5 ‘Laten we de handen ineen slaan. Om elkaar te versterken. Dat was niet alleen de gedachte achter onze oprichting, honderd jaar geleden. Het is ook de basis van de coöperatie als bedrijfsmodel. Natuurlijk: er is niet één karaktereigenschap die ons als bank definieert. Net als iedereen zijn wij een samenspel van karaktereigenschappen. Maar als je me vraagt er één als eerste te noemen? Dan is het die nu al honderd jaar oude wens om samen te werken. Met klanten, leden en medewerkers. En met maatschappelijke, vaak ook duurzame projecten in Utrecht en omstreken. Zodat we allemaal vooruit gaan.’ Rien Nagel, Directievoorzitter Rabobank Utrecht
We laten u met dit verslag graag zien hoe wij ons onderscheiden van andere banken door onze coöperatieve aanpak en hoe wij samen met onze klanten, leden en relaties het verschil maken. Niet alleen in het verleden, maar ook in het heden. En altijd met oog voor de toekomst.
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
5
‘Laten we de handen ineen slaan. Om elkaar te versterken. Dat was niet alleen de gedachte achter onze oprichting, honderd jaar geleden. Het is ook de basis van de coöperatie als bedrijfsmodel. Natuurlijk: er is niet één karaktereigenschap die ons als bank definieert. Net als iedereen zijn wij een samenspel van karaktereigenschappen. Maar als je me vraagt er één als eerste te noemen? Dan is het die nu al honderd jaar oude wens om samen te werken. Met klanten, leden en medewerkers. En met maatschappelijke, vaak ook duurzame projecten in Utrecht en omstreken. Zodat we allemaal vooruit gaan.’
Rien Nagel, Directievoorzitter Rabobank Utrecht
6 7
Rabobank UtRecht en omstRekenDirectie over 2011Raad van Commissarissen over 2011
VerkortFinancieelVerslag 2011
21 betRoUwbaaR 22
Oprichtingsakte 23 Historie 24 25 Universiteit Utrecht en Rabobank 26 27 28 Familiebedrijf GEPU 29 Salem Samhoud 30 Gevoel
31 open 32 33 Oud en jong lid 34 Ralph van Soomeren, directeur Bedrijfsmanagement 35 Swingbo 36 37 38 39 Bank van leden 40 Dichtbijfonds
41 veRbindend 42 43 Band met Papua 44 Pierre van Hedel 45 Rabobank Foundation 46 Plantion 47 Pieter Leyssius, directeur Bedrijven 48 Nedereindse Berg 49 JINC 50 Stimuleringsfonds
81 inspiReRend 82 Het Nieuwe Werken 83 Kunst binnen Rabobank84 Tom Kniesmeijer, toekomst-psycholoog 85 Dienstjaren binnen Rabobank 86 Banktalent 87 Beste werkgever 88 89 90 Medewerkers en hun jubilea
91 innovatief 92 Hier93 ALT 94 95 Mobiel betalen 96
SensOor 97 Innovatieprijs 98 Herman Wijffels, expert in duurzame economie 99 Milieuvriendelijk 100 Later...
veRkoRt financieel veRslagPagina 90 Directieverslag Pagina 92 Raad van CommissarissenPagina 94 Verkorte jaarrekeningPagina 95 Accountantsverklaring
10x 10x 10x
10x 10x
Inhoud
01 samenweRkend 02
Boerderij in de Kijker 03 De VoorleesExpress 04 05 06 Rien Nagel, directievoorzitter 07 Kaliber en Rabobank 08 Sofie van den Enk
09 10 Klanten en hun jubileum
61 veRantwooRdelijk 62 De Groene prikkel 63 De BouwEenheid64 65 Water, with honours 66 Rabobank Senior Service 67 Creative Valley 68 69 Goede doelen en hun impact 70 Maatschappelijk betrokken
51 ambitieUs 52 Raiffeisen (1818-1888) 53 Bert Bruggink, bestuurder Rabobank Nederland 54 55 Ambities toen en nu 56 Wat Trude Maas wil 57 Wat Gerlach Cerfontaine wil 58 59 Medewerkers en hun drijfveren 60 Verder komen
11 sociaal 12 Stichting FC4YOU13 14 Kasteel de Haar en Rabobank 15 Binnenstadse economie 16
Lievelein & Co 17 Frans Backhuijs, burgemeester Nieuwegein 18 Voelsprieten 19 Sponsoring 20 Coöperatieve gedachte
01de handen ineenslaan. samen meeR dan de som deR delen zijn. de eigen kwaliteiten en belangen afstemmen met die van de andeR. Klanten helpen in het bereiKen van hun doelen.
DE SAMENWERKING ‘Ik geloof wat mensen als Herman Wijffels zeggen. Er komt een nieuw
soort economie op. Eén waarin duurzaam en herhaald gebruik van grondstoffen de norm
wordt. En waarin het niet “ieder voor zich” is, maar mensen uit welbegrepen eigenbelang
collectieve oplossingen zoeken. Een lokale bank met een coöperatieve structuur past
ontzettend goed bij zo’n nieuwe economie. Rabobank begon honderd jaar geleden immers
als zelfhulporganisatie. De oprichters besloten samen te werken, elkaar bij de arm te pakken
en te behoeden voor fouten. Niet uit liefdadigheid, maar zodat zij er materieel op vooruit
zouden gaan.’
DE SPANNING ‘Bij een circulaire economie horen ook andere woonvormen. Bijvoorbeeld
groepen die wijken willen waarin zij hun eigen energie opwekken. Of die een leegstaand
kantoorpand besluiten op te knappen en betrekken. We staan ervoor open te onderzoeken
hoe we zulke innovatieve initiatieven kunnen ondersteunen. Want Rabobank Utrecht is
geen honderd jaar geworden door te klagen over de werkelijkheid. Wij zijn van de nieuwe
ideeën. We willen via samenwerking bijdragen aan een meer competitieve en productieve
samenleving. Eén waarin passiviteit minder goed beloond wordt, en ondernemingszin méér.
Een maatschappij met flexibelere woning- en arbeidsmarkten, met oog voor de kwetsbaren,
en met zorg voor het milieu en het klimaat.’
DE SNELHEID ‘Onze focus op samenwerking is nooit veranderd. Wel zijn we van een puur
agrarische bank uitgegroeid tot marktleider op bijna alle bankgebieden. Ondertussen
hebben we ook het Nederlandse banklandschap zien veranderen. Tot 25 jaar geleden was
de verhouding tussen spaarmiddelen en leningen vaak 1:1. Vanaf de jaren 90 maakte de
leningenkant een enorme groeispurt door. Banken vingen deze snelle groei op met geld
uit de internationale kapitaalmarkt. Tot in 2008 de kredietcrisis losbarstte. Nu zie je dat veel
banken een veiligere balans opzoeken – meer zoals Rabobank altijd gedaan heeft. Je ziet
bovendien dat ze minder leunen op wankele internationale kapitaalmarkten. En dat ze de
eigen producten zo transparant mogelijk maken.’
DE STAPPEN ‘Dat laatste is conform de eis van toezichthouders. “Doe niet alleen wat klanten
willen”, is hun boodschap. “Ga een stap verder: leg hen de risico’s helder uit, doe wat goed
voor hen is, en bewijs ons dat je dat klantbelang inderdaad gediend hebt.” Alle banken
kunnen stappen zetten in de aandacht voor dat belang. Wij net zo goed. Maar we hebben wel
een voorsprong. En het pást ons ook om op dit vlak voortrekker te zijn. Wij zijn immers vanuit
klantbelang opgericht.’ <<
Rien Nagelhoudt het, als directievoorzitter van Rabobank Utrecht, graag dicht bij huis. ‘De wereld of het land verbeteren: dat is wel een erg grote opgave voor een lokale bank. Maar meehelpen aan innovatieve oplossingen op gemeentelijk of wijkniveau, dat kunnen we. En daar investeren we ook graag in.’
AANTAL KLANTEN RABOBANK UTRECHT
DOOR DE JAREN HEEN
2008146.116
2011153.001
2009146.959
2010148.727
04
05
(Bron: Maestro)
sam
en-
weRk
endsa
men
-w
eRk
end
14 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
De girl next doorZe presenteert niet alleen programma’s voor de KRO of RTV Utrecht. Sofie van
den Enk leidt ook bijeenkomsten voor leden en medewerkers van Rabobank
Utrecht. Zo maakte ze in 2010 de winnaar bekend van het Dichtbijfonds en was
ze bij de opening van de Rabobank-vestiging aan de Maliebaan. ‘Ik kan mezelf
zijn bij deze bank. Er mag gelachen worden en er is ruimte voor spontaniteit. Dat
vind ik verrassend voor een bank. Ter voorbereiding op een ledenbijeenkomst
krijg ik alle thema’s zonder jargon uitgelegd. Daardoor snap ik alles direct en kan
ik er inhoudelijk mijn tanden in zetten. Ik kan dan vragen stellen die sommige
bezoekers misschien niet durven stellen. En verwacht vervolgens heldere
antwoorden. Presenteren bij Rabobank is topsport. Het mooist van zo’n klus? Het
moment dat er iets misgaat. Er is niets wat humor niet kan oplossen, en humor
maakt zo’n avond alleen maar luchtiger. Daar wordt het leuker van. Ik hoop dat
de leden en medewerkers mij zien als de girl next door. En dat ze me aan durven
te spreken tijdens bijeenkomsten. Ik sta daar immers als schakel tussen de
directie en de werkvloer of de leden.’ <<
08
Wat heeft Jacques Peeters, Teamleider Bedrijven Advies bij Rabobank Utrecht, nodig om een starter op weg te helpen? ‘Complete financieringsaanvragen, een
ondernemingsplan en een investerings-
begroting’, antwoordt hij. ‘Maar als er een
starter binnenkomt met plannen om zijn
droom te verwezenlijken, dan begin ik niet
over formulieren. Ik wil eerst de ondernemer
achter het bedrijf leren kennen. Wie is hij
en wat drijft hem? Want met de mens, de
ondernemer, doe ik zaken. Niet met een
onderneming.’
EERLIJKHEIDTijdens een oriënterend gesprek kijkt Peeters
ook met een kritische blik naar de plannen van
de klant. ‘De belangrijkste vraag: gaat het om
een hobby of om een bedrijf? De eerste kost
geld, de laatste levert geld op. Iemand kan
een fantastisch idee hebben, maar als het niet
rendabel is, dan zeg ik dat ook. We zijn geen
bank die alleen maar financiert. We hebben
zorg voor de ondernemer en die uiten we
door eerlijk te zijn.’
BETROUWBAARHEIDNa de kennismaking komen pas de
formulieren en begrotingen aan bod. ‘Zijn
die nog niet compleet of moet het een en
ander aangescherpt worden? Dan verwijzen
wij de starter door naar een betrouwbaar
adviesbureau binnen ons Rabobank-
netwerk. Naar de belastingconsulenten,
bedrijfsadviseurs en accountants van Kaliber,
bijvoorbeeld; al twintig jaar een trouwe klant
van ons.’
INTERESSETon van Dooren, eigenaar van Kaliber,
duidt de lof van Peeters. ‘Of een klant nu bij
Kaliber of bij Rabobank binnenstapt, hij wordt
goed behandeld en serieus genomen. Er is
oprecht interesse in de ondernemer. Dat is
denk ik ook noodzakelijk als je zakenrelaties
baseert op vertrouwen, zoals Rabobank én
wij doen. Vertrouwen ontstaat pas wanneer
je elkaar leert kennen. Niet door eventjes een
opdracht uit te voeren.’ <<
‘Ik doe zaken met mensen, niet met ondernemingen’
07
Link
s Ton
van
Doo
ren,
rech
ts Ja
cque
s Pe
eter
s
sam
en-
weRk
endsa
men
-w
eRk
end
16 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
de dynamiek van samenleven. een stad vol individuen en groepen. elkaaR de hand toesteken. gevoel hebben vooR elkaaRs behoeften. daaRop inspelen. als mens. als bank.
10x
11
‘We hebben hart voor onze klanten. Van particulieren tot mkb’ers, en van grote bedrijven tot private-bankingklanten. We denken met hen mee, houden in de gaten wat goed voor hen is.’
rien nagel, Directievoorzitter rabobank utrecht
‘Feestelijk’‘Een oogverblindende trouwjurk. Dat is dé
wens van iedere bruid. Mijn opa verkocht
vroeger patronen en mooie stoffen voor
bruidsjaponnen; zo is ons familiebedrijf
ontstaan. Sindsdien is er veel veranderd in
de trouwbranche. Vroeger had iedereen
een naaimachine in huis en was het
vanzelfsprekend dat mensen zelf hun
bruidskleding maakten. Tegenwoordig willen
bruiden graag zien hoe de bruidsjapon hen
staat, voordat ze hem aanschaffen. Door deze
omslag veranderde Covers van stoffenwinkel
naar bruidsmodezaak. Het was de grootste
verandering in ons zestigjarig bestaan.
Inmiddels verkoop ik al ruim twintig jaar een
diverse collectie trouw- en avondkleding,
waarbij de bruidsmoeder ook steeds meer in
de belangstelling komt te staan. Overigens
is er de afgelopen zestig jaar ook veel
veranderd in de manier waarop mensen
trouwen. Je kunt tegenwoordig elkaar het
jawoord geven in een bootje op de Vecht of
heel romantisch op het strand. Ook zien we
steeds vaker homohuwelijken of mensen
die het geregistreerd partnerschap feestelijk
vieren. Voor elk soort huwelijk hebben
wij passende kleding. Daarnaast gaan we
natuurlijk met onze tijd mee en maken we
gebruik van de nieuwste technieken. Zo
bewonderen klanten in de bruidszaak onze
collectie trouwjurken op een iPad.’ <<
Alexandra Covers, Eigenaresse van familiebedrijf en Rabobank-klant Covers Couture
‘Aangenaam’‘Bekroond met de Gouden Pollepel en
benoemd tot het beste restaurant in de
provincie Utrecht. Dat waren vorig jaar onze
wapenfeiten. Ook vierden we ons tienjarig
jubileum. We serveren al sinds onze start
pure, biologische gerechten. Gemaakt met
ingrediënten uit de buurt en passend bij
het seizoen. We willen dat onze dochter
over twintig jaar óók nog lekker kan eten,
dus gaan we voorzichtig om met voedsel
en milieu. We gebruiken bijvoorbeeld
Nederlands kwaliteitsvlees van runderen
op de Veluwe, in plaats van ingevroren en
ingevlogen vee uit Zuid-Amerika. We merken
dat gasten daar nu meer waardering voor
hebben dan tien jaar geleden. En dat zij
ons daarom blijven bezoeken. Al zijn er ook
andere redenen voor zo’n bezoek. Onze
bediening bijvoorbeeld. We voelen aan
voor welke gelegenheid gasten hier komen.
