landgenoten magazine voor boer en buiten winter 2010 | 24 www.vilt.be + Biggencastratie, drinkwater uit mest, Europese onderhandelingen, landschapsonderhoud en veel meer driemaandelijks | kwartaal 4 | Gent X | P509285 Boerenzonen op de fiets Gorik Gardeyn en Wim Vansevenant Wildschade ANB-topman in de Biechtstoel Een gekleurde afzetmarkt DOSSIER andere culturen Advies en opleiding Goeie raad kan nooit kwaad
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
landgenotenmagazine voor boer en buiten winter 2010 | 24
www.vilt.be
+ Biggencastratie, drinkwater uit mest, Europese onderhandelingen, landschapsonderhoud en veel meer
drie
maa
ndel
ijks
| kw
arta
al 4
| G
ent
X | P
5092
85
Boerenzonen op de fiets
Gorik Gardeyn en Wim Vansevenant
WildschadeANB-topman in de Biechtstoel
Een gekleurdeafzetmarkt
DOSSIERandere culturen
Advies en opleiding
Goeie raadkan nooit kwaad
" De zoveelste klimaatparadox: we hebben veel water, maar weinig water dat leven stimuleer t. "
Geert Noels, Econoshock
Om een exemplaar
van Econoshock
te ontvangen, raadpleeg
de voorwaarden op
www.landbouwkrediet.be
Geert Noels, stichter van de vermogensbeheerder Econowealth, is de auteur van de bestseller Econoshock.
Vandaag moet een belegging duurzaam en transparant zijn.
Landbouwkrediet en Geert Noels delen deze visie en willen die uitdragen.
En ú, bent u al overtuigd? Ontdek alles over deze filosofie op www.landbouwkrediet.be en laat u er duurzaam door inspireren voor uw beleggingen.
Sans titre-1 1 30/11/10 10:05
in dit nummer
22
18
06
Beste
landgenoten
3
06 focus andere culturen Van alle markten thuis: welke
kansen bieden nieuwe Belgen als
doelgroep en hoe bereik je hen?
12 ondernemer van nature Glastuinder Raf Rombouts uit
Loenhout over hoe opleiding en
advies hem meer opbrengen dan
het kost.
18 biechtstoel Dirk Lips voelt Filiep Cardoen van
het Agentschap Natuur en Bos aan
de tand over wildschade.
22 buitenlander Tussen fiets en stal: oud-renner Wim
Vansevenant en zijn trainingsmaatje
Gorik Gardeyn bezoeken de boerderij
van broer Gerdie Gardeyn
12
Hitte, overvloedige regen, overstromingen
en sneeuwbuien. Het hele gamma passeerde
dit jaar de revue. Gevolg: eerst zwetend en
puffend afwachten of de gewassen de hitte
zouden doorstaan, vervolgens in de modder
wroeten om de oogst binnen te halen, na-
dien moesten de echte pechvogels pompen
en zandzakjes bovenhalen om have en goed
droog te houden en tot slot was het alle hens
aan dek om na een vroege winterprik de vorst
uit stallen en loodsen te weren.
Een zeer extreem jaar dus, maar als we de
klimaatexperten mogen geloven, wordt dit in
de toekomst eerder regel dan uitzondering.
Als landbouwer heb je op dat moment weinig
andere keuze dan je met een sterk staaltje
doorzettingsvermogen aan te passen aan
deze nieuwe context. En de veerkracht van
onze sector kennende, ben ik ervan overtuigd
dat we dit met brio zullen doen. Kijk maar
naar varkenshouders Luc en Conny Dumo-
lein. Ondanks de zware crisis die de sector
treft, werken zij vol enthousiasme mee aan
een proefproject rond biggencastratie.
Voor 2011 wens ik ieder van jullie dan ook
bergen visie om te ontdekken welke rich-
ting je met jouw bedrijf uit kan en daar
bovenop tonnen moed en doorzettings-
vermogen om consequent de gekozen
richting verder te zetten. O, en vergeet
niet, je hoeft dit niet alleen te doen. Er
zijn tal van organisaties en diensten die
je daarbij kunnen helpen. Vraag maar aan
sierteler Raf Rombouts…
Veel leesplezier!
Griet Lemaire
Hoofdredacteur
en verder …
04 koetjes & kalfjes11 gewikt en gewogen14 burenbabbel17 uit de provincie20 ten huize van26 frontaal
colofon Landgenoten wordt u aangeboden door vilt. Het Vlaams infocentrum land- en tuinbouw informeert een breed publiek over de hedendaagse land- en tuinbouw. Daarvoor krijgt het middelen van privé-organisaties en de overheid. verantwoordelijke uitgever vilt-voorzitter Dirk Lips redactie en realisatie Jansen & Janssen Customer Media, www.jaja.be redactieadres vilt vzw, Koning Albert II-laan 35, bus 57, 1030 Brussel tel +32 (0)2 552 81 91 fax +32 (0)2 552 80 01 e-mail [email protected] hoofdredacteur Griet Lemaire redactieraad Dirk Lips, Wim Fobelets, Freddy Robberecht, Jan Mosselmans, Hubert Hernalsteen, Guy Depraetere, Filip Matthijs, Didier Huygens, Joris Relaes, Jan Coessens, Anneleen De Vos, Leen Guffens, Jona Lambrechts, Ine Vervaecke, Veroniek Denys, Maarten Puls, An Van Acker, Bernard Biesbrouck fotografie Filip Vanoutrive, iStockphoto, Vilda de meningen die derden in dit magazine vertolken, vallen buiten de verantwoordelijkheid van vilt.
