Top Banner
I-visie 2011-2015, verkenning van strategische doelen op het gebied van informatie en ICT voor en vanuit het groene domein van EL&I Vaart houden
52

i-strategy Ministry of Agriculture

Jan 25, 2023

Download

Documents

Homer Genuino
Welcome message from author
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
Page 1: i-strategy Ministry of Agriculture

I-visie 2011-2015, verkenning van strategische doelen op het gebied van informatie en ICT voor en vanuit het groene domein van EL&I

Vaart houden

Page 2: i-strategy Ministry of Agriculture
Page 3: i-strategy Ministry of Agriculture

1

I-visie 2011-2015, verkenning van strategische doelen op het gebied van informatie en ICT voor en vanuit het groene domein van EL&I

Vaart houden

Page 4: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie2

Inhoud1 Inleiding: waarom deze i-visie? 5

2 Veranderingen om ons heen 92.1 Maatschappij en burger 102.2 technologietrends 122.3 bestuurlijke context 132.4 ambities naar aanleiding van de context 14voorgestelde ambities contextanalyse: 143 Visie op belangrijke onderwerpen 2011-2015 173.1 open en verbonden 183.2 betere dienstverlening 243.3 Geografische informatie 27

4 Ambities en besturing 2011-2015 31

Bijlagen 41

Page 5: i-strategy Ministry of Agriculture

3

Voorwoordin 1968 heeft nederland één dag het wereldrecord 4 x 100 meter estafette vrouwen in handen gehad. tijdens de olympische spelen in Mexico liepen de atletes wilma van den berg, Mieke sterk, truus hennipman en corrie bakker de ongelooflijke tijd van 43.44, een tijd die tot vandaag in de boeken staat als nederlands record. waarom is dit record zo bijzonder? waarom is het relevant voor deze visie over informatie en ict? om te begrijpen waarom dit record zo bijzonder is moet je begrijpen dat atletiek een mondiale sport is, waar de grote mogendheden in excelleren en onderling heftig slag leveren. hoe kunnen vier nederlandse vrouwen daar ooit tussen komen? estafette is de kunst van het samenwerken. de essentie is dat het stokje op snelheid blijft. Je zou kunnen zeggen dat de deelnemende atleten slechts hulpmiddelen zijn die ervoor moeten zorgen dat het estafettestokje als eerste over de streep komt. de nederlandse dames zijn er in 1968 door intensieve gezamenlijke training in geslaagd om het geheel meer te laten zijn dan de som der delen. en dat te midden van de moordende concurrentie van de grote atletieklanden. dat was het bijzondere van hun prestatie.

wat was daarvoor nodig? bij de estafette draait het om snelheid, techniek en samenwerking. wil westphal, coach van de nederlandse dames in 1968, heeft bij de voorbereiding van deze verkenning de parallel aangereikt met informatie en ict. snelheid en techniek zijn belangrijk, maar alleen door een perfecte samenwerking blijft het stokje op snelheid. de atleten moeten elkaar blind kunnen vinden. van ict weten we allemaal dat het veel vermag. de integratie van de verschillende componenten en systemen en de toepassing van informatie en informatietechniek in de economie, in ketens en in organisaties is echter vaak nog problematisch. succes lijkt alleen met vallen en opstaan bereikt te kunnen worden. daarmee is de opgave op het gebied van informatie en ict duidelijk: samenwerking, bundeling, integratie en elkaar blind weten te vinden. dat geldt ook voor informatie en ict in de nieuwe context van het ministerie van economische Zaken, Landbouw & innovatie (eL&i). binnen die nieuwe context ontstaan er in het bijzonder interessante mogelijkheden om de ‘diepte’ van de ict-implementatie in het groene domein te combineren met de ‘breedte’ van de ambities op het gebied van informatie en ict, bijvoorbeeld op het gebied van de basisregistraties en de verdere modernisering van digitale samenwerking met behulp van onder meer e-herkenning en standard business reporting (sbr). er ontstaan daarnaast ook kansen voor synergie op het gebied van innovatie, bijvoorbeeld op het gebied van Geo-ict, waar gegevens uit de dimensies van het platte vlak en de ruimte elkaar letterlijk aanvullen.

de blijvend snelle ontwikkelingen op het gebied van de informatietechnologie en de brede en diverse effecten ervan op de samenleving waren in 2005 aanleiding voor het toenmalige ministerie van Landbouw, natuur en voedselkwaliteit (Lnv) om een zogenaamde ‘i-visie’ op te stellen; een visie op de informatievoorziening van Lnv. deze i-visie vormde het strategisch kader voor belangrijke thema’s zoals digitale dienstverlening in de betrokken beleidsdomeinen, met name het agrodomein, en openbaarheid van informatie. begin 2010 is gestart met het actualiseren van deze visie. in dit boekje zijn de hoofdlijnen van deze visie samengevat. we hebben er voor gekozen om de visie toe te spitsen op enkele belangrijke elementen, capita selecta. we verwachten dat het ministerie van eL&i er op deze manier optimaal gebruik van kan maken en er inspiratie aan kan ontlenen.

de in de nota voorgestelde strategische ambities zullen de komende periode besproken moeten worden en geconcretiseerd. daar zijn meerdere partijen binnen eL&i bij betrokken. ict-ers én beleidsverant-woordelijken. Zij moeten samen het estafettestokje overpakken. en vaart houden!

Jan Willem Duijzer chief information officer

Page 6: i-strategy Ministry of Agriculture

4

Page 7: i-strategy Ministry of Agriculture

1 Inleiding: waarom deze i-visie?

Page 8: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie6

willen we in nederland op sleutelgebieden als food & flowers internationaal in de voorhoede blijven, dan moet de informatievoorziening daarvoor zowel een stabiele basis als innovatieve kansen bieden. willen we tegelijkertijd een kleinere overheid, die beter samenwerkt met partners in de samenleving, dan stelt dit extra eisen aan de kwaliteit van de informatie die de overheid met burger en ondernemer uitwisselt. Zij hebben allen te maken met een breed scala aan doelen, waarin deze visie voor het groene domein focus aanbrengt. niet door een blauwdruk van de beoogde situatie in 2015 te maken – gezien de snelheid en onvoorspelbaarheid van ontwikkelingen kan niemand dat – maar door richtingen aan te geven met een globale actie-agenda. Jaarlijkse herijking van die richtingen en aanscherpen van de agenda is de voorgestelde nieuwe werkwijze om blijvende aansluiting bij de ontwikkelingen te borgen. de i-visie – een verkenning voor en vanuit het groene domein van eL&i – vormt daarmee een basis voor dialoog tussen de beleidsprioriteiten van eL&i en de prioriteiten die vanuit die optiek aan informatievoorziening en ict gesteld moeten worden.

de voorliggende i-visie is gericht op 2011 en volgende jaren. het is niet de eerste i-visie op het groene domein van eL&i. de laatste bestreek de periode van 2006 tot en met 2010.voor met name de aspecten dienstverlening en Geografische informatie bieden we een domeinvisie die is toegespitst op de groene beleidsterreinen. een belangrijke reden hiervoor is dat het agrarisch midden- en kleinbedrijf (Mkb) een koploper is voor wat betreft het gebruik van innovatieve toepassingen voor de eigen bedrijfsvoering. de agrarische sector is in vergelijking met het overgrote deel van het Mkb in nederland, in hoge mate gedigitaliseerd en computergestuurd. we zien dit terug in de hoge percentages agrarische ondernemers die diensten digitaal afnemen bij de overheid en in de brede toepassing van geografische informatie in het natuurdomein, de agrarische sector en de inrichting van het landelijk gebied. hierin ligt een mooie kans voor verdere versterking van de innovatiekracht van nederland, een kans die om een specifieke, domeingerelateerde visie vraagt.

voor andere aspecten heeft deze visie tot doel om aanzetten te doen die een rol kunnen spelen in de verdere ontwikkeling van eL&i. dit geldt voor het nieuwe werken (hnw) en voor openheid en open data. hierin zijn de denkbeelden van de europese unie (eu), de (rijks)overheid en ook de verwachtingen en behoeften van de maatschappij leidend.

deze i-visie staat uiteraard niet op zichzelf. een belangrijke inspiratiebron is de digitale agenda van de eu (com(2010) 245) die op 26 augustus 2010 door commissaris kroes is gepubliceerd, gevolgd door het eGovernment action Plan (Memo/10/681) van 15 december 2010. op dit moment werkt eL&i aan de nederlandse invulling hiervan: de digitale agenda nL (verwacht voorjaar 2011).de voor u liggende i-visie is deels te beschouwen als een meer sectoraal onderdeel van deze digitale agenda.

daarnaast zien we deze i-visie als een bijdrage vanuit het groene domein van eL&i aan de rijksbrede i-strategie van het rijk die in ontwikkeling is.

Page 9: i-strategy Ministry of Agriculture

inLeidinG: waaroM deZe i-visie? 7

Page 10: i-strategy Ministry of Agriculture

8

Page 11: i-strategy Ministry of Agriculture

2 Veranderingen om ons heen

Page 12: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie10

Leidend voor de informatievoorziening zijn de ontwikkelingen in onze publieke taken en ook in onze interne taken. Deze ontwikkelingen worden beïnvloed door de veranderingen in de wereld om ons heen. Veranderingen in de maatschappij, bij burgers en ondernemers, in de EU, in de (Rijks)overheid en bij onze doelgroepen. En niet te vergeten, technologische vernieuwingen die vaak als katalysator dienen voor andere manieren van communicatie en (samen)werken1.

2.1 Maatschappij en burger

de samenleving ziet de overheid niet langer als ‘een goede huisvader’ die voor de burgers zorgt. Er is sprake van een veranderende verhouding tussen burger en overheid. de burger is volwassen en heeft een eigen mening. hij/zij gaat daarover in gesprek (op internet) met anderen in tijdelijke verbanden (sociale netwerken) rond een bepaald thema. daarin is de overheid vaak niet betrokken, terwijl het in veel gevallen onderwerpen betreft die ook in het publieke domein spelen, denk bijvoorbeeld aan dierenwel-zijn. van de overheid vraagt dat een andere opstelling: de burger gaat uit van nevengeschiktheid in plaats van bovengeschiktheid. de burger krijgt een steeds actievere rol, maar door ict heeft de overheid ook meer mogelijkheden om de ‘wisdom of the crowd’ in te zetten en daarmee de dienstverlening te verbeteren, wat de burger ook verwacht. ook neemt de complexiteit van vraagstukken toe. onze werkwijzen en instrumenten om die complexiteit te beheersen en in control te zijn voldoen niet meer. we zijn terecht gekomen in de ‘world after midnight’2. dat is de wereld waarin de mate van complexiteit groter is geworden dan de maximaal mogelijke mate van kennis en beheersing. we kunnen daar (nog) niet goed mee omgaan, omdat we nog steunen op de beheersingparadigma’s van de ‘world before midnight’. dat levert spanning op en geeft ons een gevoel van onzekerheid. wat zijn de nieuwe paradigma’s, hoe om te gaan met complexiteit en met onzekerheden?

binnen afzienbare termijn is iedereen overal online: met mobiele apparaten (smartphones en dergelijke) kunnen we steeds meer informatie tot ons nemen en creëren waar en wanneer we maar willen. we gaan naar een mobiele samenleving. die mobiele samenleving is voor een groot deel gebaseerd op locatiege-relateerde informatie (ik sta nu op plaats x en wil weten waar de dichtstbijzijnde openbaar vervoer mogelijkheid is en check in voor vervoer naar plaats y; of ik sta nu op plaats x en geef de waarneming door van een beschermde diersoort van de rode-lijst). de keerzijde is dat door gebruik van al die toepassingen steeds wordt vastgelegd waar we zijn en wat we doen. en dat heeft weer gevolgen voor onze privacy, zoals blijkt uit onderzoek door het rathenau instituut.

omdat een groot deel van de eL&i-beleidsterreinen, met name binnen het groene domein, locatiegerela-teerd zijn, bieden mobiele toepassingen nieuwe kansen voor de overheid om haar beleidsprioriteiten te realiseren en om de burger en ondernemer in te schakelen als leverancier van informatie.

1 we baseren ons op circa 50 gesprekken, zowel binnen ons departement als daarbuiten (zie bijlage 1) en op literatuur (zie bijlage 2).

2 (http://www.worldaftermidnight.com/main/page_wam_the_podcasts.html).