Voeren ze een moeilijk gesprek, dan houden
wij afstand. Is het een feestelijke bijeenkomst?
Dan passen wij ons dáárop aan. Ons doel
is altijd dat onze gasten een aangename
avond hebben. En dat zij deze ervaring delen
met buren, vrienden en familie, zodat die
nieuwsgierig worden en ook eens van onze
gerechten en sfeer komen proeven. Want
over tien jaar willen we heel graag wéér een
jubileum vieren.’ <<
Katy Elst en Ron Ockhuijsen,Eigenaars van Rabobank-klant Restaurant Goesting
‘Kasteel de Haar is uniek. Niet alleen qua grootte, ook qua pracht. Dat maakt het voor Rabobank Utrecht heel bijzonder dit cultureel erfgoed te sponsoren. We krijgen er ook veel voor terug. Een prachtige locatie die we mogen gebruiken voor onze klanten en relaties. En de kans om onze zakelijke band te verstevigen met zowel het kasteel als zijn bezoekers.’
‘Zoveel sociaal kwetsbare jongeren hebben we tot nog toe op weg geholpen. Via ons hebben ze een stap gezet naar een betere toekomst.’ Aldus Karin Pannekoek, directeur van FC4YOU. Deze stichting werd in 2010 in het leven geroepen door FC Utrecht. ‘De club zet zich graag in voor maatschappelijke doelen’, zegt Pannekoek. ‘Dat past ook bij deze vereniging. Van oudsher is FC Utrecht een volkse club. Diepgeworteld in de stad.’ Als sponsor van FC Utrecht geeft Rabobank ook financiële steun aan de stichting. ‘Daardoor kunnen wij nu vijf projecten organiseren. Samen met verschillende maatschappelijke organisaties. Zo helpt het initiatief FC Kicks United jongeren af te kicken van drugs.’ Bij alle projecten staat voetbal centraal. ‘Wij nodigen de jongeren bijvoorbeeld uit voor een wedstrijd in ons stadion. Niet anoniem op de tribune, maar in de skybox. Ze worden vol aandacht ontvangen. Ook ontmoeten ze spelers. Die vertellen hen dan over hun eigen tegenslagen en hoe zij daarmee zijn omgegaan. Dat motiveert jongeren om hun eigen problemen eveneens aan te pakken.’ <<
Sprookje op bezoekZe verkleden zich als sprookjesachtige figuren, pakken een koffer vol boeken en bezoeken de
ene na de andere zorginstelling. Daar lezen ze kinderen voor en vertellen ze hen verhalen. De
vrijwilligers van Stichting Lievelein & Co uit Utrecht zijn er graag geziene gasten. Ook in Reinaerde
Wijkersloot, een Nieuwegeinse woonlocatie voor kinderen met een beperking. ‘Zorgorganisaties
zelf hebben door de bezuinigingen bijna geen tijd meer om iets extra’s te doen met kinderen’,
vertelt Marjolein van Wijk van Lievelein & Co. ‘Daarom vervullen wij die rol. Via fantasierijke
verhalen prikkelen we de verbeelding van kinderen. Zo maken we de wereld een beetje groter
dan de muren van de instelling. En stimuleren we hun liefde voor boeken.’ In 2011 won Lievelein
& Co de hoofdprijs van het Rabo Dichtbijfonds. Het geld besteedde ze onder meer aan nieuwe
boeken, kostuums en goocheltrucs. Van Wijk: ‘De volgende stap is een eigen vertelbus. Daarmee
willen we de regio intrekken. Het lijkt ons fantastisch om op een veldje onze tent op te zetten. En
dat kinderen én hun familie daar dan naar onze verhalen komen luisteren.’ <<
16
Waarom dit onderzoek?‘De aanleiding was een KvK-koopstromenonderzoek uit 2011.
Daaruit bleek dat het steeds slechter gaat in Utrecht. Zo was de
omzet van winkeliers in de binnenstad de laatste jaren met een
derde gedaald. Van die cijfers schrok ik, net als andere ondernemers.
En net als Rabobank Utrecht. Allemaal willen we het tij keren.
Daarvoor moest eerst het economische klimaat van dit gebied in
kaart gebracht worden.’
En dat wordt nu gedaan?‘De ledenraad en directie van Rabobank Utrecht heeft KEO
gevraagd dat overzicht te maken. KEO is de afdeling Kennis
Economisch Onderzoek van Rabobank Nederland. De onderzoekers
van deze afdeling hebben de knowhow en onafhankelijkheid
om een waarheidsgetrouwe analyse te maken van de Utrechtse
economie. Ze dienen bijvoorbeeld niet het belang van één groep,
zoals horeca-ondernemingen of kleine zelfstandigen.’
Wat denkt u zelf dat het grootste probleem is?‘Dat nog geen 10 procent van het winkelpubliek met de auto
naar de binnenstad komt. En dat wordt steeds minder. Terwijl
mensen die met de auto komen méér besteden. Waarom
automobilisten Utrecht mijden? Onder andere vanwege de slechte
bereikbaarheid en de torenhoge parkeertarieven. Mensen vinden
het gemakkelijker en goedkoper om in een andere gemeente te
winkelen. Dat hoor ik ook van mijn eigen klanten.’
Onderzoekt KEO alleen de gang van zaken in de binnenstad?‘Nee, het gaat om de economie van de hele regio. Overigens
hebben we KEO ook een vraag gesteld die wél vooral relevant is
voor de binnenstad. Veel winkeliers in het centrum willen meer
koopzondagen - zoals supermarkten in Utrecht al hebben, net
als winkeliers in de andere drie grote steden. Daarom roepen we
KEO op om een specifieke analyse van de koopzondag te maken.
Inclusief de mogelijke effecten van extra koopzondagen.’
Waarom is het belangrijk de hele regio te onderzoeken?‘Alles hangt met elkaar samen. Als mensen hun auto in Maarssen of
Houten wél snel en goedkoop kunnen parkeren, dan gaan ze daar
eerder winkelen dan in Utrecht. De economie van de binnenstad
staat niet op zichzelf. Ik denk ook dat iedereen baat heeft bij een
economisch gezonde binnenstad. Als die opbloeit, profiteren
omliggende gebieden daarvan.’
Wanneer is KEO klaar met het onderzoek?‘In de tweede helft van 2012. Ik hoop dat we dan een document
hebben waarmee we echt iets kunnen. De onderzoekers van KEO
plaatsen hun bevindingen in een breder kader, inclusief landelijke
trends. Dat vond ik ook zo goed aan de rapportage uit 2010
over Nieuwegein. Voor die gemeente is het KEO-onderzoek heel
belangrijk geweest. Ik hoop dat “ons” onderzoek net zo’n impact zal
hebben.’ <<
‘Betere bereikbaarheid
svp!’‘Iedereen in de regio Utrecht heeft baat bij een binnenstad die het economisch goed doet.’ Dat zegt Mia
Amram, eigenaresse van Sirado, een sieradenwinkel in diezelfde binnenstad. Amram is ook lid van de Ondernemersvereniging Centrum Utrecht en de ledenraad van Rabobank Utrecht. Deze raad verzocht
Rabobank Nederland in 2011 om het economische klimaat in Utrecht te onderzoeken.
Frans Backhuijswerd in 2011 burgemeester van Nieuwegein. ‘Mijn belangrijk-ste taak? Samenwerking stimuleren. Tussen politieke partijen, maar ook tussen de overheid, maat-schappelijke organisaties, burgers en bedrijven. Want bouwen aan een betere samenleving is niet alleen de verantwoordelijkheid van het openbaar bestuur.’
2008
‘De voelsprieten uitsteken. En intensief contact onderhouden met de omgeving. Van een kleine, traditionele Rabobank verwacht je het. Dat ook een grote stadsbank als Rabobank Utrecht het doet: dat vond ik al opvallend toen ik hier in 2011 begon. En ik vind het belangrijk. Want zo komen we te weten hoe we het best een bijdrage kunnen leveren aan Utrecht en omstreken. En hoe we een betere bank kunnen worden.’
ralph van Soomeren, Directeur Bedrijfsmanagement rabobank utrecht
DE ONTWIKKELING ‘Nieuwegein is een dynamische gemeente’, vertelt Frans Backhuijs.
‘Er gebeurt ontzettend veel. Van de cultuursector tot het bedrijfsleven: Nieuwegein ademt
daadkracht.’ Die dynamiek was één van de redenen waarom hij als burgemeester de
gemeente Oldenzaal verruilde voor de stad onder de rook van Utrecht. ‘Nieuwegein heeft
zich in veertig jaar tijd in rap tempo ontwikkeld. Van twee samengevoegde dorpen naar een
stad met 61.000 inwoners. Inmiddels is het moment gekomen om ons niet langer op snelheid
te concentreren. De duurzaamheid en kwaliteit van onze ontwikkeling moeten nu meer
aandacht krijgen.’
DE OPLOSSINGEN Als nieuwe burgemeester stapte hij op een rijdende trein. Er was al veel
in gang gezet. Grootschalige bouwplannen bijvoorbeeld. Zo werd in 2011 het vernieuwde
winkelcentrum City Plaza heropend. En in september zal ook het gerenoveerde theater De
Kom de deuren openen. ‘Nieuwegein heeft nu een echte binnenstad. Het ‘Stadshuis’ staat hier
ook; een spiksplinternieuw gebouw dat ons gemeentehuis, een bibliotheek en een aantal
winkels omvat.’ De centrale locatie én de open, lichte uitstraling van het moderne bouwwerk
passen bij Backhuijs. ‘Ik wil als burgemeester transparant zijn en tussen de mensen staan. We
moeten als gemeente niet op afstand bepalen wat er dient te gebeuren. In Nieuwegein is
veel kennis en kracht aanwezig. Bij organisaties, burgers en ondernemers. Het is onze taak hun
kracht en kennis te activeren. Zodat ze kunnen helpen om vraagstukken op te lossen.’
DE ORGANISATIES Samenwerking is het sleutelwoord, benadrukt Backhuijs. ‘Het gaat erom
relevante partijen met elkaar te verbinden. In Nieuwegein voelen mensen zich bijvoorbeeld
op een aantal plekken niet veilig. Dat probleem los je niet op door alleen met de politie te
praten. Je moet ook met burgers, welzijnswerk, scholen, bedrijven en andere betrokkenen
aan tafel. Uiteindelijk hebben we allemaal hetzelfde doel.’ Een ander voorbeeld van een
succesvolle samenwerking? ‘De Beursvloer. Dat is een evenement waarop bedrijven en
maatschappelijke organisaties diensten, middelen en kennis met elkaar uitwisselen. De laatste
keer is er kennis en inzet uitgewisseld met een omgerekende waarde van meer dan
€ 200.000! Dat is toch prachtig?’
DE ONDERNEMINGEN Bouwen aan een beter Nieuwegein. ‘Meer ondernemingen zouden
daar hun steentje aan mogen bijdragen’, vindt Backhuijs. ‘In navolging van Rabobank Utrecht.
De bank is bijvoorbeeld niet alleen hoofdsponsor van Theater De Kom; ze sponsort ook
diverse sociale projecten. Die maatschappelijke betrokkenheid is echt fantastisch. En zou voor
elk bedrijf vanzelfsprekend moeten zijn.’ <<
17
18
socia
also
cia
al
24 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
10x
wedeRzijds veRtRoUwen. samen een geschiedenis hebben. weten dat je op elkaaR kUnt boUwen in de toekomst. dat je een solide en eeRlijke paRtneR hebt. veilig en veRtRoUwd.
21
veRdeling categoRieën IN EURO’S
‘Samen bereik je meer dan alleen. Dat is de coöperatieve gedachte van Rabobank. We zoeken daarom op allerlei manieren verbinding met de lokale samenleving. Ook door activiteiten te sponsoren waarbij mensen elkaar ontmoeten en samenwerken.’
Stijn terlingen,Sponsormanager rabobank utrecht
oveRzicht sponsoRing 2011
totaal € 795.670
133sponsorprojecten
UTRECHT€ 635.515
83 projecten
NIEUWEGEIN€ 112.761
26 projecten
LEIDSCHE RIJN
€ 47.394
24 projecten
totaal 133 pRojecten € 795.670
19
20€ 392.249
kunst & cultuur,
inclusief festivals
€ 358.542
sport
€ 44.879
overig
soci
aa
l
26 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
betRo
Uw
-b
aa
R
27RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
1964 Het loonzakje maakt plaats
voor de salarisrekening.
1967Het aantal werknemers van
de bank is opgelopen tot dertig.
1965Het kantoor Willem van
Noortplein wordt overvallen. De eerste overval die in Neder-
land het journaal haalt.
1962De Coöperatieve Boerenleenbank Utrecht
fuseert met de Coöperatieve Boerenleenbank voor Utrecht & Achttienhoven. De nieuwe naam:
Coöperatieve Raiffeisenbank Utrecht.
1985De eerste geldautomaat van
Rabobank Utrecht wordt geplaatst bij het kantoor aan
de Maliebaan.
1987Rabobank Utrecht viert haar
75-jarig bestaan. Het jubileum-jaar staat in het teken van de
startende ondernemer.
1993Rabobank Utrecht is actief in vele netwerken. Het legt de bank geen
windeieren. Rabobank Utrecht overschrijdt het balanstotaal van 1 miljard gulden.
1995Het oude beeldmerk wordt vervangen door de zonne-
wijzer. De mens in beweging staat centraal.
1997Rabobank introduceert
internetbankieren.
2005Rabobank Utrecht fuseert
met Rabobank Nieuwegein.
2005 De bank introduceert
iDeal.
2006Rabobank Utrecht fuseert
met Rabobank Nedersticht.
2008Met het Stimuleringsfonds
ondersteunt de bank dit jaar 55 projecten in haar
werkgebied, met een totaal van € 259.458.
2010Rabobank Utrecht voert Het
Nieuwe Werken in met de opening van advieskantoor Maliebaan 15.
2012Rabobank Utrecht bestaat honderd jaar. In het VN-jaar van de Coöperatie nog wel! De jubileumviering
staat in het teken van de coöperatieve identiteit, samengevat in de visie ‘Samen bereik je meer dan alleen’. De bank telt nu zeshonderd medewerkers,
en heeft een balanstotaal van € 5,7 miljard, 138.784 particuliere klanten en 14.217 zakelijke klanten.
