Informatie, aandacht en geheugen INFORMATIEVERWERKING Informatie, aandacht en geheugen.

Informatie, aandacht en geheugen

INFORMATIEVERWERKING



Soorten informatie

Interactie tussen bronnen Conflicten

(trein – swinging room)

Geheugen

Niet-sensorisch

Exteroceptief Proprioceptief Exproprioceptief

Sensorisch

Informatie


Visus en proprioceptie

Is proprioceptie essentieel voor bewegings-controle?

1. Deafferentiatiestudies2. Accidentele deafferentiatie3. Manchettechniek4. Vibratietechniek

Niet essentieel, wel wenselijk voor optimaal gedrag


Etappes in informatieverwerking

Visus – tast – reuk – gehoor – geheugen – proprioceptie

STIMULUS IDENTIFICATIE

RESPONS SELECTIE

RESPONS PROGRAMMERING

ACTIE


Stimulus Identificatie

Stimulus detectie– Contact met geheugen– Factoren: helderheid / intensiteit

Patroonherkenning– Relevante kenmerken?– Interne representatie van de stimulus

Respons Selectie


Respons Selectie / Programmering

RS: op basis van de representatie:- welke keuzemogelijkheden?- selectie van antwoord

RP: hoe dit motorisch antwoord uitvoeren:- welke spieren- wanneer?


Toetsen van informatieverwerking (1)

RT, PrMRT, MRT, MT, RsT Beperkingen Mogelijkheden Beïnvloedende factoren Soorten RTs: S S S

R RR



KeuzeRT ifv aantal S-R alternatieven

0

200

400

600

800

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

aantal keuzemogelijkheden

Keuz

eRT

(ms)

Kwalitatief: Merkel (1885)

Kwantitatief: Hick:

Keuze RT =

a + b (log2(N))



Beïnvloedende factoren:– Compatibiliteit– Oefening: informatieverwerking

– Anticipatie?• Gebeurtenis anticipatie

• Temporele anticipatie– Pro en contra


Aandacht (1)

= beperkte capaciteit voor informatie-verwerking vanuit sensorische bronnen en geheugen

= seriëel proces

Bij overschrijding: interferentie– Capaciteitsinterferentie– Structurele interferentie


Aandacht (2)

Tijdens SI-fase: parallelle verwerking– Dichotische luisterproef– Cocktail party problem– Stroop effect:

@ © ¶ ROOD

RT = RT = RT < RT


Aandacht (3)

Tijdens RS fase: afh. van oefening– Gecontroleerde verwerking– Geautomatiseerde verwerking

• Productie-units• Pro en contra anticipatie!!!!

Tijdens RP fase: absoluut noodzakelijk!!– Flessenhals principe (filter) p. 35

– PRP p. 35


Psychologische Refractaire Periode

ISI IRI

Geluid Licht R hand L hand

(S1) (S2) (R1) (R2)

RT1

RT2


Aandacht (4)

Grouping bij 2 stimuli

0100200300400500

0 100 200 300 400

ISI (ms)

RT

op

sti

mu

lus

2 (m

s)


Aandacht (5)

Toepassing: Gamma-V experiment

SI RS RP

Aantal S-R -- +/- +

Verwerking parallel para/ser. serieel

Aandacht nee soms ja


Arousal

arousal en prestatie

0

5

10

1

Arousal

Presta

tie Definiëring Inverse U principe Info verwerking:

– Perceptuele versmalling

Factoren:– Groot- vs. klein-

motorische taak

– Complex vs. Eenvoudig


Geheugen (1)

1. = Capaciteit die ons toelaat te profiteren van opgedane ervaringen

2. Zowel cognitief als motorisch (afferent en efferent)3. Wat is vergeten?

4. KTSO

KTG

LTG


Korte Termijn Sensorische Opslagplaats

= element van 3-ledig model Geen eensgezindheid Kenmerken:

– Duur: zeer kort (250 ms)– Capaciteit: onbeperkt– Letterlijke opslag– Geen rol in bewegingscontrole– Via selectieve aandacht KTG


Korte Termijn Geheugen

= ‘Working memory’ Duur: 20-30’ – 2’ Capaciteit: 7 +/- 2 units Codering: abstracter Chunking Experimentele ondersteuning:

• Armposities (Adams & Dijkstra, 1966) - duur

• Gymnastiek (Ille & Cadopi, 1999) – capaciteit


Lange Termijn Geheugen

Duur: ‘onbeperkt’ Capaciteit: ‘onbeperkt’ Codering: abstract Drie subsystemen:

– Procedureel geheugen: hoe doe ik het?• Procedurele kennis

– Semantisch geheugen: representaties• Declaratieve kennis: wat te doen

– Episodisch geheugen: eigen ervaring• Declaratieve kennis: wat te doen


Geheugen: overzicht

KTSO KTG LTG

Sens. Input

sel. Aandacht herhaling (oefening)

ophaling

Actie

Informatie, aandacht en geheugen INFORMATIEVERWERKING Informatie, aandacht en geheugen.

Documents