About fifteen years ago all the Rules about how to run a business, organisation or government successfully, were changed or deleted and a completely new set of Rules has been in operation ever since...>> Pentacle over the world after Midnight

Page 13: i-strategy Ministry of Agriculture

veranderinGen oM ons heen 11

de veranderde positionering van de burger en ondernemer ten opzichte van de overheid en de toe-nemende behoefte aan locatiegebaseerde diensten maakt dat er internationaal een trend te zien is dat publieke organisaties hun informatie open stellen voor de burger en ondernemer. Open data betekent dat de overheid haar gegevens beschikbaar stelt (met inachtneming van regels rond privacy en dergelijke), zodat de markt op basis van die gegevens nieuwe diensten voor burgers of ondernemers kan ontwik-kelen. dat stimuleert de markt/economie en levert gewilde, vaak innovatieve diensten op. Zo stelt de overheid nu al informatie beschikbaar van de prestaties van onderwijsinstellingen, van subsidies, van vergunningen, enzovoorts. de eu promoot open overheidsinformatie als een belangrijke bron voor de groei van grensoverschrijdende innovatieve online toepassingen.vanuit hetzelfde perspectief is te zien dat ook de informatiestroom vanuit burger en ondernemer richting overheid toeneemt, beter gezegd: dat burger en ondernemer elkaar en publieke organisaties helpen de enorme stroom aan informatie te ordenen, duiden en verrijken. hierbij duikt vaak de term crowdsourcing op, de burger als leverancier van informatie.

in sommige beleidsdomeinen is het al gemeengoed dat de burger optreedt als verzamelaar van informatie voor de overheid. denk bijvoorbeeld aan de Gegevensautoriteit natuur (Gan), waaraan vele particuliere natuurliefhebbers waarnemingen van plant- en diersoorten aanleveren voor een overheidsregistratie. ook de burger als melder van dierenleed, voedselvergiftiging en dergelijke is daarvan een voorbeeld, al is het voor de overheid soms lastig om die informatie op waarde te schatten. bij co-creatie gaat het erom samen met burgers en/of ondernemers een resultaat te leveren. dat kan zijn een inrichtingsplan voor de naaste leefomgeving of zelfs beleid. Maar je kunt co-creatie natuurlijk ook toepassen tussen verschillende overheidsorganisaties, bijvoorbeeld bij gebiedsontwikkeling. deze groeiende deelname, maar ook de verwachtingen daaromtrent, van de burger en ondernemer aan de informatiesamenleving kent ook problemen: digiwijsheid en mediawijsheid zijn issues die aandacht vragen. hoe houden we de potentiële kloof tussen digitaal vaardigen en niet-vaardigen overbrugbaar? bij vaardigheid gaat het volgens het sociaal cultureel Planbureau (scP) in de toekomst steeds meer over de kennis en kunde om te selecteren uit alle digitale informatie en om die informatie op waarde te schatten, de zogenaamde mediawijsheid.uit onderzoek komt een beeld op over de nederlandse samenleving dat laat zien dat er niet alleen sprake is van een kloof, maar ook van een discrepantie. enerzijds hecht de burger zwaar aan privacy en verwacht hij dat de overheid die bewaakt en regelt; anderzijds hebben nog nooit zoveel mensen intieme details op internet gezet als op dit moment en is het juist de overheid die door haar voorkeur voor het verzamelen, bundelen en centraliseren van grote hoeveelheden persoonsgebonden informatie een grote risicofactor dreigt te worden. het ‘recht op vergeten’ – een recht dat is opgenomen in de nieuwe europese privacywet – en het recht om er verschillende online en offline identiteiten op na te houden zijn daarbij nog lang niet van kracht. nationale en eu-wetgeving ijlt na op de dagelijks toenemende – voorlopig niet uitwisbare – hoeveelheid herleidbare persoonsgegevens.

We surfen niet slechts op het net, maar we leven steeds meer in het net. Identiteitsbeheer wordt daarmee voor iedereen een dagtaak.>> christian van’t hof (rathenau instituut)

De nieuwe kloof tussen vaardigen en niet-vaardigen ontstaat op het vlak van mediawijsheid: het kunnen hanteren van de enorme hoeveelheid informatie en het op waarde kunnen schatten van informatie.>> victor bekkers (erasmus universiteit rotterdam, eur) over vaardigheid op internet

Page 14: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie12

2.2 Technologietrends

Jaarlijks worden lijsten van belangrijke technologietrends gepubliceerd door technologie adviesbureaus3. ook de overheid heeft in recente publicaties dergelijke overzichten opgenomen. onderstaande technolo-gieën en trends worden vaak genoemd.

Groen/duurzaamde aandacht voor ‘Groene it’ zal nog belangrijker worden, ook vanuit het oogpunt van energiebesparing en kostenbeheersing. dit vergt aandacht voor nieuwe wet- en regelgeving en voor alternatieven voor gegevensopslag en extra ruimte in het datawarehouse. nieuwe wetten kunnen bedrijven danig in de weg zitten, bijvoorbeeld met nieuwe regels inzake elektriciteitsverbruik, co2-uitstoot en andere milieu-gerelateerde richtlijnen. sommige bedrijven zullen de komende jaren meer sociale verantwoordelijkheid willen nemen, wat tot gevolg kan hebben dat zij andere leverancierskeuzes gaan maken op it-vlak.

Internet of the peoplehet internet is veranderd van een informatie- en communicatiemedium naar een medium voor de productie van ‘user-generated content’ en voor de uitwisseling van uiteenlopende boodschappen tussen gebruikers (web 2.0). dit maakt ook gepersonaliseerde en pro-actieve dienstverlening mogelijk, en meerkanalenbeleid.de samenleving is zelf een informatieverwerkend systeem geworden, net zoals de overheid dat is, waarin belangengroepen net zo goed geïnformeerd zijn over beleidsthema’s als ambtenaren en politici.

3 we hebben gekeken naar de top 10 van Gartner, de drijvende krachten uit het rapport ‘ict 2020 - 4 scenario stories’ van het voormalige ministerie van eZ en de ict-trends die van invloed zijn op de overheid uit het rapport ‘vrd – overheid van de toekomst – ict’.

Page 15: i-strategy Ministry of Agriculture

veranderinGen oM ons heen 13

Internet of thingsboer, tuinder, horecaondernemer en burger worden in toenemende mate ondersteund en gevolgd door intelligente leef- en werkomgevingen. deze omgevingen gaan rechtstreeks communiceren met elkaar en met de overheid. de uitrol van bedrijfsmanagementsystemen in de agrosector en van domotica (huiselijke elektronica) in de leefomgeving draagt hieraan sterk bij. de voordelen die dit brengt leveren ook weer nieuwe dilemma’s op. Met name objecten waar een chip in zit (rFid) vormen een bedreiging voor de privacy, ook al omdat ze vaak onopgemerkt blijven. door rFid kunnen individuele objecten bij scanning overal en altijd gevolgd worden.

Sociale media veroveren de bedrijvensociale media vinden hun drijfveer in het ‘sociale’ van communicatie, de wens van professionals om op vrij spontane wijze kennis en informatie te delen. in de particuliere sector wordt toepassing van sociale media als beloftevol gezien. in de publieke sector is minder duidelijk wat de uiteindelijke impact kan zijn, zeker waar de rijksambtenaar veel meer gebonden is aan wet- en regelgeving. de ontwikkelingen rond het concept ambtenaar2.0 bieden goede perspectieven.

In de wolkende cloud is het platform voor mobiele toepassingen. informatie moet veilig en eenvoudig toegankelijk zijn vanaf meerdere fysieke locaties, meerdere apparaten en vaak voor meerdere gebruikers. er vindt een toenemende overstap plaats naar het service-model voor software en content en consumenten abonne-ren zich steeds vaker voor een bepaalde tijd in plaats van iets te kopen. er zitten ook negatieve kanten aan de cloud: zijn informatiebeveiliging en privacy in voldoende mate geborgd? dit wringt des te meer als de cloud – en dat is vaak het geval – lands- en jurisdictiegrenzen overschrijdt.

2.3 Bestuurlijke context

een belangrijk deel van de context voor het beleid op gebied van informatievoorziening en ict wordt ingegeven door de onmiddellijke bestuurlijke context van eL&i op respectievelijk het niveau van de eu en actuele ontwikkelingen onder de noemer ‘compacte overheid’.

Europese Uniede invloed van de eu blijft groeien en niet alleen in de voor het groene domein bekende directoraten-Generaal (dG’s) agri en sanco. uit andere dG’s komen richtlijnen en rapporten die van invloed zijn op ons handelen, bijvoorbeeld de digitale agenda van commissaris kroes.

De compacte overheideind 2010 is een nieuwe regering aangetreden met hoge ambities op het gebied van de economische ontwikkeling van nederland en tegelijkertijd het beperken van de overheidsuitgaven. het ideaalbeeld is een sterke overheid tegen minimale kosten. excellente dienstverlening aan de samenleving, met behulp van moderne ict, is een belangrijk beleidsdoel. binnen de rijksdienst wordt gestreefd naar een ‘compacte overheid’. hier zien we op het gebied van de publieke taken een herverdeling van taken waarbij effectiviteit en efficiëntie belangrijke drijfveren zijn. de reductie van het aantal ministeries mag als een voorbeeld daarvan worden beschouwd. op het terrein van de interne taken is een duidelijke beweging tot centralisatie op rijksniveau zichtbaar. ict is daarvoor een belangrijke ‘enabler’. de interdepartementale dimensie zal hierdoor steeds sterker worden en van grote invloed zijn op informatievoorziening en ict binnen een departement.

Het omgaan met sociale media hoort onderdeel te zijn van het denken van leidinggevenden.>> roald Lapperre (Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, GLb) over e-Lnv

Page 16: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie14

2.4 Ambities naar aanleiding van de context

de hier geschetste ontwikkelingen in de economie en samenleving in brede zin hebben consequenties die in het volgende hoofdstuk worden vertaald naar voorgestelde ambities op het gebied van informatie-voorziening en ict-beleid.

wat volgen we, maar valt niet te sturen?ict innovatie, mobiel verovert de wereld, van zelf doen naar afnemen uit de cloud•verhouding burger – overheid; burger en ondernemer staan veel kritischer ten opzichte van de •overheid

wat volgen we, waarin we willen en kunnen meesturen?openbaarheid, open data•informatie bij de bron laten, gebruik basisregistraties, elektronisch ondernemingsdossier (eod)•ketensamenwerking, informatie-infrastructuren op orde brengen•sociale innovatie, hnw, sociale media, ambtenaar2.0•europese en rijksbrede kaders, insPire, digitale agenda 2015, dienstenrichtlijn•

wat besturen we?(innovatie met) open data in de groene sector, voornamelijk in de geo-toepassingen en in de • dienstverlening (inclusief toezicht en handhaving)herpositionering in de ketens•organisatieverbetering en –vernieuwing binnen eL&i•

we zullen – in aansluiting op strategische beleidsverkenningen - jaarlijks deze ontwikkelingen moeten herijken: zijn er nieuwe inzichten bij gekomen, zijn veelbelovende ontwikkelingen doorgezet? en hoe vertaalt zich dat naar de richtingen die in het volgende hoofdstuk worden neergezet?

Voorgestelde ambities contextanalyse:

de cio-office beheert digitale dossiers op belangrijke ontwikkelingen. deze zijn gekoppeld aan •communities met collega’s uit de beleidsdirecties en agentschappeneen jaarlijkse update zal verzorgd worden in samenhang met strategische beleidsverkenningen•ontwikkeling van een eL&i-netwerk om meer samenhang te brengen in benadering van •eu-dossiers op zowel informatievoorziening en ict-terrein als domeinspecifieke terreinen

in het volgende hoofdstuk vertalen we de ontwikkelingen naar kansen voor de manier waarop we met de samenleving in contact willen en kunnen zijn; naar de wijze waarop we zaken doen met burgers en ondernemers; en naar de innovatiekracht die geografische informatie kan bieden. de onderwerpen ‘open en verbonden’, ‘dienstverlening’ en ‘Geografische informatie’ zijn gekozen, omdat de dynamiek van verandering hierop aanzienlijk is. dat geldt zowel aan de kant van de overheid als aan de kant van de samenleving en het bedrijfsleven, waarbij het niet uitsluitend om informatie- en ict-aspecten gaat. in de vraagstukken van vandaag en morgen zijn die aspecten steeds meer verweven met andere aspecten, zoals organisatie, de werkwijze in publieke taken en de relatie overheid-samenleving.

Page 17: i-strategy Ministry of Agriculture

veranderinGen oM ons heen 15

Page 18: i-strategy Ministry of Agriculture

16

Page 19: i-strategy Ministry of Agriculture

3 Visie op belangrijke onderwerpen 2011-2015

Page 20: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie18

3.1 Open en verbonden

het Ministerie van eL&i is in rijksbreed kader een sleutelspeler als het gaat om openbaarheid, participatie en hnw. eL&i is dagelijks in contact met ondernemers en burgers, zowel in beleidsvorming, uitvoering als handhaving. daarnaast is eL&i een informatierijke organisatie, wij weten veel over de burger en ondernemer. en tenslotte is eL&i een partner voor burgers en ondernemers waar het gaat om maat-schappelijke en technologische innovatie.

openbaarheid en open data, informatiedeling in de keten, e-participatie en hnw zijn thema’s die we hierna kort beschrijven vanuit de ervaringen van de afgelopen jaren binnen het groene domein. we verkennen de mogelijke betekenis van deze thema’s voor de komende jaren.

