-
Nicola PorporaCarlo il Calvo Drama per musica
première Rome, Teatro delle Dame, 1738
6012 DECEMBER 2020 14.00 UUR
JAAP VAN ZWEDEN DIRIGEERT FIDELIO
Radio Filharmonisch OrkestGroot OmroepkoorJaap van Zweden
dirigentSimon Halsey koordirigentAldert Vermeulen
assistentdirigent
Anja Kampe sopraan (Leonore)Daniel Frank tenor (Florestan)Georg
Zeppenfeld bas (Rocco)Simon Neal bariton (Don Pizarro)Tareq Nazmi
bas (Don Fernando)Mercedes Arcuri sopraan (Marzelline)Thomas Atkins
tenor (Jaquino)Robert Holl vertellerkoorsolisten: Ben Heijnen tenor
(erster Gefangener) & Lars Terray bariton (zweiter
Gefangener)
Ludwig van Beethoven 1770-1827Fidelio 1804-1814opera in twee
bedrijven naar een libretto van Joseph von Sonn leithner naar
Jean-Nicolas Bouilly’s Léonore, ou l’amour conjugal
De oorspronkelijke dialogen zijn vervangen door een (ingekorte)
Neder-landstalige bewerking door Robert Holl op basis van Rocco’s
Erzählung (1985) van Walter Jens (1923-2013)
Rosa Hendriks voorstellingsleiderEvert-Jan de Groot repetitor
solisten
Rechthebbenden die menen aan deze uitgave aanspraken te kunnen
ontlenen, wordt ver-zocht contact op te nemen met de NTR
ZaterdagMatinee.
-
2 360e seizoen 12 december 2020
Voor het concert van vanmiddag stond oorspronkelijk
Götter-dämmerung van Richard Wagner op het programma. Een opera met
een fors uitgevallen koor en orkest, té fors in de huidige
Covid19-tijden. Daarvoor in de plaats komt Fidelio van Ludwig van
Beethoven, met een kort maar krachtig kooraandeel, en een orkest
van bescheidener formaat – zelfs de tuba ontbreekt. Een keuze die
niet alleen luister bijzet aan de vieringen rond de 250ste
verjaardag van Ludwig, maar ook getuigt van de enorme bewondering
die Richard Wagner koesterde voor zijn grote voorganger. Een
bewondering die hij overigens in de eerste plaats baseerde op de
Negende symfonie. Over de theatrale kwali-teiten van de opera
Fidelio had hij zo zijn bedenkingen. Wat de beide componisten ook
verbindt is de fascinatie voor hun werk, zoals die tot uiting komt
in de enorme hoeveelheid literatuur die er over in de afgelopen
anderhalve eeuw is gepubliceerd. Daarin staat Der Ring des
Nibelungen aan de top, maar Fidelio is een goede tweede.
Beethoven – grensverleggerHet pad naar het succes van Fidelio
ging bepaald niet over rozen. Toen Mozart in 1781 naar Wenen
verhuisde, stond hem maar één doel voor ogen: het Weense publiek
veroveren met zijn opera’s. Op de valreep lukte hem dat met Die
Zauberflöte, die twee maanden voor zijn dood in première ging en
binnen een jaar zijn honderdste uitvoering beleefde. Elf maanden na
Mozarts overlijden vestigde Beethoven zich in Wenen. Hij wist als
pianospelend fenomeen het publiek al gauw voor zich te winnen met
zijn meesterlijke improvisaties, en boekte vroege successen met
zijn beide eerste symfonieën. Over het schrijven voor de menselijke
stem heeft hij zich als vijftiger als volgt uitgelaten: “Ik kan me
steeds perfect een volledig orkest voor-
FIDELIO – EEN LEVENSLANGE WORSTELING
De ZaterdagMatinee op social mediaVia Facebook, Twitter en Insta
gram houdt de Matinee u op de hoogte van het laatste nieuws rond de
concerten. Volg ons, en praat mee!
Uitzending NPO Radio 4 Dit concert – wegens de huidige
corona-omstan-digheden zonder publiek
– wordt uit gezonden via NPO Radio 4. U kunt het ook beluisteren
via ZATERDAGMATINEE.NLHet concert, zonder voor- en/of pauze
programma, kunt u na enkele dagen terugvinden op
NPORADIO4.NL/CONCERTEN
Wolfgang Amadeus Mozart, zilverstift-miniatuur door Doris Stock,
1789
Felicitaties voor Jaap van ZwedenHet is mij een groot genoegen
Jaap van Zweden op deze plek namens de jubilerende NTR
ZaterdagMatinee van harte te feliciteren met zijn zestigste
verjaardag. Het feit dat hij jaren geleden te kennen gaf dat hij op
12 december 2020 – de dag van zijn verjaardag zelf – het Radio
Filhar-
monisch Orkest en het Groot Omroepkoor in de Zaterdag-Matinee
wilde dirigeren, gaf ons jubileumseizoen al bij voorbaat een gouden
randje. Jaap van Zweden heeft immers zijn handen normali-ter vol
aan zijn chef-dirigent-schappen in New York en Hong Kong, en hij
heeft in de weken die dan nog overblij-ven vrijwel alle grote
interna-tionale orkesten praktisch voor het uitkiezen. Maar hij
koos voor zijn geboortestad
Amsterdam, de ZaterdagMatinee, met zijn ‘eigen’ RFO, waarvan hij
in de periode 2005-2012 chef-dirigent is geweest, en het Groot
Omroepkoor, dat net als het orkest 75 jaar geleden werd opgericht.
Met beide ensembles heeft hij tal van onvergetelijke Matinees
gedirigeerd, opzienbarende uitvoeringen van Wagneropera’s, maar ook
tientallen wereldpremières van hedendaagse composities. Ook toen de
coronacrisis de productie van Götterdämmerung op 12 december
onmogelijk maakte, bleef hij ons trouw en stelde hij als
vervangende titel Beethovens Fidelio voor, een opera met een
aanzienlijk kleinere bezetting. En daarmee zijn wij opnieuw bij een
jubilaris aanbeland. Wij herdenken immers dit jaar dat Beethoven
250 jaar geleden in Bonn het levenslicht aanschouwde. Een waardiger
afsluiting van het Beethovenjaar dan zijn enige opera gedirigeerd
door Jaap van Zweden is nauwelijks voorstelbaar.
Kees Vlaardingerbroekartistiek leider NTR ZaterdagMatinee
Kijk zondag naar dit concert op televisie!Een videoregistratie
van dit concert wordt zondag 13 december uitgezonden via NPO 2,
vanaf ca. 19.10 uur (na het programma Podium Witteman).
ROGER N
EVE
-
4 5een appartement op de tweede verdieping van het
theatercom-plex. In het bedompte vertrek voelde de componist zich
niet thuis, maar hij had zo wel uiterst handig toegang tot de
opera-voorstellingen en was daar regelmatig te zien, gebogen over
de rand van de orkestbak. Schikaneder bezorgde Beethoven ook een
libretto, met de titel Vesta’s Feuer; een allegorisch allegaar-tje
dat door Beethoven al snel werd afgedaan als viswijvenge-zwets.
