Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte Informatie-uitwisseling en afstemming van maatregelen en communicatie Datum 9 december 2015 Status Definitief STUURGROEP MANAGEMENT WATERCRISES EN OVERSTROMINGEN
Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte
Informatie-uitwisseling en afstemming van maatregelen en communicatie
Datum 9 december 2015Status Definitief
STUURGROEP MANAGEMENT WATERCRISES EN OVERSTROMINGEN
Pagina 2 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Pagina 3 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Colofon
Uitgegeven door Watermanagementcentrum Nederland (WMCN)Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling(WMCN-LCW)
Uitgevoerd door Hans de VriesBert KortBoris Teunis
Opmaak WMCNFoto’s titelblad Rijkswaterstaat, Henri Cormon/inZicht-foto,
Tineke DijkstraDatum 9 december 2015Status DefinitiefVersienummer 1.0
Status en versiebeheer
Voorliggend draaiboek is vastgesteld op 9 december 2015 te Den Haag door deStuurgroep Management Watercrises en Overstromingen (SMWO). Het treedt inwerking per 9 december 2015. Hiermee is het vorige draaiboek vervallen(Handboek LCW, 2013).
Het draaiboek is te vinden op www.helpdeskwater.nl. Indien aanpassingenworden gedaan, worden deze bekend gemaakt via deze website.
Voorliggend draaiboek is opgesteld door het WatermanagementcentrumNederland (WMCN), in samenwerking met de betrokken crisispartners.Het WMCN in Lelystad beheert het draaiboek namens de gezamenlijkecrisispartners. Het WMCN is telefonisch te bereiken op 0320 -29 88 88 en viahet emailadres [email protected].
Pagina 4 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Pagina 5 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Inhoud
Managementsamenvatting—7
1 Inleiding—131.1 Achtergrond—131.2 Crisiskolom waterverdeling en droogte—131.3 Doel en doelgroep draaiboek—151.4 Formele grondslagen—151.5 Relatie met andere crisishandboeken—16
2 Landelijke opschaling – criteria en procedures—172.1 Introductie—172.2 De verdringingsreeks—182.3 Netwerk samenwerkende crisispartners—192.4 Opschalingsniveaus en kleurcodering—202.5 Activiteiten in niveau 0—212.6 Operationele opschaling naar niveau 1—222.7 Operationele opschaling naar niveau 2—242.8 Operationele opschaling naar niveau 3—25
3 Taken crisispartners—273.1 Toelichting op de volgende paragrafen—273.2 Regionaal Droogte-overleg (RDO)—283.2.1 Algemeen—283.2.2 Rijkswaterstaat regionaal onderdeel—303.2.3 Waterschappen—313.2.4 Provincies—323.3 Landelijke coördinatiecommissie waterverdeling—333.3.1 Landelijke coördinatiecommissie waterverdeling (WMCN-LCW)—333.3.2 KNMI—363.3.3 Rijkswaterstaat WMCN-Rivieren—373.3.4 Rijkswaterstaat WMCN-Waterkamer—383.3.5 Unie van Waterschappen—393.3.6 Directoraat Generaal Ruimte en Water (DGRW)—403.3.7 DCC Infrastructuur en Milieu (DCC IenM)—413.3.8 DCC Economische Zaken (DCC EZ)—423.3.9 Interprovinciaal Overleg (IPO)—433.3.10 Rijkswaterstaat Bestuursstaf—443.4 Managementteam Watertekorten (MTW)—453.5 AT, ICCb en MCCb—46
Bijlagen—47
Bijlage A Lijst van afkortingen—48
Bijlage B Situatierapportage (sitrap) WMCN-LCW—49
Bijlage C Droogtemonitor—50
Pagina 6 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Bijlage D Samenstelling Regionaal Droogte-overleg—51
Bijlage E Relatie met andere crisisplannen—52
Bijlage F Literatuuroverzicht—54
Pagina 7 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Managementsamenvatting
AchtergrondBijna elk jaar treedt in Nederland in de zomer een periode van droogte op. Erverdampt meer water dan er neerslag valt, en de aanvoer van water door Rijn enMaas neemt af. Dit kan tot problemen leiden, bijvoorbeeld te lagegrondwaterstanden en droogval van beken op de hoge gronden, verslechterendewaterkwaliteit of hinder voor de scheepvaart. Er worden dan maatregelen getroffen,zoals het instellen van onttrekkingsverboden en zuinig schutten in sluizen. Als desituatie verergert kunnen watertekorten ontstaan, die besluiten nodig maken overprioritering bij het verdelen van schaars water.
Rijkswaterstaat en de waterschappen zijn verantwoordelijk voor de uitvoering vanhet waterbeheer in normale en bijzondere omstandigheden. Provincies zijn dat voorhet diepe grondwaterbeheer en in veel gevallen het nautisch beheer op regionalevaarwegen. Voor situaties met watertekorten en droogte is een landelijkecrisisorganisatie ingericht. Dit draaiboek beschrijft de informatie-uitwisseling tussende betrokken crisispartners, en de afspraken over afstemming van maatregelen envan pers- en publiekscommunicatie.
Leeswijzer managementsamenvattingDeze samenvatting is een beknopte weergave van het draaiboek, met daarin:· Een beschrijving van de crisiskolom voor waterverdeling en droogte.· De verdringingsreeks: prioriteitsvolgorde voor de verdeling van schaars water.· Het opschalingsschema: criteria voor opschaling, rollen, mandaten.· Het netwerkschema: welke partijen spelen een rol, wat zijn de informatielijnen.
Crisiskolom waterverdeling en droogteDeze wordt gevormd door:· Regionaal Droogte-overleg (RDO)· Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (WMCN-LCW)· Managementteam Watertekorten (MTW)· Adviesteam (AT) / Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing (ICCb) /
Ministeriële Commissie Crisisbeheersing (MCCb)
WMCN-LCW wordt in de regel kortheidshalve aangeduid met “de LCW”.Te samen vormen het RDO, WMCN-LCW en het MTW de “droogtekolom”.De rol, positie en werkwijze van de droogtekolom zijn op 9 december 2015bevestigd door de Stuurgroep Management Watercrises en Overstromingen(SMWO). AT, ICCb en MCCb zijn verankerd in de nationale crisisstructuur.
Rijkswaterstaat, waterschappen en provinciesWaterschappen, Rijkswaterstaat en provincies hebben elk hun eigen structuren,verantwoordelijkheden en besluitvorming. Zij zijn leidend in de uitvoering van hetwaterbeheer en het crisisbeheer in hun beheersgebied. Als de situatie daar omvraagt onderhouden zij via hun crisisteams contact met de veiligheidsregio’s.
Regionaal Droogte-overleg (RDO)De zes Regionale Droogte-overleggen (RDO-en) zijn het regionale platform voormonitoring en afstemming tussen Rijkswaterstaat, waterschappen en provincies bij(dreigend) regionaal watertekort. Zij onderhouden indien nodig ook contacten metbelanghebbenden in de regio, zoals vertegenwoordigers van de scheepvaart,
Pagina 8 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
natuurorganisaties en de landbouwsector. De RDO-en informeren en adviserenWMCN-LCW.
Landelijke coördinatiecommissie waterverdeling (WMCN-LCW)WMCN-LCW monitort het hele jaar de rivierafvoeren en andere relevanteindicatoren, en is alert op dreigende watertekorten. WMCN-LCW coördineert, enadviseert zo nodig over maatregelen, aan de RDO-en, de partijen binnen de RDO-en, de landelijk netwerkmanager van Rijkswaterstaat (LNM), de Directeur-GeneraalRijkswaterstaat, het MTW en AT/ICCb/MCCb.Als daar aanleiding toe is publiceert WMCN-LCW de zogenaamde droogtemonitor dieeen landelijk overzicht van de situatie geeft.Bij opschaling naar niveau 1, dreigend watertekort, hebben in WMCN-LCW zittingRijkswaterstaat, de Unie van Waterschappen (UvW), KNMI, het Directoraat GeneraalRuimte en Water (DGRW), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en hetDepartementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing (DCC) van het ministerie vanInfrastructuur en Milieu (IenM). Agendalid is het DCC van Economische Zaken (EZ).Bij een kleine of beginnende crisis zullen niet alle leden actief deelnemen.
actief inniveau
Gremium, rol,organisatie
Samenvatting taken en bevoegdheden
altijdRijkswaterstaat, water-schappen en provincies
In het eigen beheersgebied verantwoordelijk voor de uitvoering van hetwaterbeheer in normale en bijzondere omstandigheden.
0-3
Regionaal droogte-overleg (RDO)
Monitoring, afstemming en advisering regionaal.Maakt het regionale beeld, draagt bij aan het landelijke beeld.Leden informeren elkaar en stemmen af over pers- enpubliekscommunicatie.Neemt via een liaison deel aan de LCW-vergadering.Adviseert WMCN-LCW en via deze ook MTW en AT/ICCb/MCCb.
Landelijke Coördinatie-commissieWaterverdeling (WMCN-LCW)
Monitoring, afstemming, coördinatie en advisering landelijk.Maakt het landelijke beeld van de situatie.Verzorgt landelijk informatie t.b.v. pers- en publiekscommunicatie en stemtdit af met belanghebbende overheden.Neemt desgevraagd via een liaison deel aan het MTW.Adviseert LNM, DG RWS, MTW en via deze ook AT/ICCb/MCCb.
1-3LandelijkNetwerkmanagerRijkswaterstaat (LNM)
Beslist over opschaling niveau 0->1 en afschaling 1->0.Coördineert zo nodig in niveau 1 maatregelen voor rijkswateren.Adviseert de DG RWS. Neemt deel aan het MTW namens RWS.
2-3
ManagementteamWatertekorten (MTW)Het MTW is eenbijzondere vorm van deCoördinatiegroep (CG),specifiek voorwatertekort en droogte.
Afstemming en coördinatie, departementaal en met partners (directie-/managementniveau). Adviseert AT, ICCb, MCCb en de minister van IenM.Coördineert de landelijke pers- en publiekscommunicatie.Leden MTW vertalen MTW-uitkomsten naar besluiten in de eigen omgeving.De DG Rijkswaterstaat is voorzitter van het MTW, als portefeuillehoudercrisisbeheersing IenM, en beslist over op- en afschaling niveau 1-2.Als DG RWS beslist hij in niveau 2 over maatregelen voor de rijkswateren.
3
Adviesteam (AT), Inter-departementaleCommissieCrisisbeheersing (ICCb)
Interdepartementale afstemming en coördinatie op het hoogste ambtelijkeniveau (AT, ICCb). Pers- en publiekscommunicatie als bij MTW of - indienopgeschaald en na besluit ICCb - landelijke coördinatie door NationaalKernteam Crisiscommunicatie (NKC).
Minister van IenM,Ministeriële CommissieCrisisbeheersing (MCCb)
Minister van IenM beslist over opschaling niveau 2->3. Voorzitter hoogsteactieve gremium besluit over afschaling 3->2.Interdepartementale besluitvorming op ministerieel niveau (MCCb) o.a. overmaatregelen. NKC heeft regie op landelijke communicatie.
Pagina 9 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Managementteam Watertekorten (MTW)In niveau 2, feitelijk watertekort, wordt het Managementteam Watertekorten (MTW)actief. Dit is een bijzondere Coördinatiegroep (CG) voor waterverdeling en droogte.Voorzitter is de Directeur-Generaal van Rijkswaterstaat in zijn rol alsportefeuillehouder crisisbeheersing voor alle beleidsterreinen van het ministerie vanIenM. Leden zijn Rijkswaterstaat, de UvW, het IPO, KNMI, DCC IenM, encommunicatie RWS of IenM (DCO). Afhankelijk van de knelpunten en belangenkunnen deelnemen: Directoraat Generaal (DG) Bereikbaarheid (DGB), DG Ruimte enWater (DGRW), Inspectie Leefomgeving en Transport (ILenT), het DCC van EZ eneventueel andere belanghebbende overheden. Het MTW wordt gefaciliteerd doorDCC IenM. In het MTW wordt afgestemd op departementaal niveau IenM, en metpartners op directie-/managementniveau. Het MTW coördineert de crisisbeheersingals besluiten buiten de gangbare afspraken nodig zijn. De leden van het MTWvertalen dit naar besluiten in de eigen omgeving. Zij houden daarbij rekening meteventuele afspraken die voortvloeien uit toepassing van de verdringingsreeks. DeDG Rijkswaterstaat besluit over de verdeling van het rijkswater.
AT, ICCb en MCCbDreigt een nationale crisis, opschaling naar niveau 3, interdepartementaal, danverplaatst de besluitvorming zich naar het hoogste ambtelijke of zelfs naarministerieel niveau: het AT, de ICCb of de MCCb. MTW, WMCN-LCW en de RDO-enondersteunen dit. Het Nationaal Crisiscentrum (NCC) faciliteert het AT/ICCb/MCCbin overleg met DCC IenM. Het MCCb is bevoegd om besluiten te nemen ofaanwijzingen te geven die de betreffende bevoegde gezagen op moeten volgen.AT, ICCb en MCCb vallen in de algemene crisiskolom. Naast de bevoegde gezagenonderhoudt ook het NCC contact met de veiligheidsregio’s.
De verdringingsreeksDe verdringingsreeks geeft de prioriteitsvolgorde voor besluiten over de verdelingvan schaars water. Het principe is vastgelegd in de Waterwet en uitgewerkt in hetWaterbesluit.
Categorie 1 Categorie 2 Categorie 3 Categorie 4Veiligheid envoorkómen vanonomkeerbare schade
Nutsvoorzieningen Kleinschalighoogwaardig gebruik
Overige belangen(Economische afweging,ook voor natuur)
1. Stabiliteit vanwaterkeringen
2. Klink en zetting(veen en hoog-veen)
3. Natuurgebonden aanbodemgesteldheid
1. Drinkwater-voorziening(leverings-zekerheid)
2. Energievoorziening(leverings-zekerheid)
· Tijdelijkeberegeningkapitaalintensievegewassen
· Proceswater
· Scheepvaart· Landbouw· Natuur (mits geen
onomkeerbareschade optreedt)
· Industrie· Waterrecreatie· Binnenvisserij· Overige belangen
Gaat voor 2 ® Gaat voor 3 ® Gaat voor 4 ®
Opmerkingen bij de verdringingsreeks:- Binnen de categorieën 1 en 2 is sprake van een prioriteitsvolgorde. Binnen de categorieën
3 en 4 vindt onderlinge prioritering plaats op basis van minimalisatie van de economischemaatschappelijke schade. WMCN-LCW adviseert hierover op nationaal niveau, het RDO opregionaal niveau.