Tom Lenaerts in De Pappenheimers toen een kandidaat wat voorbarig ‘Aldi’ antwoordde op de vraag waar je voedingsproducten kan kopen… aan een eerlijke prijs voor de landbouwers. Het juiste antwoord was Oxfam Wereldwinkels.
Gezocht m/v die de belangen van de Vlaamse boeren verdedigt tijdens het Belgisch EU-voorzitterschap.
Gevonden Herman Hooyberghs, voorzitter van het Speciaal Comité Landbouw (SCL), dat de vergaderingen van de EU-Raad van ministers van Landbouw voorbereidt.
Wat is uw rol tijdens het Belgisch voorzitterschap? Sinds 2002 zetel ik voor België in het Speciaal Comité Landbouw, maar tijdens het Belgisch voorzitterschap ben ik een half jaar lang voorzit-ter van dit Comité. In de praktijk wil dat zeggen dat ik – naast de 2 à 3 vergaderingen per maand met de 27 lidstaten – constant heen en weer pen-del tussen Commissie, Raad van ministers en Eu-ropees Parlement om de neuzen zoveel mogelijk in dezelfde richting te krijgen.
Welke dossiers heeft u de afgelopen maanden behandeld? Op dit ogenblik hebben we vooral te maken met het aanpassen van een aantal reglementeringen aan het nieuwe Lissabonverdrag, zoals de gratis bedeling van voedsel aan de hulpbehoevenden. We zijn ook met meer concrete dossiers zoals het verlengen van het alcoholmonopolie voor Duits-land (waar de middelgrote producenten van alcohol op basis van graan en aardappels hun activiteiten moeten beëindigen in 2013, nvdr.). En natuurlijk hebben we tussendoor het 50-jarig bestaan gevierd van het SCL, dat van in het prille begin een hoeksteen is geweest van de Europese besluitvorming op het vlak van landbouw.
Werden er in bepaalde dossiers doorbraken bereikt?Onze belangrijkste verwezenlijking tot hiertoe
is allicht de ruime meerderheid van lidstaten die we hebben kunnen scharen achter de aanbeve-lingen van de High Level Groep Melk, waarin ik als zuivelexpert overigens zelf heb gezeteld. Daarmee heeft de Raad een duidelijk signaal gegeven dat die sector speciale aandacht ver-dient met het oog op het verdwijnen van de melkquota in 2015. Ik hoop dat heel snel een soortgelijk initiatief kan opgezet worden voor de varkenshouders want ook zij hebben het al enkele jaren heel moeilijk.
Hoe viel het contact met de nieuwe Europese Commissaris voor Landbouw, Dacian Ciolos, mee? Uitstekend. De Commissaris is enkele jaren ge-leden nog lid van het SCL geweest voor Roeme-nië, dus we kennen elkaar al langer persoonlijk. Nadien is hij overigens nog minister van Land-bouw geweest. De man kent dus het klappen van de zweep.
Voelt u al de gevolgen van het nieuwe Lissabonverdrag?Zeker en vast. Het Europees Parlement heeft met het nieuwe verdrag medebeslissingsrecht gekregen voor Landbouw, terwijl het vroeger enkel een adviserende functie had. Je merkt nu al dat het besluitvormingsproces trager zal verlopen dan we gewend waren binnen de landbouw.
11
‘ Europese neuzen in dezelfde richting krijgen’
ondernemer van nature12
‘Samen weet je meer’
‘Agrocoach is een initiatief van het
Innovatiesteunpunt van Boeren-
bond. Onder begeleiding van inno-
vatieconsulenten en experten ko-
men groepjes van een tiental boeren
zes keer samen in het najaar. Via een
aantal oefeningen leer je om voor
je bedrijf de specifieke sterktes en
zwaktes in beeld te brengen.’
info Koen Symons, 016 28 61 22
3 opleidings- & adviestips van Raf
1
Aan de eerste voorwaarde werd snel
voldaan. Broer Ben bleek bereid om
samen met Raf de sprong te wagen.
‘Onze sector is bijzonder professio-
neel geworden en zo gespecialiseerd dat je dit niet
meer alleen kan doen’, vindt Raf. Door zijn gebrek
aan ervaring besloot Raf zich te laten adviseren.
‘Voor ik met dit bedrijf begon was ik in dienst bij een
boomkwekerij en tuinder in de buurt. Op een keer
hadden we daar bij wijze van experiment een paar
rijen kleinfruit geplant. Hij had weinig kennis van
zaken en werd ook minder begeleid. Toch werd het
zo’n succes dat we het volgende jaar beslisten om
uit te breiden. Maar dit keer kregen we met zoveel
problemen te kampen dat ik ’s nachts op de duur
geen oog meer dicht deed. Op dat moment dacht
ik bij mezelf: “Als ik hier toch maar lig te piekeren,
dan kan ik evengoed mijn eigen zaak opstarten. En
dan laat ik me van in het begin goed adviseren ook.’