1972De Centrale Raiffeisenbank en de Centrale Boerenleenbank fuseren
tot Rabobank Nederland.
23
bet
RoU
w-
ba
aR
1912 De Coöperatieve
Boerenleenbank Utrecht wordt opgericht.
22
29RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
Monique Mourits
28 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
Monique Mouritsvindt het vanzelfsprekend: ‘De wetenschap is er voor iedereen. Van nieuwsgierige kinderen tot levenswijze ouderen.’ Ze is dan ook blij dat Universiteit Utrecht haar kennis graag breed uitdraagt. Via het Centrum voor Wetenschap en Cultuur (CWC). Dit is een samenwerking tussen het Universiteitsmuseum Utrecht, Studium Generale en Parnassos Cultuurcentrum.
paRtneRschap‘Universiteit Utrecht heeft een geweldig belangrijke rol in de stad. Op allerlei gebieden. Bijvoorbeeld als aanjager van innovatie en kennisdeling. En als broedplaats voor duurzame initiatieven. Als bank verbinden we ons graag aan die rol. Daarom werden we in 2011 partner van het Centrum voor Wetenschap en Cultuur. We hopen zo bij te dragen aan kennisdeling en verduurzaming. Bijvoorbeeld via spraakmakende tentoonstellingen in het Universiteitsmuseum. Denk aan “Reset the Future”, waarin kinderen hun eigen toekomst kunnen ontwerpen. Maar als bestuurslid van dit museum wil ik ook een rol spelen door verbindingen te leggen met het bedrijfsleven. Want in deze tijd van overheidsbezuinigingen kun je niet creatief genoeg zijn in het aangaan van samenwerkingen.’
EEUWEN De honderdjarige Rabobank Utrecht is nog maar een jonkie, vergeleken bij
Universiteit Utrecht. Die bereikte in 2012 de eerbiedwaardige leeftijd van 376 jaar. ‘We zijn al
eeuwenlang een betrouwbaar wetenschappelijk instituut’, verklaart Monique Mourits, directeur
van zowel het CWC als het Universiteitsmuseum. ‘En al die kennis willen we doorgeven;
niet alleen aan onze studenten, maar aan de hele stad.’ De universiteit vult deze brede
maatschappelijke rol in met het Centrum voor Wetenschap en Cultuur. Rabobank Utrecht is als
eerste partner aan het centrum verbonden.
DECENNIA ‘Als universiteit willen we bij iedereen – van jong tot oud – een onderzoekende
houding aanwakkeren. Kinderen zijn daarbij een belangrijke doelgroep. Zij raken in het
Universiteitsmuseum enthousiast over de wondere wereld van de wetenschap.’ Het museum
vormt een brug tussen universiteit en samenleving. Decennia aan rijke geschiedenis worden er
gekoppeld aan de nieuwste wetenschappelijke ontdekkingen. ‘Ook volwassenen weten we te
boeien’, vervolgt Mourits. ‘Onder meer door de vele lezingen en debatten die Studium Generale
organiseert. Die trekken volle zalen. En het publiek groeit sterk nu deze bijeenkomsten ook
online te volgen zijn.’
JAREN Sinds enkele jaren trekken de verschillende onderdelen van het CWC samen op. Ze
hebben immers gezamenlijke doelen: het belang van wetenschap uitdragen, de zichtbaarheid
van de universiteit vergroten en de stad Utrecht aantrekkelijker maken. Mourits: ‘Door slim
en strategisch samen te werken, kunnen we die doelen veel effectiever nastreven. Ook
zoeken we naar nieuwe middelen om mensen aan te spreken. Er lopen pilots op het gebied
van gaming en social media. Zo zijn er apps gemaakt waarmee kinderen en hun ouders het
Rariteitenkabinet in het museum ontdekken. Dankzij steun van Rabobank Utrecht kunnen we
deze pilots verder ontwikkelen.’
DAGEN Het CWC wil mensen stimuleren hun talenten te ontplooien. Zo is er voor studenten
het Parnassos Cultuurcentrum, dat een groot aanbod aan cursussen en activiteiten aanbiedt.
Het centrum bevat ook oefenruimtes, en huisvest zowel studentenorkesten en -gezelschappen
als een theatersportgroep. Ook organiseert het CWC culturele activiteiten voor een breder
publiek, onder meer via festival deBeschaving en de Culturele Zondagen. ‘Tijdens zo’n zondag
hield een hoogleraar bijvoorbeeld een boeiend verhaal over medicijnen, in de Winkel van
Sinkel’ , vertelt Mourits. ‘Ik hoop dat het publiek dankzij dit soort activiteiten sterker beseft dat
er binnen de universiteit dingen gebeuren die heel belangrijk zijn – bijvoorbeeld voor ieders
gezondheid. En dat de universiteit dus een stuk dichterbij is dan veel mensen denken.’ <<
24
25
betRo
Uw
-b
aa
Rb
etRo
Uw
-b
aa
R
ZAAK VAN fAMilie
EEN ZAAK VAn relAtieS
‘Het kwam goed van pas dat ik jarenlang in de financiële sector had gewerkt. In 2000 nam ik een deel van de aandelen van het bedrijf over, en in 2007 werd ik financieel directeur. Ik had toen net kinderen en zocht een manier om werk en privé te combineren. Een familiebedrijf is daarvoor natuurlijk heel geschikt. We hebben niet alleen zakelijk een erg goede relatie met Rabobank Utrecht, maar ook privé. En binnenkort krijgen ook mijn kinderen een Rabo-rekening. Zo wordt Rabobank voor mijn gezin ook een soort familiebank.’ <<
nicole van putten (41)
28EEN ZAAK VAn SPeciAliSAtie
‘Logistiek medewerker. Dat was mijn eerste functie in deze horecagroothandel. In de jaren daarna bleef de wereld van de handel en de levensmiddelen me boeien. Zozeer dat ik het bedrijf in het jaar 2000 overnam – van mijn vader. GEPU was toen al uitgegroeid tot een bloeiende onderneming, met een specialisatie in mediterraanse producten. En al sinds ik het me kan herinneren is Rabobank Utrecht onze betrouwbare bankpartner. We doen er alles: sparen, pensioenen, verzekeringen, betalingsver-keer. Tegelijkertijd is de bank ook klant bij óns. Want dagelijks brengen we op het hoofdkantoor aan de Beneluxlaan verse producten langs voor het bedrijfsrestaurant.’ <<
wilbert van putten (43)
EEN ZAAK VAn uitBreiDinG
‘Mijn vader had een cafetaria en ijssalon in Wijk bij Duurstede. Bijna vijftig jaar lang bracht hij zijn producten rond met paard en wagen. In 1968 nam ik het stokje van hem over. De zaak liep als een trein. Ik wilde graag uitbreiden, en begon samen met mijn broer in 1975 een horecagroothandel in Utrecht: GEPU. Sindsdien zijn we niet meer uit Utrecht weg te denken. We hebben hier een grote zelfbedieningswinkel en brengen daarnaast natuurlijk ook bestellingen langs. Dat doen we met busjes en vracht-wagens. Maar ook met onze duurzame, elektrisch aangedreven boot; speciaal voor de horeca aan de Oudegracht.’ <<
‘De betrouwbaarheid die we al sinds jaar en dag uitstralen naar klanten, komt voor een belangrijk deel voort uit onze coöperatieve identiteit. Ook intern beseffen we steeds beter dat deze iden-titeit heel bijzonder is. We zijn er ontzettend trots op. En die trots zullen we in de toekomst steeds sterker uitstralen!’
de deUR open zetten. geen veRboRgen agenda. toegankelijk en benadeRbaaR. luisteren naar de inbreng en ideeën van leden. open kaaRt spelen. eeRlijkheid oveR veRwachtingen.
Ralph van Soomerenwil, als directeur Bedrijfsmanagement van Rabobank Utrecht,graag de basis op orde hebben. ‘In gesprekken leg ik het liefst eerst de context uit voordat ik een punt maak. De kaders moeten duidelijk zijn. Zo sta ik ook in bedrijfsmanagement. De bank moet intern “in control” zijn, voordat we goed kunnen presteren.’
2011DE OPENHEID ‘Direct en extravert. Zo zullen weinig mensen mij ervaren. Ik zeg zelden
zomaar wat, vertel het liefst een compleet en eerlijk verhaal. Zoals ik ook het hele speelveld
wil overzien voordat ik handel. Als je met de auto het circuit op gaat, laat je toch ook
eerst checken of je wielen goed hangen, het stuur geen speling heeft en de remmen het
doen? Precies zo sta ik in mijn directeursrol. Het is mijn taak alle radertjes van deze bank te
analyseren, waar nodig te smeren en voortdurend “in control” te houden. Of “in control” te
brengen, mocht iets de stabiliteit in gevaar hebben gebracht. Want analyses zijn natuurlijk
leuk en aardig, maar er moet wel iets mee gebeuren. Ze moeten leiden tot verbetering. Tot
een nog efficiëntere navolging van wetten en regels, bijvoorbeeld.’
DE ONDERSTEUNING ‘Mijn rol als directeur Bedrijfsmanagement is vooral intern gericht.
Maar ook mijn functie heeft een externe component. Zo ben ik, sinds ik hier in 2011 begon,
verantwoordelijk voor ons netwerk in Nieuwegein. Dat is de bank ten voeten uit: we zijn
geen gesloten bolwerk, maar hebben open lijnen met heel ons werkgebied. Erg mooi vind
ik dat, omdat we zo voortdurend feedback krijgen van klanten en leden. Ik geef hen graag
de aandacht die ze verdienen. Net zoals ik de interne organisatie volop aandacht geef. Die
had dat in 2011 ook nodig. Externe toezichthouders stelden dat jaar namelijk strengere eisen.
Vooral het verbeteren van het “aantoonbaar” voldoen aan die eisen had flink wat voeten in
de aarde. We zorgden bijvoorbeeld voor uitgebreidere vormen van verslaglegging, regelden
ondersteuning voor medewerkers en voerden extra controlemomenten in.’
DE ONONTBEERLIJKHEID ‘Het gevolg van onze maatregelen: nog meer focus op klantbelang
en een extra stabiele organisatie. De maatschappelijke roep om veiligheid vindt in heel
Nederland gehoor – zeker ook bij ons. Zeer positief, vind ik dat. Het past namelijk goed bij
onze lange traditie van degelijk bankieren. Alleen vraag ik me wel af of die maatschappij
ook de keerzijde kent. Het complete, eerlijke verhaal. Bijvoorbeeld dat meer documentatie
en controles gelijk staat aan duurdere en tragere dienstverlening. Dat het wellicht leidt
tot meer standaardisatie. En dat een hogere nettowinst geen luxe of schande is, maar juist
onontbeerlijk om veiliger te bankieren. Die winst vult immers het eigen vermogen aan,
en beperkt zo het bancaire risico bij kredietverstrekking. Stijgt ons eigen vermogen niet?
Dan kunnen we met het oog op de veiligheidseisen niet anders dan minder, duurder geld
uitlenen. Dat treft de huizenmarkt, ondernemers, innovatie en werkgelegenheid. Ik vind het
onze taak om klanten dit totaalplaatje voor te leggen. Om er open over te zijn.’ <<
HET GELUID VAN LEDEN‘Ik vorm de schakel tussen de bank en de samenleving. Want als ledenraadslid ben je de ogen en oren van de bank. Je kunt aangeven wat er speelt in de stad. En nadenken over de dienstverlening. Ik ben jong en leef in een andere generatie en omgeving dan oudere raadsleden. Daardoor kan ik een ander geluid laten horen. Ik wil serieus genomen worden als ledenraadslid. Niet als applausmachine dienen, maar bruikbare input leveren. En ik leer tegelijkertijd veel over financiën. Dat is erg waardevol.’ <<
Gadiza Bouazani, Ledenraadslid Utrecht
38 39HET GELOOF VAN LEDEN‘De informele ledenbijeenkomsten zijn bijzonder. Je ontmoet mensen die de bank een warm hart toedragen. Ze geloven in de bank, want waarom zouden ze anders aanwezig zijn? Ze werken er niet, maar tonen wel ontzettend veel betrokkenheid. Ze laten hun mening horen en krijgen antwoord op hun vragen. Op dit soort bijeenkomsten ben ik me er echt van bewust dat we een coöperatie zijn. En dat we daarom bijzonder zijn. Op die manier doen leden mijn collega’s én mij beseffen hoe trots we zijn dat we hier werken.’ <<
DE BAND VAN LEDEN‘Ik zit in een levensfase waarin ik meer vrije tijd heb. Ik wilde heel bewust iets voor de maatschappij doen. Rabobank Utrecht koos ik vanwege de emotionele band. Als klein jongetje ging ik aan de hand van mijn vader naar de lokale Raiffeisenbank om spaargeld te storten. De ledenraad waarborgt het coöperatieve karakter, voor mij het onderscheidend vermogen van de bank. Daarnaast heeft de bank veel te maken met mijn vak: klantenservice. Ik hoop waarde te kunnen toevoegen in de klantenprocessen.’ <<
Peter Alderliesten,Ledenraadslid Leidsche Rijn
BANK VAN LEDEN
36 37DE INVLOED VAN LEDEN‘De maatschappelijke betrokkenheid van de bank spreekt mij aan. Ik heb sterke wortels in de lokale gemeenschap. Het is plezierig om op deze manier een tegen-prestatie te leveren, bijvoorbeeld door mijn netwerk te gebruiken. Interessant was het onderzoek in Nieuwegein dat Rabobank op initiatief van de ledenraad liet uitvoeren. Daarin lagen de sociaaleconomische ontwikkelingen onder de loep. Het onderzoek en de aanbevelingen zijn aangeboden aan de gemeente. Ik vind het een mooi voor-beeld van de invloed die je als raadslid hebt.’ <<
John van Amstel,Ledenraadslid Nieuwegein
open
ope
n
40 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
10x
41
Met haar Dichtbijfonds stelt Rabobank Utrecht een deel van haar winst beschikbaar. De Dichtbijfonds-gelden komen uit het Stimuleringsfonds (Winstuitkeringsfonds). In 2011 verdeelde Rabobank Utrecht via het Dichtbijfonds € 100.000 over 21 verenigingen en stichtingen in haar werkgebied. Telkens ging het om projecten die een extra steuntje in de rug konden gebruiken. Iedereen, klant of geen klant, kon een project aandragen _ zij het uitsluitend online. De projecten die online de meeste stemmen kregen, haalden de finale. De leden van Rabobank Utrecht hadden de laatste stem en verdeelden de geldprijzen.
aantal ingezonden filmpjes peR weRkgebied in 2011
UTRECHTLEIDSCHE
RIJN
NIEUWEGEIN
4811
9
totaal 68
In totaal is er 51.171 keer naar de filmpjes gekeken. 38.533 mensen brachten online hun stem uit op de initiatieven.