- Bij provinciale verordening kan binnen categorie 3 en categorie 4 een nadere prioriteringbepaald zijn. Dit wordt ook wel de regionale uitwerking van de verdringingsreeks genoemd(Waterbesluit, art. 2.2).
Pagina 10 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
- Toepassing van de verdringingsreeks kan implicaties hebben, zoals afspraken om extrawateraanvoer alleen te benutten voor het belang waarvoor dit wordt toegekend.
Opschalingsniveaus en criteriaIn elk niveau, te beginnen met niveau 0 (groen), wordt een aantal relevanteindicatoren gemonitord. Als een of meer criteria voor het volgende niveau dreigen teworden overschreden, neemt de mate van informatie-uitwisseling toe; dit heetinformatieve opschaling. Op basis van die informatie wordt besloten overoperationele opschaling. Bij afschalen geldt het omgekeerde proces.
Monitoring Landelijke opschaling
WMCN-LCW en deRDO-en monitorenin alle niveaus opde volgendeindicatoren:
Afvoeren Rijn(Lobith) en Maas(St. Pieter)
Regionaal tekortoppervlaktewater
Droogte, lagegrondwaterstand,neerslagtekort
Toestand water-keringen
Waterkwaliteit enwatertemperatuur
Verzilting
Media-aandacht
Politiekegevoeligheid
Signalen vanbelanghebbenden
Niveau 0: normaal beheerRWS, waterschappen en provincies zijn leidend in hun beheersgebied. Zijvoeren hun reguliere taken uit en bereiden zich voor op mogelijk watertekort.WMCN-LCW en RDO-en monitoren en leveren zo vaak als nodig een bericht.Als overschrijding van de criteria voor niveau 1 dreigt, volgt informatieveopschaling naar geel. Er vindt dan informatie-uitwisseling plaats die een besluitover operationele opschaling naar niveau 1 mogelijk maakt.
¯De LNM besluit over operationele opschaling naar niveau 1.
¯Niveau 1: dreigende watertekortenWMCN-LCW adviseert en coördineert, in overleg met de RDO-en. RWS,waterschappen en provincies zijn leidend, zij laten daarbij adviezen van WMCN-LCW en RDO meewegen.Criteria voor niveau 1:· afvoer Maas, driedaags gemiddelde < 25 m3/s· afvoer Rijn, daggemiddeld < 1000-1400 m3/s (maandafhankelijk)· criteria voor verzilting op vastgestelde locaties· in meer dan een regio dreigt watertekort· overige indicatoren (kolom links) zijn zodanig dat opschaling wenselijk isAls overschrijding criteria niveau 2 dreigt: informatieve opschaling naar oranje.
¯De DG RWS besluit over operationele opschaling naar niveau 2.
¯Niveau 2: feitelijke watertekortenMTW coördineert. WMCN-LCW adviseert, samen met de RDO-en. RWS,waterschappen en provincies zijn leidend, zij vertalen uitkomsten van het MTWnaar besluiten in hun omgeving. Zij laten daarbij eventuele afspraken n.a.v. deverdringingsreeks meewegen.Criteria voor niveau 2 zijn op hoofdlijnen:· er zijn maatregelen buiten bestaande afspraken nodig· knelpunt verdringingsreeks; landelijk categorie 3/4, of regionaal cat. 1/2· overige indicatoren (kolom links) zijn zodanig dat opschaling wenselijk isAls overschrijding criteria niveau 3 dreigt: informatieve opschaling naar rood.
¯De minister van IenM besluit over operationele opschaling naar niveau 3.
¯Niveau 3: (dreigende) crisis watertekortAT/ICCb/MCCb is leidend. MTW, WMCN-LCW en RDO-en adviseren.Criterium: er is sprake van (dreigend) nationaal watertekort met grotemaatschappelijke gevolgen en mogelijke, daarmee samenhangende, politiek-bestuurlijke gevoeligheden.
Pagina 11 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Het netwerkschemaDit schema geeft de gremia die actief zijn in de droogtekolom. Tevens laat het zienwelke partijen en gremia contact met elkaar onderhouden en informatie uitwisselen.Het netwerkschema maakt ook duidelijk vanaf welk opschalingsniveau een gremiumactief is. Groen staat voor niveau 0 (normaal beheer), geel voor niveau 1, oranjevoor niveau 2 en rood voor niveau 3. De RDO-en en WMCN-LCW acteren zowel inniveau 0 als 1, vandaar de diagonale groen-geelverdeling. Ook is een aantal partijenbuiten de droogtekolom weergegeven.
Pagina 12 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Pagina 13 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
1 Inleiding
1.1 Achtergrond
Bijna elk jaar treedt in Nederland in de zomer een periode van droogte op. Erverdampt meer water dan er neerslag valt, en de aanvoer van water door Rijn enMaas neemt af. Dit kan tot problemen leiden, bijvoorbeeld te lagegrondwaterstanden en droogval van beken op de hoge gronden, verslechterendewaterkwaliteit of hinder voor de scheepvaart. Er worden dan maatregelen getroffen,zoals het instellen van onttrekkingsverboden en zuinig schutten in sluizen.Uiteindelijk kunnen besluiten nodig zijn over prioritering bij het verdelen vanschaars water.
Rijkswaterstaat en de waterschappen zijn verantwoordelijk voor de uitvoering vanhet waterbeheer in normale en bijzondere omstandigheden. Provincies zijn dat voorhet diepe grondwaterbeheer en in veel gevallen het nautisch beheer op regionalevaarwegen. Voor situaties met watertekorten en droogte is een landelijkecrisisorganisatie ingericht. Dit draaiboek beschrijft de informatie-uitwisseling tussende betrokken crisispartners, en de afspraken over afstemming van maatregelen envan pers- en publiekscommunicatie.
1.2 Crisiskolom waterverdeling en droogte
De crisiskolom voor waterverdeling en droogte, de ‘droogtekolom’, bestaat uit viergremia. Daarvan zijn de eerste drie specifiek voor dit doel, de laatste is onderdeelvan de nationale crisisstructuur:
· Regionaal Droogte-overleg (RDO)· Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (WMCN-LCW)· Managementteam Watertekorten (MTW)· Adviesteam (AT) / Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing (ICCb) /
Ministeriële Commissie Crisisbeheersing (MCCb)
Aan de basis staan de zes Regionale Droogte-overleggen (RDO-en) waarinwaterschappen, regionale onderdelen van Rijkswaterstaat en provincies informatiedelen en communicatie en maatregelen afstemmen. Zij onderhouden indien nodigcontacten met belanghebbenden in de regio en via de crisisteams vanRijkswaterstaat, de waterschappen en provincies indirect met de veiligheidsregio’s.Figuur 1.1 laat de geografische indeling van de RDO-en zien. Deze is gebaseerd opde aanvoermogelijkheden van water. Bijlage D vermeldt de deelnemende partijen.
Landelijk gezien is de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (WMCN-LCW)de spil van de crisiskolom. Deze wordt in de regel kortheidshalve aangeduid met “deLCW”. WMCN-LCW heeft als taken:
- waterschappen, Rijkswaterstaat en provincies tijdig informeren enverwachtingen geven over de ontwikkeling van de situatie;
- op nationaal niveau coördineren van de informatievoorziening naar het publiek,de media en belanghebbenden;
- adviseren over de verdeling van rijkswater volgens de verdringingsreeks, als dereguliere beheerafspraken niet meer voldoen;
Pagina 14 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
- het Managementteam Watertekorten (MTW) en AT/ICCb/MCCb adviseren enondersteunen. De uitkomsten van MT en AT/ICCb/MCCb worden via de RDO-endoorgegeven aan de waterschappen, Rijkswaterstaat en de provincies;
- het bovenregionaal coördineren van maatregelen.
Bij dreigende watertekorten adviseert en ondersteunt WMCN-LCW de RDO-en,regionale crisisteams, de Landelijk Netwerkmanager (LNM), het MTW, de Directeur-Generaal van Rijkswaterstaat (DG RWS) en de AT/ICCb/MCCb. In WMCN-LCWhebben zitting Rijkswaterstaat, de Unie van Waterschappen (UvW), KNMI,Directoraat Generaal Ruimte en Water (DGRW), het Interprovinciaal Overleg (IPO)en het Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing (DCC) van hetministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM). Agendalid is het DCC vanEconomische Zaken (EZ).
Figuur 1.1 Regionale Droogte-overleggen (RDO) en de grote oppervlaktewateren.
Pagina 15 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Het Managementteam Watertekorten (MTW) treedt op als sprake is van een feitelijkwatertekort. Door schaarste of door slechte waterkwaliteit zijn afspraken nodig diebuiten de gangbare werkwijze vallen. Voorzitter is de Directeur-Generaal vanRijkswaterstaat in zijn rol als portefeuillehouder crisisbeheersing voor alle IenM-beleidsterreinen. Leden zijn Rijkswaterstaat, UvW, IPO, KNMI, DCC IenM, encommunicatie Rijkswaterstaat of IenM (DCO). Afhankelijk van de knelpunten enbelangen kunnen de volgende crisispartners deelnemen, Directoraat Generaal (DG)Bereikbaarheid (DGB), DG Ruimte en Water (DGRW), Inspectie Leefomgeving enTransport (ILenT) het ministerie van EZ en eventueel andere belanghebbendeoverheden.In het MTW wordt afgestemd op departementaal niveau binnen IenM, en metpartners op directie-/managementniveau. Het MTW coördineert de crisisbeheersingals afspraken buiten de gangbare werkwijze nodig zijn. De leden van het MTWvertalen dit naar besluiten in de eigen omgeving. De voorzitter neemt in zijn rol alsDG Rijkswaterstaat besluiten over de verdeling van rijkswater.
AT, ICCb en MCCb treden op als er een nationale crisis dreigt en de knelpuntenmeerdere departementen raken. Het MCCb is bevoegd om besluiten te nemen ofaanwijzingen te geven die de betreffende bevoegde gezagen op moeten volgen.AT, ICCb en MCCb vallen in de nationale crisisstructuur en worden in dit draaiboekbeknopt behandeld.
1.3 Doel en doelgroep draaiboek
Het doel van dit draaiboek is het vastleggen van de rollen, taken enverantwoordelijkheden van de crisispartners in de droogtekolom, met betrekking totinformatie-uitwisseling, afstemming over pers- en publiekscommunicatie enafstemming over adviezen en maatregelen.
De doelgroep wordt primair gevormd door de partners die samenwerken in decrisiskolom voor waterverdeling en droogte (RDO, LCW, MTW), de nationalecrisisstructuur (AT/ICCb/MCCb) en organisaties die de informatie gebruiken, zoalsveiligheidsregio’s.Daarnaast geeft dit draaiboek belanghebbende maatschappelijke sectoren - zoalsnatuur, landbouw, industrie, scheepvaart, drinkwaterbereiding en energieproductie -en andere geïnteresseerden informatie over de rol en werkwijze van de crisiskolomvoor watertekort en droogte.
1.4 Formele grondslagen
Hieronder staan de belangrijkste wettelijke grondslagen genoemd voor de bevoegdegezagen in de droogtekolom. Vervolgens is aangegeven hoe en wanneer tot hetinstellen van de gremia in de droogtekolom is besloten.
Wettelijke grondslagen voor waterverdelingDe zogenaamde verdringingsreeks (paragraaf 2.2) is bepalend voor de verdelingvan het beschikbare oppervlaktewater. De verdringingsreeks is vastgelegd in artikel2.9 van de Waterwet en uitgewerkt in het Waterbesluit (art. 2.1). Deverdringingsreeks kent vier categorieën. Bij provinciale verordening kunnen voor detwee laagste categorieën nadere regels zijn gesteld (Waterbesluit art. 2.2). Ditwordt de regionale uitwerking van de verdringingsreeks genoemd.
Pagina 16 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Indien nodig kan de minister van IenM bij een watertekort of een dreigendwatertekort verbieden dat water onttrokken wordt aan oppervlaktewateren inbeheer bij het rijk (Waterbesluit art. 6.18 lid 3). De MCCb is bevoegd om besluitente nemen of aanwijzingen te geven die de betreffende bevoegde gezagen op moetenvolgen.In de keuren van de waterschappen zijn regels gesteld voor het onttrekken vanwater en het instellen van onttrekkingsverboden uit oppervlaktewater en/ofgrondwater voor gebruiksfuncties.
Naast deze wettelijke grondslagen beschikken de bevoegde gezagen -Rijkswaterstaat, waterschappen en provincies - over meer (juridische) middelen omwater bij droogte en watertekorten te verdelen, zoals het nemen van maatregelen,algemene regels en vergunningen, verplichte metingen en boekhouding,peilbesluiten, gewenste grond- en oppervlaktewaterregimes (GGOR),waterakkoorden en handhaving.
Formele basis droogtekolomTot instelling van de RDO-en is na de droogte van 2011 besloten door de directeur-generaal van Rijkswaterstaat (DG RWS), als voorzitter van het MTW. In een aantalgevallen is de positie van RDO-en opgenomen in waterakkoorden.
WMCN-LCW is ingesteld door de DG RWS na de droogte van 1976 en heeft zichdaarna ontwikkeld tot zijn huidige vorm. De rol van WMCN-LCW is opgenomen inonder andere het Beheer- en Ontwikkelplan Rijkswateren (BPRW), het HandboekCrisisbeheersing van DCC IenM en diverse kaders en het instellingsbesluit LCW(2001) van Rijkswaterstaat. WMCN-LCW is daarin benoemd als landelijkcrisisadviesorgaan dat gevraagd en ongevraagd advies kan geven.
Het Managementteam Watertekorten (MTW) is een speciale vorm van deCoördinatiegroep (CG), en onderdeel van de departementale crisisstructuur vanIenM. Dit is beschreven in het Handboek Crisisbeheersing DCC IenM (januari 2013).