Toen het aanbod van zijn vader kort daarop
volgde, kwam Raf zijn eigen belofte na: hij ging
langs bij DLV (Dienstverlening voor Landbouwers
en Verwante Sectoren) om te overleggen of hij
beter het statuut van cvba dan wel van een bvba
zou aannemen. Hij informeerde bij het VLIF voor
welke premies hij zoal in aanmerking kwam. SBB
liet hij alle overnamepapieren in orde brengen. En
Toen Raf Rombouts uit Loenhout vijf jaar geleden het glastuin-
bouwbedrijf van zijn vader overnam, stelde hij zichzelf twee
voorwaarden. Eén: ik doe dit niet alleen. Twee: ik ga me goed
laten adviseren. Tot vandaag heeft hij woord gehouden.
naam Raf Rombouts
leeftijd 30
diploma Industrieel ingenieur landbouw
woonplaats Loenhout (Wuustwezel)
13
‘Samen weet je meer’
3 opleidings- & adviestips van Raf
2 3
Out of the boxVijf jaar na de opstart houdt Raf er trouwens nog
steeds aan om zich goed te laten adviseren. Voor
teelttechnisch advies doet hij een beroep op
voorlichters: voor de rode bes komt er één keer
per maand in het voorjaar iemand van het Proef-
centrum Fruitteelt in Tongeren, voor de amaryllis
een Nederlandse zelfstandige één keer per maand
gedurende het ganse jaar.
Nuttig economisch advies vindt hij vaak in
de sessies van het Innovatiesteunpunt. Zoals
de opleiding Achter de schermen, waarbij je de
meest uiteenlopende bedrijven bezoekt: ‘We
zijn al bij Boss Paints geweest, bij Duvel, Java
Coffee, Colruyt… ’t Is toch iedere keer interes-
sant om, hoe noemen ze dat, eens out of the box
te denken.’ Het meest enthousiast is hij echter
over een andere cursus van het Innovatiesteun-
punt: Agrocoach. ‘Die is super, omdat ze een
programma specifiek op jouw maat samenstel-
bij het ondernemingsloket bestudeerde hij welke
voor- en nadelen het had om als vennootschap
werknemers in dienst te hebben. Of zou hij toch
beter zelfstandige worden?…
Kerstbloemen en bessenVandaag is bvba Romberama een tot ver over de
grenzen gerespecteerde kweker van amaryllis,
een snijbloem die vooral tussen oktober en maart
wordt verhandeld. Als wij op een zonnige herfst-
dag binnenspringen is het een drukte van jewel-
ste: met de hulp van 15 Roemeense en Belgische
seizoensarbeiders worden van ’s morgens vroeg
tot ’s avonds laat bloemen geoogst, in dozen
verpakt en naar de veiling gebracht. Vorig jaar
werden nog eens 1,3 hectare nieuwe serres in
gebruik genomen, wat de totale oppervlakte op
2,1 hectare bracht. De nieuwe loods, die nodig
was om alle bloemen te kunnen stockeren, geeft
Romberama het aanzicht van een heuse kmo.
Even verderop huurt Romberama ook nog een
serre waar sinds twee jaar 1 hectare rode bessen
wordt geteeld. Die worden geoogst in het voorjaar,
wanneer er amper werk is aan de amaryllissen. Dat
bevalt Raf alsmaar beter: ‘Vorige lente was het bij
de oogst nog hyper druk, maar dit jaar hadden we
het al veel beter in de vingers.’
Opleiding en advies brengt meer op dan
het kost
len. Interessant is ook dat elke vergadering op
het bedrijf van een van de cursisten plaatsvindt
en dat het om vrij heterogene groepen gaat. Zo
kom je eens in contact met een koeienboer, een
tomatenkweker…’
Hulplijn bellenDat is anders bij de cursussen van zijn eigen
sectorverenigingen zoals het AVBS (Algemeen
Verbond van de Belgische Siertelers en Groen-
voorzieningen) of het VMS (Vlaams Milieuplan
Sierteelt) waar hij onder sectorgenoten is: ‘Maar
ook die sessies zijn altijd interessant, al was het
maar omdat je daar veel dezelfde mensen tegen-
komt en zo een netwerk kunt uitbouwen. Ik aarzel
bijvoorbeeld niet om eens naar een collega te
bellen als ik met een probleem zit. Samen weet
je meer.’
Het resultaat van al die opleidingen en advie-
zen is dat bvba Romberama zowel zijn amarylissen
als zijn rode bessen op de veiling in de bovenste
prijsklassen kan aanbieden: ‘We kunnen het ons
permitteren om een strenge selectie te maken en
enkel de beste bloemen en vruchten op de markt
te brengen, knikt Raf. ‘En door de meeropbrengst
die dat oplevert, halen we het cursusgeld er ge-
makkelijk weer uit.’
Achter de schermen: ‘Tijdens de
zomermaanden organiseert het In-
novatiesteunpunt ook verschillen-
de bezoeken ‘achter de schermen’.
Met die reeks bedrijfsbezoeken wil
het ondernemers uit de land- en
tuinbouw in contact brengen met
inspirerende ondernemers uit an-
dere sectoren.’
info Lieven Vandeputte, 016 28 61 20
Teeltvoorlichters: ‘Zowel proefcen-
tra als commerciële bedrijven stellen
voorlichters ter beschikking die je ge-
specialiseerd advies geven over jouw
specifieke gewassen. De voorlichter
bezoekt tegen betaling meermaals
per teeltseizoen je bedrijf en geeft
je advies inzake gewasbescherming,
bemesting en teelttechniek.’
burenbabbel
e kunt voor of tegen de evolutie zijn, maar
onze maatschappij heeft meer en meer aan-
dacht voor recreatie op de boerenbuiten.