68filmpjes voor het Dichtbijfonds
40
mensen of bedRijven aan elkaaR koppelen. zoeken naaR nUttige samenweRkingen. coöperatie. de veRbindende schakel zijn. netweRken voRmen. kRachten bUndelen.
Papua ligt een klein beetje in Nieuwegein. En dan vooral in de woning van Koen de Jager (70). Zijn huis staat vol attributen uit Papua. Ze onderstrepen zijn verbondenheid met het land. Een verbondenheid die zich uit in actie. Mede door zijn betrokkenheid kon vorig jaar een kraamkliniek in Papua de deuren openen. Rabobank Utrecht zorgde voor de inventaris.
veR
bin
den
d
‘Het was de eerste keer dat ik – vanuit
mijn functie – op deze manier voor
toegevoegde waarde kon zorgen.’
Mike Mulckhuyse, beleggingsspecia-
list van Rabobank Utrecht, diende een
financieringsverzoek in bij Rabo
Share4More voor de inventaris van
een kraamkliniek in Papua. Dit
medewerkersfonds van Rabobank
steunt projecten op het gebied van
onderwijs en gezondheidszorg voor
vrouwen, kinderen en gehandicapten.
Medewerkers van de bank kunnen
maandelijks vrijwillig € 4 doneren aan
Rabo Share4More. Dit bedrag wordt
verdubbeld door de Raad van Bestuur.
‘Ik werd getroffen door de verhalen
van Koen de Jager en schrok toen ik
hoorde dat de kindersterfte zo hoog is
in Papua’, vertelt Mike Mulckhuyse. ‘Ik
was dan ook blij voor de stichting
Manusia Papua dat Share4More een
bedrag van € 6.600 toekende.
Inmiddels heb ik de foto’s van de
kliniek en de door Rabobank
bekostigde inventaris gezien. Dat
geeft veel voldoening. Het is mooi om
vanuit een zakelijk contact iets te
kunnen betekenen. Deze ervaring
smaakt naar meer!’ <<
‘Getroffen door passie’ ‘Als jong broekie vervulde ik mijn dienstplicht bij de marine. Het was 1962. Ik was geplaatst op
de Hr. Ms. Kortenaer, die was uitgezonden naar toenmalig Nederlands Nieuw-Guinea. Bijna
negen maanden dobberden we voor de kust. Een enkele keer ging ik aan land. De Papua’s die
ik daar ontmoette, maakten indruk op me. Ik kon goed met ze opschieten, ook al spraken we
elkaars taal niet. We deelden dezelfde humor. Maar toen werd Nieuw-Guinea overgedragen
aan Indonesië, en voeren we weer naar huis. Ik trouwde, kreeg kinderen en ging in de
verzekeringen.’
GERAAKT ‘In 2000, ik was inmiddels met pensioen, stelde mijn vrouw voor om naar Papua
te reizen. Ik twijfelde. “Zitten die nou wel op Nederlanders te wachten?”, dacht ik. Ons land
had hen behoorlijk in de steek gelaten, in 1962. Uiteindelijk gingen we toch. Het voelde als
thuiskomen. Weer viel ik als een blok voor het land. En wederom werd ik geraakt door de
vriendelijkheid van de mensen. Tegelijkertijd schrok ik van de situatie waarin ze verkeerden.
Papua is rijk aan grondstoffen. Alles is er: goud, koper, nikkel, hout. Desondanks is het door
de Indonesische overheersing een van de armste landen ter wereld. Bijna nergens is de
kindersterfte zo hoog. En er zijn nauwelijks functionerende scholen of klinieken.’
GEWELDIG ‘Terug in Nieuwegein besloot ik me in te zetten voor de mensen in Papua.
Zo werd ik penningmeester van de organisatie Pro Papua. Daarnaast ben ik actief in het
Indonesië Beraad en betrokken bij diverse stichtingen. Een daarvan is Manusia Papua, die de
kwaliteit van leven van de autochtone bevolking in Papua wil verbeteren. Bijna elk jaar ga ik
naar het land toe; de helft van de tijd als een soort werkreis. Dat is geweldig. Ik kom dan op
plekken waar ik als gewone toerist nooit zou komen. En ik ontmoet mensen die ik anders niet
zou tegenkomen.’
GEDREVEN ‘Ik raakte met Rabobank-medewerker Mike Mulckhuyse in gesprek over mijn
bezigheden, toen hij mijn beleggingsportefeuille kwam doornemen. Ik vertelde over de
stichting Manusia Papua, die bezig was een kraamkliniek te bouwen. We zochten nog
financiering voor de inventaris. Via Mike is hiervoor met succes een aanvraag ingediend bij
het medewerkersfonds Share4More. Heel mooi vind ik het dat Rabobank zoiets doet. De
kliniek helpt de kindersterfte in het gebied terug te dringen. En Rabobank draagt daaraan een
steentje bij.’ <<
42
43
44 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
Kwekers doen ’t zelfKwekers van bloemen en planten zochten ruim honderd jaar
geleden naar een manier om hun producten op de markt te
brengen. Ze richtten daarvoor een coöperatie op. Een eeuw en
verschillende fusies verder is Rabobank-klant Plantion in Ede
het resultaat. ‘De laatste fusie was die tussen Bloemenveiling
Oost-Nederland en Veiling Vleuten’, vertelt directeur Operations
Peter Bakker. ‘Dankzij die krachtenbundeling is Plantion nu dé
marktplaats voor bloemisten, hoveniers en detaillisten. Nog
steeds is de onderneming eigendom van de kwekers, zo’n 260 in
totaal. Via de coöperatie creëren de leden een marktplaats waar
de winkelier tegen een aantrekkelijk bedrag bloemen en planten
kan kopen en de kweker daarvoor een optimale prijs ontvangt.’
Dat 2012 het VN-jaar van de Coöperatie is, is volgens Peter Bakker
een herbevestiging van de waarde van dit organisatiemodel.
‘Het voordeel van de coöperatieve vorm is dat de kwekers zich
echt betrokken voelen bij de onderneming en inspraak hebben
in de bedrijfsvoering. We maken winst, maar hebben ook oog
voor de toekomst. Zo houden we de tarieven bewust laag om
de marktplaats aantrekkelijk te houden. Daarnaast konden we
dankzij onze spaarzame bedrijfsvoering in 2009 een splinternieuw
en hypermodern onderkomen laten bouwen.’ <<
46
Een kleine boer in Tanzania bezit twee
melkkoeien. De meeste melk gebruikt
hij om zijn eigen gezin te voeden. Door
een klein deel te verkopen zou hij zijn
inkomenspositie kunnen verbeteren.
Maar hoe houdt hij de melk koel? En hoe
vervoert hij zijn product naar een fabriek?
De oplossing is samenwerking. Door met
duizend soortgelijke boeren de handen ineen
te slaan, wordt het mogelijk om gezamenlijk
een koelsysteem aan te schaffen. En wellicht
een vrachtwagen, om de melk bij iedereen
in te zamelen. Allemaal zaken die de kleine
boer alleen nooit voor elkaar zou krijgen.
Maar daar blijft het niet bij. Samen kunnen
de boeren ook technische kennis inhuren.
Een lening aangaan voor de bouw van een
zuivelfabriekje. De marketing voor de verkoop
van de melk op poten zetten. En zelfs een
programma optuigen om nog meer koeien
te fokken.
Het is een voorbeeld van hoe een
coöperatie duidelijk verschil kan maken.
De Rabobank Foundation ondersteunt
mensen in ontwikkelingslanden om zichzelf
te organiseren. We streven ernaar om via
samenwerking betere leefomstandigheden
en toegang tot financiering te creëren.
Want door inkomensverbetering kunnen
mensen hun kinderen naar school
sturen. Of gezondheidszorg regelen
wanneer er iemand ziek wordt. Rabobank
stimuleert de zelfstandigheid en financiële
onafhankelijkheid van de doelgroep.
Daarom zijn we voorzichtig met het geven
van donaties. We bieden vooral expertise
en netwerken aan; de kennis, kunde en
contacten van onszelf of onze klanten.
Via ons kunnen boeren de hulp van
technische adviseurs inroepen. En we
verstrekken leningen. Bovendien zorgen
we voor commerciële verbindingen tussen
boeren in ontwikkelingslanden en westerse
klanten. Denk aan de cacaoboer uit Ghana
die we in contact brachten met een
chocoladebedrijf in Nederland. We zijn op
deze manier betrokken bij zo’n tweehonderd
projecten in ongeveer 25 landen. Het
leuke is: Rabobank heeft hetzelfde proces
doorgemaakt dat ze nu via haar foundation
begeleidt. In haar eigen begintijd waren
het kleine boeren in De Peel of Brabant die
zich verenigden. Nu willen we onze 110 jaar
ervaring met het coöperatieve model graag
doorgeven aan andere boeren. En hopen we
een bijdrage te leveren aan het voeden van
de groeiende wereldbevolking. Die rol past
ons, als van oorsprong agrarische bank.
Een toenemend aantal klanten van Rabobank,
zowel privé als zakelijk, wil zich inzetten
voor een betere wereld. Wij bieden hen die
mogelijkheid, door hen te vragen een deel
van hun vermogen, kennis en ervaring te
investeren in nieuwe coöperaties. Ze geven
er enthousiast gehoor aan. Dankzij dit
enthousiasme kunnen duizenden boeren
zich inmiddels zelf redden. Van koffietelers in
Nicaragua en groentetelers in Indonesië, tot
melkproducenten in Tanzania. <<
Pierre van Hedel, Directeur Rabobank Foundation
‘Wij schenken een deel van onze nettowinst aan Rabobank Foundation. Net als Rabobank Groep en veel andere lokale banken. De foundation helpt arme mensen zichzelf te helpen. Zo maakt ze het in Kenia mogelijk dat kleine boeren microleningen krijgen. Ik ben daar geweest, via de foundation. Ik gaf micro-kredietinstellingen advies. En zag met eigen ogen hoe dit krediet mensen zelfredzaam maakt.’
PieterLeyssiuswerkt, als kersverse directeur Bedrijven van Rabobank Utrecht, voor het eerst in 15 jaar weer in Nederland. ‘En dan ook nog eens in een organisatie die niet volgens het Angelsaksische model werkt dat ik gewend ben. De banken waar ik in Azië in dienst was gaven de samenleving voornamelijk economische bedrijvigheid terug. Bovendien stonden ze verder van de maatschappij af.’
2008
DE VERBINDING ‘Dat ik in de bankwereld zou belanden, was zeker geen jeugddroom. Ik
was goed in exacte vakken, studeerde werktuigbouwkunde in Delft en liep een halfjaar stage
bij een ingenieursbureau van Stork in Bangkok. Pas na mijn studie voelde ik onrust. Wilde ik
echt een technische baan? Opeens leek het me te veel van hetzelfde, te weinig commercieel
ook. Ik hoorde over een ABN Amro-buitenlandklasje, solliciteerde, werd aangenomen, werkte
voor de afdeling Project Financiering in Nederland en Moskou, rondde de opleiding af, werd
naar China gezonden en zette daar binnen drie jaar een succesvolle multinational corporate
banking business op. Mijn band met de bankwereld was een feit.’
DE VERANTWOORDELIJKHEID ‘Na China werkte ik achtereenvolgens in Korea, Singapore,
Maleisië. Ik leerde de Aziatische markt kennen als zeer competitief en vol mogelijkheden.
We moesten hard werken om onze concurrenten te slim af te zijn en de winstgevendheid
te verhogen. Maar ik bleek er goed in en had een fantastische tijd. Mijn laatste functie was in
Hongkong. Ik werkte er voor RBS, de Royal Bank of Scotland, nadat zij het zakenbankieren van
ABN Amro had overgenomen. Mijn verantwoordelijkheid betrof de Global Network Banking
business van RBS in Azië. Een geweldige baan. Maar toch ging ik terug naar Nederland.’
DE VOETEN ‘Ik heb geen moment spijt gehad van die terugkeer. Ons oudste kind zou naar de
middelbare school gaan. En mijn vrouw en ik hebben altijd gewild dat onze drie kinderen in
het mooie, nuchtere Nederland voortgezet onderwijs zouden volgen. We willen hen hier laten
opgroeien. Zelf kon ik in Nederland kiezen uit enkele werkgevers, maar een gesprek met Rien
Nagel trok me over de streep van Rabobank Utrecht. Sinds half december ben ik directeur
Bedrijven bij deze zelfstandige no-nonsense bank. Ik vind het mooi hoe ze op diverse
terreinen marktleider is en toch zichzelf is gebleven. Hoe ze met beide voeten op de grond
staat, midden in de maatschappij. En hoe ze samenwerking voorop stelt.’
DE VERKOOP ‘Er was een tijd dat het coöperatieve model me wat saai leek. Maar nu zie ik
de kracht van onze band met klanten, werknemers, leden en omgeving. Van onze aandacht
voor natuur en maatschappij bij bancaire keuzes. Rabobank Utrecht doet het niet voor niets
goed in crisistijd, zonder belastinggeld. Ik draag daar graag mijn steentje aan bij. Door met
een duidelijke strategie een goed team neer te zetten, dat de dossiers op orde heeft, onze
bestaande klanten een betere service verleent en pro-actief nieuwe klanten aan ons bindt.
Ik zie graag dat we verder bouwen op onze sterke marktposities, goede producten, gedegen
naam en sterke basis in de maatschappij. We mogen best iets beter laten zien hoeveel mooie
dingen we doen. Dat is mijn inzet.’ <<
‘Als coöperatie sta je sterker. Je kunt als één partij de gemeente benaderen. Door de handen ineen te slaan, bied je investeerders en leveranciers meer zekerheid. Daarom hebben Schaatsvereniging Utrecht en wielerverenigingen Het Stadion en De Volharding samen de coöperatie De Nedereindse Berg opgericht.’
richard van de Berg, Vice-voorzitter van sportcoöperatie De nedereindse Berg
47
48
veRb
ind
end
veR
bin
den
d
48 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
10x
51
100WINSTUITKERINGSFONDSHet Winstuitkeringsfonds is in Utrecht en omgeving beter bekend als het Stimuleringsfonds. Met dit fonds investeert Rabobank Utrecht een deel van haar winst in maatschappelijke, culturele en sociaal-economische projecten. Met als doel om de duurzame ontwikkelingen en de sociale cohesie in wijken te bevorderen. Het gaat daarbij altijd om wijken in Utrecht, Nieuwegein, Vleuten-De Meern, Leidsche Rijn, Haarzuilens en Harmelen.