Hoewel Beethoven met bewondering sprak over Die Zauberföte, wist
hij voor de tekstkeuzes van Mozart maar weinig waardering op te
brengen. In zijn eigen woorden: “Ik heb een tekst nodig die mij
inspireert, iets ethisch, verheffends. Teksten zoals Mozart
gebruikte, zou ik nooit op muziek kunnen zetten. Ik heb het nooit
kunnen opbrengen vulgaire teksten te gebrui-ken.”Op eigen
initiatief koos Beethoven voor een alternatief, een Frans libretto
dat beter voldeed aan zijn idealen en paste bij de tijdgeest:
Léonore, ou l’amour conjugal. Het verhaal van een vrouw die zich
verkleed als man opoffert om haar gevangengezette echtgenoot te
bevrijden. Het was in Parijs op muziek gezet door de tenor en
liedjesschrijver Pierre Gaveaux. Dat het onderwerp op dat moment
maatschappelijk relevant was, blijkt wel uit het feit dat ook twee
andere componisten zich met dit libretto bezig hielden: Ferdinando
Paër met zijn Leonora uit 1804, en Simon Mayr met L’Amor coniugale
uit 1805, beide Italiaans gezon-gen. Voor de Duitse vertaling koos
Beethoven voor Joseph von Sonnleithner, een man met goede contacten
bij de censor – geen overbodige luxe bij een libretto dat verzet
tegen het gevestigde gezag tot onderwerp had.Zijn componerende
collega’s zetten een opera in een paar maanden op papier, maar het
heeft Beethoven twee volle jaren gekost om het werk gereed te
krijgen voor de première op 20 november 1805. De opvoering vond
plaats onder rampzalige omstandigheden. Wenen was in staat van
oorlog met Napoleon; de adel en gegoede burgerij – het vaste
operapubliek – hadden de stad verlaten of andere dingen aan hun
hoofd. Om de zaal vol te krijgen waren er vrijkaarten gegeven aan
passerende Franse soldaten. Na een
stellen, en ik kan van alles van instrumenten verlangen. Maar
bij vocale muziek moet ik me altijd afvragen of iets zingbaar is of
niet.” Daarbij gaat Beethoven gemakshalve voorbij aan het feit dat
hij ook in de instrumentale muziek bij voortduring de grenzen heeft
opgezocht en verlegd. Dat was in de Eroica van 1804 niet anders dan
in de eerste versie van Leonore (zoals Fidelio aanvankelijk heette)
uit hetzelfde jaar. Veel muziekgeleerden zien ook over het hoofd
dat Beethoven als negentienjarige twee uiterst zingbare cantates
heeft gecomponeerd. Ze werden weliswaar niet uitgevoerd, maar toen
Brahms ze onder ogen kreeg, merkte hij op dat, zelfs wanneer de
titelpagina geen componistennaam zou dragen, er slechts één
componist in aanmerking kwam, omdat ze door en door klinken als
werk van Beethoven. Zijn mooiste ingeving in die jeugdwerken is de
aria ‘Da stiegen die Menschen an’s Licht’ voor sopraan en koor uit
de Cantate op de dood van Keizer Joseph II. Beethoven bewaarde
altijd alles, en gaf die aria opnieuw een plaats in de finale van
zijn opera, waar Leonore de hereniging met Florestan bezingt met de
woorden ‘O Gott! Welch ein Augenblick’. Een subliem moment, en
eminent zingbaar…
Beethoven raakte in zijn eerste opera-avontuur verzeild dankzij
Emanuel Schikaneder, entrepreneur met lef, impresario, zanger,
tekstdichter, regisseur en theaterdirecteur. Schikaneder was het
brein achter Mozarts Zauberflöte en had in het kielzog van dat
succes de touwtjes in handen gekregen van het in 1801 geopende
gloednieuwe Theater an der Wien. Het leek Schikane-der een goed
idee Beethoven als huiscomponist te engageren, en in 1803 werd dat
tastbare werkelijkheid. Beethoven betrok
“Teksten zoals Mozart gebruikte, zou ik nooit op muziek kunnen
zetten. Ik heb het nooit kunnen opbrengen vulgaire teksten te
gebruiken.”
Wilhelmine Schröder Devrient (1804-1860) als Leonore in
Fidelio
-
6 7opera’s: zolang de publieke belangstelling aanhield, liep de
voorstelling door, aanvankelijk om de drie dagen, en ook in de
volgende jaren. Nog tijdens zijn leven volgden naast Wenen binnen
de kortste keren Berlijn, Dresden, Leipzig, München en Amsterdam en
stond Beethoven internationaal op de kaart als operacomponist.
Uiteraard werden er in een tijd waarin het auteursrecht nog niet
bestond ook voorstellingen georganiseerd die clandestien aan de
haal gingen met Beethovens noten. Noten die met bloed, zweet en
tranen werden bevochten in de worsteling om een lofzang op de
huwelijkstrouw waarnaar de componist zijn leven lang gehunkerd
heeft.
Siebe Riedstra
paar voorstellingen hield de directie het voor gezien. Beethoven
geloofde rotsvast in de kwaliteit van zijn werk, maakte een aantal
revisies, en op 29 maart en 10 april van het volgende jaar vond een
tweede poging plaats. Nu was het de componist zelf die roet in het
eten gooide, door ruzie te maken over zijn honorarium. De ruzie
liep uit de hand, Beethoven nam zijn partituur onder de arm en
smeet de deur dicht. De directie slaakte een zucht van
verlichting.
Verdere revisiesDat was het voorlopige einde van Beethovens
opera-avontuur. Tot er een deus ex machina opdook in de persoon van
Johann Nepomuk Mälzel, entrepreneur par excellence en de
geschiede-nis ingegaan als de uitvinder van de metronoom. Mälzel
had een Panharmonikon geknutseld, een mechanisch bouwsel dat
allerlei muziekinstrumenten simultaan kon imiteren. Om het apparaat
te demonstreren had hij muziek nodig, en riep de hulp van Beethoven
in. Een en ander liep flink uit de hand, en het eindresultaat was
een groot concert voor een stampvolle zaal met een net zo stampvol
podium. De knaller van het programma, dat begon met de Zevende
symfonie, was De veldslag bij Vittoria, ofwel Wellingtons Sieg: een
programmatisch werk dat de veldslag tussen Wellington en Napoleon
verbeeldde, en daartoe gebruik maakte van nagemaakt kanongebulder,
ge-weerschoten en marcherende soldaten. Op de publiciteit was niet
bezuinigd, en niet de minsten werkten er aan mee. Louis Spohr
speelde mee bij de violen, Antonio Salieri dirigeerde de
trompetters en Giacomo Meyerbeer sloeg de grote trom. Na afloop
ging het dak van de zaal af, en lag de naam Beethoven van de ene
dag op de andere op eenieders lippen. Voor een paar ondernemende
operazangers met de juiste contacten was het een mooie aanleiding
om opnieuw een opvoering van de opera op touw te zetten. Uiteraard
ging Beethoven opnieuw aan het werk, maakte tientallen revisies en
componeerde een nieuwe ouverture (die pas bij de tweede
voorstelling klaar was). Deze keer vond de uitvoering plaats in het
Kärntnertortheater, op 23 mei 1814. Gedragen door de nieuwverworven
faam van de componist werd het een eclatant succes. En deze keer
bleef dat zo. Zoals dat vandaag de dag gaat met musicals, ging het
destijds met
links: Mälzels Panharmonikon, die de aanzet vormde tot
Wellingtons Sieg en indirect tot Fidelio (afbeelding in L’Illu
stration, 22 mei 1846)
rechts: Beethoven op het schilderij ‘Liszt am Flügel’, van Josef
Danhauser, 1840
-
9altviolen en celli zetten de toon voor een van de meest
geïnspireerde mo-menten uit de operaliteratuur.