3.1.1 Openheid en open databeschikbaarheid van betrouwbare en uitwisselbare informatie is niet alleen een voorwaarde maar ook een aanjager voor innovatie. tegelijkertijd zijn er overwegingen die tot enige behoedzaamheid nood-zaken. veel relaties van eL&i, niet alleen burgers maar ook kleinere Mkb-ers onder andere binnen de agrosector, zijn vrij direct herleidbaar door koppeling van bestanden. een situatie die vanuit privacy optiek noodzaakt tot behoedzame keuzes en zorgvuldige uitvoering. openheid kan op gespannen voet staan met de noodzaak gegevens van relaties zorgvuldig te behandelen. het kan hier gaan om persoons-gegevens, maar bijvoorbeeld ook om concurrentiegevoelige gegevens van ondernemingen.dit kan leiden tot lastige belangenafwegingen die telkens gemaakt moeten worden. hoe lastig dat is hebben we recent ervaren bij de Q-koorts. terwijl de overheid bij de informatievoorziening op internet een afweging moest maken tussen belangen van geitenhouders en volksgezondheid, combineerde iemand buiten de overheid gegevens uit diverse bronnen tot juist die informatie waar de overheid zo terughoudend mee was.

openbaarmaking is een onomkeerbaar proces. als gegevens grootschalig en computerdoorzoekbaar openbaar zijn, dan bestaat ook de mogelijkheid dat door combinatie van gegevens vertrouwelijke informatie hieruit kan worden afgeleid. in de afgelopen jaren zijn onder andere de gegevens van europese subsidies in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en het Gemeenschappelijk visserijbeleid gepubliceerd. de Gegevensautoriteit natuur stelt natuurgegevens beschikbaar via de nationale databank Flora en Fauna. de nieuwe voedsel en waren autoriteit (nvwa) maakt al enige jaren een deel van de controle-gegevens openbaar.

aandacht vragen verder de kosten en verwachte baten. het beschikbaar stellen van informatie, open data, is een ontwikkeling die eL&i uiteraard steunt. deze internationale ontwikkeling van een open Government die in europa door de insPire-richtlijn wordt gesteund en rijksbreed ook door het ministerie van binnenlandse Zaken (bZk) wordt uitgedragen, vergt van eL&i specifieke inspanningen. het hebben van veel interactie met de samenleving en informatie over burgers en ondernemers is een pre, maar aan het met voldoende kwaliteit en weloverwogen beveiligingsmaatregelen openstellen ervan zijn extra investeringen verbonden.

De overheid denkt onvoldoende na over de eigen kwetsbaarheid: is de kwaliteit van de informatie goed genoeg om uitspraken op te baseren en laat de overheid niets slingeren waardoor ze negatief in de media komt.>> corien Prins (wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid, wrr) over kwetsbaarheid

Page 21: i-strategy Ministry of Agriculture

visie oP beLanGriJke onderwerPen 2011-2015 19

eL&i zal in de komende jaren de beschikbaarheid van gegevens langs twee lijnen moeten bevorderen. allereerst zal eL&i uitvoering geven aan wetgeving en europese richtlijnen inzake openbaarheid en open data. de primaire beleidslijn hierin is: ‘openbaar, tenzij’. hierbij zullen prioriteiten moeten worden gesteld aan de hand van de urgentie vanuit de sectoren waarvoor eL&i werkt.

daarnaast zal eL&i moeten verkennen welke gegevens het meest bijdragen aan innovaties in de sectoren, waarvoor business cases vanuit de sectoren kunnen worden opgesteld. naar verwachting zal het hierbij binnen het agrodomein met name gaan om door eL&i beheerde geografische informatie; te noemen zijn de concepten Geoboer en het eod. Maar ook vanuit de inspectiediensten, die al een zekere mate van openbaarheid betrachten, zijn belangrijke ontwikkelingen te verwachten. er zijn concrete mogelijkheden om aan te sluiten bij het rijksbrede initiatief om een nL data Portal te realiseren (data.overheid.nl). in dit data Portal kan de overheid, naar brits voorbeeld, aangeven welke informatie (in potentie) openbaar is. Zo kan eL&i toegroeien naar actief openbaar maken van gegevens.

voor realisatie van beide actielijnen geldt dat vanuit het oogpunt van privacy en informatiebeveiliging er tegelijkertijd naar gestreefd zal worden, dat eL&i zelf zo min mogelijk gegevens over de burger en ondernemer opslaat en bewaart.

3.1.2 Boeiende ketensvoor onze werkprocessen zijn we in steeds sterkere mate afhankelijk van de ketens waarvan we deel uitmaken. we delen informatie met onze partners uit de overheid en daarbuiten. de basisregistraties Gemeentelijke basis administratie (Gba), nieuw handelsregister (nhr) en kadaster zijn goede voor-beelden van maatschappelijk breed gedeelde informatie. Maar er stroomt veel meer informatie door de ketens, en dat gaat lang niet altijd vloeiend. Gegevens zijn vaak niet direct bruikbaar in de volgende schakel van de keten, omdat definities niet op elkaar aansluiten of omdat systemen technisch niet op elkaar aansluiten. verder zijn er ook in de komende jaren nog problemen te verwachten met de technische en inhoudelijke kwaliteit van basis registraties en met de verantwoorde omgang ermee. het rathenau instituut pleit in zijn recente studie over de basisregistraties daarom voor het instellen van een informatie autoriteit.

een goede informatie-infrastructuur is essentieel om in een netwerk van organisaties informatie te kunnen delen en uitwisselen. in dat verband kunnen semantische modellen een rol spelen. dit geldt evenzeer voor (alfa)numerieke informatie als voor geografische informatie. een dergelijke infrastructuur stelt eisen:

op elkaar afgestemde of geharmoniseerde definities van gegevens•inzicht in welke informatie waar te vinden is, wie levert welke informatie•afspraken over de voorwaarden waaronder informatie gedeeld en hergebruikt kan worden•afspraken over beschikbaarheid, beveiliging, verantwoordelijkheid, eigendomsrechten.•

Veel overheden gaan reactief om met de Wet Openbaarheid van Bestuur (Wob), terwijl het veel beter is om data actief openbaar te maken.>> bram voermans (ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschap, ocw) over open data

Er is momenteel een wildgroei aan systemen en databases, zowel bij de overheid als in het bedrijfsleven.>> Michiel besters (rathenau instituut) over het vastleggen van gegevens door de overheid

Page 22: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie20

binnen het groene domein is deze problematiek al langere tijd aan de orde. het bedrijfsleven, in het bijzonder snel innoverende bedrijfstakken als de agrarische sector en de visserijsector, kijkt naar de overheid om de regie te pakken op het harmoniseren van definities en technische standaarden met het oog op de verbetering van de samenwerking in ketens. ook als het gaat om ketens waarin de overheid geen directe rol speelt. sbr is een voorbeeld van hergebruik van informatie uit het bedrijfsadministratiesysteem van een ondernemer. het zorgt ervoor dat de ondernemer veel minder tijd kwijt is aan het maken van verplichte rapportages aan de overheid.

eL&i kan in een keten zowel leverancier als afnemer van informatie zijn. als beoogd bronhouder zal eL&i bijvoorbeeld voor de basisregistratie Grootschalige topografie (bGt) de kaartlaag van het agrarisch areaal nederland leveren. deze kaartlaag toont het agrarisch grondgebruik. we zijn nu afnemer van onder andere informatie uit een aantal basisregistraties, in de toekomst wellicht ook uit de bedrijfs-managementsystemen van agrarisch ondernemers.

op termijn levert het delen van informatie efficiëntievoordeel op, omdat we niet alle informatie die we nodig hebben zelf hoeven te verzamelen, onderhouden en beveiligen. Maar ook omdat informatie zonder kostbare vertaalslagen door ketens kan stromen. de informatie-infrastructuur die daarvoor nodig is vergt veel inspanning, zowel in tijd als geld. we zullen daarom prioriteiten moeten stellen:

Grenzen van organisaties vervagen, het worden ketenorganisaties. Dat is goed voor de verbetering van de samenhang tussen organisaties, afdelingen en projecten doordat iedereen meer betrokken wordt.>> Marjan bevelander (interprovinciaal overleg, iPo) over ketensamenwerking

Page 23: i-strategy Ministry of Agriculture

visie oP beLanGriJke onderwerPen 2011-2015 21

voor welke ketens is dit het meest urgent en is veel voordeel voor de groene sector te behalen. •waar worden gegevensverzamelingen opgebouwd die waardevol zijn voor eL&i en waarin wij zelf niet •langer hoeven te investeren (de tweede kamer heeft bijvoorbeeld plannen om een registratie van alle parlementaire informatie op te zetten, waardoor departementen dat niet meer zelf hoeven te verzamelen).

ook vanuit het perspectief van beveiliging is het efficiënt om informatie alleen zelf op te slaan en te verwerken indien dit strikt nodig is en ook niet langer dan nodig is.

3.1.3 E-participatiebinnen het groene domein van het departement eL&i zijn met burgerparticipatie en met ondernemers- participatie veel ervaringen opgedaan, bijvoorbeeld met discussiegroepen op Linkedin rond duurzaam voedsel en rond het GLb. e-participatie is een begrip dat door burgerlink gedefinieerd wordt als ‘het benutten van informatie- en communicatietechnologie om burgers meer te betrekken bij het verbeteren van publieke dienstverlening, openbaar bestuur en sociale cohesie’. nieuw uitgangspunt is dat de overheid zich niet langer uitsluitend kan richten op voorlichting. de overheid dient beter voorbereid te zijn op betekenis die burger en ondernemer hechten aan informatie, dus minder streven naar 100% compleetheid en correctheid ten bate van pro-actiever inspelen op actuele sentimenten en belangen.

Moderne technologie maakt het daartoe mogelijk beter te luisteren en te analyseren op patroon-herkenning via digitale dienstverlening en via sociale media. onze inspanning is nu nog vooral gericht op het meelezen met discussies over onze beleidsonderwerpen op internet. actieve deelname is beperkt tot het toevoegen van feitelijke informatie. voor reacties maken we vooralsnog gebruik van de bestaande, meer traditionele communicatiemogelijkheden.het in contact treden met de samenleving via internet is een aanvulling op de mix van communicatie-vormen die al in gebruik zijn. in potentie kan eL&i daarmee relatief eenvoudig grote groepen bereiken.

de burger wil gehoord worden als een kwestie actueel is, wil in eerste instantie een luisterend oor, een richtinggevende reactie. dit geldt in het bijzonder voor de aanstormende generatie. Jongeren worden geconfronteerd met wereldwijde ontwikkelingen die moeilijk beïnvloedbaar lijken te zijn door individuele keuzes. of het nu gaat om waardering van groen of keuze van veilig voedsel, of om ontwikkeling van innovatieve ondernemende activiteiten. de eerste ervaringen met programma’s als Lekker Groen en community of talents wijzen uit dat jongerenparticipatie via internet tot waardevolle resultaten leidt.

tegelijkertijd scherpt dit ook een aantal dilemma’s aan: er wordt een groter appel gedaan op het ‘ambtelijk meesterschap’ om goed om te gaan met privacy, bijvoorbeeld door in het kader van e-con sultatie niet onnodig veel of lang persoonsgegevens van respondenten op te slaan. Gezien de complexiteit en snelheid van communicatie en de mogelijkheden die de wob biedt, neemt ook de druk op het departement toe om transparantie te betrachten.