LEIDSCHE RIJN
NIEUWEGEIN21 PROJECTEN
19 PROJECTEN
Stimuleringsfonds-projecten
UTRECHT60 PROJECTEN
€ 241.220
€ 81.089€ 86.007
veRdeling aantal pRojecten peR weRkgebied in 2011, inclUsief de UitgekeeRde bedRagen
totaal € 658.316
Rabobank foUndation
€ 250.000
+
50
UTRECHT, LEIDSCHE RIJN
EN NIEUWEGEIN
100 PROJECTEN
€ 408.316
weten wat je wilt. en zoeken naaR de beste middelen om dat te beReiken. toeKomstgericht besturen. niet bang zijn om hoge doelen te stellen. idealistisch. hoopvol. eneRgiek.
veR
bin
den
d
51RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
am
bitieU
s
Bert Bruggink
Hoe kijkt u terug op het jaar 2011?‘Het was een jaar met twee gezichten. In het begin leek het erop dat er sprake
was van economisch herstel. De resultaten van Rabobank over de eerste zes
maanden van 2011 bereikten zelfs recordhoogte. Maar in de tweede helft van het
jaar verslechterde de financiële situatie in Griekenland. En deze landencrisis leidde
tot een economische crisis. Ook in Nederland, waar we nu officieel in een recessie
zitten. Inmiddels is de markt weer wat rustiger. Maar de situatie blijft buitengewoon
fragiel. Bijzonder in 2011 was bovendien dat we van Standard & Poor’s, een van de
wereldwijde kredietbeoordelaars, na dertig jaar onze AAA-status moesten inleveren.
Dit had overigens niets te maken met de status van onze bank. Het was het gevolg
van interne aanpassingen door S&P zelf. Honderden banken kregen daardoor een
vernieuwde, verlaagde rating. Het leidde dan ook nauwelijks tot negatieve reacties
van de buitenwereld. En dat is logisch: we blijven een van de hoogst gewaardeerde
banken ter wereld.’
trad in 2004 toe tot de Raad van Bestuur van Rabobank Nederland. Rustige momenten in het bankwezen kende hij sindsdien nauwelijks. De bestuurder blijft er kalm onder. ‘De afgelopen jaren is nadrukkelijk gebleken dat Rabobank het op eigen kracht kan.’
53
am
bit
ieU
s
‘Een mens alleen kan niets; pas velen samen
hebben de kracht het schijnbaar onmogelijke te
realiseren.’friedrich Wilhelm raiffeisen (1818-1888),oprichter van de coöperatieve voorloper van rabobank utrecht
Welke rol speelt u als bestuurder in deze tijd?‘Ik ben veel in overleg. We zijn als bank zelf niet beursgenoteerd, maar hebben wel
ongeveer 250 miljard euro aan obligaties uitstaan. Ik vind het belangrijk om aan beleggers
een eerlijk beeld te schetsen van de situatie op de markt. Dat is een belangrijke les die ik de
afgelopen jaren als bankbestuurder heb getrokken: altijd open kaart spelen.
Ik ben ook veel tijd kwijt aan gesprekken met toezichthouders en regelgevers over nieuwe
wet- en regelgeving. In de laatste 25 jaar hebben we als bank nog nooit zoveel regelgeving
op ons af zien komen als nu. Natuurlijk, we hebben een economische crisis achter de rug
die is begonnen in de bancaire sector. Te weinig banken bleken hun liquiditeit op orde te
hebben. Sommigen moesten zelfs worden gered met belastinggeld. Ik begrijp heel goed
dat toezichthouders vinden dat zoiets nooit meer mag gebeuren. Ontwikkelingen als de
invoering van Basel III vind ik dan ook prima. Maar in Nederland worden we daarnaast
geconfronteerd met lokale initiatieven als de bankenbelasting en de interventiewet.
Deze extra eisen leiden tot minder handelingsvrijheid van banken. En uiteindelijk betaalt
de maatschappij daarvoor de rekening. Het heeft namelijk impact op het verkrijgen van
kredieten. Nu al kunnen bepaalde groepen, zoals starters en zzp’ers, moeilijker aan een
hypotheek of krediet komen. Dat is niet omdat hun risicoprofiel opeens hoger ligt. Het zijn
de extra regels die daarvoor zorgen.’
Hoe ambitieus is Rabobank?‘Rabobank heeft de ambitie om in Nederland op alle financiële deelterreinen een zeer
belangrijke speler te zijn, met hoge marktaandelen. Een zeer zichtbare speler ook, waar
alle klanten terechtkunnen. Daarbuiten willen we een wereldspeler van formaat zijn,
specifiek in de food & agrisector. Die ambitie voor Nederland hebben we al in belangrijke
mate ingevuld. Onze groeiplannen liggen nu met name op de het terrein van grote,
internationaal georiënteerde bedrijven en Private Banking. Daarnaast willen we onze
organisatie nóg efficiënter maken, zodat we klanten sneller en beter kunnen bedienen.
En er gaat veel gebeuren op het gebied van nieuwe media. Deze ontwikkeling biedt
grote mogelijkheden op het gebied van financiële diensten. Ik kan me nog als de dag van
gisteren herinneren dat ik voor het eerst geld haalde uit een automaat op de hoek van de
straat. Vervolgens nam de afgelopen tien jaar internetbankieren een enorme vlucht. En die
ontwikkeling gaat in rap tempo door. Als Rabobank hebben wij de ambitie koploper te zijn
op het gebied van nieuwe media.’
Welke karaktereigenschap vindt u passen bij Rabobank?‘Zelfredzaamheid is een belangrijk fundament van Rabobank. De afgelopen jaren kwam
tijdens de economische crisis nog eens nadrukkelijk naar voren dat wij op eigen kracht
vooruit kunnen. Het was ook de reden waarom deze bank is opgericht: Raiffeisen wilde
dat mensen op het gebied van financiële dienstverlening zelfredzaam konden zijn. Mede
doordat we een coöperatieve bank zijn, staat Rabobank er ijzersterk voor. Ons model –
waarbij we niet streven naar winstmaximalisatie of aandeelhouderswaarde – leidt ertoe dat
we een groot deel van Nederland tot klant mogen rekenen. Het zou wel goed zijn als er
meer erkenning komt voor de kracht van de coöperatie.’ <<
‘Dé bank van en voor Utrecht worden. Dat was de ambitie van Rabobank Utrecht toen ik in 1965 in het bestuur kwam. De Boerenleen-bank en de Raiffeisenbank waren net gefuseerd. Tot dat moment richtten we ons vooral op agrariërs in bijvoorbeeld De Meern. Verder waren we een particuliere spaar-bank, met 24 kantoren in de stad. Ik was de eerste niet-agrariër in het bestuur. Dat ik naast academicus ook boerenzoon was, kwam mooi uit. In 2001 ging ik na 36 jaar met pensioen. Dé bank van en voor Utrecht waren we toen al lang.’Anton Bartels,Bestuurslid en -voorzitter van rabobank utrecht tussen 1965 en 2001
‘Een trainer is belangrijk, maar het team in het veld speelt uiteindelijk de wedstrijd. Zo is het ook met de Raad van Commissarissen. Wij coachen, geven advies, stellen vra-gen. Een goed ingespeeld directie-team haalt vervolgens samen met de medewerkers het maximale uit het bedrijf. De RvC heeft als ambitie om via de toezichthoudersrol een bijdrage te leveren aan een gezonde onderneming. Eén waarin alle zaken op orde zijn en in een goede sfeer verlopen. Een bedrijf bovendien, dat een belangrijke bijdrage levert aan de lokale samenleving.’Peter eillebrecht, huidig voorzitter raad van commissarissen rabobank utrecht
‘Ambassadeur’‘Vooral voor een goede zichtbaarheid van
de Rabobank. En voor mijn persoonlijke
ontwikkeling. Daarom werd ik in 2011 lid
van Winkeliersvereniging Vleuterweide
in Leidsche Rijn. De Rabobank zou in het
winkelcentrum een vestiging openen.
En hoewel die uiteindelijk even op zich
liet wachten, sloot ik me al vroeg bij de
vereniging aan. Ik denk mee over de te
volgen koers en ik help bij het organiseren
van activiteiten. Soms regel ik sponsoring
vanuit de bank. Het belangrijkste is dat
Rabobank zichtbaar is voor ondernemers in
het gebied. Ik vorm een aanspreekpunt voor
mensen met een vraag of klacht.
En ze weten me vanaf het begin te vinden.
Op die manier hoort Rabobank wat er onder
de ondernemers speelt. Als ambassadeur
van de bank ga ik de dialoog aan met de
andere ondernemers en til ik tegelijkertijd
mijn communicatieve vaardigheden
naar een hoger niveau. Omdat Leidsche
Rijn voor Rabobank groter is dan alleen
Vleuterweide, vervul ik deze rol ook bij de
winkeliersvereniging in Harmelen.’ <<
Iris Holtmaat,Teamleider Particulieren en Verkoop & Service Rabobank Utrecht, in Leidsche Rijn en Nieuwegein
‘De gemeente Utrecht telt 43 ondernemersverenigingen. Stuk voor stuk initiatieven waarin bedrijven samenwerking zoeken, omdat ze beseffen dat ze samen verder komen dan alleen. Als coöperatieve bank juichen we dit soort initiatieven toe. En dragen we eraan bij waar mogelijk.’
rien nagel, Directievoorzitter rabobank utrecht
58 59
60
begRijpen dat je een Rol hebt in de samenleving. scheRp zijn op het naleven van kwaliteitsnoRmen. het milieu niet onnodig belasten. Zorgvuldig en gewetensvol omgaan met mensen.
waaRom is eR eigenlijk geen wateRtappUnt op de Uithof?Die vraag kwam in 2011 op tijdens de Honours
Class, een programma over duurzaam ondernemen
van Rabobank Utrecht en Universiteit Utrecht.
‘Kraanwater is in Nederland van uitstekende
kwaliteit. Bovendien is het vergeleken met
bronwater ook nog eens spotgoedkoop en
hartstikke duurzaam! Dan is het toch zonde dat
we nog steeds zoveel plastic bronwaterflessen
vanuit het buitenland naar Nederland verslepen?’
Aan het woord is Pepijn Veling, Honours Class-
deelnemer. Het tij kan gekeerd worden, meent
Veling. ‘Vergemakkelijk gedragsverandering.
Een spraakmakende kraanwatercampagne en
een toegankelijk watertappunt kunnen mensen
overhalen vaker te kiezen voor kraanwater.´
Veling bekeek hoe hij zo’n campagne en tappunt
kon realiseren. Hij vond hulp bij medewerkers
van Rabobank Utrecht en Universiteit Utrecht.
‘Zo kwam er daadwerkelijk een tappunt op
het universiteitsterrein. Op het grasveld voor
Rabobanks werk- en relaxspot Hier. Sinds
de feestelijke opening op 22 maart 2012 –
Wereldwaterdag – kan iedereen daar gratis zijn
bidon of fles vullen met kraanwater!’ <<15kwaliteitseisen. Daaraan moet bronwater voldoen. Niet verkeerd, natuurlijk. Maar het aantal kwaliteitseisen voor kraanwater is nog veel hoger. Maar liefst 57!
500keer meer CO2-uitstoot. Daar draag je aan bij, als je flesjes bronwater koopt in plaats van kraanwater drinkt. De vervuiling komt voort uit onder andere de productie, het transport en de afvalverwerking van plastic bronwaterflesjes.
65
1000keer meer betalen voor een flesje bronwater dan voor kraanwater. Veel mensen doen het: bronwaterflesjes worden in Nederland goed verkocht. Onnodig, want kraanwater is hier niet alleen spotgoedkoop, maar ook nog eens van uitstekende kwaliteit.
64
veR
an
t-w
oo
Rdelijkv
eRa
nt-
wo
oRd
elij
k
62 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
Thuis op kantoor‘Het is echt niet meer van deze tijd om als ondernemer alles voor jezelf te willen hebben’, stelt Laurens van
Doorn. Vanuit dat uitgangspunt werkte de vastgoedontwikkelaar jarenlang aan Creative Valley. In 2011 won
dit bedrijfsverzamelgebouw de Rietveldprijs. ‘De jury noemde ons een voorbeeld van hoe kantoorgebouwen
in de toekomst zouden moeten zijn. Dat vervult ons met trots, natuurlijk.’ Ondernemingen kunnen in
Creative Valley hun faciliteiten delen. ‘Daardoor zijn er minder vierkante meters nodig. Ook staan er geen
ruimtes ongebruikt leeg. Bovendien kunnen er leuke en interessante contacten ontstaan tussen het ene en
het andere bedrijf. Tijdens de lunch bijvoorbeeld. Of op de trap, die alle lagen van dit gebouw met elkaar
verbindt. In feite is het pand om de trap heen gebouwd.’ Van Doorn krijgt van Rabobank Utrecht niet alleen
financiële steun, maar ook veel waardering voor zijn uitgangspunten. Inclusief de duurzame manier van
bouwen. ‘Ons pand verbruikt zo min mogelijk energie. En alle materialen kunnen hergebruikt worden.’ Van
Doorn heeft ook oog voor het interieur. ‘Het is belangrijk dat mensen zich hier lekker voelen. Ze moeten
immers presteren. Daarom hechten we veel waarde aan een mooie, sfeervolle inrichting; dat stimuleert.
Werken in Creative Valley voelt als thuis zijn.’ <<
67
Wat is de Senior Service?‘Een telefonische helpdesk voor oudere klanten. Zij kunnen die
gebruiken om vragen te stellen over hun bankzaken. Bijvoorbeeld
de vraag waar ze nog heen kunnen, als het kantoor dat ze kennen
verhuist of sluit. Maar ze kunnen ook aangeven dat ze minder
mobiel worden, en daardoor minder makkelijk bij een vestiging
komen. Of dat ze graag hulp krijgen bij het bankieren. Wij bekijken
dan met hen wat de beste oplossing is.’
Waarom is deze dienst nodig?‘Bankieren verandert in een razend tempo. Jongeren van nu zijn
gewend om hun bankzaken online te regelen. Ze betalen hun
rekeningen via internetbankieren. Of ze gebruiken een app
om geld over te maken. Voor een aantal klanten gaan deze
ontwikkelingen te snel. Zij regelen hun bankzaken liever met
een medewerker van de bank. Als zij niet meer bij een vestiging
kunnen komen, dan kunnen zij de Rabobank Senior Service bellen.’