4. Aria: Rocco - ‘Hat man nicht das Gold beineben’Vader Rocco
heeft tijdens het kwartet besloten dat Fidelio de ideale
echtge-noot is voor zijn dochter. Maar hij waarschuwt dat in een
huwelijk de liefde niet het enige belangrijke is. Men heeft ook
geld nodig… In een belerend rondo bezingt hij de waarde van het
goud: ‘Es ist ein schönes Ding, das Gold, das Gold.’
5. Trio: Marzelline, Leonore, Rocco - ‘Gut Söhnchen, gut, hab’
immer MuthIn de volgende scène horen we voor het eerst van het
bestaan van een geheim-zinnige gevangene die langzaam uitgehongerd
wordt. Rocco laat Fidelio weten dat hij hem bij een volgend bezoek
aan de onderaardse kerkers mag vergezellen. Marzelline maakt zich
daarover zorgen, maar Fidelio is vastbe-sloten: ‘Ich habe Mut und
Kraft’. In het volgende terzet laten de drie nog eenmaal hun
gevoelens de vrije loop.’6. MarschIn de verte klinkt marsmuziek.
Op-komst van Pizarro en zijn mannen. Deze mars is speciaal voor de
versie van 1814 gecomponeerd.
7. Aria: Pizarro en bewakers (mannenkoor) - ‘Ha, welch ein
Augenblick’In de volgende scène maken we kennis met Pizarro, de
aartsvijand van Flo-
vallen op Fidelio, een jongeman die sinds kort in dienst is als
het hulpje van Rocco. Beethoven mag dan kritisch zijn geweest op de
lichtzinnige Mozart, hier heeft hij zich zowel in de ouverture als
in het duet duidelijk laten inspireren door de openingsnummers van
Le nozze di Figaro. Dat Jaquino in zijn verliefd-heid keer op keer
wordt gestoord door bezoekers die aan de deur kloppen (precies in
de partituur aangegeven) zorgt voor het komische element dat de
luisteraar het gevoel geeft dat hier een Singspiel wordt
opgevoerd.
2. Aria: Marzelline‘O wär ich schon mit dir vereint’Jaquino
wordt door Rocco weggeroepen. Marzelline blijft alleen achter en
mijmert over haar toekomst met Fidelio – een huwelijk en ‘stiller
Häuslichkeit’. In een bespiegelende aria bezingt ze eerst haar
verlangen in mineur, daarna in majeur de hoop die haar hart
ver-vult, dan opnieuw in mineur de genoe-gens van het huwelijk, om
in majeur en vurige hoop te besluiten.
3. Kwartet: Marzelline, Leonore, Jaquino, Rocco - ‘Mir ist so
wunderbar’Fidelio komt binnen en brengt verslag uit aan Rocco over
de aankopen die hij heeft gedaan. Rocco prijst zijn koop-manschap.
Jaquino bekijkt een en ander met argwaan. Elk van de vier laat in
het volgende kwartet zijn beslomme-ringen de vrije loop. Hier heeft
Beetho-ven zich onmiskenbaar laten inspireren door Mozarts
afscheidskwartet uit de eerste akte van Così fan tutte.
Gedeelde
zich als man, en weet hoofdbewaker Rocco zover te krijgen dat
hij haar als hulpje onder de naam Fidelio aan-neemt.
OuvertureVier ouvertures schreef Beethoven voor de diverse
producties. De eerste drie zijn bekend geworden als Ouverture
Leonore 1, 2 en 3, en staan in C-groot, de toonsoort waarin de
opera eindigt. Maar in de Fidelio van 1814 veranderde Beethoven de
volgorde van de eerste twee nummers, en gaat de ouverture zonder
onderbreking over in het duet tussen Marzelline en Jaquino. Dat
staat in de toonsoort A-groot, en dus koos Beethoven voor een
nieuwe ouverture in de toonsoort E-groot, de meest logische
verwante toonsoort. Bovendien waren de Leonore-ouvertures
uitgegroeid tot een soort bovenmaatse symfonische gedichten met een
tijdsduur van ruim een kwartier. Geniale scheppingen, en uiterst
geschikt voor de concertzaal, maar onhandig in het operatheater. De
nieuwe ouverture voldoet exact aan de verwachtingen, ze heeft met
ruim vijf minuten de ideale lengte, en brengt het publiek met
heroïsche hoornfanfares in de juiste stemming.
Eerste bedrijf1. Duet: Marzelline en Jaquino - ‘Jetzt
Schätzchen, jetzt sind wir allein’Op de binnenplaats van de
gevangenis probeert portier Jaquino aan te pappen met Marzelline,
de dochter van Rocco. Marzelline is niet gediend van zijn avances,
want zij heeft haar oog laten
Fidelio is een Singspiel, een genre waarin de gesproken tekst
wordt afgewisseld met aria’s, ensembles en koren. De actie speelt
zich merendeels af in de dialogen, de muziek is vaak van
beschouwelijke aard. Beethoven heeft zich in de eerste akte aan die
traditie gehouden, maar laat haar in de tweede akte los. Daar gaan
van lieverlee mu-ziek en actie samen als in een romanti-sche opera.
Beethoven schreef wat in de praktijk wordt aangeduid als een
nummeropera: de muzikale delen zijn genummerd van 1 tot 16. De
componist hield voor zichzelf vast aan de naam Leonore, maar om
verwarring met de gelijknamige opera van Paër te voorko-men koos de
theaterdirectie voor Fidelio. Daardoor is bij de rolverdeling in de
gesproken tekst steeds sprake van Fidelio, en in de zangpartituur
van Leonore.De opera speelt zich af in de zestiende eeuw in het
Spaanse Sevilla. Niet vanwege de couleur locale, zoals in Carmen
van Bizet, maar om de strenge Weense censuur te ontwijken, die een
broertje dood had aan alles wat zweem-de naar verzet tegen de
gevestigde orde. De voorgeschiedenis van het verhaal is als volgt:
Florestan, de echtgenoot van Leonore, is op mysterieuze wijze
spoor-loos verdwenen. Waarschijnlijk omdat hij misstanden in het
gevangeniswezen aan de kaak wilde stellen. Leonore is vastbesloten
hem te vinden, en in haar zoektocht komt ze terecht bij de
staats-gevangenis van Sevilla, waarvan de corrupte Pizarro de
directeur (gouver-neur in de tekst) is. Leonore vermomt
SYN
OPSI
S EN
MUZ
IEK
-
10 1115. Duet: Leonore, Florestan - ‘O namen-lose Freude!Pizarro
en zijn manschappen trekken zich haastig terug, Rocco laat
Florestan en Leonore alleen achter. Samen bezin-gen ze hun
hervonden liefde: ‘O namen-lose Freude’ (een duet dat Beethoven
oorspronkelijk componeerde voor bovengenoemde mislukte
samenwer-king met Schikaneder, Vesta’s Feuer).