E-participatie gaat niet over informeren, maar over activeren van burgers.>> Mijke slot (tno) over e-participatie

Je moet als ministerie steeds gevoeliger zijn voor hypes. Je moet er wel op inspelen of beter nog op anticiperen, maar niet in meegaan.>> katrien termeer (wageningen ur, wur) over nieuwe media

Page 24: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie22

het kabinet wil een kleinere en slimmere overheid, wil meer verantwoordelijkheid in de samenleving leggen. dit biedt eL&i de kans een nieuwe positie te ontwikkelen in de wijzigende verhoudingen tussen overheid, burger en ondernemer. de uitdaging is om maatschappelijke verantwoordelijkheid, betrokkenheid en een nieuwe, op eigenaar-schap gerichte verhouding tussen burger, ondernemer en overheid te stimuleren. dit door op een aantal niveaus niet langer de primaire (probleem)eigenaar te zijn, maar de facilitator en waar nodig leider.bestuurders zullen vaker ‘in de wind’ komen te staan in maatschappelijke debatten, niet alleen in de kamer, maar ook daar buiten. Zij moeten hierin op het gebied van communicatie en participatie beter ondersteund worden. Zij moeten zichtbaar willen zijn temidden van de aangroeiende informatiestromen rondom burger en ondernemer. kwaliteit van informatie zal daarbij in toenemende mate van belang zijn. waar het gaat om participatie via (digitale) fora weten wij dat representativiteit een issue is dat voort-durende aandacht vergt; het ‘kapen’ van fora door belangengroepen staat op gespannen voet met de beoogde open meningsvorming. we hebben dat al op kleine schaal ervaren. Zo werd een internetconsul-tatie over dierenwelzijn ‘gekaapt’ door een belangengroepering waardoor de uitkomst onbruikbaar werd.

een departement dat een betrouwbare partner wil zijn voor burger en ondernemer, en daarmee participatie serieus neemt, dient e-participatie een gepaste plek te geven in alle kerntaken en onderdelen van de beleidscyclus. dit is nu nog maar beperkt het geval. het leeuwendeel van de activiteiten van oud-Lnv en oud-eZ waren op zijn best digitaal toegankelijk, soms consultatief, in zeer beperkte mate participatief. er zijn initiatieven zoals community of talents (Linkedin) en Guus.net genomen die door de samenleving worden gedragen en de weg wijzen naar begaanbare paden voor het departement.

3.1.4 Samenwerken en delenict en internet hebben een grote invloed op de wijze waarop organisaties functioneren; ook bij de rijksoverheid staan belangrijke ontwikkelingen op stapel. vanuit zowel oud-eZ als oud-Lnv zijn stappen gezet en eerste goede ervaringen opgedaan met vergaande vormen van samenwerking en het ict-ondersteund delen van informatie. het telewerken vanuit de jaren ’90 heeft een zekere ontwikkeling doorgemaakt, maar lijkt te stagneren door drempels die op rijksniveau dienen te worden genomen (zoals fiscale en organisatorische regelingen). door het beschikbaar komen van internetgebaseerde diensten, waaronder sociale media, is een versnelde beweging ontstaan onder labels als ‘slimmer werken’ of ‘het nieuwe werken’. hnw is door velen geassocieerd met de teloorgang van de vaste kantoorwerkplek. Maar hnw is omvattender, het betekent:

van het werken in vaste hiërarchische structuren naar werken in tijdelijke samenwerkingsverbanden •rond een actueel themavan het verzamelen van kennis en informatie naar het delen daarvan•van aanbieden ter instemming naar co-creatie•van hiërarchische sturing naar zelfsturing en -correctie vanuit collectieve ambities•van werk óf privé naar werk én privé.•

hnw vindt zijn voedingsbodem in voortgaande brede maatschappelijke ontwikkelingen, die voort-gestuwd werden door technologische mogelijkheden van het internet. de vereiste cultuuromslag is nodig om in te kunnen spelen op de complexiteit van beleidsvraagstukken, de toenemende noodzaak tot multidisciplinaire beschouwing ervan en de snelheid waarmee nieuwe vragen uit de samenleving opkomen.

Grote innovaties komen niet vanuit de gevestigde machtsstructuren, maar vanuit nichespelers. De gevestigde orde remt juist innovatie.>> Ger vos (innovatienetwerk) over innovatie

Page 25: i-strategy Ministry of Agriculture

visie oP beLanGriJke onderwerPen 2011-2015 23

in hnw tekenen zich twee hoofdstromen af waarmee binnen eL&i eerste ervaringen zijn opgedaan, te weten een meer kwantitatieve, resultaatgerichte stroming die zich richt op ‘meer doen met minder door plaats- en tijdonafhankelijk werken’ (slimmer werken) en een meer kwalitatieve stroming die de nadruk legt op verhoging van effectiviteit door (digitale) samenwerkingsverbanden en kennisdeling. we staan nu voor de uitdaging om te leren van die pilots en een gezamenlijke koers voor eL&i uit te zetten. voor 2011 en verder kunnen we initiatieven die kansrijk gebleken zijn opschalen. bijvoorbeeld de beweging ambtenaar2.0 benutten binnen heel eL&i. in de beleidskern kan hnw bijdragen aan versnelde ontwik-keling van de eL&i-organisatie. de uitvoerende diensten kunnen veel leren van hnw-programma dat de nvwa in de komende jaren uitvoert. verder zullen we initiatieven van onderop moeten stimuleren door actief gebruik van de mogelijkheden die de techniek biedt, uiteraard via digitale werkplek rijk (dwr), maar ook door verantwoord gebruik van sociale media.

realisatie van deze ambities gaat gepaard met een aantal dilemma’s die juist bij ingrijpende ontwikkelin-gen als hnw aan de orde zijn. wij noemen er hier een aantal:

door de krimptaakstellingen ligt de nadruk op efficiëntieverhoging. voor hnw is een sfeer van •experimenteren in openheid en vertrouwen essentieel; dat kan door onzekerheid vanwege krimp makkelijk ondermijnd worden. Jong talent brengt hnw mee, maar er stroomt door de krimp (te) weinig jong talent binnen. en de •focus op efficiency kan aanpassen aan de ‘oude cultuur’ bevorderen.

Een fundamenteel verschil met het ‘oude werken’ is de mate van voorspelbaarheid. Bij het oude werken is in hoge mate voorspelbaar hoe iets gaat verlopen. Bij het nieuwe werken kan dat niet meer.>> Gerbrand haverkamp (vernieuwing rijksdienst, vrd) over het nieuwe werken

Page 26: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie24

hnw is naar zijn aard een intrinsiek dilemma: hnw is horizontaal gericht (je bent zichtbaar door •kennis te delen), terwijl de ambtelijke organisaties vertikaal gericht zijn (je bent zichtbaar door kennis te hebben). hnw gaat gepaard met flexibiliteit in de manier van werken, in de plaats en het tijdstip waarop, •en met wie. dit wringt met de reflex vanuit een rijksbrede gelijkschakeling van arbeidsvoorwaarden die gericht is op uniformering van werkplekvoorzieningen en eventuele -vergoedingen.de ervaring leert dat dit soort dilemma’s door initiatieven van onderop – zoals ambtenaar2.0 – • opgelost kunnen worden, maar dat echte verankering bepaald wordt door leidinggevenden.

Voorgestelde ambities Open en Verbonden

1. EL&I streeft ernaar gegevens actief openbaar te maken, tenzij de uitoefening van wettelijke taken dat niet toelaat. daarbij zijn de volgende prioriteiten aan de orde. a. bij investeren in het beschikbaar stellen van informatie (open data) ligt de focus op de vraag

vanuit de samenleving.b. het verzamelen en bewaren van gegevens zal herijkt worden. enerzijds zal zo min mogelijk

worden opgeslagen waar dat beter door de ondernemer kan worden bewaard. anderzijds zullen archieftaken in het kader van de rijksbrede concentratie verschuiven naar bronhouders.

c. open registers: eL&i gaat verder met eenmalig inwinnen, meervoudig gebruik op departe-mentaal niveau, maar de ambitie is om de registers die we onderhouden breder open te stellen.

d. ketenwaardige gegevensuitwisseling: voorbij het openbaar maken is de ambitie dat eL&i gegevens op zodanige wijze standaardiseert en op meerwaarde in de keten toetst, dat actieve deling in ketens gestimuleerd wordt (in samenwerking met het college standaardisatie).

2. Om als moderne overheid mee te bewegen met economische en maatschappelijke bewegingen en om aantrek-kelijk te blijven als werkgever streeft EL&I ernaar om HNW te integreren in de organisatiefilosofie voor het nieuwe departement. vanuit deze ambitie zijn er de volgende prioriteiten:a. huisvesting en infrastructuur zijn geschikt om hnw te ondersteunen.b. e-Participatie in de samenhang van beleidsvorming en -uitvoering wordt verder beproefd,

verder experimenteren en leren (bijvoorbeeld GLb), politiek draagvlak zoeken.c. het ondersteunen van en participeren in het programma ambtenaar2.0 krijgt vervolg na 2011.

3.2 Betere dienstverlening

binnen het groene domein van eL&i, met name de agrosector, is het verbeteren van de dienstverlening door de overheid een belangrijke prioriteit. de sector is kennisintensief en regeldicht en de interactie tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen is intensief. de verlaging van de transactiekosten heeft daarom alle aandacht nodig.

de verwachtingen van de samenleving op het gebied van elektronische dienstverlening zijn hoog: burgers en ondernemers willen snel en zeker allerlei zaken kunnen regelen vanachter hun computer of zelfs onderweg via hun smartphone. ook ten aanzien van de overheid zijn de verwachtingen hoog en, hoewel er al veel goed gaat, leidt dat helaas nog wel eens tot teleurstellingen. in toenemende mate spelen juridische aspecten in het informatieverkeer tussen overheid en ondernemer een rol. daardoor kan de dienstverlening door de overheid minder snel vooruitgang boeken dan dienstverlening door het bedrijfsleven. Grote overheidsprogramma’s gericht op betere dienstverlening, zoals het nuP, vragen voortdurende extra aandacht en bijstelling. ook het huidige kabinet legt nadruk op het benutten van de mogelijkheden van ict om het informatieverkeer tussen ondernemers en de overheid efficiënter te laten verlopen en op het wegnemen van belemmerende regeldruk.

Page 27: i-strategy Ministry of Agriculture

visie oP beLanGriJke onderwerPen 2011-2015 25

de afgelopen jaren is binnen het groene domein van eL&i veel energie gestoken in een betere interactie met de agrosector. er zijn portals gekomen (mijn dossier) om de uitwisseling van informatie te ver-beteren. Formulieren zijn voor een groot deel gedigitaliseerd en steeds meer vooringevuld (hergebruik van informatie die al bij de overheid bekend is). Laatstgenoemde ontwikkeling is de afgelopen jaren met grote sprongen vooruit gegaan en succesvol verlopen. in 2010 was er bij de gecombineerde data-inwinning door dienst regelingen sprake van een score van meer dan 80% digitaal en een ruim voldoende klanttevredenheid. toch is er dikwijls nog sprake van een dubbele stroom: per post en digitaal. ook is de formele terugkoppeling (beschikkingen, vergunningen) meestal per post en nog maar zelden digitaal (e-mail, berichtenbox). deze situatie roept de vraag op hoe de komende jaren verder te gaan. Moet er gestreefd worden naar een 100% digitale inwinning van informatie, desnoods met wettelijke verplichtingen? of is het belangrijker om te werken aan een ‘nieuwe generatie’ digitale dienstverlening?

de vraag stellen is hem beantwoorden. het streven naar een betere dienstverlening door de bestaande werkwijzen verder op te poetsen leidt tot onvoldoende resultaat. om op een hoger kwaliteitsniveau te komen en administratieve lasten blijvend te verlagen, zal een andere werkwijze gezocht moeten worden. een werkwijze waarbij we als overheid de ondernemer of burger niet langer vragen om zich aan ons aan te passen, maar waarbij de overheid zoveel mogelijk aansluit bij de ondernemer (ketenomkering). binnen het groene domein van eL&i is dienst regelingen (dr) in 2009 de uitdaging aangegaan en heeft in haar strategisch plan de aanzet gegeven voor een andere werkwijze: sneller, wendbaarder, efficiënter. ook in de handhaving streeft de nvwa naar betere dienstverlening en beperking van de toezichtslast. Maar de concretisering van deze doelstellingen is nog niet eenvoudig.

het programma digitale dienstverlening (ddv) heeft met inachtneming van bovenstaande een visie op de dienstverlening in het groene domein ontwikkeld. hierbij speelt de hoge mate van digitalisering van ondernemers in dit domein een belangrijke rol. de eisen van minder regeldruk en een kleinere overheid die betere diensten levert kan alleen ingevuld worden door het opvragen van informatie, de verwerking en de terugkoppeling van het resultaat volledig digitaal in te richten. voor dit proces staat een mix van uitvoeringsvarianten ter beschikking.

daarbij kan heel goed worden aangesloten op het eL&i-programma ‘slim geregeld goed verbonden’ (sGGv), waarbinnen de afgelopen periode het concept eod is uitgewerkt. het huidige e-loket van de dr heeft reeds een aantal functies van het eod in zich. bijna alle ondernemers in het groene domein zijn hierop aangesloten. ook lopen er verkenningen en pilots met eod-kenmerken: ‘Geoboer’ is hiervan een voorbeeld. wanneer de overheid aansluit bij gegevens die in het werkproces van de ondernemer tot stand komen en wanneer de overheid voor de dienstverlening deze bedrijfsgegevens zonder menselijke tussenkomst kan uitlezen, dan is een verdere lastenverlichting te behalen. de ondernemer is regisseur over zijn eigen gegevens en bepaalt zelf welke overheidsorganisatie toegang krijgt voor welke gegevens. ook voor de overheid kan dit belangrijke efficiencyvoordelen hebben, omdat werkprocessen deels geautomatiseerd kunnen verlopen.

er zijn binnen de agrosector activiteiten gestart om gemeenschappelijke gegevensstandaarden te ontwikkelen zodat de contacten binnen de ketens in het bedrijfsleven en tussen overheid en ondernemer gemakkelijker (elektronisch) kunnen verlopen. nu is het vaak nog zo dat een ondernemer bij de gegevensinwinning door de overheid via een codetabel de informatie uit zijn bedrijfsmanagement-systeem moet vertalen naar de elektronische formulieren van de overheid. Zou het niet ideaal zijn als er sprake zou zijn van gemeenschappelijke codes, bijvoorbeeld voor pootaardappelen, die in de hele keten gebruikt worden? als dat zou lukken zou de agrosector koploper worden in het standaardiseren van gegevens, het synchroniseren van processen en het digitaliseren van berichtenverkeer. dat is veel meer dan het 100% digitaal inwinnen van gegevens door de overheid.