Met de vaststelling van dit draaiboek door de Stuurgroep Management Watercrisesen Overstromingen (SMWO) op 9 december 2015 zijn de rol, positie en werkwijzevan RDO-en, WMCN-LCW en MTW bevestigd.
1.5 Relatie met andere crisishandboeken
Dit draaiboek is opgesteld in opdracht van de Stuurgroep Management Watercrisesen Overstromingen (SMWO). In de SMWO zijn onder andere de in de droogtekolomsamenwerkende crisispartners en de algemene kolom vertegenwoordigd.
Deze partners hebben elk hun eigen crisisplannen, opschalingsstructuren,verantwoordelijkheden en besluitvorming. Dit draaiboek voegt daar aan toe deafspraken die worden gemaakt over informatie-uitwisseling, gezamenlijkeberichtgeving en advisering en coördinatie van maatregelen.
De landelijke opschaling en kleurcodering, zoals beschreven in dit draaiboek, staanlos van de opschalingsprocessen van de crisispartners, zoals de verschillende fasenbij de waterschappen en Rijkswaterstaat, en de GRIP-fasen binnen de algemenekolom.
Pagina 17 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
2 Landelijke opschaling – criteria en procedures
2.1 Introductie
Dit hoofdstuk beschrijft de landelijk voor de droogtekolom afgesproken niveaus vooropschaling en kleurcodering en de besluitvorming daarover. Onderstaande figuur ishiervan een samenvatting. In de volgende paragrafen zijn de verschillende stappennader beschreven.
Monitoring Landelijke opschaling
WMCN-LCW en deRDO-en monitorenin alle niveaus opde volgendeindicatoren:
Afvoeren Rijn(Lobith) en Maas(St. Pieter)
Regionaal tekortoppervlaktewater
Droogte, lagegrondwaterstand,neerslagtekort
Toestand water-keringen
Waterkwaliteit enwatertemperatuur
Verzilting
Media-aandacht
Politiekegevoeligheid
Signalen vanbelanghebbenden
Niveau 0: normaal beheerRWS, waterschappen en provincies zijn leidend in hun beheersgebied. Zijvoeren hun reguliere taken uit en bereiden zich voor op mogelijk watertekort.WMCN-LCW en RDO-en monitoren en leveren zo vaak als nodig een bericht.Als overschrijding van de criteria voor niveau 1 dreigt, volgt informatieveopschaling naar geel. Er vindt dan informatie-uitwisseling plaats die een besluitover operationele opschaling naar niveau 1 mogelijk maakt.
¯De LNM besluit over operationele opschaling naar niveau 1.
¯Niveau 1: dreigende watertekortenWMCN-LCW adviseert en coördineert, in overleg met de RDO-en. RWS,waterschappen en provincies zijn leidend, zij laten daarbij adviezen van WMCN-LCW en RDO meewegen.Criteria voor niveau 1:· afvoer Maas, driedaags gemiddelde < 25 m3/s· afvoer Rijn, daggemiddeld < 1000-1400 m3/s (maandafhankelijk)· criteria voor verzilting op vastgestelde locaties· in meer dan een regio dreigt watertekort· overige indicatoren (kolom links) zijn zodanig dat opschaling wenselijk isAls overschrijding criteria niveau 2 dreigt: informatieve opschaling naar oranje.
¯De DG RWS besluit over operationele opschaling naar niveau 2.
¯Niveau 2: feitelijke watertekortenMTW coördineert. WMCN-LCW adviseert, samen met de RDO-en. RWS,waterschappen en provincies zijn leidend, zij vertalen uitkomsten van het MTWnaar besluiten in hun omgeving. Zij laten daarbij eventuele afspraken n.a.v. deverdringingsreeks meewegen.Criteria voor niveau 2 zijn op hoofdlijnen:· er zijn maatregelen buiten bestaande afspraken nodig· knelpunt verdringingsreeks; landelijk categorie 3/4, of regionaal cat.1/2· overige indicatoren (kolom links) zijn zodanig dat opschaling wenselijk isAls overschrijding criteria niveau 3 dreigt: informatieve opschaling naar rood.
¯De minister van IenM besluit over operationele opschaling naar niveau 3.
¯Niveau 3: (dreigende) crisis watertekortAT/ICCb/MCCb is leidend. MTW, WMCN-LCW en RDO-en adviseren.Criterium: er is sprake van (dreigend) nationaal watertekort met grotemaatschappelijke gevolgen en mogelijke, daarmee samenhangende, politiek-bestuurlijke gevoeligheden.
Pagina 18 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
In elk niveau, te beginnen met niveau 0 (groen), wordt een aantal relevanteindicatoren (de linker kolom) gemonitord. Als een of meer criteria voor het volgendeniveau dreigen te worden overschreden, neemt de mate van informatie-uitwisselingtoe; dit heet informatieve opschaling. Op basis van die informatie kan deverantwoordelijke voor het volgende niveau besluiten tot operationele opschalingwaarbij een ‘hoger’ gremium actief wordt. Bij afschalen geldt het omgekeerdeproces, waarbij het hoogste geactiveerde niveau beslist.
2.2 De verdringingsreeks
In het werk van de droogtekolom heeft de verdringingsreeks een centrale plaats. Alswatertekorten toenemen kan een situatie ontstaan, waarin bestaande afsprakenover waterverdeling en watervoorziening niet meer kunnen worden nagekomen. Inniveau 2 en 3 van de opschaling (zie paragrafen 2.7 en 2.8) moeten keuzes wordengemaakt over de verdeling van schaars water. Het kader daarvoor is deverdringingsreeks. WMCN-LCW adviseert op nationaal niveau over toepassing vande verdringingsreeks en weegt daarbij ook mee:
- Relevante uitgangspunten zoals verwoord in landelijke beleidsnota’s, ondermeer het vigerende Nationaal Waterplan en het Beheer- en Ontwikkelplan voorde Rijkswateren.
- Afspraken tussen waterschappen, Rijkswaterstaat en provincies, onder meervastgelegd in waterakkoorden en peilbesluiten, over specifieke belangen van dediverse gebruikerscategorieën.
- Adviezen van de RDO-en.
Tabel 2.1. De verdringingsreeks.
Categorie 1 Categorie 2 Categorie 3 Categorie 4Veiligheid envoorkómen vanonomkeerbareschade
Nutsvoorzieningen Kleinschalighoogwaardig gebruik
Overige belangen(economischeafweging, ook voornatuur)
1. Stabiliteit vanwaterkeringen
2. Klink en zetting(veen en hoog-veen)
3. Natuurgebonden aanbodem-gesteldheid
1. Drinkwater-voorziening(leverings-zekerheid)
2. Energievoorziening(leverings-zekerheid)
· Tijdelijkeberegeningkapitaal-intensievegewassen
· Proceswater
· Scheepvaart· Landbouw· Natuur (mits
geen onom-keerbare schadeoptreedt)
· Industrie· Waterrecreatie· Binnenvisserij· Overige
belangenGaat voor 2 ® Gaat voor 3 ® Gaat voor 4 ®
Opmerkingen hierbij:- Binnen de categorieën 1 en 2 is sprake van een prioriteitsvolgorde. Binnen de categorieën
3 en 4 vindt onderlinge prioritering plaats op basis van minimalisatie van de economischemaatschappelijke schade. WMCN-LCW adviseert hierover op nationaal niveau, het RDO opregionaal niveau.
Pagina 19 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
- Bij provinciale verordening kan binnen categorie 3 en categorie 4 een nadere prioriteringbepaald zijn. Dit wordt ook wel de regionale uitwerking van de verdringingsreeks genoemd(Waterbesluit, art. 2.2).
- Toepassing van de verdringingsreeks kan implicaties hebben, bijvoorbeeld afspraken omextra wateraanvoer alleen te benutten voor het belang waarvoor dit wordt toegekend.
2.3 Netwerk samenwerkende crisispartners
In paragraaf 1.2 is de crisiskolom voor waterverdeling en droogte beschreven.Daarin werkt een groot aantal crisispartners samen. Onderstaand netwerkschemageeft een overzicht welke partners en gremia contact met elkaar onderhouden eninformatie uitwisselen. Tevens laat het schema zien vanaf welk opschalingsniveaueen gremium actief is. Groen staat voor niveau 0 (normaal beheer), geel voorniveau 1, oranje voor niveau 2 en rood voor niveau 3. Ook is een aantal partijenbuiten de droogtekolom weergegeven.
Figuur 2.2. Netwerkschema crisispartners waterverdeling en droogte. RDO en WMCN-LCWopereren zowel in niveau 0 (groen) als niveau 1 (geel), vandaar de diagonale lijnen.
Pagina 20 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
2.4 Opschalingsniveaus en kleurcodering
De operationele opschaling in de crisiskolom voor waterverdeling en droogte kentvier niveaus. De tabel hieronder schetst wat deze betekenen voor de maatschappijen voor de droogtekolom. Voor elk van de opschalingen beschrijven de volgendeparagrafen de criteria, de besluitvorming en de te volgen procedure.
NOTA BENE. In de praktijk geven criteria niet altijd volledig uitsluitsel. Er zijngrensgevallen, waarin besloten kan worden opschaling uit te stellen of inafgeslankte vorm uit te voeren. Voorbeeld: een criterium wordt net gehaald, maarde verwachting is dat dit binnen enkele dagen achterhaald zal zijn. In de regel zalde informatie-uitwisseling dan al wel volgens de “hogere” kleurcode starten.
Opschalings-
niveaus en
kleurcodes
Omgevingssituatie maatschappij en
waterbeheer
Operationele opschaling
droogtekolom
Niveau 0
Dit is de normale situatie. Er is landelijk en
regionaal voldoende water beschikbaar om
conform afspraken aan de vraag te voldoen. Er
zijn geen of beperkte problemen met droogte,
grondwaterstanden of waterkwaliteit.
Rijkswaterstaat, waterschappen en provincies
voeren hun reguliere taken uit en bereiden zich
voor op mogelijk watertekort, bijvoorbeeld door
peilen te verhogen.
Binnen de RDO-en wordt informatie
uitgewisseld tussen Rijkswaterstaat,
waterschappen en provincies. Zo
nodig worden maatregelen
afgestemd. WMCN-LCW en RDO-en
monitoren en leveren zo vaak als
nodig een droogtemonitor (beeld van
de situatie).
Niveau 1
Er is sprake van dreigend watertekort. Dit treedt
elke 1 á 2 jaar op (bijv. 2011, 2013, 2014) en
duurt vaak een aantal weken. Waterschappen,
Rijkswaterstaat en provincies nemen maatregelen
om aan de vraag naar water te kunnen voldoen.
Waterkwaliteitsproblemen treden op.
WMCN-LCW informeert, adviseert en
coördineert de waterverdeling in en
uit de rijkswateren. Dit mede op
basis van informatie van de RDO-en.
Niveau 2
Er is sprake van een feitelijk watertekort. Dit
treedt ongeveer eens in de vijf jaar op (recente
voorbeelden: 2003, 2006, 2011). Waterakkoorden
e.a. afspraken kunnen niet meer volledig worden
nageleefd. Niet alle maatschappelijke sectoren
kunnen nog volledig worden bediend. Er zijn
keuzes nodig op basis van de verdringingsreeks.
Het Managementteam Watertekorten
(MTW) coördineert. WMCN-LCW en
de RDO-en adviseren en
coördineren.
Niveau 3
Er is sprake van een (dreigende) landelijke crisis.
Dit treedt ongeveer eens in de 10 á 20 jaar op
(1976, 2003). Meerdere maatschappelijke
sectoren worden geraakt. Uitzonderlijke
maatregelen moeten worden getroffen.
AT, ICCb en eventueel MCCb zijn
leidend. RDO-en, LCW en MTW
stellen een beeld op, duiden dat en
adviseren.
Naast de opschalingsniveaus worden daarmee corresponderende kleurengehanteerd. Deze kleuren zijn een signaal voor de (verwachte) ernst van dedroogtesituatie en de mogelijke gevolgen ervan. Het doel hiervan is het geven van
Pagina 21 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
een eenduidig en gedeeld beeld van de situatie aan burgers, waterschappen,Rijkswaterstaat en provincies en partijen in de algemene kolom.Binnen de droogtekolom staat de kleur ook voor verhoogde informatie-uitwisselingom besluitvorming over operationele opschaling mogelijk te maken.
De kleurcode wordt gepubliceerd in de droogtemonitor van WMCN-LCW. Deze heeftbetrekking op de situatie in de rijkswateren en/of op de droogtesituatie in regionalegebieden. Ook in niveau 0 wordt de droogtemonitor uitgebracht, in ieder gevaleenmalig aan het begin van het seizoen, rond 1 april.
2.5 Activiteiten in niveau 0
Niveau 0
De waterschappen, regionale onderdelen van Rijkswaterstaat en provincies met eenwaterbeheertaak voeren hun eigen beheertaken uit en onderhouden daarover zonodig onderling contact. In het droogteseizoen, van 1 april tot 1 oktober, monitorende RDO-en en WMCN-LCW een aantal indicatoren voor de droogteproblematiek:
- (Verwachte) afvoeren van de Rijn en de Maas- Signalen over regionale tekorten aan oppervlaktewater- Droogte in de zin van lage grondwaterstanden of een oplopend neerslagtekort- Toestand van waterkeringen (o.a. inspectie op scheuren in veenkades)- Waterkwaliteit (temperatuur, optreden botulisme, blauwalgen en vissterfte,
zwemwaterkwaliteit)- Verzilting in de benedenstroomse delen van Rijn en Maas- Media-aandacht- Politieke gevoeligheid- Signalen van belanghebbende maatschappelijke sectoren (landbouw, recreatie,
et cetera).
Als daar aanleiding toe is publiceert WMCN-LCW de zogenaamde droogtemonitor -een landelijk overzicht van de situatie - om waterschappen, Rijkswaterstaat,provincies en belanghebbenden te informeren (zie bijlage C).WMCN-LCW verzorgt landelijk informatie t.b.v. pers- en publiekscommunicatie enstemt dit af met belanghebbende overheden.
Een aantal indicatoren wordt het hele kalenderjaar gevolgd. De rivierafvoeren,verzilting en waterkwaliteit van de rijkswateren worden permanent gemonitord doorhet Watermanagementcentrum Nederland (WMCN). Ook de regionalewaterbeheerders - waterschappen, Rijkswaterstaat en provincies met eenwaterbeheerstaak - monitoren jaarrond de situatie in hun gebied.