Zoals elke verandering brengt dat groei-
pijnen met zich mee en die liggen in dit geval
vooral bij het onderhoud van al die nieuwe
initiatieven . ‘Een typisch voorbeeld is het plaat-
sen van een picknickbankje’, legt Peter Vleugels
uit. Hij werkt binnen de afdeling Platteland van
de VLM mee aan een Vlaams geïntegreerd plat-
telandsbeleid. ‘Ineens heb je ook een vuilnisbak
nodig die regelmatig moet worden leeggemaakt,
de haag moet worden geschoren en de berm
gemaaid. En misschien staat er in de buurt ook
wel een kapelletje dat regelmatig moet worden
opgeknapt … Een kleine ingreep zorgt zo meteen
voor heel wat meerwerk.’
Loketten voor onderhoudswerk?Concreet ontbreekt het de verantwoordelijke over-
heid – vaak de gemeente – aan drie zaken: geld, on-
derhoudspersoneel en coördinatie. Het probleem
werd zo nijpend dat er in 2006 binnen de schoot
van het IPO (Interbestuurlijk Plattelandsoverleg)
een werkgroep werd opgericht, die na een enquête
bij 24 belanghebbenden meerdere aanbevelingen
formuleerde aan de Vlaamse overheid. Een van
die voorstellen is het oprichten van verschillende
LOB’s (Loketten Onderhoud Buitengebied), en die
voorzien van structurele financiering om onder-
houdswerken te laten coördineren. ‘De bedoeling
is niet dat zij het onderhoudswerk zouden overne-
men, wel dat het loket ervoor zorgt dat het regulier
landschapsonderhoud gebiedsdekkend gebeurt,
J
14
Kosten én kansenLandschappelijk onderhoud
Op zoek naar frisse lucht en een gevoel van ruim-
te vinden almaar meer mensen de weg naar het
platteland. De overheid speelt daar gretig op in
door te investeren in landschappelijk groen en
boerennatuur. Wie betaalt het prijskaartje en wel-
ke kansen biedt groenonderhoud voor de sector?
Een gemeente als Sint-Laureins heeft voor haar plattelandswegen
60 % extra budget nodig
15
wat nu vaak niet het geval is’, zegt Peter Vleugels,
verslaggever van de werkgroep.
Helaas vielen de aanbevelingen van de werk-
groep net op het moment dat de financiële crisis
uitbrak. Daarop besliste de Vlaamse regering om
alle extra investeringen die niet dringend waren
te schrappen. Einde verhaal zou je denken? Niet
voor de werkgroepleden. Zij gingen op zoek naar
alternatieve manieren om hun voorstellen te fi-
nancieren en vonden die bij het plattelandsont-
wikkelingsprogramma van de EU (PDPO). ‘Er is
wel een verschil’, merkt Peter Vleugels op. ‘In te-
genstelling tot de Vlaamse overheid voorziet de
EU geen structurele financiering, maar werkt ze
op basis van projectvoorstellen. Europa, Vlaan-
deren en de provincies financieren 65 procent
van het project, de overige 35 procent is voor ei-
gen rekening. Bij deze doe ik dan ook een warme
oproep aan alle gemeenten om, eventueel via
bestaande regionale samenwerkingsverbanden,
met enkele buurgemeenten een Loket Onderhoud
Buitengebied op te richten en samen een project-
voorstel in te dienen!’
Gemeente zkt. geldIntussen wordt de hoop op een structurele finan-
ciering niet opgeborgen. In het regeerakkoord
van de nieuwe Vlaamse regering staat expliciet
dat er een Plattelandsfonds zal worden opgericht.
Onlangs overhandigde de VVSG (Vereniging van
Vlaamse Steden en Gemeenten) een ‘Manifest
van de Plattelandsgemeenten’ aan minister van
Plattelandsbeleid Kris Peeters. Daarin worden alle
verzuchtingen van de plattelandsgemeenten op
een rijtje gezet. ‘Ook het onderhoud van de land-
schappelijke infrastructuur komt erin aan bod’,
merkt Alex Verhoeven van VVSG op. ‘Een platte-
landsgemeente als Sint-Laureins bijvoorbeeld telt
per inwoner vier keer meer kilometer wegen dan
een gemiddelde Vlaamse gemeente. Het overgro-
te deel daarvan zijn landbouwwegen. Om die te
vernieuwen en onderhouden heeft de gemeente
in principe jaarlijks 1 miljoen euro nodig, terwijl
ze het in werkelijkheid met minder dan 40 procent
hiervan moet doen.’
Volgens Alex Verhoeven komt het hierop neer:
‘De maatschappij gebruikt het platteland steeds
meer als een plaats om te ontspannen en vraagt
de plattelandsgemeenten om zoveel mogelijk
openbare ruimte te behouden en te onderhouden.
Onze gemeenten willen wel ingaan op die vraag,
maar mislopen daardoor heel wat inkomsten die
andere gemeenten halen uit bewoning en bedrij-
ven. Het is dus maar logisch dat daar een structu-
rele financiering tegenover staat.’