Ik wil dat de overheid er is voor mij, maar ik heb nu het gevoel dat ik er ben voor de overheid.>> Jan Paul van hoven, kM wilhelminapolder

Page 28: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie26

Minder inwinnen en meer raadplegen is een belangrijke stap in de richting van een nieuwe generatie digitale dienstverlening. het betekent in eerste instantie minder zorgen om informatiebeveiliging: wat je niet hebt, hoef je niet te beschermen. Maar er komen andere plichten voor in de plaats. Zo zal goed geborgd moeten zijn dat de overheid niet, bewust of onbewust, misbruik kan maken van de toegang tot gegevens van ondernemers. omgekeerd moet zeker gesteld zijn dat we ook de juiste gegevens krijgen. dit luistert nauw bij gegevens die in de tijd kunnen veranderen. ook wordt het lastig om beslissingen achteraf te verantwoorden, als de onderliggende gegevens niet meer beschikbaar zijn. in die gevallen zal extra aandacht nodig zijn voor archivering van alle relevante gegevens. de beveiliging daarvan is niet triviaal, maar waarschijnlijk eenvoudiger omdat er slechts zeer specifieke toegang toe nodig is. een laatste aandachtspunt is de flexibiliteit van digitale dienstverlening met gebruik van gestandaardiseerde keteninformatie. standaardisering kan de flexibiliteit van de wederzijdse informatie en communicatie beperken, omdat gewerkt moet worden met van tevoren afgesproken standaards. voor de toekomst van de digitale dienstverlening betekent dit dat in toenemende mate gewerkt zal moeten worden met een zorgvuldige mix van (digitale en soms ook niet digitale) uitvoeringsvarianten. dat stelt hoge eisen aan de relatie tussen de overheid en partijen in de keten.

Voorgestelde ambities Betere Dienstverlening

1. de in 2006 geformuleerde ambitie 100% digitaal binnen het groene domein wordt afgerond; de huidige 85% digitale inwinning gaat naar 100%.

2. digitaal communiceren in het groene domein wordt de komende jaren een wederzijdse verplich-ting: niet alleen digitaal opvragen, maar ook digitaal terugmelden aan de burger of ondernemer. dit vereist een goed werkende infrastructuur zoals gegevensstandaards, gedeelde architectuur, e-herkenning en Pki-overheid en goede wederzijdse toegang tot gegevens.

3. de ondernemer of burger moet met zijn klantprofiel (gekoppeld aan mijndossier-toepassingen zoals het eod) toegang krijgen tot alle overheidsdiensten. dit vereist een overheidsbreed overzicht van beschikbare diensten. het agrodomein gaat als een van de pilotsectoren investeren in het eod.

4. innovatie van de dienstverlening wordt in samenspel met de agrosector en kennispartners gerealiseerd. op korte termijn zal met de sector een verkenning plaatsvinden naar de mogelijk-heden van de koppeling van bedrijfsmanagementsystemen, standaardisatie en eod. de verkenning zal in 2011 al tot de eerste pilots moeten leiden.

Page 29: i-strategy Ministry of Agriculture

visie oP beLanGriJke onderwerPen 2011-2015 27

3.3 Geografische informatie

de samenleving ontwikkelt zich tot een beeldcultuur waarbij burgers hun eigen behoefte aan informatie invullen met dikwijls contextgebonden en locatiegebonden informatie. daardoor ontstaan kansen op meer accurate en snelle communicatie. de overheid kan deze ontwikkelingen benutten door in te spelen op deze trends in haar communicatiestrategie en haar dienstverlening. hierbij past het actief beschikbaar stellen van informatie van de overheid (open data) voor innovatie door de samenleving. het samengaan van de ministeries van eZ en Lnv biedt goede gelegenheid om deskundigheid met elkaar te verbinden.

het groene domein van eL&i heeft een lange traditie in het gebruik van geo-informatie in beleid, uitvoering en handhaving. niet verwonderlijk: vrijwel alle beleidsthema’s van het groene domein manifesteren zich in de fysieke ruimte en beïnvloeden elkaar in de uitvoering. in de beleidsvorming worden onder andere ruimtelijke scenario’s ontwikkeld. kaartlagen met informatie van verschillende ruimtelijke beleidsvoornemens kunnen over elkaar heen gelegd worden en daardoor is integrale analyse en visualisatie mogelijk. in de uitvoering zijn inkomenstoeslagen aan agrarisch ondernemers mede gebaseerd op een digitale kaart van zijn percelen, mesttransporten zijn realtime te volgen via mobiele geo-toepassingen en interactieve geo-communicatiemiddelen ondersteunen de vraagstukken rond landinrichting. tenslotte is geo-informatie van vitaal belang voor het managen van crisissituaties rond plant- en dierziekten. crisisteams gebruiken actuele elektronische kaarten om besmettingen te registre-ren, zoneringen vast te stellen en plannen voor beheersing van de crisis te maken. door de noodzaak om verschillende maatschappelijke claims op schaarser wordende ruimte te combineren neemt het belang van actuele en gedetailleerde geo-informatie voor het werkveld van het ministerie verder toe.

niet alleen binnen eL&i wordt geo-informatie toegepast. bij vrijwel alle grote overheidsorganisaties gebeurt dat. om hier sturing aan te geven is enkele jaren geleden het zogenaamde Gi-beraad opgericht, geleid door het Ministerie van ienM, waaraan ondermeer defensie, bZk, rijkswaterstaat, unie van waterschappen, vnG, kadaster en tno deelnemen. het Gi-beraad heeft in 2008 een beleidsnota (Gideon) vastgesteld waarin de contouren van een nationale voorziening voor geo-informatie zijn

Page 30: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie28

beschreven. voor ondersteuning is Geonovum opgericht. het Ministerie van eL&i is een actieve deel-nemer aan de uitvoering van ‘Gideon’. Momenteel wordt gewerkt aan de realisatie van verschillende geo-basisregistraties: basisregistratie ondergrond (bro), basisregistratie Grootschalige topografie (bGt), gemeenschappelijke inkoop van geo-informatie (luchtfoto’s), centrale opslag en distributie van geo-informatie, Publieke dienstverlening op de kaart (Pdok) en een nationaal Georegister (nGr). het ministerie wordt medebronhouder van de bro en de bGt. bijkomend voordeel van deze initiatieven is dat het voor overheden makkelijker wordt om te voldoen aan de europese richtlijn ‘insPire’ inzake het actief beschikbaar stellen van overheidsinformatie voor hergebruik. in 2011 wordt de nationale geo-beleidsagenda Gideon vernieuwd. innovatie, valorisatie en samenwerking met het bedrijfsleven worden belangrijke thema’s. het ministerie van eL&i zal actief participeren bij de opstelling van de nieuwe agenda.

in de agro-sector is, vooruitlopend op het nieuwe europese GLb, een belangrijke ontwikkeling gaande om op meer duurzame wijze te produceren met instandhouding van voldoende economisch rendement. deze nieuwe, innovatieve vorm van landbouw wordt aangeduid met ‘precisielandbouw’. Gedetailleerde geo-informatie over bodemgesteldheid en gewasontwikkeling zijn belangrijke randvoorwaarden voor een grootschalige doorbraak ervan. door plaatsspecifiek te zaaien, te bemesten, te wieden, te beregenen en ziekten en plagen te bestrijden kan het gebruik van milieubelastende stoffen, brandstof en de uitstoot van broeikasgassen enorm worden teruggedrongen, terwijl een goede opbrengst mogelijk blijft.

eL&i stimuleert de ontwikkeling van precisielandbouw met een stevig uitvoeringsprogramma. het in 2013 vernieuwde GLb zal verdergaande integratie van agrarische productie en maatschappelijke diensten als behoud van landschappelijke en natuurwaarden afdwingen. dat zal extra kwaliteitseisen stellen aan digitaal kaartmateriaal, waardoor investeringen nodig zijn in het geodomein van eL&i. hierin past het breed beschikbaar stellen van remote sensing (rs) data. niet alleen precisielandbouw profiteert hiervan, ook andere publieke taken kunnen rs-data goed gebruiken: monitoring biodiversiteit, (milieu)condities natuur- en bosgebieden, dijkbewaking, peilbeheer, grondbewegingen enzovoorts. het nu beschikbaar stellen van rs-data – ook voor de samenleving – biedt gelegenheid om ervaring op te doen en nieuwe

Page 31: i-strategy Ministry of Agriculture

visie oP beLanGriJke onderwerPen 2011-2015 29

Voorgestelde ambities GEO-Informatie en -ICT

1. eL&i wil economische en maatschappelijke innovatie bevorderen door inzet van geo-informatie en -ict. om deze ambitie te realiseren gelden de volgende prioriteiten.a. eL&i gaat geo-ict als doorbraaktechnologie verkennen met gebruik van zowel land based als

remote sensing data, waarbij verschillende partijen van oud-Lnv en oud-eZ betrokken zijn.b. eL&i gaat in overheidsbreed verband basiskaartlagen standaardiseren: eL&i wordt mede-

bronhouder bGt en bro.c. distributiekanaal optimaliseren: in lijn met de eu-richtlijn insPire gaat eL&i door met

geo-informatie publiceren (Pdok). dat vereist standaardisatie van infrastructuren in samen-werking met het college standaardisatie.

2. eL&i wil beleid en uitvoering in de publieke sector verbeteren door inzet van geo-informatie. daarbij gelden de volgende prioriteiten: a. eL&i gaat actief inzetten op Pdok toegespitst op regionale informatieverschaffing. b. Geo-informatie wordt voornamelijk in het groene domein gebruikt in de beleidsvorming,

en ook in de uitvoering (met name bij crisisbeheersing).3. eL&i gaat een eL&i geo-visie1 opstellen, die mede gevoed wordt door inzichten uit een actieve

deelname van eL&i in het GGP en die een bijdrage levert aan de nationale geo-beleidsagenda (Gideon versie 2). hierbij zal eL&i de kracht benutten van de symbiose die ontwikkeld is met organisaties uit de groene sector en innovatieve geo-dienstenbedrijven om tot snelle en effectieve toepassingen te komen.

1 voor een introductie zie ‘aanzet tot een Geovisie van economische Zaken, Landbouw en innovatie’ van januari 2011

innovaties op gang te brengen. vanaf 2015 levert het europese waarnemingsprogramma Global Monitoring for environment and security (GMes) vrij beschikbare rs-data. nederland kan zich zo goed voorbereiden op innovatieve kansen van de komst van deze informatie en er vanaf 2015 direct mee aan de slag. in het Groene Geoplatform (GGP) werken sinds 2010 het agro- en geobedrijfsleven samen met overheden en wetenschap om synergie te stimuleren.

Grote partijen als Google en tomtom hebben het gebruik van digitale geo-informatie in korte tijd gepopulariseerd. burgers zijn ondertussen zeer vertrouwd met (web)applicaties met een belangrijke geo-component, zoals Google Maps, buienradar en de nationale Griepmeting. navigatiesystemen zijn tegenwoordig standaard ingebouwd in auto’s. Met de komst van moderne smartphones kan op basis van de actuele positie van de gebruiker de informatie (Location based services) worden geselecteerd. Locatie fungeert dus als een belangrijk filter om gepersonaliseerde informatie aan te bieden. in korte tijd zijn voor deze smartphones duizenden (dikwijls gratis of zeer goedkope) apps ontwikkeld. het Ministerie van eL&i kan inspelen op deze trends en deze gebruiken in haar communicatiestrategie. om ervaring op te doen is een app ontwikkeld waarmee recreanten op basis van hun positie gegevens (habitatinformatie, film, foto’s) over natura2000-gebieden kunnen opvragen en bekijken en er een reactie op geven. structurele aandacht voor kansen en impact van deze nieuwe vorm van communicatie is noodzakelijk.

de ambities voor 2011 en daarop volgende jaren worden gerealiseerd in een concernbreed programma dat aan de ene kant georganiseerd wordt rond thema’s die gericht zijn op het voldoen aan europese en nationale regelgeving. een andere prioriteit is het beschikbaar stellen van geo-informatie in het kader van het open-databeleid. in die zin levert het geo-domein een voorwaardelijke, maar in toenemende mate ook ‘enabling’ bijdrage aan een reeks van beleidsdomeinen.