Hoe werkt die service?‘We hebben drie seniorenadviseurs beschikbaar. Dat zijn
medewerkers met een aantal jaren ervaring in een service- of
adviesfunctie. Elke seniorenadviseur levert maatwerk en moet
daarom in staat zijn creatieve oplossingen te bedenken. Lukt
het bijvoorbeeld niet om problemen telefonisch te verhelpen?
Dan kan een seniorenadviseur op de scooter stappen om naar
iemand toe te rijden. Bijvoorbeeld om te helpen bij het invullen
van een machtiging voor een familielid. Zo kunnen ouderen
zelfstandig blijven bankieren. Sommige klanten willen ook graag
meegaan met technische ontwikkelingen. Daar helpen we hen
dan bij. Bijvoorbeeld door cursussen aan te bieden, waarin ze leren
internetbankieren of mobiel bankieren. Maar als klanten dat niet
willen of kunnen, dan gaan we ze ook niet dwingen.’
Wat doet de Senior Service nog meer?‘Het seniorenteam inventariseert ook de meest voorkomende
problemen onder de doelgroep. Daarvoor heeft de bank contact
met ouderenbonden en bejaardentehuizen. We weten nu
bijvoorbeeld dat ouderen veel vaker dan andere groepen met
contant geld betalen, en dat een deel van hen moeite heeft met
pinnen. Voor hen is er gelukkig de pinautomaat met telefoonhoorn,
die hen begeleidt bij de stappen van pinnen. Natuurlijk zijn er ook
minder mobiele ouderen, die niet naar een pinautomaat kunnen
komen. Voor hen heeft Rabobank altijd nog een geldservice per
post. Al geldt daar wel weer een maximumbedrag voor, vanwege
de veiligheid. We denken nu ook na over andere oplossingen,
samen met de bonden en bejaardentehuizen. Wellicht zijn er nóg
eenvoudigere betaalmethodes te bedenken dan contant geld.’ <<
Van mens tot mens
Internetbankieren, pinnen en mobiel betalen. Voor sommigen mensen gaan de technische ontwikkelingen veel te snel. Om hen te helpen bij bankieren is er de Rabobank Senior Service.
Yvonne van Berlo, manager Particulieren bij Rabobank Utrecht, vertelt over die dienst.
66
‘Bankzaken wil ik met een mens regelen, niet met een computer. Zo ben ik dat gewend van vroeger; dat voelt vertrouwd. Ik hoef niet per se een medewerker te spreken in een Rabobank-vestiging, hoor. Per telefoon mag ook. Voor sommige zaken geef ik gewoon de voorkeur aan persoonlijk contact.’
fieke Ververgaert (70),lid rabobank utrecht
veR
an
t-w
oo
Rdelijkv
eRa
nt-
wo
oRd
elij
k
64 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
10x
niet snel Uit het veld geslagen zijn. stevig met beide benen op de gRond. producten en diensten aanbieden, Zonder opsmuK of onnodige franje. goed gefUndeeRd. geen lUchtkastelen boUwen.
71
‘Met het Stimuleringsfonds stelden we vanuit onze maatschappelijke betrokkenheid in 2011 ruim € 400.000 beschikbaar aan sociaal-economische en maatschappelijke projecten. Met als doel het bevorderen van duurzame ontwikkeling van mensen en wijken.’
MariëlleLichtenbergkan het, als directeur Particulieren van Rabobank Utrecht, niet vaak genoeg benadrukken. ‘We moeten zo dicht mogelijk bij klanten staan. Hen leren kennen. In toegankelijke taal met hen communiceren. En hen vragen mee te denken over onze dienstverlening. Want zij weten als geen ander wat beter zou kunnen.
DE NUCHTERHEID ‘Achterhalen wat beter kan in de organisatie. Dat heel duidelijk
formuleren. En die verbetering met een enorme drive najagen. Zo kennen mensen me. En
zo ben ik ook altijd geweest, tot op de dag van vandaag. Toch ben ik op sommige vlakken
wel veranderd. Natuurlijk laat ik mijn passie en betrokkenheid nog steeds zien bij Rabobank
Utrecht. Maar vroeger hield ik de teugels veel strakker, nam ik mijn teams mee in galop. Nu
put ik steeds meer kracht uit nuchterheid. Uit realiteitszin. We moeten doelen halen, dat
spreekt voor zich. Maar dat hoeft niet altijd op mijn tempo of op mijn manier. Soms heeft een
verandering of medewerker iets meer tijd nodig. En ook collega’s hebben vaak zelf de beste
oplossingen. Aansturen en loslaten, geduld en vertrouwen, gedrevenheid en nuchterheid.
Met het juiste samenspel daartussen maak je goede tijden nog beter, en kun je zelfs de
lastigste momenten het hoofd bieden.’
DE NAJAARSDIP ‘Tot november ging het hartstikke goed met onze hypotheken. De
hoeveelheid klanten, het aantal gesprekken, de omzet en het martkaandeel: alles zat ruim
boven budget. Maar die maand hoorden we dat externe toezichthouders strengere eisen
stelden. In het bijzonder aan onze documentatie van hypotheekadviezen en onderzoeken
naar klantintegriteit. We moesten die documentatie aanscherpen, met terugwerkende
kracht en binnen enkele maanden. Inmiddels hebben we alles weer nagenoeg op orde, maar
er is veel tijd en menskracht in gaan zitten. Daar heeft onze dienstverlening helaas onder
geleden. Zo moesten klanten bijvoorbeeld langer wachten op hypotheekadviesgesprekken.
Vervelend, zeker met een toch al problematische, stagnerende woningmarkt. Een markt die
echt structureel hervormd moeten worden om deze stagnatie een halt toe te roepen. Koop
en verkoop moeten makkelijker worden gemaakt.’
DE NICHE ‘Ondanks de onrust in de laatste twee maanden, was 2011 een financieel geslaagd
jaar voor de bank. Eén verklaring daarvoor is dat wij rekening houden met onze klanten,
leden en omgeving. Zo vroegen we klanten ook vorig jaar weer om via de Denk Mee Met Je
Bank-community suggesties te doen voor betere online en telefonische dienstverlening. Die
community is een initiatief uit onze koker, dat andere lokale Rabobanken nu één voor één
overnemen. Daarnaast luisterden we bijvoorbeeld naar de zorg van klanten over senioren
die slecht ter been zijn, moeite hebben met ICT maar wel graag zelfstandig hun bankzaken
regelen. Onze medewerkers komen nu bij die senioren thuis. Een winstgevende niche? Niet
direct. Maar onze aanpak toont wel wat voor bank we zijn. Sociaal, trouw aan onze klanten en
gericht op hun behoeften en belang. Dat zien de ouderen in kwestie, maar ook hun vrienden,
familie en buren. En hoe meer mensen ons zo leren kennen, hoe beter.’ <<
CONTACTPUNTEN RABOBANK UTRECHT IN 2011
1021
3111
veRkoopkantoRen
advieskantoRen
seRvicepUnt
geldaUtomaten
chipknipaUtomaten
72
73
PARTICULIERgRoenMens en milieu. Daar zet Rabobank zich graag voor in. Daarom biedt ze sinds 1995 de mogelijkheid tot GroenBeleggen, GroenFinancieren en GroenSparen. Voor iedereen die mens en milieu óók een warm hart toedraagt. Neem GroenSparen. Dit is niet alleen een aantrekkelijke combinatie van een variabele rente en belastingvoordeel. Het is ook een manier om bij te dragen aan een betere, schonere leefomgeving.
geneRatieSamen bereik je meer dan alleen. Dat is het uitgangspunt van Rabobank. En het is de gedachte achter de Generatiehypotheek, speciaal bedoeld voor klanten die het moeilijk hebben op de woningmarkt _ van starters tot eenverdieners. Kunnen zij een beetje financiële hulp van (groot)ouders krijgen? Dan zijn ze dankzij deze speciale hypotheek toch in staat hun droomwoning te kopen!
(gRoot)oUdeRsSparen voor de studie, een eerste brommer of misschien wel een auto. Je kunt er niet vroeg mee beginnen. Speciaal voor kinderen heeft Rabobank de Rabo RegenboogRekening en de Rabo TopKidrekening. Op de eerste kunnen (groot)ouders én kinderen geld storten, op de laatste kunnen alleen kinderen dat doen. Bijvoorbeeld tijdens de traditionele Spaarweek.
69RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
71% 69% 37% 23% 17% 11% 6%
BETALEN SPAREN LENENVERZEKEREN
SCHADE HYPOTHEKENVERZEKEREN
LEVEN BELEGGEN
76
(Bron: Prestatiemonitor Particulieren + Private Banking december 2011)
Dienstafname uitgedrukt in percentages:
Eind december 2011 bedient Rabobank Utrecht in totaal 153.001 klanten, waarvan 138.784 particuliere klanten. Een particuliere klant is een klant die privé bij Rabobank Utrecht bankiert.
Aantal diensten in percentages die zakelijke klanten van Rabobank Utrecht in 2011 samen afnamen:
FINANCIEREN
VERZEKEREN
FINANCIEEL LOGISTIEK
TOTAAL AANTAL DIENSTEN79
(Bron: Maandrapportage Bedrijven december 2011)
ADVIES OP MAATIn totaal heeft Rabobank Utrecht 13 kantoren. Twee daarvan zijn niet alleen gericht op regulier advies, maar ook op bedrijvenadvies. Deze kantoren staan op Hammerskjoldhof 38 en Maliebaan 53. Klanten kunnen hier terecht voor al hun servicevragen op het gebied van hun bedrijf.
Het internetbankieren in 1997. En betalen via iDeal in 2005. Twee methodes die Rabobank Utrecht als eerste Nederlandse bank aanbood. En de innovaties gaan door. Bijvoorbeeld met Minitix en SMS Betalen.
MINITIx...... is een unieke online betaalmethode. Het stelt mensen onder andere in staat om per sms vrienden te betalen. Maar ook om kaartjes te kopen voor evenementen, en die kaartjes vervolgens te ontvangen op een mobiele telefoon. Minitix is geschikt voor betalingen tot €150.
SMS BETALEN...... is een gratis, handige en veilige dienst. Mensen kunnen er eenvoudig geld mee versturen naar iedere telefoon in Nederland. Steeds meer bedrijven maken het mogelijk om met SMS Betalen aankopen te doen. De dienst is voor iedereen beschikbaar, ongeacht bank of provider.
nU
chte
R
14.627 77
78
Van de in totaal 153.001 klanten telde Rabobank Utrecht eind december 14.217 zakelijke klanten. Dit zijn bedrijven, verenigingen en stichtingen.
Daarnaast heeft Rabobank Utrecht twee advieskantoren; één op Beneluxlaan 31-33 en een ander op Maliebaan 15. Hier kunnen klanten uitsluitend op afspraak advies krijgen over hun financiële zaken. Bij de overige 11 vestigingen kunnen mensen zo binnenlopen voor advies en/of service.
nU
chteRn
Uch
teR
72 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
10x
81
500Incompany
Rabobank kwam in 2011 voor het derde opeenvolgende jaar als beste uit de bus in het onafhankelijke Incompany 500-onderzoek. Dit onderzoek leverde een lijst op met de vijfhonderd bedrijven, overheden en instellingen die het beste imago hebben op de Nederlandse markt. De bank bleek dat jaar zowel werkgever nummer 1 als de favoriete zakenpartner van respondenten. Als werkgever kreeg de Rabobank 25 procent meer voorkeursstemmen dan de nummer twee in het onderzoek. En als meest populaire zakenpartner zelfs 50 procent meer. Voor het onderzoek werd gebruik gemaakt van de input van circa 3.500 hoogopgeleide professionals met meer dan 4 jaar werkervaring.
80
mensen in beweging bRengen. medewerKers stimuleren hun dromen na te streven. het goede vooRbeeld geven. enthoUsiasme wekken. als vliegwiel dienen. vRUchtbaRe ideeën planten.
Op welke manier kan Rabobank Utrecht haar coöperatieve karakter intern vertalen?‘Een bedrijfsvisie moet niet alleen maar bestaan uit woorden. Het gaat
erom dat medewerkers heldere beelden hebben bij het coöperatieve
gedachtegoed. Het Dichtbijfonds is een concreet voorbeeld. Maar je hebt
ook een directie nodig die luistert naar mensen en ze bij beleid betrekt. Als je
je medewerkers aanspoort om mee te denken, voelen ze zich betrokken. Zo
ontstaat een identiteit. Mensen uiten die betrokkenheid vervolgens in gedrag.
En daarmee wordt een identiteit ook zichtbaar voor de buitenwereld.’
Wat waren de opvallendste uitkomsten van uw gesprekken met medewerkers?‘Ze voelen zich erg betrokken en verbonden met de bank. Hebben een groot
vertrouwen en geloof in de toekomst. Er is bovendien gezamenlijke energie
om die toekomst vorm te geven. Daarnaast herkennen mensen zichzelf in
de bank. Ze ervaren die als sociaal, dicht bij de mensen, persoonlijk. En dat
overlapt met hun eigen persoonlijkheid. Als communicatiestrateeg kom ik
bij veel bedrijven over de vloer. Maar zo veel interne trots heb ik niet eerder
gezien. Daarin is Rabobank Utrecht echt uniek.’
Wat ziet u de komende jaren als de grootste uitdaging voor Rabobank Utrecht? ‘Enerzijds is de bank van oudsher persoonlijk, dicht bij de mensen, nog net
niet kneuterig. Anderzijds wordt de bank steeds zakelijker. Medewerkers
willen niet doorschieten naar één van beide kanten. Dit delicate
evenwicht bewaren, dat is de grootste uitdaging voor de directie. Ik denk
dat de bank voor een belangrijk deel groot is geworden dankzij haar
persoonlijke, samenwerkende aanpak. Deze aanpak vormt de kern van haar
aantrekkingskracht, dwars door alle veranderingen heen. Ze doet er goed aan
die kern in het oog te houden. Te beschermen. In moeilijke tijden kan ze er
dan altijd op terugvallen.’ <<
is communicatiestrateeg en toekomstpsycholoog. In 2011onderzocht hij de coöperatieve identiteit van Rabobank Utrecht. Daarvoor sprak hij 225 medewerkers, afkomstig uit alle lagen van de bank. ‘Als je mensen aanspoort om mee te denken, voelen ze zich betrokken. Zo ontstaat een identiteit. Die identiteit leidt vervolgens tot gedrag.’