Machines beter benuttenOmdat gemeentearbeiders het vele onderhouds-
werk niet meer gedaan krijgen, besteden gemeen-
tebesturen steeds vaker een deel van hun onder-
houdswerk uit. Meer en meer kloppen ze daarvoor
aan bij agro|aanneming. De coöperatieve ven-
nootschap telt inmiddels 400 landbouwers-leden.
‘Onze landbouwers kunnen hun machines beter
benutten en ontvangen een bijkomend inkomen’,
zegt coördinator Tom Van Craenem. ‘De opdracht-
gever kan de leef- en woonkwaliteit van de plaat-
selijke gemeenschap tegen een aantrekkelijke prijs
verbeteren. De laatste twee jaar hebben heel wat
gemeenten en andere organisaties onze diensten
ontdekt. Intussen onderhouden we op tal van lo-
caties bermen, hagen en bomen, we zaaien stuk-
ken land in en graven poelen, we strooien zout en
ruimen sneeuw of plaatsen afsluitingen om maar
een paar zaken te noemen.’
Een van de troeven van agro|aanneming is
dat de organisatie potentiële uitvoerders in heel
Vlaanderen heeft die ervaren zijn om op een zelf-
standige wijze met hun machines te werken. ‘Waar
er een aanleiding en voldoende draagvlak voor be-
staat, kunnen we ook landbouwers groeperen om
zo het beheer van het landschap in een regio te
organiseren.’ Daarnaast besteedt de coöperatie
veel aandacht aan een nauwkeurige coördinatie.
‘Om zo goed mogelijk op vragen van gemeenten
in te spelen, bieden we hen één aanspreek- en ad-
viespunt aan. Onze aanpak valt bij heel wat orga-
nisaties in de smaak en ik ben ervan overtuigd dat
er nog vele zullen volgen. Voor landbouwers kan
dit soort werk dus zeker een welkome aanvulling
op hun inkomen zijn. Hoe meer collega’s zich bij
onze cvba willen aansluiten, hoe beter.’
info www.ipo-online.be, www.agrodiensten.be
Peter Vleugels (VLM): ‘Een kleine ingreep zorgt meteen voor heel wat meerwerk.’
- Gratis optiepacks (o.a. TLS) op alle 6030 Premium & 7030 Premium modellen (van 100 tot 210 pk)
om het comfort en de productiviteit van uw John Deere nog meer te verhogen. - Gratis AutoTrac Ready op alle 7030 Waterloo modellen. Vraag ook naar de uitzonderlijke
voorwaarden op de 7730 & 7930 Edition. - Gratis GPS StarFire300 Pack op 6330 Standaard & 6230 Premium Voor meer informatie over al deze acties neem snel contact op met Cofabel of uw locale dealer.
*Actieprijzen zijn excl. BTW, zonder overname en geldig tot 7 januari 2011.
AdvJD_210x270_0712_NL.indd 1 07-12-2010 10:32:44
uit de provincie
De nieuwe generatie mestverwerkingstechnieken wil zo veel
mogelijk waarde creëren uit mest. Onderzoekers van het POVLT
gingen samen met de Universiteit Gent na of het mogelijk is om
effluent te recycleren tot drinkbaar water. Hun (theoretisch)
antwoord: yes, we can!
W
17
Tot zover de theorieOm na te gaan of het ook in de praktijk mogelijk is
om drinkbaar water te zuiveren uit mesteffluent ,
zal er een mobiel waterzuiveringssysteem proef-
draaien op verschillende landbouwbedrijven.
Draaien de tests ook daar positief uit, dan staat
niks het gebruik van gezuiverd effluent voor
laagwaardige toepassingen zoals spoelwater en
koelwater nog in de weg, denkt Evi Michels. Voor
hoogwaardig gebruik is de weg nog net iets lan-
ger: ‘Daarvoor zullen toch eerst nog dierproeven
noodzakelijk zijn.’
Hoe lang het dus nog zal duren vooraleer gere-
cycleerd water echt drinkbaar wordt, is ook voor
Michels nog een vraagteken. Maar dat het ooit die
kant uitgaat, daar twijfelt ze niet aan. Zeker niet
voor dieren. Of daarna ook mensen zullen volgen?
‘In theorie kan het, maar ik vrees dat het percep-
tieprobleem bij ons toch net iets te groot is (lacht)’.
- Gratis optiepacks (o.a. TLS) op alle 6030 Premium & 7030 Premium modellen (van 100 tot 210 pk)
om het comfort en de productiviteit van uw John Deere nog meer te verhogen. - Gratis AutoTrac Ready op alle 7030 Waterloo modellen. Vraag ook naar de uitzonderlijke
voorwaarden op de 7730 & 7930 Edition. - Gratis GPS StarFire300 Pack op 6330 Standaard & 6230 Premium Voor meer informatie over al deze acties neem snel contact op met Cofabel of uw locale dealer.
*Actieprijzen zijn excl. BTW, zonder overname en geldig tot 7 januari 2011.
AdvJD_210x270_0712_NL.indd 1 07-12-2010 10:32:44
biechtstoel18
Landbouw en natuur zijn in het verleden al vaker gezworen vijan-
den geweest, zeker als het gaat over wildschade en de vergoeding
daarvan. Filiep Cardoen, afdelingshoofd Beleid van het Agentschap
voor Natuur en Bos, is de eerste om toe te geven dat de ‘ivoren-
toren-mentaliteit’ uit het verleden hen nog geregeld parten speelt.
