf de eerste zin.
workshop 16: karakter knippen 2 | mirjam oldenhave
Kinderboekenschrijfster Mirjam Oldenhave vertelt een stuk van een verhaal van Mees Kees. Ze legt ook uit hoe ze tot een personage in haar verhalen komt. Ze knipt zomaar mensen uit uit tijdschriften en bladen. Dan bedenkt ze allemaal dingen die bij die mensen passen. Dan laat ze verschillende van de verknipte karakters elkaar ontmoeten. *techniek: uitknippen van plaatjes van mensen. Verzinnen van dingen die bij die mensen passen. *opdracht: knip mensen uit en verzin een lijstje van 10 dingen die bij die mensen horen. Daarna gaan uitgeknipte mensen elkaar ergens ontmoeten. Verzin de plek waar ze elkaar gaan ontmoeten. *opdracht: één is wat kwijt en de anderen helpen zoeken.
Kinderboekenschrijfster Mirjam Oldenhave vertelt een stuk van een verhaal van Mees Kees. Ze legt ook uit hoe ze tot een personage in haar verhalen komt. Ze knipt zomaar mensen uit uit tijdschriften en bladen. Dan bedenkt ze allemaal dingen die bij die mensen passen. Dan laat ze verschillende van de verknipte karakters elkaar ontmoeten. *techniek: uitknippen van plaatjes van mensen. Verzinnen van dingen die bij die mensen passen. *opdracht: knip een mens en verzin een lijstje van 10 dingen die bij dat mens horen. Daarna gaan ze uitgeknipte mensen van anderen ontmoeten.
Lotte leest een deel uit verhaal van haar voor. Het verhaal over Ko Piloot. Ko wil piloot worden maar heeft een probleem. Ko ziet de kleur groen niet als groen. Dan mag je geen piloot worden! *techniek: je hoofdpersoon wil iets. Om dat voor elkaar te krijgen moet hij iets 'doen'. Leuk bij een verhaal is dat er een probleem is dat overwonnen moet worden om hetgeen je wilt doen voor elkaar te krijgen. *opdracht: Bedenk wat je hoofdpersoon wil. Bedenk ook een probleem waar je hoofdpersoon mee te maken krijgt. En hoe hij het probleem oplost zodat hij kan gaan doen wat hij wil doen.
Lotte leest een stuk van haar verhaal over Tuur en zijn verderkijker.
*techniek: Ze vertelt dat het voor iemand in je verhaal goed is als die wat "wil". Als hij niks wil, doet ie niks en heb je geen verhaal. *opdracht: Bedenk iemand die wat "wil". Schrijf dan een verhaal dat jouw persoon gaat proberen te doen wat ie "wil".
workshop 13 woorden achter elkaar door | Dorus Luycks
Dorus ziet woorden in zijn omgeving en zet ze achter elkaar. Soms rijmen de woorden. Met een gedicht van Paul van Ostaijen als voorbeeld laat hij horen hoe je met gewone woorden een verhaal / gedicht kan schrijven. *techniek: woorden uit je omgeving achter elkaar zetten. *opdracht: Kijk in jouw omgeving welke dingen je ziet. Schrijf deze achter elkaar op. Maar daarna groepjes woorden op klank en hoe mooi ze bij elkaar passen. Kijk of je er een verhaal, of gedicht mee kunt maken.
Patrick vertelt een droom. Een spannend verhaal met een hond. Aan het einde vertelt hij dat het maar een droom was, maar in de werkelijkheid heeft hij als hij de deur uitloopt toch scheuren in zijn broek. Net als in zijn droom. *techniek: droom en werkelijkheid door elkaar vertellen / in elkaar verweven, zodat het niet echt is, maar toch wel zo lijkt. *opdracht: een droom van jezelf vermeng je met fantasie, of gewone dingen die je verzint tot een kort verhaal.
Maria is dichteres. Een gedicht is een bijzonder verhaal. Maria laat zien hoe je met de letters van eigen naam een tekst/gedicht kunt maken. *techniek: beginletters van jouw naam zijn beginletters van de regels van je verhaal. *opdracht: Schrijf de beginletters van je naam onder elkaar. Maak met elke letter een woord dat bij jou past. Maak daarna met elk woord een zin. Schrijf met deze zin als begin nog een paar regels tekst. Dit zijn de alinea's. Versier, of maak de eerste letter van je alinea's dik en groot.