16. Finale: allen - ‘Heil sei dem Tag, Heil sei der Stunde’Rocco
komt de kerker binnen en laat weten dat de minister orde op zaken
komt stellen. Dan valt het doek. Om-bouw naar de ‘paradeplaats van
het slot, met het standbeeld van de koning’. Algemene vreugde:
‘Heil sei dem Tag, Heil sei der Stunde’. Rocco komt binnen met
Florestan en Leonore en brengt hen naar de minister, Don Fernando.
Deze herkent in Florestan een oude vriend, tot afgrijzen van
Pizarro, die geboeid wordt afgevoerd. Hier neemt Beethoven de
gelegenheid te baat om de eerderge-noemde aria voor sopraan en koor
uit de Joseph-cantate met de tekst ‘Da stiegen die Menschen ans
Licht’ in te lassen voor het gehele ensemble op de tekst: ‘O Gott!
O welch ein Augenblick’. Met algehele vreugde en een lofzang op de
moed van Leonore en de echtelijke liefde die alles overwint eindigt
de opera.
Siebe Riedstra
visionaire Poco allegro: ‘Ich seh’, wie ein Engel, Leonore’.
12. Melodrama en Duet: Rocco, Leonore - ‘Wie kalt ist es in
diesem unterirdischen Gewölbe’Florestan slaapt. Rocco en Fidelio
komen de kerker binnen en beginnen het graf te graven. Beethoven
kiest hier voor een melodrama, een gesproken tekst die afgewisseld
wordt met filmi-sche orkestklanken. De lugubere situ-atie wordt in
het volgende duet onder-streept door de contrafagot: ‘Nur hurtig
fort, nur frisch gegraben’.
13. Terzet: Florestan, Leonore, Rocco - ‘Euch werde Lohn in
bessern Welten’Florestan ontwaakt. Fidelio herkent hem aan zijn
stem. Rocco geeft hem wat wijn te drinken. Gevoelens van
dankbaarheid, angst en medelijden komen tot uitdrukking in het
volgende terzet.
14. Kwartet: Pizarro, Florestan, Leonore, Rocco - ‘Er
sterbe!’Pizarro stormt de kerker binnen. In het nu volgende kwartet
ontwikkelen de gebeurtenissen zich razendsnel. Op het moment dat
Pizarro zijn dolk opheft om Florestan te vermoorden, springt
Leonore tussenbeide en roept: ‘Töt erst sein Weib’. Algehele
consternatie. Sein Weib?? Dan klinkt uit de verte een
trompetsignaal: de minister is aangeko-men voor de aangekondigde
inspectie.
10. Finale: Gevangenenkoor, Rocco, Leo-nore, Marzelline,
Jaquino, PizarroDe zon schijnt in de gevangenistuin. Fidelio dringt
er bij Rocco op aan de gevangen van het mooie weer te laten
genieten. Na een aanvankelijke aarze-ling en op aandringen van
Marzelline geeft Rocco toe. Met het gevangenen-koor ‘O welche Lust’
begint de Finale van de eerste akte, een Finale die niets meer met
het karakter van een Sing-spiel te maken heeft. Hier betreden we de
wereld van de grand-opéra. De gevan-genen zijn wantrouwend –
‘spricht leise, haltet euch zurück’ – wellicht worden we
afgeluisterd. In het volgende recitatief vertelt Rocco over de
plannen van Pizarro. Fidelio is geschokt, maar dringt erop aan
Rocco behulpzaam te zijn bij het bezoek aan de onbekende gevangene.
Een briesende Pizarro roept Rocco ter verantwoording over het
luchten van de gevangenen. Rocco verzint een smoes: het is de
jaardag van de koning. De gevangenen keren terug in hun cellen –
‘Leb wohl du warmes Sonnenlicht’. De finale eindigt in een
fluisterzacht pianissimo.
Tweede bedrijf11. Inleiding en Aria: Florestan - ‘Gott, welch
Dunkel hier!’De geketende Florestan ligt uitgeput en bijna
doodgehongerd in zijn cel. In een dramatisch recitatief bezingt hij
zijn lot – ‘Gott, welch Dunkel hier!’. Dan herinnert hij zich
betere tijden in een beschouwelijk Andante – ‘In des Lebens
Frühlungstagen’. Toch blijft er een sprankje hoop over in het
aansluitende
restan, en wordt een tipje van de sluier van het conflict
opgelicht. Maar veel verder dan de beschuldiging dat Flo-restan een
moordenaar is, komen we niet, wanneer Pizarro zingt ‘Nun ist es mir
geworden, den Mörder selbst zu morden’ – Nu is het mij vergund de
moordenaar te vermoorden.
8. Duet: Pizarro en Rocco - ‘Jetzt, Alter, jetzt hat es
Eile’Pizarro maakt aan Rocco duidelijk wat er staat te gebeuren.
Tegen een forse beloning moet Rocco Florestan doden. Rocco aarzelt,
maar weigert – ‘Das Leben nehmen, das ist nicht meine Pflicht’.
Pizarro laat weten dat hij het dan zelf zal doen, want een en ander
heeft haast. De minister komt namelijk op inspectie om vermeende
onregelma-tigheden in de gevangenis te controle-ren. Kennelijk is
er toch sprake van een politiek conflict.
9. Recitatief en Aria: Leonore‘Abscheulicher, wo eilst du
hin’Leonore heeft het gesprek afgeluisterd, en uit haar gevoelens
van stijgende onrust in een groot begeleid recitatief. In het
volgende serene Adagio zingt ze zichzelf moed toe: ‘Komm Hoffnung,
lass den letzten Stern der Müden nicht erbleichen’ – laat de hoop
niet verble-ken. Ze vermant zich in een strijdlustig Allegro con
brio met een hoofdrol voor de hoorns: ‘Ich folg’ dem innern Triebe’
– ik volg mijn innerlijke drang. Hier laat Beethoven de wereld van
het Singspiel ver achter zich en maakt de overstap naar de
romantische opera.