Pagina 22 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
2.6 Operationele opschaling naar niveau 1
Niveau 0 ® Niveau 1
Criteria voor opschaling naar niveau 1Opschaling naar niveau 1 kan plaatsvinden als tenminste een van de volgendesituaties optreedt:
· De gemeten afvoer van de Rijn of de Maas daalt onder de waarden die staangenoemd in tabel 2.2.
· Het gemeten zoutgehalte op een in tabel 2.3 genoemde locatie stijgt boven dein die tabel genoemde waarden.
· Het debiet aan het eind van het Amsterdam-Rijnkanaal naar het Noordzeekanaalwordt minder dan 10 m3/s. Dit debiet is nodig voor het tegengaan vanzoutindringing en is vastgelegd in het waterakkoord.
· In één of meer regio’s ontstaan watertekorten die alleen door middel van extraaanvoer van rijkswater (boven de bestaande afspraken) kunnen wordenopgelost. Gesproken wordt dan van regionale watertekorten. In deze situatiezijn de criteria uit tabel 2.2 vaak al bereikt.
· Overige indicatoren, zoals media-aandacht, politiek-bestuurlijke aandacht ofsignalen van crisispartners, maatschappelijke organisaties of belanghebbendenzijn zodanig, dat naar het oordeel van WMCN-LCW opschaling wenselijk is.Aanleidingen daarvoor kunnen bijvoorbeeld zijn watertekorten op de hogegronden, een hoog neerslagtekort of inspectie van kades.
· Incidenten die de waterverdeling of doorvoer bedreigen maken een oordeel eneventueel advies van WMCN-LCW wenselijk.
Tabel 2.2. Criteria rivierafvoer voor opschaling naar niveau 1. Hierbij hoort de verwachting datde situatie langer dan drie dagen aanhoudt. Het afvoercriterium is van belang voor het kunnenvoldoen aan de watervraag van onder meer landbouw, natuur, industrie, drinkwater, proces-en koelwater en voor een aantal functies van het oppervlaktewater zoals scheepvaart.
Maand Rijnafvoer bij Lobith
(etmaalgemiddeld in m3/s)
Maasafvoer bij St. Pieter
(gemiddelde van drie etmalen in m3/s)
Januari – april 1000 25
Mei 1400 25
Juni 1300 25
Juli 1200 25
Augustus 1100 25
September – december 1000 25
Voor de Rijn geldt afhankelijk van de maand een ander criterium, omdat dewatervraag over het jaar varieert als gevolg van verdamping en de groei vangewassen. Het criterium voor de Maas is afgeleid uit het Maas-afvoerverdrag tussenNederland en Vlaanderen.Voor de Eems en de Schelde zijn geen criteria opgesteld. Deze rivieren stromen inNederland bijna meteen in zee uit. Ze zijn niet of slechts op kleine schaal een bronvoor toevoer naar regionale wateren, en het tegengaan van verzilting is niet aan deorde.
Pagina 23 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Tabel 2.3. Criteria zoutindringing voor opschaling naar niveau 1. Het verziltingscriterium is vanbelang omdat water wordt onttrokken voor functies die eisen stellen aan het zoutgehalte, zoalsdrinkwaterbereiding en landbouw. Voor drinkwaterbereiding verschillen de criteria regionaalomdat de productiewijze niet overal dezelfde is.
Locatie (meetpunt) Criterium chloridegehalte
(mg Cl-/l)
Gebruiksfunctie
Inlaat Bernisse
(Spui)
150
(met aanpassingen is soms 200 mogelijk)
Proceswater industrie
Scheelhoek
(Haringvliet)
150
(innamestop: 200)
Drinkwaterbereiding
Hollandsche IJssel
(Gouda en Snelle sluis)
250 Watervraag in het gebied van RDO
West-Midden Nederland
Nieuwe Maas
(Schiltsluis)
250 Watervraag in het gebied van RDO
West-Midden Nederland
Volkerak-Zoommeer 450 Watervraag in het gebied van RDO
Zuid-West Nederland
Andijk
(IJsselmeer)
150 Drinkwaterbereiding
Amsterdam-Rijnkanaal Loenen a/d Vecht: 150
Diemen (km 3,5): 200
Drinkwaterbereiding
Besluitvorming opschalen naar niveau 1De landelijk netwerkmanager1 van Rijkswaterstaat (LNM) besluit tot opschaling, opadvies van de voorzitter van de LCW.
Besluitvorming afschalen naar niveau 0De LNM besluit tot afschalen. Dit gebeurt wanneer niet meer is voldaan aan decriteria voor opschaling, en de verwachting is dat dit niet binnen een week zalveranderen.
ProcedureAls aan de criteria voor opschaling voldaan is, komt WMCN-LCW tweewekelijksbijeen, en vaker als daartoe aanleiding is. De voorzitter van de LCW bepaalt aan dehand van de situatie of een volledige LCW of een beperkte groep bijeenkomt.Minimaal één keer in de twee weken wordt een droogtemonitor uitgebracht. DoorWMCN-LCW kunnen sitraps uitgevraagd worden bij de RDO-en.
WMCN-LCW adviseert of, en zo ja welke, maatregelen gewenst zijn met betrekkingtot de waterverdeling. WMCN-LCW kan binnen de bestaande beheerafsprakenanticiperen op de waterschaarste, bijvoorbeeld door aan de beheerder te adviserenover peilopzet van de grote rijksmeren tot aan de bovenrand van het peilbesluit(voor het IJsselmeer is dat bijvoorbeeld NAP -0,175 m). WMCN-LCW heeft hier eencoördinerende rol, deze is door de LNM gedelegeerd aan de voorzitter van de LCW.
Als een situatie dreigt te ontstaan waarin moet worden afgeweken van de bestaandeafspraken, informeert de LNM de DG-RWS. Als bestaande afspraken daadwerkelijkniet meer kunnen worden nagekomen, wordt opgeschaald naar niveau 2.
1 Toelichting: de Landelijk Netwerkmanager heeft binnen Rijkswaterstaat een overkoepelende rol met betrekking totde netwerken voor wegen, vaarwegen en water. In dit draaiboek gaat het om de aanvoer en verdeling van water viade rijkswateren. Bij crises is de LNM verantwoordelijk voor de aanpak binnen Rijkswaterstaat en de afstemming vanRijkswaterstaat met de landelijke netwerkpartners, zoals waterschappen.
Pagina 24 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
2.7 Operationele opschaling naar niveau 2
Niveau 1 ® Niveau 2
Criteria voor opschaling naar niveau 2Opschaling kan plaatsvinden wanneer bestaande afspraken zoals waterakkoorden,peilbesluiten en vergelijkbare afspraken niet meer kunnen worden nagekomen. Inalgemene zin betreft het:
· Op bovenregionale schaal treden watertekorten op voor functies in decategorieën 3 en 4 van de verdringingsreeks (economische afweging).
· Regionaal dreigen watertekorten voor functies in de categorieën 1 of 2 van deverdringingsreeks.
· Overige indicatoren, zoals media-aandacht, politiek-bestuurlijke aandacht ofsignalen van crisispartners, maatschappelijke organisaties of belanghebbendenzijn zodanig, dat opschaling volgens de DG RWS, geadviseerd door de LNM ofWMCN-LCW, wenselijk is.
Specifieke indicatoren zijn onder andere:
· De waterstanden op het IJsselmeer zijn, terwijl het zomerstreefpeil van krachtis, beneden NAP -0,225 m. Daarbij is de afvoer van de IJssel zo laag, dat dezede verdamping op het IJsselmeer en de inname door gebieden rond hetIJsselmeer niet meer kan compenseren (dit kan spelen vanaf circa 250 m3/s bijOlst). Hierdoor komt de watervoorziening naar de regio in gevaar, met name inNoord-Nederland.
· De kleinschalige wateraanvoer2 (KWA) kan onvoldoende water aanvoeren voorde watervoorziening van West-Nederland.
· De afvoer van de Maas bij St. Pieter is minder dan 20,7 m3/s (afgeleid vanverdelingsregels RDO Zuid-Nederland).
· De verwachting bestaat dat regionaal kritische grenzen onderschreden gaanworden. De problemen met droogte in meer dan een regio, zoals beschreven bijde opschaling van niveau 0 naar 1, worden groter. Bijvoorbeeld, op de hogegronden ontstaan nog ernstiger droogteproblemen.
Besluitvorming opschalen naar niveau 2De DG Rijkswaterstaat besluit tot opschalen, in zijn rol als portefeuillehoudercrisisbeheersing voor alle beleidsterreinen van het ministerie van IenM.WMCN-LCW en de LNM hebben een adviserende rol.
Besluitvorming afschalen naar niveau 1De DG Rijkswaterstaat besluit tot afschalen naar niveau 1.Dit gebeurt als de noodzaak tot afstemming op dit niveau ontbreekt. Dat is hetgeval als niet meer aan de criteria voor opschaling wordt voldaan en de verwachtingis dat dit niet binnen een week zal veranderen.
ProcedureAls maatregelen nodig zijn die verder gaan dan de bestaande beheerafsprakenadviseert de voorzitter LCW via de LNM de DG-RWS om op te schalen naar niveau 2.
2 Watervoorziening in West-Nederland om verzilting te bestrijden. De KWA is een stelsel van stuwen, watergangenen gemalen dat in tijden van watertekort zoetwater naar West-Nederland aanvoert.
Pagina 25 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
De DG-RWS besluit over opschaling naar niveau 2 en roept het MTW bijeen (via DCCIenM). Het MTW is een bijzondere Coördinatiegroep (CG), speciaal voorwatertekortsituaties en droogte onder voorzitterschap van de DG-RWS. Devoorzitter van de LCW en de inhoudelijk adviseur watersystemen nemen deel aanhet MTW.
WMCN-LCW, in samenwerking met de RDO-en, ondersteunt het MTW met:
- een actueel beeld van de situatie en de verwachtingen op langere termijn;- duiding van de gevolgen van de situatie;- een beeld van de mediaberichtgeving over de situatie;- een advies over de mogelijk te nemen maatregelen en de effecten daarvan.
Na afloop van de MTW-vergadering informeert WMCN-LCW de RDO-en over deuitkomsten van de MTW-vergadering. De RDO-en informeren en adviseren WMCN-LCW. Verder brengt WMCN-LCW wekelijks een droogtemonitor uit. WMCN-LCWstemt haar vergaderingen af op die van het MTW. De RDO-en stemmen hunvergaderingen af op die van WMCN-LCW. DCC IenM faciliteert het proces.
2.8 Operationele opschaling naar niveau 3
Niveau 2 ® Niveau 3
Criteria voor opschaling naar niveau 3Opschaling kan plaatsvinden wanneer sprake is van een dreigend nationaalwatertekort met maatschappelijke gevolgen. In algemene zin betreft het:
· Op landelijke schaal moet in nagenoeg alle regio’s fors gekort worden op dewatervoorziening voor functies in de categorieën 3 en 4 van deverdringingsreeks.
· Regionaal komt de watervoorziening voor functies in de categorieën 1 en 2 uitde verdringingsreeks in gevaar.
· Maatschappelijke gevolgen, die samenhangen met het dreigende watertekort,leiden tot een politiek-bestuurlijke wenselijkheid om op te schalen.
Besluitvorming opschaling naar niveau 3De minister van IenM besluit tot opschaling naar niveau 3, op advies van de DGRijkswaterstaat.Het Nationaal Crisiscentrum (NCC) van het ministerie van Veiligheid en Justitie(VenJ) besluit in overleg met DCC-IenM tot interdepartementale opschaling. Daaruitkunnen een Adviesteam (AT), Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing(ICCb) en Ministeriële Commissie Crisisbeheersing (MCCb) volgen.
Afschalen naar niveau 2Het besluit tot afschalen van de interdepartementale crisisoverlegstructuur wordtgenomen door de voorzitter van het hoogste geactiveerde gremium (AT, ICCb ofMCCb) van de nationale crisisstructuur, op advies van NCC en DCC-IenM.Dit gebeurt als de noodzaak tot interdepartementale afstemming ontbreekt. Dit ishet geval wanneer niet meer aan de criteria voor opschaling wordt voldaan en deverwachting is dat dit niet binnen een week zal veranderen.
Pagina 26 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
ProcedureDe DG Rijkswaterstaat adviseert de minister van IenM, die een besluit neemt totopschaling naar niveau 3. Op basis van dit besluit schaalt het NCC op en geeft hetinterdepartementale crisisoverleg vorm in afstemming met DCC IenM. Afhankelijkvan de situatie kunnen hieruit een Adviesteam (AT), InterdepartementaleCommissie Crisisbeheersing (ICCb) en Ministeriële Commissie Crisisbeheersing(MCCb) volgen.
Het MTW stemt haar bijeenkomsten af op de bijeenkomsten op interdepartementaalniveau (AT, ICCb dan wel MCCb). WMCN-LCW stemt haar bijeenkomsten af op dievan het MTW. De RDO-en stemmen hun bijeenkomsten af op WMCN-LCW. Het NCCen DCC IenM faciliteren dit proces.De voorzitter van de LCW en de inhoudelijk adviseur watersystemen nemen indiengevraagd deel aan het AT/ICCb/MCCb.
De RDO-en adviseren WMCN-LCW. WMCN-LCW adviseert het MTW. Het MTWadviseert vervolgens het AT en/of de ICCb. Als een AT wordt ingesteld adviseert hetAT de ICCb. De ICCb adviseert de MCCb. Besluiten worden op ministerieel niveaugenomen. Naast IenM zullen in de regel de ministeries van EZ (raakvlakken zijn o.a.natuur, landbouw, industrie, recreatie, energie) en VenJ (o.a. i.v.m. crisisbeheersingdoor veiligheidsregio’s) betrokken zijn.
Pagina 27 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
3 Taken crisispartners
3.1 Toelichting op de volgende paragrafen
Dit hoofdstuk bevat in tabelvorm de taken van de crisispartners met betrekking totinformatie-uitwisseling, afstemming van de berichtgeving naar pers en publiek,afstemming over maatregelen, en het terugmelden van uitkomsten van het MTW enAT/ICCb/MCCb.