Hoewel nog pril, merkt hij toch dat via nauw overleg het vertrou-
wen tussen beide partijen groeit.
Jagers zijn zich doorgaans goed
bewust van hun rol als wildbeheerder
Dirk Lips: Hoe is de relatie tussen het Agentschap voor Natuur en bos en de landbouwsector?Filiep Cardoen: Sinds 2006 hebben wij hard ge-
werkt aan een interne reorganisatie. Het Agent-
schap voor Natuur en Bos streeft nog steeds naar
meer en betere natuur, maar die moet duidelijk
maatschappelijk ingebed zijn. Drie keer per jaar
zitten wij tijdens individuele overlegfora samen
met vertegenwoordigers van de landbouwsector,
net zoals we dit doen met de natuursector, de vis-
serijsector en de jagers. Daarnaast is er twee keer
per jaar een koepeloverleg waarin al deze sectoren
samen vertegenwoordigd zijn. Zo gebeurt de toet-
sing van nieuwe wetgeving en beleidsinitiatieven
in een veel vroeger stadium. We weten ook veel
beter wat er op het terrein leeft. Eerlijk gezegd,
we zouden dit overleg niet meer kunnen missen.
Boerenbond spaart de kritiek nochtans niet. Een poosje geleden becijferde de organisatie dat de wildschade jaarlijks oploopt tot één miljoen euro. Erkent u dit probleem?Het valt niet te ontkennen dat bepaalde soorten
het zeer goed doen. En wanneer de populaties stij-
gen, is er uiteraard meer kans op schade. Exacte
cijfers hebben we nog niet voor alle diersoorten,
maar voor een aantal populaties zijn die heel
grondig in kaart gebracht. Neem nu bijvoorbeeld
de ree. We weten exact hoeveel reeën er zijn en
hoeveel er worden geschoten. Die cijfers dienen
als basis om een afschotplan op te maken. Zo
mochten er vijftien jaar geleden binnen de pro-
vincie Limburg alleen 600 tot 700 reeën gedood
worden, nu is dat opgelopen tot 4.600. Dit maakt
duidelijk dat deze soort het heel goed doet. We
werken momenteel samen met de jagers aan een
databank wildbeheer. Voor elke diersoort gaan we
op een gestandaardiseerde manier cijfers verza-
melen, waardoor we de evolutie van de populaties
en de impact van de jacht in kaart kunnen brengen.
Tegen volgend voorjaar moet die operationeel zijn.
Kan de jacht dan gewoonweg niet opgedreven worden om de schade terug te dringen?Eerst en vooral moet er een onderscheid gemaakt
worden tussen bejaagbaar en niet-bejaagbaar
wild. Voor bepaalde dieren heeft de wetgever
bepaald dat zij niet mogen bejaagd worden, zoals
de rietgans, de steenmarter of de kievit. Wanneer
zij schade toebrengen aan landbouwgewassen,
dan is het normaal dat die vergoed wordt door de
overheid. Dan is er nog een hele resem bejaagbaar
wild. In het jachtopeningsbesluit staat voor elke
soort uitgebreid beschreven tijdens welke periode
er op gejaagd mag worden. Naast de gewone jacht
heb je ook de bestrijding van wild. Wanneer een
bepaalde soort schade veroorzaakt, dan kan je dit
eenvoudigweg melden bij het Agentschap voor
Natuur en Bos en dan mag de veroorzaker van
de schade bejaagd worden. Dat geldt voor bijna
alle diersoorten. Tot slot heb je nog bijzondere
jacht. Hier is het voldoende dat er schade dreigt
te ontstaan. Dit kan slechts voor een beperkt aan-
tal soorten: grauwe gans, Canadese gans, wilde
eend, houtduif, konijn, everzwijn en edelhert. Zo
kan bijvoorbeeld de houtduif, één van de grootste
veroorzakers van schade aan landbouwgewassen,
een heel jaar door bejaagd worden.
Voor het bejaagbaar wild kan een land-bouwer dus geen schadevergoeding krij-gen als zijn gewassen zijn vernield? Is hij dan niet sterk afhankelijk van de jagers?Het klopt dat de overheid geen schade vergoedt
voor bejaagbaar wild. Uiteraard hangt er dan veel
af van de jagers, maar de meesten onder hen zijn
‘Overleg is onmisbaar’ANB over wildschade
19
zich zeer goed bewust van hun rol in het duurzaam
beheer van wild. De opleiding tot jager is geen la-
chertje. Zij moeten een zeer moeilijk theoretisch
en praktisch examen afleggen. Anderzijds is het al
meermaals gebeurd dat een boer een jager voor
het gerecht daagt nadat zijn gewassen zijn vernield
door wild. Het is dan aan de jager om te bewijzen
dat hij alles heeft gedaan wat binnen zijn vermo-
gen lag om de populatie van die diersoort terug te
dringen. Dat is geen sinecure en in het verleden
werd al menig jager veroordeeld tot het betalen
van een schadevergoeding. De meeste jagers
hebben enkel goede bedoelingen en ik denk dat
het er op het terrein vooral op aankomt om goede
afspraken met elkaar te maken.