-
12 13
Jaap van ZwedenJaap van Zweden is chef-dirigent van het New York
Philharmonic (sinds 2018) en het Hong Kong Philharmonic (sinds
2012). Hij was ook te gast bij orkesten als het Orchestre de Paris,
Het Konink-lijk Concertgebouworkest, het Gewand-hausorchester
Leipzig, Chicago Sym-
phony, Cleveland Orchestra, Los Angeles Philharmonic, de Wiener
en Berliner Philharmoniker en het London Sym-phony Orchestra. Onder
zijn veelgepre-zen opnamen zijn uitgaven met de wereldpremières van
David Langs prisoner of the state (2020) en Fire in my mouth van
Julia Wolfe (2018) met het
New York Philharmonic, Wagners Ring des Nibelungen met het Hong
Kong Philharmonic, en Lohengrin, Die Meister-singer von Nürnberg en
Parsifal met het Radio Filharmonisch Orkest en het Groot
Omroepkoor. De laatste werd bekroond met een Edison Award voor de
beste opera-opname in 2012.De in Amsterdam geboren Jaap van Zweden
kreeg op zijn 19de een aanstel-ling als jongste concertmeester van
het Concertgebouworkest ooit. Bijna twin-tig jaar later, in 1996,
begon hij een carrière als dirigent. Hij is Honorary Chief
Conductor van het Radio Filhar-monisch Orkest, waar hij in de jaren
2005-2012 chef-dirigent was. Eenzelfde functie vervulde hij bij
dePhilharmonie in Antwerpen van 2008 tot 2011. Na zijn werk als
Music Director van het Dallas Symphony Orchestra (2008-2018) kreeg
hij er de eretitel Conductor Laureate. Van Zweden werd door Musical
America uitgeroepen tot Conductor of the Year 2012. In 2020 ontving
hij de Concertge-bouw Prijs. Het tijdschrift Gramophone bestempelde
het Hong Kong Philharmo-nic onder zijn leiding als het Orchestra of
the Year 2019.In 1997 richtten Jaap van Zweden en zijn vrouw Aaltje
de Stichting Papageno op, met als doelstelling gezinnen met
kinderen met autisme te ondersteunen. Inmiddels, ruim twintig jaar
later, richt de organisatie zich op de ontwikkeling van kinderen en
jongvolwassenen met autisme. Via een nationaal netwerk van
gekwalificeerde muziektherapeuten voorziet de Stichting in
muziektherapie voor kinderen in hun thuisomgeving.
In augustus 2015, in aanwezigheid van Hare Majesteit Koningin
Máxima, opende het Papageno Huis zijn deuren, waar jongeren met
autisme kunnen wonen, werken en deelnemen aan de samenleving, en
waar een onderzoeks-centrum gevestigd is voor de vroege diagnose en
behandeling van autisme en de analyse van de effecten van
muziektherapie op autisme. Bovendien werd de app TEAMPapageno
gelan-ceerd, waarmee kinderen met autisme met elkaar kunnen
communiceren door muziekstukken te maken.Eerder in de Matinee: o.a.
Verdi Otello (2008), Bruckner Achtste symfonie (2008), De Raaff
Vioolconcert & Mahler Negende symfonie (2008), Wagner Die
Meister-singer von Nürnberg (2009), Stravinsky Concerto in D &
Beethoven Tweede sym-fonie (2009), Haydn Armida (2009), Britten
Vioolconcert & Sjostakovitsj Zevende symfonie (2010), Ravel
Shéhérazade, Un-suk Chin Šu & Tsjaikovski Vierde symfonie
(2010), Wagner Parsifal (2010), Torstens-son Polarhavet &
Bruckner Derde symfo-nie (2011), Henderickx Tejas & Rihm Quid
est Deus? (2011), Higdon Vioolconcert en Janáček Glagolitische mis
(2011), De Raaff Tanglewood Tales & Dvořák Negende symfonie
(2012), Schumann Cellocon-cert & Brahms Tweede symfonie (2012),
Rimski-Korsakov Ouverture Russisch Paasfeest, Dutilleux
Correspondances & Sjostakovitsj Vijfde symfonie (2013),
Brit-ten Sinfonia da requiem, Larcher Alle Tage & Schubert
Negende symfonie (2015), Wagner Tristan und Isolde (2015): Jeths
The Tell-Tale Heart & Bartók Blauwbaards Burcht (2018), Wagner
Die Walküre (2019)
UITV
OERE
NDE
N
SIMO
N VAN
BOXTEL
-
14 15Consul in de Folkoperan in Stockholm; eerder werkte hij als
rockzanger, stemcoach en muziek- en dramadocent. Hij debuteerde in
de Malmö Opera als Laca in Janáčeks Jenu°fa, een rol die hij ook
op zich nam in Theater Kiel, en debuteerde als Tannhäuser in de
Deutsche Oper am Rhein, waarna hij die rol onder meer vertolkte in
de Oper Leipzig en de Koninklijke Opera in Stockholm. Hij keerde
terug naar Malmö als Tamino in Mozarts Die Zauberflöte, zong
Siegfried (Götterdämme-rung) in het Badisches Staatstheater
Karlsruhe en de Deutsche Oper am Rhein, en debuteerde in de
titelrol van Brittens Peter Grimes in het Konzert Theater in Bern,
waar hij ook zijn roldebuut maakte als Lohengrin. Hij was als
Bacchus (Strauss’ Ariadne auf Naxos) te zien in de GöteborgsOperan
en als Paul (Korngolds Die Tote Stadt) bij de Nederlandse
Reisopera. De rol van Florestan zong hij eerder o.a. in het
Nationaal Theater Praag en het Teatro Comunale di Bologna.
Georg Zeppenfeld | RoccoDe Duitse bas Georg Zeppenfeld
stu-deerde aan de Hochschule für Musik Detmold en de Hochschule für
Musik und Tanz Köln en is als Kammersänger verbonden aan de
Semperoper Dresden. Hij zingt hier rollen als Sparafucile
(Rigoletto), Don Alfonso (Così fan tutte), Il Commendatore (Don
Giovanni), Fasolt (Das Rheingold), Hunding (Die Walküre), Daland
(Der Fliegende Holländer), Rocco (Fidelio), Raimondo (Lucia di
Lammer-moor), Landgraf Hermann (Tannhäuser),
Berlin en de Operá national de Paris, was als Sieglinde (Die
Walküre) te zien tijdens de Bayreuther Festspiele en in Washington
National Opera, zong Isolde (Tristan und Isolde) in de Berliner
Staatsoper, en Katerina Izmajlova (Lady Macbeth van het district
Mtsensk) en Minnie (La fanciulla del West) in de Bayerische
Staatsoper, waar ze ook debuteerde als Marie in Bergs Wozzeck. In
de New Yorkse Met debuteerde ze als Senta (Der Fliegende
Holländer), een rol die ze ook vertolkte in de Milanese Scala,
Staatsoper Dresden, Wiener Staatsoper en de Brusselse Munt. De rol
van Leonore zong ze eerder o.a. in de Bayerische Staatsoper, Teatro
Real Madrid, Opernhaus Zürich en de Wiener Staatsoper. Kampe werkte
met dirigenten als Kirill Petrenko, Daniel Barenboim en Asher
Fisch.
Daniel Frank | FlorestanTenor Daniel Frank maakte zijn
opera-debuut als John Sorel in Menotti’s The
Verdienstkreuz 1. Klasse der Bundesre-publik Deutschland voor
zijn bijdrage aan de koormuziek in Duitsland. De in Londen geboren
Simon Halsey zong zelf in de koren van New College, Oxford en
King’s College, Cambridge. Hij studeer-de directie aan het Royal
College of Music in Londen. In 1987 richtte hij met Graham Vick de
City of Birming-ham Touring Opera op. Hij was chef-dirigent van het
Groot Omroepkoor van 1997 tot 2008 en leidde in de jaren 2001-2015
het Rundfunkchor Berlin, dat hem daarna tot Conductor Laureate
benoemde.