De tabellen zijn opgesteld per crisispartner. Daarbij worden steeds eerst dewerkzaamheden genoemd voor de normale situatie, niveau 0. In de tabellen isaangegeven wat de betreffende partij doet of levert aan elk van de andere decrisispartners. Ieder hoger opschalingsniveau bevat de taken uit het onderliggendeniveau, aangevuld met de taken voor het niveau dat het betreft.
Onderstaande tabel vat samen in welke niveaus crisispartners een rol hebben.
Tabel 3.1. Actieve gremia en organisaties in de droogtekolom, per opschalingsniveau.Informeren veiligheidsregio’s gaat via RWS, waterschappen en provincies, of via het NCC.
Gremium Crisispartners Niveau 0 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
RDO
(Regionaal
droogte-
overleg)
RDO (in algemene zin) X X X X
Rijkswaterstaat regio X X X X
Waterschappen X X X X
Provincies X X X X
WMCN-LCW
(Landelijke
coördinatie-
commissie
waterverdeling)
WMCN-LCW (in algemene zin) X X X X
Communicatie RWS VWM X X X X
KNMI X X X X
WMCN-Rivieren * X X X X
WMCN-Waterkamer * X X X X
Unie van Waterschappen X X X X
DGRW X X X
DCC IenM X X X
DCC EZ X** X X
IPO X X X
RWS Bestuursstaf X X X
MTW
(Management-
team
watertekorten)
DG RWS, Rijkswaterstaat, UvW,
IPO, KNMI, DCC IenM,
communicatie. Afhankelijk van de
situatie: DGRW, DGB, ILenT, DCC
EZ en belanghebbende overheden.
X X
AT / ICCB /
MCCB*** AT / ICCB / MCCB X
*) Formeel geen onderdeel van WMCN-LCW, maar wel essentieel in de informatievoorziening.
**) Agendalid in niveau 1, kan gevraagd of op eigen initiatief deelnemen.
***) AT, ICCb en MCCb worden in dit document kort beschreven, aangezien deze gremia onderdeel zijn van
de nationale crisisstructuur. Zie paragraaf 3.5.
Pagina 28 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.2 Regionaal Droogte-overleg (RDO)
3.2.1 Algemeen
Voor regionale onderdelen van Rijkswaterstaat, waterschappen en provincies zijn zowel deze paragraaf als die voor de afzonderlijke partijenvan belang. In deze paragraaf zijn de rollen en verantwoordelijkheden op RDO-niveau beschreven. In de volgende paragrafen (3.2.2, 3.2.3 en3.2.4) die voor de afzonderlijke crisispartners, respectievelijk Rijkswaterstaat, waterschappen en provincies.
Relevante reguliere werkzaamheden van het RDO in niveau 0
· Monitort tijdens het droogteseizoen (van 1 april tot en met 30 september) de situatie, ontwikkelingen en verwachtingen voor het RDO-gebied, en stemt daarover af.· Indien gevraagd door WMCN-LCW levert het RDO input aan WMCN-LCW voor de droogtemonitor (zie bijlage C).· Geeft gevraagd en ongevraagd advies aan WMCN-LCW.· Is verantwoordelijk voor contacten met belanghebbenden in het RDO-gebied.· Is verantwoordelijk voor het tijdig informeren van de crisisorganisaties van de regionale onderdelen van Rijkswaterstaat (RWS regio), waterschappen en provincies over een
eventuele dreiging. Indien nodig informeren die partijen de veiligheidsregio’s.· Organiseert ieder jaar een startdag voorafgaand aan het droogteseizoen. Vaste agendapunten zijn:
- Evaluatie van het vorige seizoen.- Actualisatie van draaiboeken en procedures.- Informatie-uitwisseling over werkzaamheden aan keringen en kunstwerken in het komend seizoen, verwachte knelpunten of aandachtpunten (capaciteit,
vakantievervanging, beperkingen in waterlopen).- Actualisatie van contactlijsten en vakantieplanning.- Een oefening.
· Voert naar aanleiding van de evaluatie verbeteringen door.
Pagina 29 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
RDO àwaterschappen,provincies enRWS regio
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Meldt aan waterschappen, provincies en RWS regio en aan WMCN-LCW dat het
RDO actief is, met vermelding van aanleiding en proces.- Vraagt, op aangeven van WMCN-LCW, waterschappen en RWS regio om een
sitrap (bijlage B) in te vullen.- Geeft berichten en adviezen van WMCN-LCW door aan de in het RDO
vertegenwoordigde crisispartners.- Stemt maatregelen onderling af.- Stemt zo nodig pers- en publiekscommunicatie onderling af.- Stemt onderling af welke crisispartner contact opneemt met belanghebbenden.- Adviseert zo nodig waterschappen, provincies en RWS regio.- Vertaalt de adviezen van WMCN-LCW naar de eigen regio.- Monitort de uitwerking van de adviezen van RDO en WMCN-LCW.- Maakt en verstuurt het vergaderverslag van het RDO.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt uitkomsten van het MTW
aan waterschappen, provinciesen RWS regio.
- Vertaalt uitkomsten van hetMTW naar eigen regio.
- Monitort de uitwerking van deuitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt uitkomsten van
AT/ICCb/MCCb aanwaterschappen, provincies enRWS regio.
- Vertaalt uitkomsten vanAT/ICCb/MCCb naar eigenregio.
- Monitort de uitwerking van deuitkomsten vanAT/ICCb/MCCb.
RDO àWMCN-LCW
- Stemt opschaling van het RDO af met WMCN-LCW.- Maakt en verstuurt het vergaderverslag van de RDO aan WMCN-LCW.- Stuurt de verzamelde sitraps met een totaalbeeld van het RDO-gebied door aan
WMCN-LCW (conform bijlage B).- Stemt pers- en publiekscommunicatie af met WMCN-LCW.- Stemt contact met belanghebbenden af met WMCN-LCW.- Informeert en adviseert WMCN-LCW over maatregelen en adviezen.- Meldt knelpunten in het watersysteem aan WMCN-LCW.- Vaardigt een liaison af naar de vergadering van WMCN-LCW.- Meldt aan WMCN-LCW eventuele bezwaren van crisispartners met betrekking
tot berichten en adviezen van WMCN-LCW.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan WMCN-LCW op
welke categorieën in de regiode verdringingsreeks wordttoegepast.
- Meldt de stand van zakenm.b.t. uitvoering van deuitkomsten van het MTW.
- Meldt aan WMCN-LCWeventuele bezwaren vancrisispartners met betrekkingtot uitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt de stand van zaken
m.b.t. uitvoering van deuitkomsten vanAT/ICCb/MCCb.
- Meldt aan WMCN-LCWeventuele bezwaren vancrisispartners met betrekkingtot uitkomsten vanAT/ICCb/MCCb.
Pagina 30 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.2.2 Rijkswaterstaat regionaal onderdeel
In deze paragraaf zijn de rollen en verantwoordelijkheden voor regionale onderdelen van Rijkswaterstaat beschreven. In paragraaf 3.2.1 dievoor de RDO als geheel.
Relevante reguliere werkzaamheden van de regionale onderdelen van Rijkswaterstaat (RWS regio) in niveau 0
· Monitort de huidige situatie, ontwikkelingen en verwachtingen voor het eigen beheergebied.· Voert het watermanagement en crisisbeheer uit conform de eigen draaiboeken.· Informeert het RDO en de crisispartners in het RDO over ontwikkelingen, mogelijke knelpunten en genomen maatregelen bij (dreigende) watertekorten en droogte.· Stemt waar nodig maatregelen en communicatie naar publiek en belanghebbenden onderling of via het RDO af.· Geeft gevraagd en ongevraagd advies aan het RDO.· Levert op verzoek input aan het RDO voor de droogtemonitor (zie bijlage C).· Informeert het RDO en de crisispartners in het RDO over opschaling van de eigen crisisorganisatie.· Levert het RDO, voorafgaand aan het droogteseizoen, een overzicht van mogelijke knelpunten in het watersysteem als gevolg van bijvoorbeeld werkzaamheden of beperkte
doorvoercapaciteit.· Onderhoudt contact met collega waterbeheerders (waterschappen en provincies) over waterbeheersmaatregelen.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
RWS regio à RDO Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Levert ingevulde sitrap aan bij het RDO (zie bijlage B).- Stemt maatregelen af in het RDO.- Stemt waar nodig communicatie naar pers en publiek af in het RDO.- Stemt contacten met belanghebbenden af in het RDO.- Meldt knelpunten in de uitvoering van het waterbeheer aan het RDO.- Meldt aan het RDO eventuele bezwaren van de eigen organisatie ten aanzien
van berichten en adviezen van RDO en WMCN-LCW.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan het RDO eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan het RDO eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten vanAT/ICCb/MCCb.
RWS regio àWMCN-LCW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Stemt communicatie naar pers en publiek af met WMCN-LCW.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
RWS regio àeigen organisatie(à veiligheids-regio)
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- De RDO-vertegenwoordiger verzorgt afstemming tussen het RDO en de eigen
organisatie met o.a. communicatieadviseurs en crisisorganisatie. Indien nodiginformeert de crisisorganisatie de veiligheidsregio’s en stemt daar mee af.
- De RDO-vertegenwoordiger informeert handhaving en vergunningverlening alsde watertemperatuur boven de 23 °C komt en verzoekt om uitvoering van hetLandelijk Toezichtplan Koelwaterlozers.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
Pagina 31 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
3.2.3 Waterschappen
In deze paragraaf zijn de rollen en verantwoordelijkheden van de waterschappen beschreven. In paragraaf 3.2.1 die voor het RDO als geheel.
Relevante reguliere werkzaamheden van de waterschappen in niveau 0
· Monitort de huidige situatie, ontwikkelingen en verwachtingen voor het eigen beheergebied.· Voert het watermanagement en crisisbeheer uit conform de eigen draaiboeken.· Informeert het RDO, de UvW en de crisispartners in het RDO over ontwikkelingen, mogelijke knelpunten en genomen maatregelen bij (dreigende) watertekorten en droogte.· Stemt zo nodig maatregelen en communicatie naar publiek en belanghebbenden onderling of via het RDO af.· Geeft gevraagd en ongevraagd advies aan het RDO.· Levert op verzoek input aan het RDO en aan de UvW voor de droogtemonitor (zie bijlage C).· Informeert het RDO, de UvW en de andere crisispartners in het RDO over opschaling van de eigen crisisorganisatie.· Levert het RDO en de UvW, voorafgaand aan het droogteseizoen, een overzicht van mogelijke knelpunten in het watersysteem als gevolg van bijvoorbeeld werkzaamheden of
beperkte doorvoercapaciteit.· Onderhoudt contact met collega waterbeheerders (Rijkswaterstaat, andere waterschappen en provincies) over waterbeheersmaatregelen.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
Waterschap àRDO
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Levert ingevulde sitrap aan bij het RDO.- Stemt maatregelen af in het RDO.- Stemt waar nodig communicatie naar pers en publiek af in het RDO.- Stemt contacten met belanghebbenden af in het RDO.- Meldt knelpunten in de uitvoering van het waterbeheer aan het RDO.- Meldt aan het RDO eventuele bezwaren van de eigen organisatie ten aanzien
van berichten en adviezen RDO en WMCN-LCW.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan het RDO eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan het RDO eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten vanAT/ICCb/MCCb.
Waterschap àUvW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Levert ingevulde sitrap aan bij de UvW.- Stemt communicatie naar pers en publiek af met de UvW.- Indien nodig, geeft het waterschap aan de UvW advies of informatie mee ten
behoeve van de vergadering van WMCN-LCW.- Meldt knelpunten in de uitvoering van het waterbeheer aan de UvW.- Meldt aan de UvW bezwaren van de eigen organisatie ten aanzien van berichten
en adviezen RDO en WMCN-LCW.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan de UvW eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten van het MTW.
- Geeft indien nodig aan de UvWadvies of informatie mee tenbehoeve van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan de UvW eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten vanAT/ICCb/MCCb.
- Geeft indien nodig aan de UvWadvies of informatie mee tenbehoeve van AT/ICCb/MCCb.
Waterschap àeigen organisatie(à veiligheids-regio)
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- De liaison RDO van het waterschap verzorgt de afstemming tussen het RDO en
de eigen organisatie met o.a. communicatieadviseurs en de crisisorganisatie.Indien nodig informeert de crisisorganisatie de veiligheidsregio en stemt daarmee af.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
Pagina 32 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.2.4 Provincies
In deze paragraaf zijn de rollen en verantwoordelijkheden van de provincies beschreven. In paragraaf 3.2.1 die voor de RDO als geheel.
Relevante reguliere werkzaamheden van provincies in niveau 0
· Monitort de huidige situatie, ontwikkelingen en verwachtingen voor het eigen beheergebied.· Voert beheertaken uit conform de eigen draaiboeken.· Informeert het RDO en de crisispartners in het RDO over ontwikkelingen, mogelijke knelpunten en genomen maatregelen bij (dreigende) watertekorten en droogte.· Stemt zo nodig maatregelen en communicatie naar publiek en belanghebbenden onderling of via het RDO af.· Geeft gevraagd en ongevraagd advies aan het RDO.· Levert op verzoek input aan het RDO en aan het IPO voor de droogtemonitor (zie bijlage C).· Informeert het RDO en de crisispartners in het RDO over opschaling van de eigen crisisorganisatie.· Levert het RDO en de IPO, voorafgaand aan het droogteseizoen, een overzicht van mogelijke knelpunten in het watersysteem als gevolg van bijvoorbeeld werkzaamheden of
beperkte doorvoercapaciteit.· Taken m.b.t. (zwem)waterkwaliteit, nautisch beheer, (diepe) grondwaterbeheer, beleid en toezicht op waterschappen.· Onderhoudt contact met collega waterbeheerders (Rijkswaterstaat, waterschappen en andere provincies) over waterbeheersmaatregelen.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
Provincie à RDO Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Levert, indien nodig, input voor de sitrap aan bij het RDO (zie bijlage B).- Stemt maatregelen af in het RDO.- Stemt waar nodig communicatie naar pers en publiek af in het RDO.- Stemt contacten met belanghebbenden af in het RDO.- Meldt knelpunten in uitvoering van het waterbeheer aan het RDO.- Meldt aan het RDO eventuele bezwaren van de eigen organisatie ten aanzien
van berichten en adviezen van RDO en WMCN-LCW.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan RDO eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan RDO eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten AT/ICCb/MCCb.