Page 32: i-strategy Ministry of Agriculture

30

Page 33: i-strategy Ministry of Agriculture

4 Ambities en besturing 2011-2015

Page 34: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie32

In deze ‘visie op informatievoorziening en ICT voor de periode 2011-2015’, voor en vanuit het groene domein van EL&I, presenteren wij een actuele doorkijk op de wijze waarop het ministerie van EL&I haar doelstellingen op het gebied van dienstverlening, innovatie en handhaving voor de burger en de ondernemer zo goed mogelijk kan richten, waar het gaat om de informatievoorziening en ICT-toepassingen.

het perspectief waarin we deze visie presenteren is die van een snel veranderende verhouding tussen enerzijds burger en ondernemer en anderzijds de overheid. informatie en ict-toepassingen, met name via internet, kennen hierin een hoge dynamiek die per definitie internationaal is. Zeker waar het gaat om informatieuitwisseling en nieuwe ict-toepassingen, spreken we over een internationaal sturingskader: de eu is in toenemende mate bepalend voor regelgeving die bepalingen oplegt aan de gestandaar-diseerde wijze waarop een overheid informatie beschikbaar moet stellen voor burger en ondernemer. voor nieuwe ict-toepassingen is de rol van de overheid die van launching customer of als regisseur van standaardisatie op specifieke toepassingsdomeinen. de dynamiek wordt echter bepaald door consumenten en door (internationale) aanbieders.dit perspectief legt beperkingen op aan de sturingsmogelijkheden van eL&i. enerzijds is de impact van maatregelen en investeringen steeds meer een onderdeel van ketens en netwerken waarin ondernemers en burgers het primaat krijgen. anderzijds vereist dit een proactieve opstelling van eL&i, om tijdig in te kunnen spelen op te verwachten kansen en risico’s.

aan deze pro-actieve opstelling van eL&i wil deze i-visie een bijdrage leveren. in dit hoofdstuk vatten wij daartoe de ambities samen die in de voorgaande paragrafen ‘open en verbonden’, ‘dienstverlening’ en ‘Geografische informatie’ geformuleerd zijn. in alle gevallen gaat het hierbij om ambities op terreinen waarin wij in de komende jaren een sterke dynamiek verwachten en die belangrijk zijn voor burger en ondernemer. vervolgens spiegelen wij die ambities op een globale manier met de achterliggende beleidsdoelen van eL&i, waarbij aangeduid wordt hoe de ambities kunnen bijdragen aan algemene beleidsprioriteiten als administratieve lastenverlichting en verlaging regeldruk, innovatie in de economie en de samenleving, en de compacte overheid.wij besluiten deze samenvatting met een indicatieve ordening van ambities, beleidsthema’s en te verwachten ontwikkelingen in relatie tot interventies en investeringen die al door eL&i in gang gezet zijn in het kader van de ‘i-strategie 2005-2010’. de sturing op deze ambities op gebied van informatievoorziening en ict tegen de achtergrond van beleidsdoelen van eL&i maakt uiteraard ook deel uit van en wordt beïnvloed door de ontwikkelingen op gebied van governance op ict-investeringen op het niveau van de rijksoverheid. de ontwikkelingen op dit terrein zullen ook kort geschetst worden.

Page 35: i-strategy Ministry of Agriculture

aMbities en besturinG 2011-2015 33

2005

2010

2015

2020

SOLLCompacte overheid

Innovatie in sleutelgebiedenBetere internationale marktpositie

Duurzaam en veiligGezonde leefomgeving

IST

Vertrouwen van samenleving

herwinnen

Openbaarmaking van EU-subsidies en Flora&Fauna (GAN)

Experimenten met e-participatie

LNV gekoppeld aan GBA en NHR

Ambtenaar 2.0 netwerk opgebouwd

GDI 85 % digitaal aangeleverd

CLIENT verbetert im- en export

Informatie via Mijn Dossier beschikbaar

Digikoppeling -standaard voor

berichtuitwisseling

Pilot eHerkenning

AAN-laag voor dienstverlening

Geoboer: koppeling BMS-overheid

Oprichitng Groene Geoplatform

Mesttransport online te volgen

Digitale keten Natuur ontwikkeld

Vernieuwing Rijksdienst

NUP

ICT-Agenda 2008-2011

Departementale CIO aangesteld

Samenwerken binnen de overheid

Iedereen altijd overal online

Inspectie-informatie openbaar

Experimenten e-participatie

voortzetten

HNW als organisatiefilosofie

voor EL&I

Open data ter stimulering

van innovatie

100% digitaal opvragen én terugmelden

Ondernemer is regisseur van zijn

gegevens (via EOD)

Informatie direkt leverbaar uit BMS

AAN-laag als bron voor de BGT

Inzet van remote sensing tbv

maatschappelijke diensten

EL&I geo-visie en bijdragen aan Gideon 2

PDOK is basis voor maatschappelijke

diensten

ICT-Strategie Rijk

Centralisatie interne taken

Meer EU-sturing, ook op I en ICT

Nieuwe ICT-Agenda

Concentratie inspectie- en subsidietaken

Context en visie jaarlijks herijken

Verhouding burger-overheid verandert

‘World after midnight’

Context

Open en

Verbonden

Dienstverlening

Geografishe

informatie

Besturing

I-vis

ie 2

006

- 201

0I-

visie

201

1 - 2

015

Page 36: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie34

De voorgestelde ambities op gebied van informatievoorziening en ICT 2011-2015 samengevat

Open en verbonden

1. EL&I streeft ernaar gegevens actief openbaar te maken, tenzij de uitoefening van wettelijke taken dat niet toelaat. daarbij zijn de volgende prioriteiten aan de orde. a. bij investeren in het beschikbaar stellen van informatie (open data) ligt de focus op de vraag vanuit

de samenleving.b. het verzamelen en bewaren van gegevens zal herijkt worden. enerzijds zal zo min mogelijk worden

opgeslagen waar dat beter door de ondernemer kan worden bewaard. anderzijds zullen archieftaken in het kader van de rijksbrede concentratie verschuiven naar bronhouders.

c. open registers: eL&i gaat verder met eenmalig inwinnen, meervoudig gebruik op departementaal niveau, maar de ambitie is om de registers die we onderhouden breder open te stellen.

d. ketenwaardige gegevensuitwisseling: voorbij het openbaar maken is de ambitie dat eL&i gegevens op zodanige wijze standaardiseert en op meerwaarde in de keten toetst, dat actieve deling in ketens gestimuleerd wordt (in samenwerking met het college standaardisatie).

2. Om als moderne overheid mee te bewegen met economische en maatschappelijke bewegingen en om aantrekkelijk te blijven als werkgever streeft EL&I ernaar om HNW te integreren in de organisatiefilosofie voor het nieuwe departement. vanuit deze ambitie zijn er de volgende prioriteiten:a. huisvesting en infrastructuur zijn geschikt om hnw te ondersteunen.b. e-Participatie in de samenhang van beleidsvorming en -uitvoering wordt verder beproefd, verder

experimenteren en leren (bijvoorbeeld GLb), politiek draagvlak zoeken.c. het ondersteunen van en participeren in het programma ambtenaar2.0 krijgt vervolg na 2011.

Betere dienstverlening

3. de in 2006 geformuleerde ambitie 100% digitaal binnen het groene domein wordt afgerond; de huidige 85% digitale inwinning gaat naar 100%.

4. digitaal communiceren in het groene domein wordt de komende jaren een wederzijdse verplichting: niet alleen digitaal opvragen, maar ook digitaal terugmelden aan de burger of ondernemer. dit vereist een goed werkende infrastructuur zoals gegevensstandaards, gedeelde architectuur, e-herkenning en Pki-overheid en goede wederzijdse toegang tot gegevens.

5. de ondernemer of burger moet met zijn klantprofiel (gekoppeld aan mijndossier-toepassingen zoals het eod) toegang krijgen tot alle overheidsdiensten. dit vereist een overheidsbreed overzicht van beschikbare diensten. het agrodomein gaat als een van de pilotsectoren investeren in het eod.

6. innovatie van de dienstverlening wordt in samenspel met de agrosector en kennispartners gereali-seerd. op korte termijn zal met de sector een verkenning plaatsvinden naar de mogelijkheden van de koppeling van bedrijfsmanagementsystemen, standaardisatie en eod. de verkenning zal in 2011 al tot de eerste pilots moeten leiden.

GEO-Informatie en -ICT

7. eL&i wil economische en maatschappelijke innovatie bevorderen door inzet van geo-informatie en -ict. om deze ambitie te realiseren gelden de volgende prioriteiten.a. eL&i gaat geo-ict als doorbraaktechnologie verkennen met gebruik van zowel land based als

remote sensing data, waarbij verschillende partijen van oud-Lnv en oud-eZ betrokken zijn.b. eL&i gaat in overheidsbreed verband basiskaartlagen standaardiseren: eL&i wordt medebronhouder

bGt en bro.c. distributiekanaal optimaliseren: in lijn met de eu-richtlijn insPire gaat eL&i door met geo-infor-

matie publiceren (Pdok). dat vereist standaardisatie van infrastructuren in samenwerking met het college standaardisatie.

Page 37: i-strategy Ministry of Agriculture

aMbities en besturinG 2011-2015 35

8. eL&i wil beleid en uitvoering in de publieke sector verbeteren door inzet van geo-informatie. daarbij gelden de volgende prioriteiten: a. eL&i gaat actief inzetten op Pdok toegespitst op regionale informatieverschaffing. b. Geo-informatie wordt voornamelijk in het groene domein gebruikt in de beleidsvorming, en ook in

de uitvoering (met name bij crisisbeheersing).9. eL&i gaat een eL&i geo-visie opstellen, die mede gevoed wordt door inzichten uit een actieve

deelname van eL&i in het GGP en die een bijdrage levert aan de nationale geo-beleidsagenda (Gideon versie 2). hierbij zal eL&i de kracht benutten van de symbiose die ontwikkeld is met organi saties uit de groene sector en innovatieve geo-dienstenbedrijven om tot snelle en effectieve toepassingen te komen.

De negen voorgestelde ambities gerelateerd aan beleidsdoelen van EL&I

deze negen ambities dragen bij aan een aantal centrale beleidsdoelen van de rijksoverheid waarvan wij hier een korte illustratieve beschrijving geven:

compacte overheid•innovatie in sleutelgebieden•betere internationale marktpositie•duurzaam en veilig•Gezonde leefomgeving•

Compacte overheidelk van de ambities draagt bij aan het realiseren van een meer compacte overheid. vanuit het eerder geschetste perspectief op sturing zijn de ambities gericht op een slimmere overheid die de rol van burger en ondernemer in ketens en netwerken centraal stelt. op het gebied van interne taken zijn de afgelopen jaren de eerste slagen gemaakt rond interdepartementale bundeling en flexibilisering. de ambities betekenen dat eL&i in deze ketens en netwerken actief deelneemt en meestuurt om onze publieke taken effectiever en efficiënter te vervullen, maar ook om onze interne taken effectiever en efficiënter te laten verlopen.in relatie tot het nationale uitvoeringsprogramma (nuP) heeft eL&i vanuit het groene domein intensief ingezet op gebruik van de basisregistraties, alsmede koppeling op registraties die oud-Lnv in haar wettelijke taak vanuit eu-regelgeving beheert. in de komende jaren zal in aanvulling hierop de kwaliteit van dienstverlening, de toenemende rol van provincies en gemeenten hierin, en het gebruik van geo-informatie centraal staan.een andere invalshoek die verbonden is aan de compacte overheid is een grotere betrokkenheid van de burger en ondernemer bij publieke taken. eL&i wil deze betrokkenheid bevorderen door gegevens actief openbaar te stellen, tenzij uitoefening van wettelijke taken dat niet toelaat.

Innovatie in sleutelgebiedende agrofoodsector vormt een van de innovatie ‘sleutelgebieden’ voor stimulering en deregulering door de rijksoverheid. een aantal van de hier geformuleerde ambities zijn van groot belang om innovaties in dit gebied mogelijk te maken. eL&i beschikt over een groot aantal registers met (geo-)informatie: toegang tot deze registers is een noodzakelijke voorwaarde voor ondernemers die nieuwe digitale diensten willen ontwikkelen. Zonder snelle toegang tot kwalitatief hoogwaardige gegevens zijn locatie-gebaseerde diensten, die in alle sectoren van de samenleving hun intrede doen, niet levensvatbaar. een ander voorbeeld is de digitalisering van de dienstverlening en de creatie van het eod: deze draagt niet alleen bij aan verlaging van regeldruk, maar is ook een motor voor verdere innovaties in de sector, bijvoorbeeld voor bedrijven die koppelingen tot stand gaan brengen tussen gegevens uit bedrijfs-managementsystemen enerzijds en registratiesystemen van de overheid anderzijds.