Anja Kampe | LeonoreDe Duitse sopraan Anja Kampe studeer-de in
Dresden en Turijn, waar ze in het Teatro Regio haar professionele
debuut maakte in Hänsel und Gretel. Vandaag de dag is ze vaste gast
in alle grote opera-huizen en concertzalen. Zo stond ze als Kundry
(Parsifal) in de Wiener Staats-oper, Teatro Real Madrid,
Staatsoper
Simon HalseySimon Halsey is koordirigent van het London Symphony
Orchestra and Chorus, koordirigent van het City of Birmingham
Symphony Orchestra Chorus, artistiek leider van de Orfeó
Català-koren en artistiek adviseur van het Palau de la Música in
Barcelona. Daarnaast is hij artistiek leider van het
jeugdkoorprogramma van de Berliner Philharmoniker en
Kreativdirektor voor de koormuziek en projecten van het WDR
Rundfunkchor. Hij leidt het BBC Proms Youth Choir en is artistiek
adviseur van het Schleswig-Holstein Musik Festival Chor, en
professor en leider van de kooractiviteiten aan de University of
Birmingham. Halsey geeft masterclasses en kreeg vier Britse
eredoctoraten. In 2011 verscheen zijn boek (met dvd) Chorleitung:
Vom Konzept zum Konzert. Sinds 2015 is hij Comman-der of the
British Empire, in 2014 werd hem The Queen’s Medal for Music
toegekend, en in 2011 ontving hij het
MATTH
IAS HEYD
E
SASHA VASILJEV
MATS BACKER
-
16 17
Europese tournee als Paus Clément VII in Berlioz’ Benvenuto
Cellini onder Sir John Eliot Gardiner. Tareq Nazmi stond verder op
het podium met het Tonhalle Orchester Zürich (Gardiner), het
Wa-shington National Symphony Orchestra (Christoph Eschenbach), in
San Sebas-tian (Jukka-Pekka Saraste) en met het Deutsche
Symphonieorchester Berlin (Manfred Honeck).Eerder in de Matinee:
Beethoven Leonore (Don Fernando, 2017, René Jacobs
Mercedes Arcuri | MarzellineDe Argentijnse sopraan Mercedes
Arcuri studeerde zang en orkestdirectie in Buenos Aires en zong
onder meer in het ensemble van Theater Kiel, waar ze rollen
vertolkte als Gilda (Rigoletto), La Contessa di Folleville
(Rossini’s Il viaggio a Reims), Zdenka (Strauss’ Arabella), Oscar
(Un ballo in maschera) en Woglinde (Das Rheingold en
Götterdämmerung). Ze maakt tegenwoordig deel uit van het ensemble
van het Staatstheater Hanno-
Tareq Nazmi | Don FernandoDe Duitse, in Koeweit geboren bas
Tareq Nazmi studeerde aan de Hochschule für Musik und Theater in
München bij Edith Wiens en Christian Gerhaher, en bovendien privé
bij Hartmut Elbert. Zijn eerste podiumervaring deed hij op aan de
Bayerische Theaterakademie en als lid van de Opernstudio van de
Bayerische Staats oper, waar hij van 2012 tot 2016 ook deel van het
ensem-ble uitmaakte. Voor dit seizoen staan diverse uitvoeringen
van Beethovens Negende symfonie in de agenda, en optredens als
spreker in Die Zauberflöte en als Eremit in Der Freischütz aan de
Bayerische Staatsoper. Eerdere hoogte-punten waren zijn debuut in
Wigmore Hall (Londen) met pianist Gerold Huber, een roldebuut als
Filippo in Verdi’s Don Carlo in het Theater St. Gallen, een
Europatournee onder leiding van Teodor Currentzis met Verdis
Requiem, zijn roldebuut als Banco in Verdi’s Macbeth (o.a. Opera
Vlaanderen) en een
van Theater Dortmund. Hij debuteerde in de Semperoper Dresden
als General in Henzes We come to the River en stond in de Oper Köln
als Graf Tamare in Schrekers Die Gezeichneten. Hij debuteer-de als
Iago (Otello) in Theater Basel in een regie van Calixto Bieito,
zong Wotan (Die Walküre) in de Deutsche Oper am Rhein en was als
Jack Rance (Puccini’s La fanciulla del West) te zien in de Oper
Leipzig, waar hij ook Der Wanderer (Siegfried) en Mandryka
(Strauss’ Araballa) vertolkte. In de Staatsoper Stuttgart zong hij
Friedrich von Telramund (Lohengrin) en hij ver-tolkte de titelrol
in Hindemiths Car-dillac bij de Vlaamse Opera. Neal is vaste gast
in de Oper Frankfurt en was daar o.a. te zien als Boswachter in Het
sluwe vosje, Kurwenal (Tristan und Isolde), Achilles (Schoecks
Penthesilea) en Scar-pia (Tosca). De rol van Don Pizarro zong hij
eerder in Royal Opera House Covent Garden.
Pimen (Boris Godoenov), La Roche (Strauss’ Capriccio) en
Sarastro (Mozarts Zauberflöte). Die laatste rol vertolkte hij ook
in de San Francisco Opera, de New Yorkse Metropolitan Opera, de
Wiener Staatsoper, Opernhaus Zürich, de Bayerische Staatsoper,
Royal Opera House Covent Garden en tijdens de Salzburger
Festspiele. Hij was tijdens de Bayreuther Festspiele o.a. te zien
als König Marke (Tristan und Isolde), een rol die hij ook vertolkte
in de Deutsche Oper Berlin, zong Rocco (Fidelio) in Covent Garden
en Zaccaria (Nabucco) in Opernhaus Zürich. Zeppenfeld werkte met
dirigenten als Pierre Boulez, Riccardo Chailly, Marc Minkowski,
Andris Nelsons, Antonio Pappano, Kirill Petrenko, Christian
Thielemann en Franz Welser-Möst.
Simon Neal | Don PizarroDe Engelse bariton Simon Neal studeer-de
aan de universiteit van Leicester en stond enkele seizoenen in het
ensemble
MATTH
IAS CREUTIGER
AND
REW APPLETO
N
MARCO
BORGGREVE
-
18 19Radio Filharmonisch OrkestHet Radio Filharmonisch Orkest,
opge-richt in 1945, is een onmisbare schakel in het Nederlandse
muziekleven. Behalve het grote symfonische reper-toire speelt het
75-jarige orkest, meer dan welk ander Nederlands symfonie-orkest,
muziek van dit moment. Het betreft vaak premières van werk dat in
opdracht van de omroep series NTR ZaterdagMatinee en AVROTROS
Vrijdag-concert wordt geschreven. Vernieuwen-de concertformats als
Pieces of Tomor-row en Out of the Blue bereiken een opvallend jong
publiek. Vrijwel alle concerten worden rechtstreeks uitge-zonden op
NPO Radio 4. Dat betekent vanzelf dat het Radio Filharmonisch
Orkest optreedt voor een live-publiek dat vele tientallen malen
groter is dan een concertzaal ooit zou kunnen herbergen.Het orkest
wordt sinds 1 september 2019 geleid door de Amerikaanse
chef-diri-gent Karina Canellakis. Zij is daarmee de eerste
vrouwelijke chef-dirigent van een Nederlands symfonieorkest.