Provincie à IPO Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Levert, indien nodig, input voor de sitrap aan bij het IPO.- Indien nodig, geeft de provincie het IPO advies of extra informatie mee ten
behoeve van de vergadering van WMCN-LCW.- Stemt communicatie naar pers en publiek af met het IPO.- Meldt knelpunten in de uitvoering van het waterbeheer aan het IPO.- Meldt bezwaren van de eigen organisatie ten aanzien van berichten en adviezen
van RDO en WMCN-LCW aan het IPO.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan het IPO eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten van het MTW.
- Geeft indien nodig aan het IPOadvies of informatie mee tenbehoeve van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan het IPO eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten AT/ICCb/MCCb.
- Geeft indien nodig aan IPOadvies of informatie mee tenbehoeve van AT/ICCb/MCCb.
Provincie à eigenorganisatie(à veiligheids-regio)
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- De liaison RDO van de provincie verzorgt de afstemming tussen het RDO en de
eigen organisatie met o.a. communicatieadviseurs en de crisisorganisatie.Indien nodig informeert de crisisorganisatie de veiligheidsregio’s en stemt daarmee af.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
Pagina 33 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
3.3 Landelijke coördinatiecommissie waterverdeling
3.3.1 Landelijke coördinatiecommissie waterverdeling (WMCN-LCW)
Relevante reguliere werkzaamheden van WMCN-LCW in niveau 0
· Monitort de ontwikkelingen en verwachtingen met betrekking tot het neerslagtekort, grondwaterstanden, rivierafvoeren en watertemperaturen van Rijn en Maas, verzilting,(zwem)waterkwaliteit en het weer.
· Monitort media en politieke aandacht op LCW-gerelateerde zaken.· Indien de situatie daar toe aanleiding geeft, stelt de WMCN-LCW de droogtemonitor op (zie bijlage C). Deze wordt verspreid via websites (o.a. rws.nl) en per mail.· Houdt het Droogtedossier (o.a. droogtemonitoren, nieuwsberichten, persberichten etc.) bij op de website van Rijkswaterstaat.· Onderhoudt contact met de crisispartners en wisselt informatie uit.· Stemt communicatie naar pers- en publiek voor zover nodig af met de regionale onderdelen van Rijkswaterstaat, de Unie van Waterschappen, waterschappen, provincies,
RWS BS en DCO.· Adviseert RDO-en gevraagd en ongevraagd.· Informeert de RDO-en en de handhavers van Rijkswaterstaat als de watertemperatuur bij Lobith (Rijn) of Eijsden (Maas) de 23 °C overschrijdt, met het verzoek de
warmtelozingen te monitoren en vergunningen te handhaven.· Organiseert een startdag voorafgaand aan het droogteseizoen (1 april tot en met 30 september), in principe op de derde donderdag in maart. Vaste agendapunten zijn:
- Evaluatie van het vorige seizoen.- Actualisatie van draaiboeken, procedures.- Informatie-uitwisseling over werkzaamheden aan keringen en kunstwerken komend seizoen, verwachte knel- of aandachtspunten (capaciteit, vakantievervanging,
beperkingen in waterlopen).- Actualisatie van contactlijsten en vakantieplanning.- Een oefening.
· Inventariseert jaarlijks evaluatiepunten en gewenste aanvullingen ten aanzien van de gemaakte afspraken in dit draaiboek en onderliggende stukken. Deze evaluatie vindtnormaal gesproken plaats na afloop van het droogteseizoen. Voert naar aanleiding van evaluatiepunten verbeteringen door.
· Is 24 uur per dag en zeven dagen in de week bereikbaar via telefoonnummer 0320-298888.
Toelichting WMCNWMCN-LCW is onderdeel van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN). In het WMCN werken Rijkswaterstaat, de waterschappen en het KNMI samen.Rijkswaterstaat faciliteert het WMCN. De landelijk netwerkmanager (LNM) is verantwoordelijk voor het functioneren van het WMCN (onder andere bemensing,faciliteiten en benoemen voorzitters LCW). Het WMCN verzorgt de verwachtingen van de waterstanden en alarmeert de partners volgens gemaakte afspraken.In het geval van (dreigende) watertekorten en droogte zijn met name WMCN-Rivieren en WMCN-Waterkamer relevant. WMCN-Waterkamer verzorgt samen metWMCN-Rivieren de dagelijkse monitoring en waarschuwt WMCN-LCW als rivierafvoeren, watertemperatuur, of chloridegehalten de criteria dreigen teoverschrijden. WMCN-Rivieren geeft tevens verwachtingen met betrekking tot de afvoeren van de Maas en Rijn aan WMCN-LCW.
De communicatie-afdeling van Rijkswaterstaat Verkeer- en Watermanagement verzorgt voor WMCN-LCW de communicatie naar pers- en publiek.
Pagina 34 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
WMCN-LCW à
alle crisispartnersReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Verspreidt minimaal één keer in de twee weken een droogtemonitor- Informeert alle crisispartners over opschaling.- Maakt en verstuurt vergaderverslag WMCN-LCW.
Zie niveau 1, aanvullend:- Verspreidt minimaal één keer in
de week een droogtemonitor.
Zie niveau 2
WMCN-LCW à
RDO(waterschappen,provincies enRijkswaterstaatregio’s)
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Meldt aan RDO-en dat WMCN-LCW actief is, met vermelding van aanleiding en
proces.- Vraagt RDO-en om de sitrap aan te leveren (zie bijlage C).- Neemt kennis van ingevulde sitrap en vraagt eventueel om toelichting.- Stemt waar nodig pers- en publiekscommunicatie af met de crisispartners.- Coördineert de maatregelen tussen de verschillende RDO-en en adviseert zo
nodig.
Zie niveau 1, aanvullend:- Communiceert uitkomsten van
het MTW naar de RDO-en.- Monitort de uitwerking van de
uitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Communiceert uitkomsten
AT/ICCb/MCCb naar RDO-en.- Monitort de uitwerking van de
uitkomsten van AT/ICCb/MCCb.
WMCN-LCW à
UvW- Stemt opschaling en proces af met de UvW.- Stemt pers- en publiekscommunicatie en contact met belanghebbenden op
landelijk niveau af met de UvW.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
WMCN-LCW à
IPO, DCC IenM,DCC EZ, DGRW
- Meldt dat WMCN-LCW actief is, met vermelding van aanleiding en proces.- Vraagt crisispartners in hun netwerk na te gaan of er relevante zaken spelen
(media, politiek, inhoudelijk etc.).
Zie niveau 1 Zie niveau 2
WMCN-LCW à
LNM / DG RWS /MTW /AT/ICCb/MCCb
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Adviseert LNM over opschaling naar niveau 1.- Informeert LNM over communicatie en adviezen aan DG RWS.- Maakt een gedetailleerd beeld en advies voor LNM en DG RWS.- Vraagt, indien opschaling naar niveau 2 dreigt, LNM zo nodig te overleggen
met belanghebbenden over de situatie.- Geeft eventuele bezwaren van crisispartners tegen adviezen of berichten van
RDO-en en WMCN-LCW door.
Zie niveau 1, aanvullend:- Adviseert MTW.- Neemt indien gevraagd middels
een liaison deel aan het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Adviseert AT/ICCb/MCCb via
MTW.- Biedt middels liaison
ondersteuning aanAT/ICCb/MCCb als hier omwordt gevraagd.
WMCN-LCW à
communicatieRWS BS / DCO
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Informeert RWS BS en DCO over communicatie van WMCN-LCW naar het
publiek en de media en stemt deze zo nodig af.
Zie niveau 1, aanvullend:- Stemt communicatie van
WMCN-LCW naar pers enpubliek af met RWS BS / DCO.
Zie niveau 2
WMCN-LCW à
DCC-IenMReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Informeert DCC-IenM over communicatie en adviezen aan DG RWS.- Stemt, indien nodig, contacten met belanghebbenden af met DCC EZ. DCC
IenM faciliteert dit.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
Pagina 35 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
WMCN-LCW à
DCC EZReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Informeert DCC EZ als de watertemperatuur bij Lobith (Rijn) of Eijsden
(Maas) de 23 °C overschrijdt.- Stemt, indien nodig, contact met belanghebbenden af met DCC EZ. DCC IenM
faciliteert dit.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
WMCN-LCW à
WMCN-RivierenReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Informeert WMCN-Rivieren als er bij de waterbeheerders aanvullende
informatiebehoefte is over afvoeren en waterstanden.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
WMCN-LCW à
WMCN-Waterkamer
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Informeert WMCN-Waterkamer als WMCN-LCW behoefte heeft aan (extra)
informatie over scheepvaartberichten.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
Pagina 36 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.3.2 KNMI
Relevante reguliere werkzaamheden van het KNMI in niveau 0
· Stelt voor WMCN-LCW weersverwachtingen op ten behoeve van de droogtemonitor, of als WMCN-LCW hier om vraagt.· Stelt weersverwachtingen op voor Rijkswaterstaat en DCC IenM, en voor waterschappen indien daar afspraken over zijn gemaakt.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
KNMI àWMCN-LCW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Neemt deel aan de vergadering van WMCN-LCW.- Stemt waar nodig pers- en publiekscommunicatie af met WMCN-LCW.- Stuurt, zo mogelijk, voorafgaand aan de vergadering van WMCN-LCW een
presentatie met daarin informatie over:o Weerbeeld voorgaande periode (waarom is het droog of is de afvoer laag).o Korte termijn, middellange termijn en lange termijn weersverwachting.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
KNMI àDCC-IenM
Reguliere werkzaamheden Zie niveau 1, aanvullend:- Neemt deel aan het MTW.
Zie niveau 2
Pagina 37 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
3.3.3 Rijkswaterstaat WMCN-Rivieren
Relevante reguliere werkzaamheden van WMCN-Rivieren in niveau 0
· Monitort dagelijks de afvoeren van de Rijn en de Maas. Informeert WMCN-LCW als de afvoeren de opschalingscriteria voor niveau 1 naderen.· Stelt voor WMCN-LCW afvoerverwachtingen op ten behoeve van de droogtemonitor, of als WMCN-LCW hier om vraagt.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
WMCN-Rivieren àWMCN-LCW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Is op afroep beschikbaar voor WMCN-LCW.- Verstrekt informatie over de actuele en verwachte afvoeren en waterstanden
van Rijn en Maas aan WMCN-LCW.- Informeert WMCN-LCW als er aanvullende informatiebehoefte is bij
waterbeheerders (waterschappen, Rijkswaterstaat, provincies) over een(dreigende) laagwatersituatie.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
WMCN-Rivieren àwaterbeheerders(Rijkswaterstaatregio,waterschappen,provincies)
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Levert op verzoek van een waterbeheerder extra informatie over de
afvoersituatie en -verwachtingen van Rijn en/of Maas bij een (dreigende)laagwatersituatie, mits de vraag redelijkerwijs past binnen de werkzaamhedenvan het WMCN.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
Pagina 38 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.3.4 Rijkswaterstaat WMCN-Waterkamer
Relevante reguliere werkzaamheden van WMCN-Waterkamer in niveau 0
· Monitort dagelijks de afvoer, watertemperatuur en het chloridegehalte van de Rijn en de Maas. Informeert WMCN-LCW als de opschalingscriteria worden genaderd ofbereikt.
· Publiceert scheepvaartberichten op Teletekst en internet, zoals stremmingen, waarschuwingen, minst gepeilde dieptes en verzorgt zwemwaterberichtgeving.· Monitort op knelpunten voor de scheepvaart als gevolg van lage waterstanden.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
WMCN-Waterkamer àWMCN-LCW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Verzamelt de scheepvaartberichten die te maken hebben met lage
waterstanden en stuurt deze naar WMCN-LCW (frequentie in overleg metWMCN-LCW).
Zie niveau 1 Zie niveau 2
Pagina 39 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
3.3.5 Unie van Waterschappen
Relevante reguliere werkzaamheden van de Unie van Waterschappen in niveau 0
· Onderhoudt haar netwerk met de droogtecoördinatoren bij de waterschappen.· Monitort of bij waterschappen zaken spelen die een relatie hebben met de taken van WMCN-LCW en deelt dit met WMCN-LCW.· Levert input voor de kernboodschap van de droogtemonitor en leest mee, als WMCN-LCW een droogtemonitor maakt.· Onderhoudt contact met crisispartners en wisselt informatie uit.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
UvW à
waterschappenReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Stemt pers- en publiekscommunicatie af.- Stuurt de totale sitrap, verkregen van WMCN-LCW, door aan de
waterschappen.- Deelt adviezen WMCN-LCW met de waterschappen.
Zie niveau 1, aanvullend:- Deelt uitkomsten van het MTW
met de waterschappen.
Zie niveau 2, aanvullend:- Deelt uitkomsten van
AT/ICCb/MCCb met dewaterschappen.
UvW à
WMCN-LCW- Stemt communicatie naar publiek, media en belanghebbenden af met WMCN-
LCW.- Stuurt indien nodig persberichten van de UvW of waterschappen door aan
WMCN-LCW.- Stuurt de sitrap op conform bijlage B, als WMCN-LCW hier om vraagt. UvW
licht de sitrap zo nodig toe.- Neemt deel aan de vergadering van WMCN-LCW.- Meldt relevante knelpunten (bestuurlijk, inhoudelijk etc.) m.b.t. (dreigende)
watertekortsituaties bij WMCN-LCW.- Meldt eventuele bezwaren van eigen achterban tegen berichten en adviezen
WMCN-LCW of RDO.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan WMCN-LCW
eventuele bezwaren van deeigen achterban ten aanzienvan uitkomsten van het MTW.
- Monitort de uitwerking van deuitkomsten van het MTW enkoppelt dit terug aan WMCN-LCW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan WMCN-LCW
eventuele bezwaren van deeigen achterban ten aanzienvan uitkomsten van deAT/ICCb/MCCb.
- Monitort de uitwerking van deuitkomsten van AT/ICCb/MCCben koppelt dit terug aanWMCN-LCW.