Page 38: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie36

Betere internationale marktpositieinformatie en ict zijn cruciale factoren voor behoud en verbetering van de internationale marktpositie. Zowel voor de concurrentiekracht van nederlandse ondernemingen, maar ook om een actieve rol te kunnen blijven vervullen in internationale ketens van bedrijven: alleen al binnen de eu dienen onder-nemers aan allerlei regels van informatieverschaffing te voldoen om snel en efficiënt te kunnen acteren. hetzelfde geldt vanuit een internationale optiek voor buitenlandse bedrijven die zich in nederland willen vestigen of hier handel willen drijven: het is zaak dat er een level playing field ontstaat waarbij bijvoor-beeld vergunningverlening voor meerdere gemeenten in nederland ineens te regelen en te handhaven is.de in deze visie geformuleerde ambities, vooral rond dienstverlening en geo-informatie, maar ook waar het gaat om accuraat gebruik van basisregistraties, zijn hierbij van cruciaal belang.

Duurzaam en veiligin de afgelopen jaren zijn onder de noemer ‘eén aarde is genoeg voor de hele wereld’ in het groene domein goede resultaten geboekt op beleidsthema’s als ‘het betrekken van de burger bij beleids-vorming’, ‘betere dienstverlening en integrale gebiedsontwikkeling bij uitvoering van beleid’ en ‘risicoprofilering en inspectie op afstand’ in de handhaving. de ambities op gebied van informatievoorziening en ict voor de periode 2011-2015 dragen hiertoe bij. naast de algemene impact van goede informatie voor organisaties die verantwoordelijk zijn voor beheer en veiligheid, zijn hier te noemen crisismanagement, natuurbeheer, precisielandbouw en toezicht op voedselveiligheid. hierbij zijn de ambities rond open data en geo-informatie cruciaal, maar ook die rond ‘open en verbonden’. een voorbeeld van het laatste is de toenemende betrokkenheid van de burger bij het beheer van en de veiligheid in de openbare ruimte: via een toenemend aantal internetondersteunde toepassingen nemen burgers deel aan het signaleren van problemen rond (dreigende) schade aan de natuur in hun buurt of van geconstateerde problemen met voedselkwaliteit. hetzelfde geldt voor (intersectoraal) crisismanagement. oud-Lnv heeft een bijzondere expertise op het gebied van informatie voorziening rond crisisbeheersing; zeker bij intersectorale escalaties, zoals een chemische escalatie resulterend in verspreiding van schadelijke stoffen in woongebieden en landbouwgebieden, is keten organisatie en informatievoorziening met gebruik van social media van groot belang.

Page 39: i-strategy Ministry of Agriculture

aMbities en besturinG 2011-2015 37

invoering van precisielandbouw is van cruciaal belang voor behoud van een duurzaam en veilig milieu: zowel dosering van (energiebelastende) voedingsstoffen als van (milieubelastende) bestrijdingsmiddelen leidt tot beperking van mogelijke schade. tevens is nederland op het gebied van precisielandbouw koploper: dit is een terrein met een enorme economische impact, zowel voor de nederlandse agrarische ondernemers als voor nederlandse bedrijven die dit soort toepassingen en technologie exporteren.

Gezonde leefomgevingin relatie tot de beschrijving van het voorgaande beleidsdoel (duurzaam en veilig) gaat het hier vooral om de beleidsprioriteiten zoals biodiversiteit, de ecologische hoofdstructuur (ehs) en behoud van waardevolle cultuurlandschappen. eL&i heeft hierin op gebied van dienstverlening een nadrukkelijke taak, waar het gaat om efficiënte dienstverlening in de vorm van subsidieverstrekking aan ondernemers en groepen burgers. Maar ook het betrekken van burgers bij het toezicht op en beheer van waardevolle landschapselementen staat centraal bij realisatie van ambities rond ‘open en verbonden’ en geo-infor-matie. eL&i heeft hierin in de afgelopen jaren een goede basis gelegd in nauwe samenwerking met de provincies en landschapsorganisaties in de ‘digitale natuurketen’.

Korte terugblik op de afgelopen 5 jaar

de focus op de gekozen onderwerpen is niet volledig nieuw, in de i-strategie 2006-2010 van het toenmalige ministerie van Lnv kwamen deze onderwerpen ook al aan de orde. de drijfveren waren destijds het kunnen samenwerken als één overheid en het herwinnen van het vertrouwen van burger en ondernemer. dit laatste door vermindering van administratieve lasten, de dienstverlening elektronisch in te richten en vergroting van de transparantie.

openheid werd geformuleerd als ‘informatie is op inzichtelijke wijze openbaar’. ook toen was de intentie om naar een actieve opstelling ten aanzien van openbaarmaking te gaan, vanuit het streven naar een transparante overheid. dat is in beperkte mate bereikt en vereist daarom intensivering in de komende jaren.

samenwerken als één overheid is verwoord in twee principes: ‘Lnv integreert haar informatievoorziening met andere overheden’ en ‘Lnv werkt met informatie uit de keten’. in het delen van informatie tussen overheden zijn flinke stappen gezet, maar het verbeteren van werken in ketens is taaie materie gebleken.

het principe ‘de juiste informatie is op het juiste moment bij de juiste persoon’ was vooral gericht op interne digitalisering en harmonisering van informatie. daarmee is een goede basis gelegd om nu verdere stappen te kunnen zetten richting hnw.op het vlak van dienstverlening is veel bereikt: veel diensten worden digitaal aangeboden en er is veel aandacht voor het voorkomen van onnodige uitvraag van informatie bij burgers en ondernemers.

in 2006 stond vooral het verbindende karakter van geografische informatie op de voorgrond: locatie van een object als zoekingang voor het bij elkaar brengen van relevante informatie die zowel voor het beleid als voor de uitvoering meerwaarde had.er is in 5 jaar veel bereikt en er is ook veel veranderd in de context. hoewel de onderwerpen openheid, dienstverlening en geografische informatie nog steeds hoog op de agenda staan, is de inhoudelijke focus verschoven en zijn vooral ook de verwachtingen van burgers en ondernemers toegenomen.

Page 40: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie38

Besturing van informatie en ICT: wie doet wat

hoe kunnen informatie- en ict-ontwikkelingen het beste bestuurd worden? hoe moeten de ambities waargemaakt worden? wie doet wat?

overheidsbreed, onder andere in het kader van het nuP en rijksbreed, bijvoorbeeld bij het streven naar een compacte overheid of het benutten van recente ict-innovaties zoals ‘cloud computing’, is de besturingsvraag een belangrijk thema. ook binnen eL&i en het groene domein van eL&i is deze vraag belangrijk. in 2006, bij het opstellen van de i-visie van Lnv, was nog sprake van een sterk sectorale beleidsbepaling op het gebied van dienstverlening, lastenverlichting en de daarbij betrokken informatie en ict. anno 2011 is er steeds meer reden tot een aanpak die goed ingebed is in een rijksbrede en overheidsbrede benadering. Juist daarom is visievorming, die eL&i-breed is, interessant. sectorale diepgang in combinatie met een overheidsbrede oriëntatie kan mooie synergie opleveren. op terreinen als digitale dienstverlening en geo-ict zijn de voortekenen daarvan al zichtbaar. Ze zijn het waard om de komende jaren met vaart en energie verder opgepakt te worden.

Meer in het algemeen zijn op het gebied van de besturing belangrijke ontwikkelingen:• Centralisatievaninternetaken. naar voorbeeld van P-direkt zullen ook andere interne taken rijksbreed worden uitgevoerd door

shared service organisaties, die deze processen met hun eigen ict laten ondersteunen. dienstspecifieke en zelfs departementale systemen voor deze taken zullen langzaam uit beeld verdwijnen. de besturing van dit traject is in handen van de cio-rijk terwijl de departementale cio ervoor moet waken dat de continuïteit van de betreffende dienstverlening gewaarborgd is.

• Concentratievan(dienst-)specifiekepublieketaken. uitvoerende diensten zullen steeds meer gaan samenwerken, met name daar waar de uitvoerings-

processen sterke overeenkomsten vertonen. Zo zullen de inspectiediensten steeds meer gaan samenwerken in hun optreden richting doelgroep, maar ieder vanuit de eigen discipline. departementale organisatiegrenzen worden bij de informatievoorziening en ict-keuzes, die hierbij gemaakt moeten worden, minder relevant met dien verstande dat het opdrachtgeverschap voor de publieke diensten bij de departementen blijft.

• Groeiendetaakvoorgemeentenenprovincies. in het kader van het nationale uitvoeringsprogramma (nuP) krijgen gemeenten en provincies een

toenemende taak als het eerste aanspreekpunt voor burger en ondernemer. dit heeft implicaties voor de organisatie van de dienstverlening door eL&i en voor de samenwerking in ketens tussen gemeenten, provincies en rijksoverheid waar het gaat om uitwisseling van bijvoorbeeld geo-informatie. naast informatieverschaffing ten behoeve van dienstverlening zijn er ook implicaties op gebied van e-participatie: in het kader van de compacte overheid wordt een grotere betrokkenheid van de burger en ondernemer bij publieke taken nagestreefd. eL&i wil deze betrokkenheid bevorderen door gegevens actief openbaar te stellen, tenzij uitoefening van wettelijke taken dat niet toelaat.

• DeinvloedvandeEUneemttoe. vanuit de eu groeit het besef dat naast het wegnemen van de fysieke grenzen tussen de (momenteel)

27 lidstaten, ook aandacht moet zijn voor het wegnemen van virtuele grenzen. veel publieke taken vinden hun oorsprong in europese regelgeving die iedere lidstaat vrijlaat bij het implementeren ervan. Zonder informatievoorziening en ict-kaders leidt dat tot 27 verschillende oplossingen. samenwerking en interoperabiliteit bieden voor de hand liggende voordelen, maar komen zonder sturing onvoldoende van de grond.

al deze ontwikkelingen vragen om kundige departementale koersbepaling en besturing. Ze zijn niet in één vakje te stoppen, maar doorsnijden organisatieonderdelen en beleidsterreinen. een voorgestelde ambitie – de laatste in deze i-visie – van eL&i zou moeten zijn om deze besturingsvraag bij de vorming van het departement serieus te nemen. alleen dan is het mogelijk om vaart te houden.

Page 41: i-strategy Ministry of Agriculture

aMbities en besturinG 2011-2015 39

Page 42: i-strategy Ministry of Agriculture

40

Page 43: i-strategy Ministry of Agriculture

Bijlagen

Page 44: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie42

Bijlage 1Wie hebben we gesprokenDomein Organisatie Contactpersonen

rijksoverheid ocw bram voermans

vroM dirk van barneveld, Patricia Palmen, cecile van de brand

vws ron roozendaal

eZ viola de Groot, Michel verhagen, Marian sanders

aZ-Pb51 edwin ouwejan

dG obr-dir henri rauch

vrd Gerbrand haverkamp

eL&i innovatienetwerk Ger vos

andere overheden a20 davied van berlo

iPo Marjan bevelander, erik Lubberink

Prov utrecht Paul Mallens, bart van den berg, Luc de horde

iM tweede kamer Gert-Jan Lodder

kinG ingrid hoogstrate

Manifestgroep ellen van dongen

onderzoek en wetenschap rathenau christian van ‘t hof, Michiel besters

hec evert-Jan Mulder

niFv Jocko rensen, Leon visser

scP Jos de haan, anja steenbekkers

eur victor bekkers

wur - Lei cor verdouw

wur katrien termeer

wrr corien Prins

novay Marcel bijlsma

tno valerie Frissen

sector specifiek kM wilhelminapolder Jan Paul van hoven

staatsbosbeheer chris kalden

natuurmonumenten teo wams, Peter heezemans, hennie blikman

uitvoering handhaving dLG erica slump, hanne dues e.a.

nvwa anneke toorop, willy Loomans

dr herma rappa

dr-Fo dorine rensen, Pim kantebeen

Page 45: i-strategy Ministry of Agriculture

biJLaGen 43

Domein Organisatie Contactpersonen

beleid dki sjaak Mesu

chief science officer krijn Poppe

nLP Jeroen vis, Peter van tilburg

GLb roald Lapperre

Lekker Groen Marianne van den boogaart

Jong Lnv rianne overeem

staf bbr hannah koutstaal, simône huijs

dc Francis dorlas, bert Mackaay, Piet everts

ddv tony nolde

dob-P karin nijman, richard van den brink

dob-i hans van der burght, kees van Gerwen, anne-Marie ijsenbruk, Frans Lips, ramon de Louw, reuben Maduro, karin Middeljans, rob oele, Paul raven, Pieter rood, Michiel van de sande, Judith scheepstra, Fred winia

Page 46: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie44

Bijlage 2 Wat hebben we gelezenStrategische verkenning LNV 2009-2019, bbr (2009)Digital agenda EU 2010-2020, europese commissie (2010)Declaration of Amsterdam, wcit 2010 (2010)Europe 2020, europese commissie (2010)Ministerial declaration on e-government, Malmö eu (2009)5 Beloften aan de burger, Ministerie van bZk (2010)Regenboogvisie, iccio (2010)PBI werkdocument versie 2.0, Programma beleidsinformatie (2010)Nederland als internationaal tuinbouwcentrum, Productschap tuinbouwSamen marktgericht vooruit, Lto Glaskracht nederland (2010)Duurzame Logistiek, Greenport(s) nederland (2009)De agrarische sector in Nederland naar 2020; Perspectieven en Onzekerheden, Lei (2009)Check in / check uit, rathenau instituut (2010)I-Strategie Rijksoverheid concept versie 0.61, directoraat Generaal organisatie en bedrijfsvoering rijk (2010)E-LNV Open en Verbonden, Ministerie van Lnv (2010)Flexibel, Duurzaam en Effectief Huisvesten, LNV Huisvestingsvisie 2020, Ministerie van Lnv (2010)WerkenbijLNVPowerPointpresentatie,MinisterievanLNV(2009)Jaarbrief 2011, bestuursraad (2010)Gedoogakkoord Vrijheid en Verantwoordelijkheid, vvd-Pvv-cda (2010)Strategische Kennisagenda, Ministerie van economische Zaken (2009)Visie kenniscirkels, Ministerie van economische Zaken (2010)

Page 47: i-strategy Ministry of Agriculture

biJLaGen 45

Bijlage 3BegrippenlijstAmbtenaar 2.0: een netwerk van mensen binnen en buiten de overheid die samen werken aan overheid 2.0.