Sinds vorig jaar is de schade veroorzaakt door niet-bejaagbaar wild geregeld in het Wildschadebesluit. Een goede zaak zou je denken, ware het niet dat ruim 40 pro-cent van de aanvragen voor vergoeding onontvankelijk werd verklaard.?Vroeger moest een vergoeding voor wildschade
via gerechtelijke weg afgedwongen worden. Het
Wildschadebesluit heeft deze procedure versneld
en vereenvoudigd. Wanneer landbouwers binnen
een redelijke termijn schade vaststellen aan hun
gewassen moeten zij dit binnen de vijf werkdagen
bij het Agentschap voor Natuur en Bos melden.
Toch stellen we vast dat dit niet van een leien
dakje loopt. Zo wordt er nog vaak schade gemeld
door bejaagbaar wild, maar dat kan de overheid
niet vergoeden. Ook zien we dat bij ongeveer de
helft van de afgewezen dossiers de aanvraag tot
schadevergoeding schromelijk laat werd inge-
diend. Nochtans zijn we heel soepel geweest op
dit criterium. Er is duidelijk nood aan meer com-
municatie en sensibilisering over deze administra-
tieve procedure.
Maar u blijft wel geloven in het Wildschadebesluit?Absoluut. Tot op 1 oktober van dit jaar werd er al
29.000 euro uitbetaald aan 30 landbouwers via
het Wildschadebesluit. Een aantal dossiers wacht
nog op uitbetaling. We vermoeden dat we na één
jaar zullen uitkomen op 32.000 tot 35.000 euro
aan vergoedingen. Uiteraard zijn er nog aanpas-
singen aan het besluit nodig. De ontwerptekst met
voorstellen tot aanpassing is klaar om voorgelegd
te worden aan de overlegfora. Ik vermoed dat die
in het vroege voorjaar van 2011 in voege kan gaan.
Toch moeten we vaststellen dat er nog een aantal land- en tuinbouwers naar het gerecht trekken om een vergoeding voor wildschade te bekomen. Ik vind dat bijzonder jammer. Het is kiezen voor
de moeilijkste weg. Uiteindelijk holt dat de ad-
ministratieve procedure die vastgelegd is in het
Wildschadebesluit helemaal uit. Bovendien staat
dit gelijk aan het kiezen voor een conflictmodel,
terwijl wij de laatste jaren heel wat energie heb-
ben gestoken in overleg en consensus. Niet alleen
inzake wildbeheer maar ook in complexe dossiers
zoals het uitwerken van instandhoudingsdoelstel-
lingen, betrekken we stakeholders zo vroeg mo-
gelijk in het beleidsproces. Onze missie is dan ook
samen werken aan meer en betere natuur.
info Alle formulieren voor het aanvragen van bestrijding, bijzondere jacht of wildschadevergoeding kan je vinden op www. natuurenbos.be.
naam Filiep Cardoen
leeftijd 50
functie Afdelingshoofd Beleid bij het Agent-schap Natuur en Bos
vakantie, qualitytime met de kinderen, er is de rol
van de nieuwe papa, die ook rekening houdt met
de geëmancipeerde mama… Daartegenover staat
dat ook de dienstverlening van de landbouworga-
nisaties sterk gestegen is. Je kunt als boer meer en
meer gebruikmaken van syndicale of commerciële
dienstverlening om je carrière uit te bouwen.’
‘De laatste jaren werden we met enkele serieuze
crisissen geconfronteerd: de melk-, de grondstof-
fen- en de energiecrisis. Die ontwikkelingen op
de wereldmarkt hebben onze ondernemers veel
geld gekost: in bepaalde sectoren zijn meerdere
jaarinkomens in één keer verloren. Het gemiddeld inkomen van land- en tuinbouwers ligt rond de 30.000 euro per jaar voor 5000 uur werk. Dat
Riccy Fokke,coördinator Boeren op een Kruispunt
Boeren: een droomjob?
In Vlaanderen vindt 54,3 procent van de werknemers dat
ze ‘werkbaar werk’ hebben. Hoe tevreden ben jij met je
job? Welke aspecten van de huidige landbouwstiel vind
je leuk en waarvan krijg je buikpijn? De mening van een
jonge starter, een professor arbeidspsychologie en een
begeleider van boeren in nood.
komt overeen met een gemiddeld ondernemers-
loon van 6 euro per uur. Gemiddeld wil ook zeg-
gen dat velen zelfs dit uurloon niet halen. Vaak
investeren die bedrijven niet meer in advies of
andere zaken, waardoor ze in een vicieuze cirkel
terechtkomen. Gelukkig leven we in Vlaanderen,
we vinden altijd wel een oplossing. Al wie betrok-
ken is bij het beleid, erkent immers de knelpunten
en zoekt geëngageerd mee naar nieuwe oplossin-
gen. Onze vzw is opgericht door Boerenbond, ABS
en KVLV-Agra, maar ook mensen die geen lid zijn,
kunnen op hulp rekenen. Sinds de opstart in janu-
ari 2007, belden 850 gezinnen voor een discrete
ondersteuning. Sommige oplossingen liggen wel
buiten het verwachtingspatroon van de onder-
nemer, bijvoorbeeld in een carrièreverandering
binnen of buiten de sector. Ook op onze website
www.boerenopeenkruispunt.be kan je trouwens
op eigen tempo naar oplossingen zoeken. Onze
gratis hulplijn is 0800 99 138.’
‘Voor mij is boeren zonder twijfel een droomjob.