UvW à MTW N.v.t. - Neemt deel aan het MTW.- Meldt aan het MTW eventuele
bezwaren van de eigenachterban ten aanzien vanuitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan het MTW eventuele
bezwaren van de eigenachterban ten aanzien vanuitkomsten vanAT/ICCb/MCCb.
Pagina 40 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.3.6 Directoraat Generaal Ruimte en Water (DGRW)
Relevante reguliere werkzaamheden van DGRW in niveau 0
· Monitort of er beleidsmatige, politieke of andersoortige knelpunten zijn die het werk van WMCN-LCW raken, en informeert indien nodig WMCN-LCW, RWS BS en hetDCC IenM daarover.
· Werkt n.a.v. crises en evaluatiepunten beleidsvoorstellen uit en brengt deze verder.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
DGRW à
WMCN-LCWReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Neemt op verzoek deel aan vergadering van WMCN-LCW middels een liaison.- Meldt politieke, bestuurlijke en/of beleidsknelpunten aan WMCN-LCW.- Ondersteunt en adviseert WMCN-LCW.- Stemt pers- en publiekscommunicatie en contact met belanghebbenden af
met WMCN-LCW en DCC IenM.
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan WMCN-LCW
eventuele bezwaren van deeigen organisatie ten aanzienvan uitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan WMCN-LCW
eventuele bezwaren van deeigen organisatie ten aanzienvan uitkomsten van deAT/ICCb/MCCb.
DGRW à DCCIenM / RWS BS
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Meldt politieke, bestuurlijke en/of beleidsknelpunten aan DCC IenM en RWS
BS.- Stemt eventuele informatievoorziening naar de minister van IenM af met
RWS BS en DCC IenM.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
DGRW à MTW N.v.t. - Neemt deel aan het MTW alshier om gevraagd wordt.
- Meldt aan MTW eventuelebezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan MTW eventuele
bezwaren van de eigenorganisatie ten aanzien vanuitkomsten van deAT/ICCb/MCCb.
Pagina 41 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
3.3.7 DCC Infrastructuur en Milieu (DCC IenM)
Relevante reguliere werkzaamheden van DCC Infrastructuur en Milieu (DCC IenM) in niveau 0
· Vraagt jaarlijks actuele crisis- en calamiteitenplannen op met betrekking tot waterverdeling en droogte bij WMCN-LCW en RDO-en.· Monitort crisismeldingen over knelpunten m.b.t. waterverdeling en droogte en informeert zo nodig WMCN-LCW.· Bewaakt op procesniveau de informatie-uitwisseling binnen het departement IenM en tussen andere departementen en IenM.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
DCC IenM à
WMCN-LCWReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Neemt deel aan de vergadering van WMCN-LCW.- Bewaakt samenhang met eventuele andere crises die spelen.- Stemt met WMCN-LCW af over contacten met de drinkwaterbedrijven.
Zie niveau 1, aanvullend:- Faciliteert vergadercyclus RDO,
WMCN-LCW en MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Faciliteert vergadercyclus RDO,
WMCN-LCW, MTW enAT/ICCb/MCCb.
DCC IenM à
DG RWSReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Informeert de DG RWS over (dreigende) situatie van watertekort en droogte.- Ondersteunt en adviseert DG RWS over eventueel te nemen maatregelen.
Zie niveau 1, aanvullend:- Stelt op verzoek van DG RWS
MTW in.- Stemt met DG RWS af welke
organisaties betrokken worden.
Zie niveau 2
DCC IenM à MTW N.v.t. - Faciliteert MTW.- Neemt deel aan het MTW-
overleg.
Zie niveau 2
DCC IenM à
DGRW / RWS BSReguliere werkzaamheden, aanvullend:- Stemt eventuele informatievoorziening naar de minister van IenM af met RWS
BS en DGRW.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
DCC IenM à
AT/ICCb/ MCCbvia NCC
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Stelt NCC op de hoogte van het activeren van WMCN-LCW.- Stuurt de droogtemonitor door naar NCC.
Zie niveau 1, aanvullend:- Stelt NCC op de hoogte dat het
MTW actief is.- Informeert NCC en de
crisispartners over hetdepartementaal beeld vanIenM.
Zie niveau 2, aanvullend:- Stemt met NCC opschaling naar
niveau 3 en bijbehorende actiesaf.
- Informeert crisispartnersbinnen en buiten IenM overdepartementaal beeld o.a. viaNCC.
- Ondersteunt het NCC bij hetfaciliteren en informeren vanAT/ICCb/MCCb.
Pagina 42 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.3.8 DCC Economische Zaken (DCC EZ)
Relevante reguliere werkzaamheden van DCC Economische Zaken (DCC EZ) in niveau 0
· Monitort crisismeldingen knelpunten m.b.t. waterverdeling en droogte en informeert WMCN-LCW en DCC IenM daarover.· Bewaakt op procesniveau de informatie-uitwisseling binnen het departement EZ en tussen de departementen van IenM en EZ.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
DCC EZ àWMCN-LCW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Ondersteunt en adviseert WMCN-LCW indien hier om gevraagd wordt.- Informeert WMCN-LCW over signalen van Tennet m.b.t. leveringszekerheid.- Neemt op verzoek of op eigen initiatief deel aan de vergadering van WMCN-
LCW.- Stemt eventuele pers- en publiekscommunicatie en contacten met
belanghebbenden af met WMCN-LCW.
Zie niveau 1, aanvullend:- Informeert WMCN-LCW over
departementaal beeld EZ.
Zie niveau 2
DCC EZ àDCC IenM
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Onderhoudt contact met DCC IenM over het droogtebeeld, politiek-
bestuurlijke knelpunten en de situatie bij belanghebbenden.- Stemt eventuele pers- en publiekscommunicatie en contact met
belanghebbenden af met DCC IenM.
Zie niveau 1, aanvullend:- Stemt informatievoorziening
naar NCC met DCC IenM af.
Zie niveau 2
DCC EZ à MTW N.v.t. - Liaison DCC EZ neemt deel aanhet MTW als hierom gevraagdwordt.
- Informeert MTW overdepartementaal beeld EZ.
- Stemt pers- enpubliekscommunicatie encontacten met belang-hebbenden af in het MTW.
Zie niveau 2
DCC EZ à TenneT Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Vraagt TenneT om informatie over de leveringszekerheid van elektriciteit.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
DCC EZ àAT/ICCb/ MCCbvia NCC
N.v.t. - Informeert NCC over hetdepartementaal beeld van EZ.
Zie niveau 2
Pagina 43 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
3.3.9 Interprovinciaal Overleg (IPO)
Relevante reguliere werkzaamheden van het Interprovinciaal Overleg (IPO) in niveau 0
· Monitort knelpunten m.b.t. waterverdeling en droogte en informeert WMCN-LCW daarover.· Onderhoudt een netwerk van droogtecontactpersonen bij de provincies.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
IPO à provincies Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Vraagt provincies om informatie over (dreigende) knelpunten als gevolg van
de droogte of watertekorten (politiek, bestuurlijk, met belanghebbenden,watervoorziening etc.).
- Stemt pers- en publiekscommunicatie door de provincies en IPO af metWMCN-LCW.
- Deelt adviezen van WMCN-LCW met de provincies.
Zie niveau 1, aanvullend:- Deelt uitkomsten van het MTW
met de provincies.
Zie niveau 2, aanvullend:- Deelt uitkomsten
AT/ICCb/MCCb met provincies.
IPO àWMCN-LCW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Stemt pers- en publiekscommunicatie en contact met belanghebbenden over
waterverdeling en droogte af met WMCN-LCW.- Stuurt persberichten van het IPO of de provincies door aan WMCN-LCW.- Neemt deel aan de vergadering van WMCN-LCW.- Meldt relevante knelpunten (bestuurlijk, inhoudelijk etc.) m.b.t. (dreigende)
(koel)watertekortsituaties aan WMCN-LCW.- Meldt eventuele bezwaren van eigen achterban tegen berichten en adviezen
van WMCN-LCW en RDO aan WMCN-LCW
Zie niveau 1, aanvullend:- Meldt aan WMCN-LCW
eventuele bezwaren van eigenachterban ten aanzien vanuitkomsten van het MTW.
- Monitort de uitwerking van deuitkomsten van het MTW enkoppelt dit terug aan WMCN-LCW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan WMCN-LCW
eventuele bezwaren van eigenachterban ten aanzien vanuitkomsten van deAT/ICCb/MCCb.
- Monitort de uitwerking van deuitkomsten van AT/ICCb/MCCben koppelt dit terug aanWMCN-LCW.
IPO à MTW N.v.t. - Neemt deel aan het MTW alshier om gevraagd wordt.
- Meldt aan MTW eventuelebezwaren van de eigenachterban ten aanzien vanuitkomsten van het MTW.
Zie niveau 2, aanvullend:- Meldt aan MTW eventuele
bezwaren van de eigenachterban ten aanzien vanuitkomsten van deAT/ICCb/MCCb.
Pagina 44 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.3.10 Rijkswaterstaat Bestuursstaf
Relevante reguliere werkzaamheden van Rijkswaterstaat Bestuursstaf in niveau 0
· Monitort de bestuurlijke en maatschappelijke omgeving op knelpunten m.b.t. waterverdeling en droogte en informeert zo nodig WMCN-LCW.· Ondersteunt en adviseert de DG Rijkswaterstaat.
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
RWS BS àWMCN-LCW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Neemt deel aan de vergadering van WMCN-LCW.- Stemt bij droogte, laagwater of watertekortsituaties pers- en
publiekscommunicatie en contacten met belanghebbenden af met WMCN-LCW.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
RWS BS à DGRWS / MTW
Reguliere werkzaamheden. - Neemt deel aan het MTW. Zie niveau 2
RWS BS àDCC IenM /DGRW
Reguliere werkzaamheden, aanvullend:- Stemt eventuele informatievoorziening naar de minister van IenM af met DCC
IenM en DGRW.
Zie niveau 1 Zie niveau 2
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Pagina 45 van 54
3.4 Managementteam Watertekorten (MTW)
Opschaling naar niveau 2 betekent opschaling naar het departementale niveau vanIenM. In algemene zin houdt dit in, dat een zogenaamde Coördinatiegroep (CG),onder voorzitterschap van de DG-RWS de situatie beoordeelt en besluitvormingvoorbereidt. De DG RWS doet dit als portefeuillehouder crisisbeheersing voor alleIenM-beleidsterreinen.
Voor watertekorten en droogte bestaat een bijzondere vorm van de CG, hetManagementteam Watertekorten (MTW). Bij watertekorten en droogte wordt veelbelang gehecht aan de samenwerking binnen de waterkolom, om tot goede enbreed gedragen besluitvorming te komen. Daarom zijn naast de meest betrokkenbeleidsvelden binnen het departement IenM ook de Unie van Waterschappen en hetInterprovinciaal Overleg vast vertegenwoordigd in het overleg. Daarnaast wordtvanwege de belangen voor landbouw en industrie en energievoorziening (koelwater)veelal ook het ministerie van EZ uitgenodigd. Het MTW wordt geadviseerd doorWMCN-LCW en ondersteund door DCC IenM.
Het MTW wordt actief zodra water zodanig schaars of van slechte kwaliteit is, datafspraken nodig zijn die buiten de gangbare werkwijze vallen.De voorzitter neemt in zijn rol als DG Rijkswaterstaat besluiten over de verdelingvan rijkswater. De leden van het MTW vertalen het gedeelde beeld en de gemaakteafspraken naar besluiten in de eigen omgeving.
DG-RWS informeert de Minister IenM over de situatie en de genomen maatregelenen adviseert over de eventueel gewenste opschaling naar niveau 3. CommunicatieRijkswaterstaat of IenM (DCO) coördineert de communicatie naar pers, publiek enbelanghebbenden over de landelijke situatie en de genomen maatregelen. DCC IenMinformeert het NCC en de crisispartners over het departementale beeld.
Samenstelling van het MTW- De kern van het MTW wordt gevormd door DG-RWS, LNM, adviseur BS,
voorzitter LCW, DCC IenM en communicatie.- Daarnaast zijn vast uitgenodigd KNMI, UvW en IPO aangevuld met
ondersteuning (verslag e.d.) vanuit RWS en het DCC-IenM.- Verder kunnen, afhankelijk van belangen die spelen, de volgende partijen
worden toegevoegd: EZ (landbouw, natuur, industrie, recreatie en energie),DGB (scheepvaart), DGRW, ILenT (energie, warmtelozingen) en eventueelandere belanghebbende overheden.
Bevoegdheden en taken van de leden van het MTW- Adviseren van de DG-RWS en bijdragen aan een gemeenschappelijke
belangenafweging.- Vertalen van de uitkomsten van het MTW naar besluiten in de eigen omgeving.
Pagina 46 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
3.5 AT, ICCb en MCCb
Als een (dreigende) crisis een sector overstijgt en/of bij (mogelijke) opschaling vande crisisbeheersing naar het nationale niveau, wordt op hoog ambtelijk niveau eenAdviesteam (AT) en/of de Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing (ICCb)geactiveerd. Het ministerie van VenJ activeert een AT en/of ICCb op verzoek van dedirecteur crisisbeheersing van VenJ, of de DG, IG of SG van het betrokkenministerie. Zowel AT als ICCb vergaderen bij het NCC.
Als de situatie vraagt om coördinatie of besluiten van intersectorale crisisbeheersingop politiek-bestuurlijk niveau, kan de Ministeriele Commissie Crisisbeheersing(MCCb) bijeenkomen. Als coördinerend minister activeert de minister van VenJ deMCCb. Dit kan ook op verzoek van een bewindspersoon van een betrokkenministerie of de minister-president. Uitgangspunt is dat de minister van VenJ deMCCb voorzit, als coördinerend minister voor crisisbeheersing, of op diens verzoekde minister-president.
De informatievoorziening van het MTW naar AT/ICCb/MCCb gaat via het DCC IenMnaar het NCC. Het NCC geeft het interdepartementale crisisoverleg vorm inafstemming met het DCC IenM. Het NCC informeert landelijk de crisispartners(veiligheidsregio’s, departementen, waterbeheerders) over de situatie en genomenbesluiten. Indien nodig schakelt het NCC het Landelijk Operationeel CoördinatieCentrum (LOCC) in. Het Nationaal Kernteam Crisiscommunicatie (NKC) coördineertde communicatie naar pers, publiek en belanghebbenden over het landelijkwaterbeeld en de genomen maatregelen.