Canel-lakis heeft illustere voorgangers als Bernard Haitink
(beschermheer), Jean Fournet, Hans Vonk, Edo de Waart
(eredirigent), Jaap van Zweden (hono-rary chief conductor) en
Markus Stenz. In juni 2019 dirigeerde Stenz zijn laatste concerten
als chef. Het Radio Filharmo-nisch Orkest werkte samen met
gastdiri-genten als Pablo Heras-Casado, Vladimir Jurowski, Vasily
Petrenko, Christoph Eschenbach, John Adams, Peter Eötvös, Charles
Dutoit, Gennady Rozhdestvens-ky, Michael Tilson Thomas, Mariss
Rotterdam en groeide uit tot een van de succesvolste
Liederzangers van onze tijd, met als specialiteit het Duits en
Russisch repertoire. Hij is daarnaast actief als opera- en
concertzanger, componist van Lieder en pianostukken, en
zangpedagoog. In zijn lange carrière was hij op alle grote podia
ter wereld te gast. Zo trad hij aan in de Wagner-tem-pel in
Bayreuth, waar hij als een van de weinige Nederlandse zangers
hoofdrol-len vertolkte als Hans Sachs (Die Meister-singer von
Nürnberg), König Marke (Tristan und Isolde) en Gurnemanz
(Parsifal). Ook buiten Bayreuth was Holl een graag geziene gast; zo
zong hij in de Staatsoper Berlin onder Daniel Barenboim de rol van
Landgraf Her-mann in Tannhäuser, Daland in Der Fliegende Holländer
en Il commendatore in Don Giovanni. Holl wordt door velen gezien
als een van de grootste Schubert-vertolkers van onze tijd en werkte
met dirigenten als Christian Thielemann, Franz Welser-Möst, Pierre
Boulez, Claudio Abbado en Nikolaus Harnon-court.Eerder in de
Matinee: o.a. Verdi Ernani (1972), Tsjaikovski Jevgeni Onegin
(1973), Rachmaninov Aleko / De Klokken (1974), Tsjaikovski Iolanta
(1975), Martin Der Sturm (2008), Wagner Die Meistersinger von
Nürnberg (2009), Wagner Parsifal (2010), Diepenbrock Im grossen
Schwei-gen (2011), Brahms/Komma Vier ernste Gesänge (2012)
zangersbiografieën: Marijne Thomas
me. Hij zong er rollen als Roderigo (Verdi’s Otello), Pilade
(Händels Oreste), Faninals Haushofmeister (Strauss’ Der
Rosenkavalier), Poisson (Francesco Cilea’s Adriana Lecouvreur) en
Don José in La tragédie de Carmen. Hij was als Rodolfo (La bohème)
te zien bij New Zealand Opera, GöteborgsOperan en Opera North,
debuteerde in de Bayerische Staatsoper als Roderigo en stond in de
Opéra national de Montpellier als Lysander in Brittens A Midsummer
Night’s Dream. Atkins is ook op het concertpo-dium zeer actief; zo
vertolkte hij Beet-hovens Missa Solemnis met het BBC Symphony
Orchestra onder dirigent Richard Farnes in het Londense Barbi-can
Centre, en zong onder de baton van Marin Alsop een reeks
concertante uitvoeringen van Bernsteins Candide met het London
Symphony Orchestra.
Robert Holl | vertellerDe Nederlandse bas-bariton Robert Holl
studeerde aan het Conservatorium van
ver, waar ze te zien is in rollen als Prinses Eudoxie (Halévy’s
La Juive), Morgana (Händels Alcina), Chiang Ch’ing (John Adams’
Nixon in China), Frasquita (Carmen), Musetta (La bohème) en Adina
(L’elisir d’amore). Ze stond als Zerbinetta (Ariadne auf Naxos) in
Teatro Solís in Montevideo en vertolkte de rol van Le feu (Ravels
L’enfant et les sortilèges) tijdens het Festival d’Aix-en-Provence.
Op haar repertoire staan tevens werken als Rossini’s Messa di
Gloria en Händels Il delirio amoroso. De rol van Marzelline zong ze
eerder o.a. in Teatro de la Maestranza in Sevilla, waar ze ook te
zien was als Clorinda (La cenerentola).
Thomas Atkins | JaquinoDe Nieuw-Zeelandse tenor Thomas Atkins
studeerde aan de New Zealand School of Music en de Londense
Guild-hall School of Music en maakte deel uit van het programma
voor jonge zangers van Royal Opera House Covent Garden, het Jette
Parker Young Artists Program-
SIMO
N JO
HN
S
BENJAM
IN EALO
VEGA
-
2120 BESCHERMHEERBernard Haitink
CHEF-DIRIGENTKarina Canellakis
HONORARY CHIEF CONDUCTOR
Jaap van ZwedenEREDIRIGENT
Edo de WaartVASTE GASTDIRIGENT
James GaffiganASSISTENT DIRIGENT
Sander Teepen
EERSTE VIOOLJoris van RijnElisabeth PerryDimiter
TchernookovAlexander BaevAlberto JohnsonMariska GodwaldtJosje ter
HaarJulija HartigKerstin KendlerGerrie Rodenhuis
TWEEDE VIOOLCasper BleumersEveline TrapIan van den BerkMichiel
EekhofAnnemarie van HelderenAlexander van den TolNina de WaalFrits
Wagenvoorde
ALTVIOOLFrancien SchatbornHuub BeckersArjan WildschutSabine
DuchAnnemijn den HerderAnnemarie KonijnenburgLotte de VriesSofie
van der Schalie
CELLOMichael StirlingAnton IstominEveline KraayenhofMirjam
BosmaCrit CoenegrachtAnneke Janssen
CONTRABASRien WisseWilmar de VisserWalter van EgeraatAnnika
Pigorsch
FLUITIngrid GeerlingsEllen Alberts
PICCOLOMaike Grobbenhaar
HOBOHans WoltersYvonne Wolters
KLARINETFrank van den BrinkEsther Misbeek
FAGOTJos LammerseFreek Sluijs
CONTRAFAGOTDesirée van Vliet
HOORNPetra Botma-ZijlstraAnnelies van NuffelenToine
MartensRebecca Grannetia
TROMPETHessel BumaHans VerheijRaymond Rook (banda)
TROMBONEHerman NassRommert Groenhof
PAUKENPaul Jussen
RADI
O FI
LHAR
MON
ISCH
ORK
ESTkaas, Roukens, Vleggaar en Zuidam en
premières van werk van hedendaagse buitenlandse componisten,
onder wie Rehnqvist, MacMillan, Whitacre, Adams, Dean, Kancheli,
Goebaidoelina en Glanert, maar ook al ‘klassieke’ twintigste-eeuwse
componisten als Stravinsky, Boulez, Stockhausen, Kagel, Henze,
Ligeti en Messiaen.Op de palmares staan vele opera’s en koorwerken
uit de negentiende, twin-tigste en eenentwintigste eeuw. Uiter-aard
wordt daarbij samengewerkt met de beste orkesten. In de
omroepseries is dat doorgaans het Radio Filharmonisch Orkest. Ook
met Het Koninklijk Con-certgebouworkest bestaat een lange en zeer
gewaardeerde samenwerking. De eerste officiële chef-dirigent van
het Groot Omroepkoor was Kenneth Mont-gomery. Na hem waren
respectievelijk Robin Gritton, Martin Wright, Simon Halsey, Celso
Antunes en Gijs Leenaars chef-dirigent. Op 1 maart 2015 trad Klaas
Stok aan als koorleider. De Engels-man Benjamin Goodson leidt het
Groot Omroepkoor met ingang van september 2020 als chef-dirigent.