Rabobank is volgens de lezers van het blad Management Team het beste bedrijf van Nederland. Lezers waarderen niet alleen het imago, maar bewonderen ook haar strategie. Ze doen het liefst zaken met Rabobank en zouden er ook graag willen werken. Dat in tijden van financiële crisis uitgerekend een bank met de imagoprijs ervandoor gaat, zegt veel over het vertrouwen dat Rabobank weet uit te stralen, aldus Management Team. De leden zijn de baas en dat zorgt voor een gezonde balans. Een evenwicht tussen geld verdienen én het financieren van de maatschappij, ontwikkeling en ondernemers.
87
1Nummer
De loopbaan van Maarten Kolkman (31) bij Rabobank Utrecht is gerust opvallend te noemen. Negen jaar geleden begon hij
er als telemarketeer, als bijbaantje naast zijn
studie. ‘Ik had als student al een duidelijk doel
voor ogen’, vertelt Kolkman. ‘Ik wilde geen
stoffige onderzoeker worden, maar bij één
van de bedrijven werken in de top 10 van
Nederland. Dat werd Rabobank.’
TALENTNa zijn bijbaantje kwam Kolkman in vaste
dienst op de marketingafdeling. Daar werd
hij herkend als talent. ‘Ik kreeg speciale
loopbaanbegeleiding. Bij het opdoen van
bancaire vakkennis, bijvoorbeeld. En bij
leidinggeven.’ In zeven jaar tijd bekleedde
Kolkman evenzoveel functies. Onder meer
als assistent-teamleider Commerciële
Binnendienst en teamleider Cliëntenadvies.
In 2009 klom hij op tot manager Particulieren.
Daarmee was hij als 28-jarige het jongste
managementteamlid ooit.
TEAMLEIDERSinds een halfjaar geeft Kolkman leiding aan
de Personeelsbank. ‘Een soort minibank voor
medewerkers van de Rabobank Groep’, zegt
hij. ‘De kennis die ik in al die verschillende
functies heb opgedaan, komt nu goed van
pas.’ Rabobank Utrecht heeft hem vanaf het
begin alle kansen gegeven om zichzelf te
ontwikkelen. Kolkman: ‘Zo mocht ik in 2007
als teamleider Cliëntenadvies een nieuw
vestigingsconcept ontwikkelen. Daarmee heb
ik mezelf in de kijker gespeeld. Het gaf mijn
carrière een geweldige impuls.’
TIJGERKolkman ziet zichzelf niet als carrièretijger. Een
goede balans tussen zijn werk en zijn gezin
is voor hem net zo belangrijk als ambitie. ‘Ik
ben ook vader van twee kleine kinderen. En
waarom zou je altijd alleen maar omhoog
moeten op de ladder? Soms is een zijpad
interessanter. Ik plan mijn carrière niet, maar
zet wel heel bewust de koers uit. Misschien is
dat wel mijn grootste talent.’ <<
‘Ik plan mijn carrière niet, ik zet alleen de koers uit’
86
inspiReRen
din
spiR
eRen
d
80 RABOBANK UTRECHT JAARVERSLAG 2011
10x
de moed om nieUwe wegen te bewandelen. nieUwsgieRigheid. technologische innovaties omarmen. vernieuwing aanjagen. altijd op zoek naaR veRbeteRing. gRenzen veRleggen.
91
12,5 jaar in dienst
‘Bij Rabobank Utrecht hangt een informelere
en persoonlijkere sfeer dan bij andere
banken. Dat denk ik tenminste. Ik kan
niet echt spreken uit eigen ervaring,
want de afgelopen 12,5 jaar heb ik
nergens anders gewerkt. Dat informele
en persoonlijke spreekt me in elk geval
aan. Na het behalen van mijn diploma aan
de Hotelschool, kon ik in de horeca mijn
draai niet goed vinden. Toen ik tijdelijk
ging werken bij een uitzendbureau, zag
ik daar de vacature bij Rabobank Utrecht.
Zo ben ik hier terechtgekomen. Eerst was
ik waardemedewerker in de kasbox, later
kreeg ik een functie achter de balie, en
uiteindelijk werd ik financieel adviseur. Bij
de Personeelsbank adviseer ik mijn collega’s
van Rabobank Utrecht, Nederland en
International over onze producten. Erg leuk
en inhoudelijk afwisselend. Een goed contact
met mijn collega’s vind ik net zo belangrijk
als mijn werk zelf. Dat is één van de redenen
waarom ik hier nog steeds op mijn plek zit.
Na al die jaren ken ik veel mensen bij de bank.
Mijn jubileum heb ik dan ook in stijl gevierd,
met een gezellige borrel.’ <<
Erik van der Lee, Verkoop & Serviceadviseur Particulieren, Personeelsbank
96Het is volgens veehouders het ei van Columbus. Zelf noemt bedenker Gerard Griffioen het een revolutie in de landbouw. Niet voor niets won SensOor in 2008 de Herman Wijffels Innovatieprijs. Het gaat om een
ingegoten chip, die in het oormerk van een koe
kan worden geklikt. De chip meet de beweging,
activiteit en temperatuur van de koe. ‘De boer
weet daardoor precies wat het dier doet’, vertelt
Griffioen. ‘De chip houdt in de gaten of de koe
staat, ligt, vreet of herkauwt.’ Is er iets mis met het
dier, dan krijgt de boer meteen een alarmsignaal
via computer en mobiele telefoon. Hij kan
dan direct ingrijpen om erger te voorkomen.
Griffioen: ‘Dat is beter dan genezen. En bovendien
goedkoper. De SensOor bespaart enorm, vooral
op medicijngebruik.’ Na het winnen van de prijs
sleutelde Griffioen met kennisontwikkelaars
als TNO en Wageningen Universiteit aan
het prototype. Eind 2011 kwam SenSoor als
serieproduct op de markt. Griffioen: ‘Sindsdien
leveren we met hoge snelheid. Het systeem is bij
240 bedrijven geïnstalleerd, binnenkort volgen
nog 120 veehouderijen.’ Niet alleen Nederlandse
boeren tonen interesse, Griffioen doet ook zaken
in Duitsland, Denemarken, Portugal, Frankrijk en
Amerika. ‘Binnenkort presenteren we de SensOor
op een grote beurs aan de hele wereld. Er rollen
nu alvast 150.000 SensOren van de band.’ <<
Beter inzicht via het oor
97Een portemonnee zullen we in de
toekomst niet meer nodig hebben. En
ook de pinpas zal overbodig zijn. Straks
betalen we allemaal door onze telefoon
ergens tegenaan te houden. Dankzij
Near Field Communication (NFC), een
technologie die bijvoorbeeld ook in de
ov-chipkaart zit. Het werkt eenvoudig: je
houdt de telefoon bij een NFC-lezer en de
betaling is voltooid. De chip is namelijk
gekoppeld aan je mobiele Minitix-
portemonnee van Rabobank. Of het nog
lang duurt voor het zover is? Integendeel.
Bij sommige sportclubs, cafés en
bedrijfsrestaurants is het al mogelijk
om met de telefoon af te rekenen! Kijk
maar naar de Utrechtse Hockeyclub
Kampong, waarvan Rabobank Utrecht
hoofdsponsor is. Leden kunnen daar hun
drankje in de kantine al ruim een jaar
met hun mobiel betalen. Op dit moment
gebeurt dat nog dankzij NFC-stickers op
hun toestel. Maar in de toekomst is elk
mobieltje in Nederland voorzien van een
NFC-chip. <<
...per chip
94...per internetStel je voor: een belangrijke afspraak loopt uit, maar je parkeertijd zit erop. Je excuseert je en gooit een extra euro in de automaat. Zonder van je plek te komen. Het is mogelijk met mobiel betalen. Je hebt er alleen een app
voor nodig, die gekoppeld is aan je mobiele
Minitix-portemonnee van Rabobank. Mobiel
parkeergeld betalen is nu al mogelijk in Utrecht
en enkele andere steden. Binnenkort kan het in
heel Nederland.
Met een andere app (van MyOrder) kunt je met
je telefoon overigens ook een afhaalmaaltijd
bestellen en betalen. Met deze app zoek je een
broodjeszaak in de buurt. Je plaatst een bestelling
en rekent direct af. Je hoeft dus geen contant
geld op zak te hebben. Een belangrijk voordeel
voor de broodjeszaak is dat de koerier niet meer
met geld over straat hoeft. Dat is een stuk veiliger.
Ook bij steeds meer restaurants en cafés kun je
met je mobiele portemonnee betalen. Zit je op
de Neude op een druk terras dat met MyOrder
werkt? Zoek de menukaart op in de app, bestel
een drankje en betaal. Daarna hoef je alleen
nog te wachten tot de serveerster de bestelling
brengt. Jij wordt snel geholpen, en de serveerster
De financiële sector hulde zich na het uitbreken van de crisis in stilzwijgen, constateert
Herman Wijffels. ‘Tegelijkertijd hoorde ik wetenschappers publiekelijk lelijke dingen roepen
over banken.’ Een tamelijk onvruchtbare situatie, vond de voormalig directievoorzitter van
Rabobank Nederland. Hij richtte daarom in 2010 het Sustainable Finance Lab op. Samen met
een groep wetenschappers wil Wijffels daarmee een constructieve bijdrage leveren aan de
toekomst van de financiële sector.
Het lab formuleerde negen aanbevelingen. ‘Zoals een einde aan bonussen, speculatieve
handelingen en ondoorzichtige producten’, vertelt Wijffels. Het lab adviseert ook de politiek,
bijvoorbeeld over de fiscale behandeling van vreemd vermogen. ‘Nu is er nog volledige aftrek
van rente, zoals voor hypotheken. Wij pleiten voor gelijke behandeling van vreemd en eigen
vermogen.’
VOORBEELD NEMEN Banken moeten helder voor ogen hebben waartoe ze op aarde zijn,
vindt Wijffels. Het antwoord daarop is volgens hem eenvoudig: voorzien in de behoefte van
klanten. En niet primair in datgene wat voor de bank financieel aantrekkelijk is. Banken zouden
een voorbeeld kunnen nemen aan Rabobank. ‘Het is geen toeval dat Rabobank de crisis
relatief goed heeft overleefd. Toen ik directeur was, kwam het aandeelhouderskapitalisme
op. Beursgenoteerde banken namen de aandeelhouderswaarde als maatstaf. Wij voerden de
klantwaarde als referentie in.’
Het grote voordeel van een lokale bank als Rabobank Utrecht is volgens Wijffels dat zij sterk
verbonden is met de regio. ‘Rabobank Utrecht is voortdurend in gesprek met leden en
klanten. Medewerkers weten wat ze moeten leveren om klanten verder te helpen. Die aanpak
zou de hele sector moeten hebben.’
BELANGSTELLING TONEN Het lab voert op dit moment enkele onderzoeken uit. Wijffels:
‘Eén van de belangrijkste vraagstukken is hoe we de sector dienstbaar kunnen maken aan
een duurzame economie en samenleving. Ander onderzoek richt zich op de drijfveren van
bankmedewerkers. Waarom werken ze er? Wat is volgens hen de taak van een bank?’
Het lab zet volgens Wijffels een eerste stap richting een nieuwe economie. ‘Onze
aanbevelingen zijn eigenlijk heel basaal. Het is echt geen abracadabra. Ze zullen misschien
niet vandaag of morgen al navolging krijgen. Maar gaandeweg tonen banken, politiek en
toezichthouders steeds meer belangstelling.’ <<
Herman Wijffelslaat er, als econoom en hoogleraar Duurzaamheid, geentwijfel over bestaan. ‘Banken moeten weer helder voor ogen hebben waartoe ze op aarde zijn.’ Anders gezegd: de financiële sector moet weer dienstbaar zijn aan de klant. En niet handelen uit eigenbelang. Om te onderzoeken wat daarvoor moet gebeuren, riep Wijffels het Sustainable Finance Lab in het leven.
‘Mijn moeder was biologe en nam ons vaak mee de natuur in. Dat heb ik ook altijd gedaan met mijn kinderen. Heerlijk vind ik dat. Ik draag het milieu dan ook een warm hart toe. En daarmee initiatieven als het Sustainable Finance Lab, die op zoek gaan naar een economie die de mens dient zonder zijn leefmilieu uit te putten.’
Rabobank UtRecht en omstRekenDirectie over 2011Raad van Commissarissen over 2011
‘…heeft iedereen een eigen robot. Die doet al je werk, jij krijgt er loon voor.’ (Osman)
‘…kun je alles met je telefoon betalen.’ (Fatima)
‘…heeft iedereen thuis een eigen pinautomaat.’ (Aimane)
‘…kun je met je horloge betalen. Net als een OV-chipkaart.’ (Imad)
‘…staan overal machines in de bank. Die lezen alle contracten en maken een samenvatting. Dan hoef je
zelf niks meer te lezen.’ (Raphaela)
‘…bestaan er alleen nog briefjes van 100 en 1000 euro, want alles wordt duurder.’ (Jasin)
‘…heeft iedereen muntgeld met zijn eigen naam en foto erop.’ (Aimane)
‘…betaal je met een hologram, als je iets op internet bestelt. Als je dat aanraakt, wordt het echt geld.’ (Raphaela)
‘…is Rabobank een hele grote wolkenkrabber van 80 meter breed. Er is geen kluis meer, want overal
staan computers. Nog veel meer dan nu.’ (Aylin) <<
Later...
Osman, Fatima, Aimane, Imad, Raphaela, Jasin en Aylin zijn basisschoolleerlingen uit groep 7 en 8. Ze gaven hun toekomstvisies tijdens hun bezoek met JINC aan Rabobank Utrecht. JINC is een vereniging die met geld en menskracht gesteund wordt door het bedrijfsleven, inclusief Rabobank. JINC laat jaarlijks 20.000 jongeren uit wijken met een sociaal-economische achterstand
kennismaken met het bedrijfsleven. Via beroepsoriëntatie op de werkvloer, het aanleren van (sociale) vaardigheden en workshops over ondernemerschap.
100
VerkortFinancieelVerslag 2011
inn
ova
tief
90 91VERKORT FINANCIEEL JAARVERSLAG 2011
de dienstveRlening: aangescheRpt
Klanten willen 24 uur per dag, zeven dagen per week met hun
financiële dienstverlener kunnen communiceren. We blijven daarom
investeren in de mogelijkheden van telefonie en internet. Ook
hebben we in Winkelcentrum Overvecht het traditionele
kantoorconcept vervangen voor een Rabobank Cash Center. Hier zijn
in een veilige omgeving binnen lange openingstijden alle
cashvoorzieningen beschikbaar. Bovendien is er de mogelijkheid om
via een videoverbinding met medewerkers van ons Servicecentrum
te spreken. In het nieuwe Winkelcentrum Vleuterweide is verder een
kantoor ingericht voor alle service- en adviesdiensten.