Zie verder het ‘ Handboek Crisisbeheersing IenM’ (2013) en het ‘NationaalHandboek Crisisbesluitvorming’ van het ministerie van VenJ (2013).
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Pagina 47 van 54
Bijlagen
Pagina 48 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Bijlage A Lijst van afkortingen
AT AdviesteamBS Bestuursstaf (van Rijkswaterstaat)CG CoördinatiegroepDCC-IenM Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing IenMDCC-EZ Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing EZDCO Directie Communicatie (van het ministerie van IenM)DG Directoraat GeneraalDG-RW Directeur-Generaal van DGRWDG-RWS Directeur-Generaal van RWSDGB Directoraat Generaal BereikbaarheidDGRW Directoraat Generaal Ruimte en WaterEZ Ministerie van Economische zakenGRIP Gecoördineerde Regionale IncidentbestrijdingsprocedureGS Gedeputeerde StatenHID Hoofdingenieur-DirecteurICCb Interdepartementale Commissie CrisisbeheersingIenM Ministerie van Infrastructuur en MilieuIG Inspecteur-GeneraalIPO Interprovinciaal Overleg (koepelorganisatie van de provincies)ILenT Inspectie Leefomgeving en TransportKNMI Koninklijk Nederlands Meteorologisch InstituutLCW Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (WMCN-LCW)LNM Landelijk Netwerk Manager van RijkswaterstaatMCCb Ministeriële Commissie CrisisbeheersingMTW Managementteam WatertekortenNAP Normaal Amsterdams PeilNCC Nationaal CrisiscentrumNCTV Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en VeiligheidNKC Nationaal Kernteam CrisiscommunicatieRDO Regionale Droogte-overlegRWS RijkswaterstaatRWS-MN Rijkswaterstaat Midden-NederlandRWS-NN Rijkswaterstaat Noord-NederlandRWS-ON Rijkswaterstaat Oost-NederlandRWS-VWM Rijkswaterstaat Verkeer- en WatermanagementRWS-WNN Rijkswaterstaat West-Nederland-NoordRWS-WNZ Rijkswaterstaat West-Nederland ZuidRWS-ZN Rijkswaterstaat Zuid-NederlandSG Secretaris-GeneraalSitrap SituatierapportageSMWO Stuurgroep Management Water Crises en OverstromingenUvW Unie van WaterschappenVenJ Ministerie van Veiligheid en JustitieVNG Vereniging van Nederlandse GemeentenVR VeiligheidsregioWMCN Watermanagementcentrum Nederland
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Pagina 49 van 54
Bijlage B Situatierapportage (sitrap) WMCN-LCW
De sitrap wordt gebruikt door de waterschappen en Rijkswaterstaat regio’s om deRDO-en en WMCN-LCW een beeld te geven van de situatie in hun beheergebied. Hetbeeld van de individuele waterschappen en Rijkswaterstaat regio’s wordt door deRDO-vertegenwoordiger aangevuld met een samenvattend beeld per RDO. Desitraps worden gedeeld met WMCN-LCW en Unie van Waterschappen. De sitrapsworden gebruikt voor de beeldvorming in de vergadering van WMCN-LCW, hetopstellen van de droogtemonitor en voor adviezen van WMCN-LCW.
In de sitrap worden de volgende zaken beschreven.
Per waterschap· Waterkwantiteit:
o de watervraag/aanvoer in het gebied;o droogval van watergangen;o opzet van peilen;o onttrekkingsverboden uit grondwater en oppervlaktewater;o inspecties boezemkades;
· Waterkwaliteit:o verzilting;o botulisme;o blauwalgen;o vissterfte en zuurstofloosheid;o zwemverboden.
· Effecten voor belanghebbenden.· Het opschalingsniveau van de eigen crisisorganisatie.· Gemaakte persberichten en kernboodschap van die berichten.
Voor de rijkswateren in het RDO-gebied (ingevuld door de regionale onderdelen vanRijkswaterstaat)· Waterkwantiteit:
o de watervraag/aanvoer in het gebied;o opzet van peilen.
· Waterkwaliteit:o watertemperatuur;o verzilting;o botulisme;o blauwalgen;o vissterfte en zuurstofloosheid;o zwemverboden.
· Effecten voor belanghebbenden.· Het opschalingsniveau van de eigen crisisorganisatie.· Gemaakte persberichten en kernboodschap van die berichten.
RDO-vertegenwoordiger· Samenvatting/toelichting op het beeld voor het gebied van het RDO.· Gevraagde besluiten aan WMCN-LCW, MTW of AT/ICCb/MCCb.
Pagina 50 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Bijlage C Droogtemonitor
De droogtemonitor wordt uitgegeven wanneer hier aanleiding toe is en bij de aftrapvan het ‘droogteseizoen’ op 1 april. De droogtemonitor bestaat uit twee delen:
· Droogtemonitor· Bijlage bij de droogtemonitor voor waterprofessionals
De droogtemonitor is voor verspreiding naar de regionale waterbeheerders(waterschappen, Rijkswaterstaat en provincies), media, publiek enbelanghebbenden. De droogtemonitor geeft het beeld van de LCW met betrekkingtot de (dreigende) watertekortsituatie.De bijlage is voor verspreiding naar de regionale waterbeheerders enbelanghebbenden en bevat meer technische/hydrologische details enachtergrondinformatie.
De droogtemonitor bevat:
· De landelijke communicatieboodschap/kernboodschap.· Relevante weerinformatie voor Nederland en de stroomgebieden van de Maas en
de Rijn (actueel en verwacht).· Relevante waterstands- en afvoerinformatie (actueel en verwacht).· Overzicht van de effecten van de verwachte waterstanden.· Een beeld op hoofdlijnen van de watervraag versus het aanbod.· Een beeld van de grondwatersituatie.· Beeld van de situatie in de RDO-en.· Relevante gegevens over waterkwaliteit (chloride, zwemwater,
watertemperatuur).· Overzicht van de genomen maatregelen.· Conclusie (overall duiding situatie).· Datum verschijnen volgende droogtemonitor.· Figuren en kaarten.· Colofon met contactgegevens.
Format RDO-beeld in de bijlage bij de droogtemonitor voor waterprofessionals
Bevat:· Korte terugblik op ontwikkelingen in de afgelopen periode bij eventuele
knelpunten (lage afvoer, lage grondwatersituatie, problemen metwatervoorziening etc.).
· Korte beschrijving actuele situatie.· Korte beschrijving vooruitblik.
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Pagina 51 van 54
Bijlage D Samenstelling Regionaal Droogte-overleg
RegionaalDroogte-overleg
Deelnemende partners
RDO Noord
Rijkswaterstaat Noord-Nederland
Rijkswaterstaat Midden-Nederland
Rijkswaterstaat West-Nederland Noord
Waterschap Noorderzijlvest
Waterschap Hunze en Aa’s
Wetterskip Fryslân
Hoogheemraadschap Hollands
Noorderkwartier
Waterschap Reest en Wieden
Waterschap Groot-Salland
Waterschap Vechtstromen
Waterschap Amstel, Gooi en Vecht
Waterschap Vallei en Veluwe
WaterschapZuiderzeeland
Provincie Fryslân
Provincie Groningen
Provincie Drenthe
Provincie Noord-Holland
Provincie Flevoland
Provincie Overijssel
Provincie Utrecht
RDO Twentekanalen
Rijkswaterstaat Oost-Nederland
Waterschap Reest en Wieden
Waterschap Groot-Salland
Waterschap Vechtstromen
Waterschap Rijn en IJssel
Provincie Drenthe
Provincie Overijssel
RDO Gelderland
Rijkswaterstaat Oost-Nederland
Waterschap Vallei en Veluwe
Waterschap Rijn en IJssel
Waterschap Rivierenland
Provincie Gelderland
RDO West-Midden
Rijkswaterstaat West-Nederland Noord
Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid
Rijkswaterstaat Midden Nederland
Hoogheemraadschap van Rijnland
Hoogheemraadschap van Delfland
Hoogheemraadschap van Schieland en
de Krimpenerwaard
Hoogheemraadschap De Stichtse
Rijnlanden
Waterschap Hollandse Delta
Waterschap Amstel, Gooi en
Vechtstreek
Provincie Zuid-Holland
Provincie Utrecht
Provincie Noord-Holland
RDO Zuid-West
Rijkswaterstaat Zee en Delta
Waterschap Scheldestromen
Waterschap Brabantse Delta
Waterschap Hollandse Delta
Provincie Zeeland
Provincie Noord-Brabant
Agendaleden
Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid
Rijkswaterstaat Zuid-Nederland
RDO Zuid-Oost
Rijkswaterstaat Zuid-Nederland
Waterschap De Dommel
Waterschap Aa en Maas
Waterschap Peel en Maasvallei
Waterschap Roer en Overmaas
Provincie Noord-Brabant
Provincie Limburg
Pagina 52 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Bijlage E Relatie met andere crisisplannen
Bestuurlijke netwerkkaartenDeze beschrijven de crisisbeheersing in Nederland. In totaal zijn er 24 netwerk-kaarten waarin de crisisbeheersing op tal van terreinen wordt beschreven. Het doelis om een overzicht te krijgen van de bestuurlijke partijen in een sector (‘keten’) ende rol die zij vervullen ten tijde van een crisis.Dit draaiboek sluit aan op ‘Kaart 3 – Oppervlaktewater en waterkering’ van debestuurlijke netwerkkaarten.
Nationale crisisplannenHet Landelijk Draaiboek Waterverdeling en Droogte sluit aan op een aantal nationaleplannen. Figuur E.1 geeft hiervan een overzicht.
Figuur E.1. Overzicht van crisisplannen voor verschillende niveaus van crisisbeheersing bij een
overstroming.
Deze plannen worden hieronder kort beschreven.
Nationaal Handboek CrisisbesluitvormingDit Handboek legt de hoofdlijnen vast van het generieke crisisbeheersingsbeleid envan het stelsel met betrekking tot de crisisorganisatie van het Rijk. Het beschrijft dewerkwijze van het Adviesteam (AT), de Interdepartementale CommissieCrisisbeheersing (ICCb), de Ministeriële Commissie Crisisbeheersing (MCCb), en deambtelijke advisering en ondersteuning. AT / ICCb / MCCb besluit over eensamenhangende aanpak van het geheel van maatregelen en voorzieningen, die hetRijk treft in samenwerking met andere organisaties ter voorbereiding op, ten tijdevan en met betrekking tot de nafase van intersectorale crises waarbij de nationaleveiligheid in het geding is.
Nationaal Handboek Crisisbesluitvorming (2013)
Handboek Crisisbeheersing DCC-IenM (2013)
Landelijke Draaiboek Waterverdeling en Droogte (2015)
Handreiking Watertekort en Warmte(Handboek LCW) (2015)
Crisis-, calamiteiten- en/ofcoördinatieplannen van betrokkenwaterbeheerders en crisispartners
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte | 9 december 2015
Pagina 53 van 54
Figuur E.1 Overzicht van de Nationale Crisisstructuur op hoofdlijnen.
Handboek Crisisbeheersing DCC-IenMTijdens een (dreigende) crisis voor een van de beleidsvelden van het ministerie vanIenM coördineert het DCC-IenM de informatievoorziening binnen dit ministerie.DCC-IenM is dan onder meer verantwoordelijk voor het crisisbeheersingsproces.Daarnaast faciliteert DCC-IenM de vergaderingen van de verschillende crisis-adviesnetwerken van IenM. In het Handboek Crisisbeheersing IenM zijnopgenomen: achtergrondinformatie, actoren met verantwoordelijkheden en hunonderlinge relaties, relevante wetgeving en netwerkkaarten.
Crisis-, calamiteiten- en/of coördinatieplannen crisispartnersDe crisisplannen van de KNMI, waterschappen, Rijkswaterstaat, provincies enveiligheidsregio’s vormen de basis voor crisisbeheersing bij een (dreigende)watertekortsituatie. Voor een goede werking van het Landelijk DraaiboekWaterverdeling en Droogte moeten de afspraken worden doorgevoerd in de plannenvan de verschillende crisispartners.
Handreiking Watertekort en Warmte (Handboek LCW)De Handreiking Watertekort en Warmte is het handboek van WMCN-LCW. Hierin zijnde afspraken uit het Landelijke Draaiboek Waterverdeling en Droogte naderuitgewerkt voor WMCN-LCW en de RDO-en, onder andere per rol enopschalingsniveau. Ook bevat de handreiking veel achtergrondkennis,gebiedsinformatie en scenario’s.
Pagina 54 van 54
| LDWD | Landelijk draaiboek waterverdeling en droogte| 9 december 2015
Bijlage F Literatuuroverzicht
Beheer- en Ontwikkelplan voor de Rijkswateren (BPRW). Ministerie vanInfrastructuur en Milieu, Rijkswaterstaat.
Beleidskader crisisorganisatie; Rijkswaterstaat. (2013). Ministerie van Infrastructuuren Milieu, Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing, Rijkswaterstaat.
Handboek Crisisbeheersing (2013); Departementaal CoördinatiecentrumCrisisbeheersing, Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Dit omvat twee delen:
- De crisisbeheersingsorganisatie- Praktische informatie en documenten
Instellingsbesluit LCW (2001). Rijkswaterstaat.
Nationaal Handboek Crisisbesluitvorming (2013). Nationaal CoördinatorTerrorismebestrijding en Veiligheid. Ministerie van Veiligheid en Justitie.
Rijkswaterstaat (2009). Landelijk toezichtplan koelwaterlozers. Een beslisschemavoor Handhaving. Rijkswaterstaat Waterdienst, Rijkswaterstaat Utrecht enRijkswaterstaat Oost Nederland.
Slagvaardig crisismanagement; Nota bestuur (2013). Rijkswaterstaat Verkeer- enWatermanagement.
Van der Heiden en Moens (2013). Handboek Crisisbeheersing. RijkswaterstaatVerkeer- en Watermanagement.
Waterwet (2009). Art. 2.9.
Waterbesluit (2009). Art. 2.1 en art. 6.18 lid 3.