Ik heb zo’n drie jaar geleden naast mijn broer
een stuk van het bedrijf van mijn ouders over-
genomen. Eerst was dat niet de bedoeling, maar
doordat het bedrijf zo sterk geëvolueerd is, was
er genoeg werk voor een extra kracht. Mijn broer
houdt zich vooral met het vleesvee en de zeugen
bezig, ik heb van kinds af een echte passie voor
akkerbouw. Anders gezegd: ik doe niets liever dan
op het veld zitten met de tractor. Tot drie jaar ge-
leden heb ik buitenshuis gewerkt, op het PCLT in
Roeselare en bij Joskin. In tegenstelling tot veel
collega’s, kan ik dus vergelijken. Mij zul je niet
horen klagen over verlof, een auto van de firma,
of mooie uren. Ik weet hoe het is om voor een baas te werken, en ik weet wat het is om je eigen baas te zijn. Alles heeft voor- en nadelen.’
‘Vooraleer je een bedrijf mee overneemt, denk je
natuurlijk wel eens na over de financiële haalbaar-
heid. Iets graag doen, betekent nog niet dat je er
ook van kunt leven. Hoewel het niet goed gaat van-
daag, heb ik vertrouwen in de toekomst. Na slechte
tijden komen goede tijden. Die onzekerheid is een
van de zaken waarmee je moet omkunnen als be-
drijfsleider. Het blijft uiteraard frustrerend als, na
een jaar je best doen om kwalitatief hoogstaande
aardappelen af te leveren, blijkt dat je aan die in-
spanningen niets overhoudt. En ook administratie
zal nooit mijn favoriete bezigheid worden. Maar je
hebt als landbouwer wel de luxe om je werk volledig
zelf te organiseren, zoals jij het wil. En als je een druk
weekend hebt, weet je dat het voor je eigen zaak is.’
‘Hoe fascinerend ik akkerbouw zelf ook vind,
een nadeel van die sector is dat je moeilijk kunt
plannen. Als het mooi weer is, werk je in het voor-
jaar zeven dagen op zeven van ’s morgens tot een
stuk in de nacht. Als het slecht weer is, kun je on-
verwacht thuiszitten. Ik heb gelukkig een vriendin
die hier veel begrip voor heeft. We wonen nog niet
samen, maar ze komt zelf uit de sector en weet
dus dat sommige dingen niet kunnen wachten. Ik
hoop alleszins dat ik deze job nog lang kan doen
en ik geniet er elke dag van om te zien hoe onze aardappelen en maïs groeien.’
Mathias Morlion,starter met gemengd bedrijf uit Leisele
‘Er bestaat heel wat vakliteratuur over wat de
arbeidsvreugde of bevlogenheid van mensen be-
paalt. Uit onderzoek blijkt dat onze Vlaamse land- en tuinbouwers, in vergelijking met an-dere beroepscategorieën, zeer bevlogen zijn. De verklaring hiervoor is dat een aantal hulp-
bronnen je werk aangenaam maken. Je beschikt
als landbouwer bijvoorbeeld over een grote
autonomie. Je kunt je werk zelf organiseren en
invullen. Een andere factor is de mate waarin
je controle of invloed hebt op het product dat
je aflevert. Als je alleen een deksel op een pot
draait in een fabriek, heb je weinig binding met de
confituurpot die je aflevert. Als boer zie je echter
van dag tot dag hoe je fruit, groenten of dieren
tot je eindproduct evolueren. Bovendien heb je
het voordeel dat je vaak met mensen werkt die
je volledig kunt vertrouwen, bijvoorbeeld binnen
een familiale context.’
‘Tegenover die positieve factoren staan ook
een aantal stressfactoren, waardoor land- en
tuinbouwers ook gevoelig zijn voor burn-outs
of andere vormen van negatieve emoties. Er zijn
minder leuke aspecten van je job, zoals adminis-
tratie, die belangrijker worden. Dat kan erg zwaar
doorwegen. Ook het financiële aspect kan een
enorme impact hebben. Als jongere moet je gi-
gantische investeringen doen, terwijl je altijd met
een aantal onzekerheden zit. Je werkt met levend
materiaal dat vatbaar is voor ziektes of plagen.
Er zijn de weersomstandigheden en ook het po-
litieke en economische kader kan veranderen.
Bovendien zijn boeren zo bevlogen, dat ze hun
leven sterk met hun job identificeren. Als je dan
met professionele tegenslagen kampt, kun je die
minder relativeren dan iemand voor wie een job
minder belangrijk is.’
‘Tot slot werk je als land- of tuinbouwer vrij
geïsoleerd . Je hebt geen directe collega’s, en daar-
door reflecteer je minder over je situatie en proble-
men. Ik denk dat daardoor sommige negatieve ont-
wikkelingen te lang blijven aanslepen of dat boeren
onderweg de mogelijke uitwegen niet zien. Dit is
dan ook mijn belangrijkste raad: als land- of tuin-bouwer lijkt het me vandaag uiterst belangrijk om je goed te omringen en veel met experts en collega’s te praten. Door hun advies kun je zaken
waarin je zelf minder thuis bent, toch goed afron-
den. Iedereen weet dat het een slecht idee is om te
veel hooi op de vork te nemen. En het klankbord
dat die mensen bieden, krijg je er gratis bovenop.’
Nele De Cuyper,professor Personeelspsychologie aan de KULeuven