Michael Gläser is vaste gastdirigent sinds september 2010, Peter
Dijkstra is sinds september 2018 eerste gastdirigent.In september
2017 ontving het Groot Omroepkoor – samen met het Radio
Filharmonisch Orkest – de Concertge-bouw Prijs vanwege de
belangrijke bijdrage van het koor aan het artistieke profiel van de
Amsterdamse concertzaal. GROOTOMROEPKOOR.NLVriend worden van het
Omroepkoor?Kijk op VRIENDENGROOTOMROEPKOOR.NL
Jansons, Valery Gergiev, Antal Doráti, Kirill Kondrashin en
Leopold Stokowski. De Amerikaan James Gaffigan, vaste gastdirigent
sinds 2011, tekende bij tot en met seizoen 2022-2023.In 2014 kreeg
het Radio Filharmonisch Orkest een Edison Klassiek Oeuvreprijs
toegekend voor zijn verdiensten voor het Nederlandse muziekleven,
in 2017 de Concertgebouw Prijs (samen met het Groot Omroepkoor).
RADIOFILHARMONISCHORKEST.NLWordt u ook vriend van het Radio
Filharmonisch Orkest? Zie RADIOFILHARMONISCHORKEST.NL/
VRIENDEN-VAN-HET-RFO
Groot OmroepkoorMet ruim zestig vocalisten is het 75-ja-rige
Groot Omroepkoor het enige professioneel opererende koor van deze
omvang in Nederland. Al sinds zijn oprichting in 1945 is het koor
een niet weg te denken factor in het grote koor-symfonische
repertoire in ons land. Het zingt niet alleen de koorpar-tijen in
de opera’s, oratoria en cantates in de concertseries van de
Nederlandse Publieke Omroep, het AVROTROS Vrijdagconcert, de NTR
ZaterdagMati-nee en Het Zondagochtend Concert. Het brengt ook a
cappella-concerten in het Amsterdamse Concertgebouw en in
TivoliVredenburg en de Jacobikerk in Utrecht. In de omroepseries
zingt het Groot Omroepkoor dikwijls hedendaags werk. Niet zelden
betreft het opdracht-werken van Nederlandse componisten zoals
Wagemans, Wagenaar, Visman, Manneke, Momotenko-Levitsky, Korte-
GROO
T OM
ROEP
KOOR
CHEF-DIRIGENTBenjamin Goodson
EERSTE GASTDIRIGENTPeter Dijkstra
VASTE GASTDIRIGENTMichael Gläser
SOPRAANElma van den DoolAnitra JellemaHeleen MeijerTanja
ObalskiYun ParkMaja RoodveldtAnnette de RozarioRachel
ThompsonLiesbeth Vanderhallen
ALTNicoline BovensJose KammingaSuzanne MeessenAnjolet
RotteveelLisinka de VriesHarda van WageningenEls Woldberg
TENOREmilio Aguilar BalbuenaSebastian BrouwerDolf DrabbelsBen
HeijnenAart MateboerAlbert van OmmenMatthew SmithGeorgi
Sztojanov
BASGert-Jan AldersPeter DuysterGeert van HeckePalle Fuhr
JørgensenItamar LapidLars TerrayHans de VriesNanco de Vries
-
22 Zestigste seizoenDe Matinee viert dit jaar haar zestigste
seizoen! Op de speciale website vindt u elke week een opname uit de
roemruchte Matineegeschiedenis. En elke twee weken verschijnt een
podcast waarin een dirigent centraal staat.
Inmiddels verschenen opnamen uit de periode 1963-1986 van Magda
Olivero, Elly Ameling, Jean Fournet, Herman Kreb-bers, Rafael
Kubelík, Sergiu Celibidache, Montserrat Caballé, Youri Egorov,
Michael Tilson Thomas, Carlo Bergonzi, Cristina Deutekom (in
Verdi’s Alzira), Henry Lewis (met Puccini’s Turandot) en het eerste
Matinee-optreden van Maria João Pires.
De eerste podcasts in de reeks Markante Maestro’s: Jean Fournet
dirigeert het ope-ningsconcert van de Matinee op de Vrije Zaterdag
(1961), Ernest Bour en Severino Gazzeloni (1968), Hans Vonk (1980),
Kirill Kondrashin (1981), Jordi Savall (1986) en Valeri Gergiev
(1991) NPORADIO4.NL/MATINEE60
Podium Witteman 13 decemberBij Paul Witteman aan tafel op zondag
13 december: de negentigjarige bugelspeler en trompettist Ack van
Rooyen. Hij ontvangt op dinsdag 15 december de Boy Edgar Prijs, de
belangrijkste Nederlandse prijs op het gebied van jazz en
geïmpro-viseerde muziek. Ack van Rooyen wordt geroemd om zijn
lyrische spel. De jury schrijft: “Met zijn herkenbare, subtiele
klank schept Van Rooyen miniaturen die de luisteraar meevoeren en
lange tijd bijblijven.” In Podium Witteman speelt hij samen met
Mike Boddé een van zijn favo-riete nummers: ‘Smile’ van Charlie
Chaplin.Verder in de uitzending onder meer: violist Julia
Philippens van Fuse met eigen werk, en het trio van klarinettist
Olivier Patey, cellist Joris van den Berg en pianist Mar-tijn
Willers. Ensemble Lumaka speelt van Ravel ‘Le jardin féerique’, het
laatste deel uit Ma mère l’oye.
Meteen ná de uitzending van Podium Witteman wordt op NPO2 de
Fidelio van vandaag integraal uitgezonden! PODIUMWITTEMAN.NL
Jaap van Zwedenin Podium WittemanVorige week vierde Podium
Witteman alvast de zestigste verjaardag van Jaap van Zweden. Hij is
de centrale gast van de uitzending. Verder zijn er optredens van
onder andere leden van ‘zijn’ Radio Filharmonisch Orkest, zijn
vader Daniël van Zweden en Micha Molthoff, en Mat-thias Goerne.
Deze uitzending is terug te zien via de website en NPO Start.
PODIUMWITTEMAN.NL
Hoera voor Christian Carlstedt!Het nieuws is te leuk om
onvermeld te laten: het tijdschrift Oper! heeft de Staatsoper
Hannover uitgeroepen tot het beste operahuis van 2020. Een deel van
de eer geldt zeker Christian Carlstedt, de casting director in
Hannover, die ook casting assistant is voor de vocale producties in
de Matinee.Van harte gefeliciteerd!Het team van de NTR
ZaterdagMatinee