BGT: basisregistratie Grootschalige topografie. het doel van de realisatie van de bGt is dat de hele overheid gebruik maakt van dezelfde basisset grootschalige topografie van nederland.

BRO: basisregistratie ondergrond. bro is een van de Geobasis-registraties van het ministerie van infrastructuur en Milieu.

CBS: het centraal bureau voor de statistiek. het cbs publiceert de nationale officiële statistieken ten behoeve van praktijk, beleid en wetenschap.

CIO: chief information officer. de cio adviseert de top over strategische keuzes betreffende de informatica infrastructuur. tevens zet de cio de strategische keuzes om in actieplannen en verzorgt de opvolging daarvan.

Crowdsourcing: de burger als leverancier van informatie.

DDV: Programma digitale dienstverlening. eL&i wil dat burgers en ondernemers snel en gemakkelijk, waar en wanneer ze maar willen, al hun zaken online kunnen regelen met de overheid. het optimaliseren van de dienstverlening aan – en het verlagen van de administratieve lasten voor deze twee groepen staat centraal binnen het programma ddv.

DG: directoraat-Generaal. een dG ondersteunt bewindslieden op de verschillende beleidsterreinen.

Digitale Agenda van de EU (Com(2010) 245): de digitale agenda voor europa is een van de zeven kerninitiatieven van de europa 2020-strategie en moet leiden tot een digitale één gemaakte markt die duurzame economische en sociale voordelen creëert op basis van snel en ultrasnel internet en inter-operabele toepassingen.

Dienstenrichtlijn: richtlijn waarmee de europese interne markt voor diensten een stuk toegankelijker is geworden: oneerlijke regels zijn zoveel mogelijk afgeschaft, het aanvragen van ver gunningen is transparanter en eenvoudiger geworden en dienstverleners kunnen veel formaliteiten met de overheid nu online regelen, via een centrale website (in ons land is dat antwoord voor bedrijven).

Domotica: omvat alle apparaten en infrastructuren in en rond woningen, die elektronische informatie gebruiken voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van bewoners en dienstverleners.

DR: dienst regelingen. uitvoeringsorganisatie van eL&i.

DWR: digitale werkomgeving rijk. dwr levert rijksbreed één platform voor kennisdeling, samenwerking en communicatie waarmee (interdepartementaal) samengewerkt kan worden.

EHS: ecologische hoofdstructuur. de ehs bestaat uit een aantal natuurgebieden en is bedoeld om grotere natuurgebieden te creëren. hiermee wil de overheid de nederlandse natuur beschermen.

EOD: elektronisch ondernemingsdossier. dit dossier zal de basis moeten gaan vormen voor de informatie uitwisseling tussen overheden en bedrijfsleven in de nabije toekomst.

eGovernment Action Plan (Memo/10/681): het europese actieplan voor de e-overheid heeft als doel de overgang naar een nieuwe generatie van open, flexibele en naadloze e-overheids-diensten op lokaal, regionaal, nationaal en europees niveau te ondersteunen. het plan is er voornamelijk op gericht diensten in de andere lidstaten net zo goed te laten werken als thuis en gebruikers actief in staat te stellen de online overheidsdiensten die vorm te geven die het best op hun behoeften is afgestemd.

e-herkenning: dit is een gestandaardiseerde dienst voor de digitale herkenning van bedrijven die overheidsdiensten afnemen.

EHS: ecologische hoofdstructuur. de ehs bestaat uit een aantal natuurgebieden. de ehs is bedoeld om grotere natuurgebieden te creëren. hiermee wil de overheid de nederlandse natuur beschermen.

EUR: erasmus universiteit rotterdam.

EZ: voormalig ministerie van economische Zaken.

GAN: Gegevensautoriteit natuur. de Gegevensautoriteit natuur zorgt voor betrouwbare, volledige en toegankelijke natuurgegevens en bevordert het gebruik ervan.

GBA: Gemeentelijke basis administratie. de Gba bevat persoons-gegevens van iedereen die in nederland woont of gewoond heeft.

Page 48: i-strategy Ministry of Agriculture

Ministerie van econoMische Zaken, Landbouw en innovatie46

Geonovum: Geonovum zet zich in voor laagdrempelige toegang tot geo-informatie en ontwikkelt en beheert de standaarden die daarvoor nodig zijn. de stichting is opgericht door en werkt exclusief voor de overheid.

Gideon: Gideon wordt een basisvoorziening waar vroM, samen met andere departementen, andere overheden, bedrijven en kennisinstituten aan werkt. dit moet uiteindelijk leiden tot één samenhangende infrastructuur met alle publieke geografische informatie, beschikbaar voor iedereen.

GMES: Global Monitoring for environment and security: het primaire doel van GMes in het belang van de europese burgers behelst het in 2008 tot stand brengen van een duurzame operationele europese autonome capaciteit voor het produceren en aanbieden van geo-informatie ten behoeve van de uitvoering van het europese beleid op de terreinen van milieu en (civiele) veiligheid

GGP: Groene Geoplatform: het Groene GeoPlatform biedt bedrijfsleven, overheid en wetenschap een podium voor samen-werking. het doel is om via het Groene GeoPlatform samenhang aan te brengen in elkaars investeringsagenda voor geo-ict.

Groene IT: door groene it in te zetten kan er veel bespaard worden op het energiegebruik. het om hierbij om het minimalise-ren van de milieubelasting binnen it-processen gedurende de hele cyclus van it-producten

GLB: Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. het GLb heeft tot doel een redelijke levensstandaard voor agrarische ondernemers te bieden en te zorgen voor goed voedsel voor een redelijk prijs. het GLb is in 1959 door de europese commissie ontwikkeld en wordt ook wel het europees Landbouwbeleid genoemd.

GUUS: Guus (www.guus.net) is een community voor kennis-uitwisseling en vitalisering rond het thema platteland.

HNW: het nieuwe werken.

ICT: informatie- en communicatietechnologie.

INSPIRE: de europese richtlijn inspire helpt om de beschikbaar-heid, kwaliteit, organisatie, toegang tot en uitwisseling van geo-informatie in europa te verbeteren. deze informatie is nodig voor de geïntegreerde aanpak van europese beleidsvorming op het gebied van milieu.

Lekker Groen: in het programma Lekker Groen ontwikkelt de overheid samen met onder meer scholen, jongerenorganisaties en natuurorganisaties projecten over natuur en voeding.

LNV: voormalig ministerie van Landbouw, natuur en voedselkwaliteit.

Ministerie van EL&I: het gefuseerde ministerie van Lnv en eZ tot het ministerie van economische Zaken, Landbouw en innovatie.

MKB: Midden- en kleinbedrijf.

NHR: nieuw handelsregister. het nhr is de (nederlandse) basisregistratie van ondernemingen en rechtspersonen.

NUP: nationaal uitvoeringsprogramma: het nuP is een actieplan tussen rijksoverheid en decentrale overheden, waarin 19 punten rond ict worden geregeld.

nVWA: de nieuwe voedsel en waren autoriteit, uitvoerings-organisatie van eL&i.

P-direkt: P-direkt is de PZ-dienstverlener van en voor de ministeries. het biedt betrouwbare, moderne, gestandaardiseerde en efficiënte dienstverlening op het gebied van geautomatiseerde administratieve afhandeling van personele processen.

Rathenau Instituut: het rathenau instituut stimuleert publiek debat en politieke oordeelsvorming over maatschappelijke, ethische en politieke effecten van moderne wetenschap en technologie. daarnaast onderzoekt het instituut hoe het weten-schapssysteem is georganiseerd en hoe dit reageert op weten-schappelijke, maatschappelijke en economische veranderingen.

Recht tot vergeten: recht dat is opgenomen in de nieuwe europese privacywet waarin staat dat geëist mag worden dat lasterlijke, vervelende of gewoon achterhaalde informatie over onszelf van het internet en uit commerciële databases verdwijnt, en niet voor eeuwig in Google blijft opduiken of aanleiding blijft geven tot spam.

Remote Sensing data: het gebruik maken van beelden uit de ruimte om verschijnselen op aarde beter te kunnen bestuderen.

RFID: radio Frequency identification. rFid maakt het mogelijk om producten, mensen en dieren draadloos uniek te identificeren. hierdoor kunnen allerlei processen efficiënter, veiliger en effectiever verlopen.

SBR: standard business reporting: zorgt ervoor dat ondernemers minder werk hebben aan het maken en aanleveren van verplichte rapportages aan overheden en banken. het eenmaal inrichten van de bedrijfsadministratie volgens sbr zorgt voor het efficiënt hergebruik van gegevens. Zo hoeven de verschillende rapportages niet handmatig samengesteld en verzonden te worden. dit scheelt tijd, geld en energie.

SCP: sociaal en cultureel Planbureau. het scP is een inter-departe mentaal wetenschappelijk instituut, dat zelfstandig onderzoek doet en op basis hiervan gevraagd en ongevraagd adviezen uitbrengt.

Page 49: i-strategy Ministry of Agriculture

biJLaGen 47

SGGV: slim geregeld goed verbonden. dit programma met als opdrachtgever eL&i ondersteunt ketens van publieke en private partijen bij vermindering van de regeldruk voor het bedrijfsleven.

TNO: dit is een onafhankelijke onderzoeksorganisatie die op basis van haar expertise en onderzoek een belangrijke bijdrage levert aan de concurrentiekracht van bedrijven en organisaties, aan de economie en aan de kwaliteit van de samenleving als geheel.

User generated content: inhoudelijke bijdrage van een (niet) professionele gebruiker aan een online medium.

VNG: vereniging van nederlandse Gemeenten.

Wisdom of the crowd: de collectieve intelligentie van een groep mensen is vaak groter dan een enkele expert die onderdeel van een dergelijke groep is.

VRD: vernieuwing rijksdienst. kern van deze nota is een rijksdienst die beter beleid maakt, minder verkokerd is, efficiënter werkt en in omvang kleiner is.

Wob: wet openbaarheid van bestuur. deze wet regelt uw recht op informatie van de overheid. Zo krijgt u meer inzicht in het overheidshandelen en kunt u deelnemen aan de democratie en overheidsbesluitvorming. overheidsinformatie is altijd openbaar, tenzij de wob bepaalt dat de gevraagde informatie niet geschikt is om openbaar te worden gemaakt.

WRR: wetenschappelijke raad voor het regeringsbeleid. het doel van de wrr is de regering te adviseren over toekomstige ontwikkelingen die van groot maatschappelijk belang zijn.

WUR: wageningen ur (university & research centre).

Page 50: i-strategy Ministry of Agriculture
Page 51: i-strategy Ministry of Agriculture
Page 52: i-strategy Ministry of Agriculture

Deze brochure is een uitgave van:Ministerie van economische Zaken, Landbouw en innovatie

OpdrachtgeversJan willem duijzer en Lenny van beekProjectleiderMarleen wijnstokEindredactieMarleen wijnstok, Lieke Lap en ben kokkeler

Februari 2011