We investeren daarnaast op verschillende manieren in de persoonlijke
dienstverlening. In 2011 ontwikkelden we bijvoorbeeld het idee van
de Senior Service, die in 2012 van start ging. Klanten op leeftijd
kunnen desgewenst persoonlijke begeleiding krijgen, zodat zij zo lang
mogelijk zelfstandig hun bankzaken kunnen doen. Voor de grootzake-
lijke markt hebben we verder onze afdeling Corporate Banking
versterkt. Grote bedrijven worden nu meer vanuit de bank zelf bediend
en minder vanuit Rabobank Nederland. Private Banking, ten slotte,
heeft eveneens een sterkere personele organisatie gekregen. Deze
afdeling biedt nu bovendien hoogstaand vermogensmanagement aan.
de klantgeRichtheid: veRhoogd
Vorig jaar gaven wij al aan dat toezichthouders AFM en DNB met
scherpere regelgeving reageerden op de kredietcrisis. Doel van die
aanscherping: risico’s uitbannen en kunnen meten of het klantbelang
wel voldoende aandacht krijgt. De toezichthouders hechten aan
waarden als transparantie, eenvoud in klantbediening en dienstbaar-
heid aan de klant en maatschappij. Die waarden passen bij uitstek bij
onze coöperatieve achtergrond. We hebben deze aspecten altijd
hoog in het vaandel gehad. De mate waarin we nu moeten aantonen
en bewijzen dat we het klantbelang inderdaad dienen, stelt wel extra
eisen aan onze dossiervorming en opleiding van medewerkers. Het is
een bewerkelijk proces om aan die aangescherpte eisen te voldoen,
maar we zetten er de noodzakelijke extra stappen voor. Helaas komt
de commercie hierdoor soms onder druk te staan. Ook ontstaan er
door deze ontwikkeling af en toe te lange wachttijden voor
adviesgesprekken.
de medeweRkeRs: ondeRsteUnd
De vernieuwende dienstverlening. De economische onzekerheid. En
de extra nadruk op het ‘in control zijn’ van de organisatie. Ze vergen
het nodige van de medewerkers. We besteden daarom veel aandacht
aan opleidingen en groeimogelijkheden. Ondertussen is het Nieuwe
Werken-concept ingevoerd, inclusief een bijpassende inrichting van
onze kantoren. Dat Nieuwe Werken brengt een cultuurverandering
met zich mee, waarin openheid, zelfstandigheid en toenemende
verantwoordelijkheid een belangrijke rol spelen. Met de nieuwe
opzet van ons leiderschapsprogramma spelen we in op die
veranderende eisen. Rabobank is in 2011 opnieuw gekozen als beste
werkgever, waardoor we goed in staat zijn de juiste mensen aan te
trekken. Een mooi voorbeeld daarvan is de komst van Pieter Leyssius
als directeur Bedrijven. We zijn blij dat met zijn komst het
directieteam weer compleet is.
de ambities: contRole en gRoei
Zoals gezegd verwachten we dat 2012 in financieel opzicht een wat
minder goed jaar wordt. De onzekerheden zijn nu eenmaal groot.
Veel zal afhangen van de economische groei en van de stabiliteit van
de eurolanden. We zullen te midden van die onzekerheden aandacht
blijven houden voor het ‘in control zijn’ van onze organisatie.
Commercieel zijn er bovendien groeiambities bij Corporate Banking
en Private Banking. Verder zullen we in 2012 vooral onze coöperatieve
identiteit voor het voetlicht brengen, in lijn met het VN Jaar van de
Coöperatie en ons jubileum. Op die manier laten we onze klanten,
leden, omgeving én medewerkers zien hoe Rabobank Utrecht zich
opmaakt voor nog eens honderd jaar coöperatief bankieren.
De directie:
Rien Nagel (voorzitter)
Pieter Leyssius
Mariëlle Lichtenberg
Ralph van Soomeren
VERKORT FINANCIEEL JAARVERSLAG 2011
het economische peRspectief: onzekeR
Het herstel van de Nederlandse economie zette in de eerste helft van
2011 door. Dat kwam vooral door de handel met het buitenland. In de
tweede helft van dat jaar was er geen herstel meer, maar een
bescheiden krimp. En naar verwachting houdt die krimp in 2012 aan;
de neerwaartse risico’s zijn groot. De regio Utrecht doet het ondanks
deze terugval nog goed, vergeleken met andere regio’s. Toch is ook
hier de weerslag merkbaar van afnemende bestedingen. De
huizenmarkt stagneert en in het commerciële vastgoed nemen de
leegstandsproblemen toe.
Het kabinet verlaagde in juli 2011 de overdrachtsbelasting van
6 procent naar 2 procent. Zo wilde het de woningmarkt in beweging
krijgen. Als marktleider in hypotheken deed ook Rabobank een duit
in het zakje: starters hoefden bij ons de eerste vier maanden geen
hypotheekrente te betalen. En we hielpen niet alleen financieel. Zo
boden we starters de online tool ‘Rabo StartSmart’. Hiermee kregen
ze in zes stappen inzicht in alles wat er komt kijken bij het aankopen
van een eerste koopwoning. Ook organiseerden we een succesvol
‘Woonbuffet’, waar potentiële kopers informatie kregen over
nieuwbouwprojecten en financieringsmogelijkheden.
het financiële ResUltaat: gestegen
De krimp van de economie leidde bij Rabobank Utrecht tot een
beperkte balansgroei. Maar dat neemt niet weg dat de
kredietverlening met 5 procent groeide. In een jaar, nota bene,
waarin de bankwereld zware kritiek kreeg op haar terughoudende
kredietverstrekking. Wij merken vanuit ons kredietbeheer wel dat
steeds meer particulieren en bedrijven extra aandacht nodig hebben,
maar dat weerhoudt ons er niet van om krediet te verlenen. Het mkb
is de motor van onze economie, dus door goede ondernemers in het
midden- en kleinbedrijf te blijven financieren, helpen wij die
economie draaiende te houden. Dat is zeer belangrijk.
Naast de beperkte balansstijging heeft ook het hogere winstniveau
de vermogenspositie van de bank versterkt. De nettowinst van
Rabobank Utrecht over 2011 is met € 38,3 miljoen hoger dan vorig
jaar en iets beter dan verwacht. Een verder herstel van de rentewinst
heeft sterke invloed gehad op dit resultaat. Onze verwachtingen voor
2012 zijn minder hoog gespannen; de onzekerheden zijn nu groter
dan gebruikelijk. Mede dankzij de versterking van onze
vermogenspositie hebben we wel betere kapitaal- en
liquiditeitsbuffers. Die zijn conform de eisen die externe
toezichthouders aan banken stellen.
de coÖpeRatieve identiteit: veRnieUwd
Dat wij sinds jaar en dag een coöperatieve aanpak hebben,
onderscheidt ons van andere bankiers. We startten in 2011 een traject
om onze coöperatieve identiteit te vernieuwen. De essentie van deze
vernieuwing ligt in de versterking van de dialoog met onze leden,
klanten en maatschappelijke omgeving. We willen hun
betrokkenheid vergroten, en zo meer ‘van buiten naar binnen
denken’. In een nieuw ledenbeleidsplan is onze visie op de coöperatie
uitgewerkt. Vanuit die visie zorgen we voor betere herkenbaarheid
van onze onderscheidende identiteit. Een hoger aantal leden draagt
bij aan die herkenbaarheid, dus streven we daarnaar. In 2011 groeide
het ledenaantal al met ruim 2.000 naar 28.452.
De ledenbijeenkomsten in 2011 waren een eerste uiting van onze
aangepaste identiteit. Tijdens deze bijeenkomsten gingen leden en
medewerkers direct met elkaar in gesprek. Dankzij de thematische
gesprekstafels was er meer ruimte voor interactie en beantwoording
van individuele vragen. Een andere uiting van onze vernieuwde
identiteit was de digitale community Denk Mee Met Je Bank. Een
representatieve groep klanten hielp ons via deze community om
onze online en telefonische dienstverlening te verbeteren. Verder
was er in 2011 een zogenaamde ‘klantenarena’, waarin wij het
hypothekenproces bespraken met klanten die recent een hypotheek
bij de bank hadden afgesloten.
In 2012 krijgt de versterking van de identiteit nadrukkelijk een
vervolg. Tijdens de viering van ons 100-jarig bestaan zijn er onder de
noemer ‘Het Samenspel’ talrijke initiatieven voor onze medewerkers,
klanten én maatschappelijke omgeving. De vierde editie van het
Dichtbijfonds krijgt ook een extra dimensie, passend bij de
jubileumviering. In 2011 steunden we via het Dichtbijfonds 21
projecten. Via het Stimuleringsfonds zegden we bovendien aan 66
projecten een bijdrage toe van in totaal € 300.000. Inclusief de
bijdrage aan de Rabobank Foundation en het Dichtbijfonds, keerden
we in 2011 een bedrag van € 659.000 uit als coöperatief dividend.
Directieverslagover 2011: een onzeker economisch perspectief, een beter financieel resultaat dan verwacht, een vernieuwing van onze coöperatieve identiteit, een aanscherping van de dienstverlening, een versterkte klantgerichtheid en extra ondersteuning voor medewerkers.
92 93VERKORT FINANCIEEL JAARVERSLAG 2011
RAAD VAN COMMISSARISSEN
(van links naar rechts en van boven naar
beneden):
Johan Wakkie (lid Remuneratiecommissie)
Hanneke Rouwers (lid Remuneratiecommissie)
Anton de Bekker (lid Auditcommissie)
Peter Eillebrecht (voorzitter en voorzitter
Remuneratiecommissie)
Arie Brienen (plaatsvervangend voorzitter,
voorzitter Auditcommissie)
Jan Henk den Adel (secretaris, lid
Auditcommissie)
VERKORT FINANCIEEL JAARVERSLAG 2011
de taken
De Raad van Commissarissen houdt toezicht op het beleid van de
directie, de algemene gang van zaken bij de bank en de naleving van
wet- en regelgeving. Klantbelang is leidend in het beleid en
beleidsuitvoering. De raad geeft de directie daarnaast gevraagd en
ongevraagd advies. Hij is ook verantwoordelijk voor de benoeming,
het ontslag en de beloning van de directieleden. Wat het
beloningsbeleid betreft, volgt de raad het beleid en de regels van de
Rabobank Groep. Tot slot oefent de raad, samen met de directie,
invloed en zeggenschap uit op de strategie van de Groep en het
gezamenlijke beleid.
het pRofiel
Het is belangrijk dat de Raad van Commissarissen deskundig is en zijn
taken onafhankelijk kan vervullen. Elke schijn van belangen-
verstrengeling moet worden vermeden. Elk jaar evalueert de raad
mede op basis van de profielschets zijn eigen functioneren. De
raadsleden volgen daarnaast workshops en bijeenkomsten op het
gebied van governance en bancaire dienstverlening.
de stakeholdeRs
Om zijn taken goed te kunnen vervullen, houdt de Raad van
Commissarissen voeling met belangrijke stakeholders van Rabobank
Utrecht. De voorzitter van de raad heeft regelmatig contact met de
directievoorzitter. Ook heeft de raad twee keer per jaar een overleg
met de ondernemingsraad. Daarnaast bezoeken zij de ledenraads-
vergaderingen en de ledenbijeenkomsten.
de veRgadeRingen
De Raad kwam in 2011 achtmaal bijeen volgens de vaste
vergaderstructuur. De commissarissen hebben de meeste
vergaderingen bijgewoond. De Raad van Commissarissen kent twee
commissies, die ook regelmatig bijeenkomen. De Auditcommissie
vergaderde in 2011 vijf keer over het risicomanagement, de
compliance en de financiële gang van zaken binnen de bank. De
Remuneratiecommissie beoordeelde daarnaast in vier rondes het
functioneren van de directieleden. Ook voerde de Remuneratie-
commissie gesprekken voor de werving van de nieuwe directeur
Bedrijven. En is verheugd deze vacature te hebben kunnen vervullen
met de benoeming van Pieter Leyssius. Een afvaardiging van de Raad
van Commissarissen nam bovendien deel aan de Kringvergaderingen.
de (heR)benoemingen
De ledenraad herbenoemde op 22 juni 2011 mevrouw H. Rouwers in
de Raad van Commissarissen, voor een periode van vier jaar. Er is
besloten om de vacature in de raad in 2012 te vervullen. De voorkeur
gaat uit naar een kandidaat die deel kan uitmaken van de
Auditcommissie. In 2011 is de wervingsprocedure vastgesteld en is
een begin gemaakt met de profielschets. Hiermee wordt
geanticipeerd op het aftreden van twee commissarissen in 2013.
het toezicht
De Raad van Commissarissen hield in 2011 toezicht op de algemene
gang van zaken bij de lokale bank. Ook beoordeelde ze het
functioneren van de directie. Regulier terugkomende onderwerpen
waren de jaar- en kwartaalcijfers, het beleid, de naleving van wet- en
regelgeving en de compliance-organisatie. Over die laatste twee
punten sprak de Raad van Commissarissen met de Local Compliance
Officer van de bank.
de bijzondeRe aandachtspUnten
Begin 2011 rondde de bank de opstelling af van een Strategisch
Kader voor de jaren 2011-2014. Opgesteld met brede betrokkenheid
van medewerkers en de ledenraad. Het kader richt zich op het
versterkt zichtbaar maken van de coöperatieve identiteit.
Met een statutenwijziging werd de overgang naar het zogenaamde
‘Rabomodel’ doorgevoerd. Dit model gaat uit van professioneel
collegiaal bestuur, effectieve ledeninvloed, en een Raad van
Commissarissen die vanuit een coöperatieve grondhouding sterk en
onafhankelijk toezicht houdt. In dit verband werd het leden-
beleidsplan opgesteld. Hiermee zijn de kaders vastgelegd om leden,
klanten en andere stakeholders nadrukkelijker te betrekken bij de
beleidsvoorbereiding. De nieuwe opzet van de ledenbijeenkomsten
in 2011 is één van de uitwerkingen daarvan.
de slotconclUsie
De Raad van Commissarissen is tevreden over de algehele gang van
zaken in 2011. Niet in het minst voor de wijze waarop de bank de
gevolgen van de economische omstandigheden heeft weten op te
vangen. Een grote uitdaging, zeker gezien de toenemende eisen
vanuit regelgeving. Een woord van dank aan directie en medewerkers
is daarom op zijn plaats.
Verslagvan de Raad van Commissarissen. Over zijn taken, profiel, contact met stakeholders, vergaderfrequentie, (her)benoemingen, toezichthoudende rol, bijzondere aandachtspunten en oordeel over het beleid van de bank in 2011.