This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
• EN 1090-1 refereert op veel plaatsen aan EN 1090-2 en 1090-3!
EN 1090 -1 Geharmoniseerd !
CPR
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 6
11
Certificatieinstelling (NoBo)
1. Onderzoek naar de fabrieksproductiebeheersing zoals
geschreven in het handboek.
2. Eerste inspectie van de fabriek en van de praktische
uitvoering en documentatie van de FPC volgens een
checklist van de NoBo.
3. Evaluatie van de conformiteit van de FPC met de eisen
van EN 1090-1.
4. Certificering van de Fabrieksproductiebeheersing door
de afgifte van een certificaat.
5. Permanente bewaking van FPC.
6. EN 1090-1 Nederlandse NoBo's voor CPR (20-5-2014): http://ec.europa.eu/enterprise/newapproach/nando/index.cfm?fuseaction=cp.nb_hs&sort=country&hs_id=144404:
NB 0620 KIWA Nederland B.V..
NB 0958 SGS INTRON CERTIFICATIE B.V.
NB 0960 SKG
NB 1231 TÜV NEDERLAND QA B.V.
NB 2388 Det Norske Veritas Certification BV
12
Type product
CPR
De aard van het product "Structurele metalen, materiaal
en toebehoren" omvat:
• Basismaterialen (platen en profielen)
• Lastoevoegmaterialen
• Structurele metalen onderdelen
• Structurele connectoren (bouten, moeren, etc.).
De geharmoniseerde norm voor de structurele metalen
Fabrieksproductiebeheersing (FPC) Van toepassing zijnde
parameters die verband houden
met de prestatiekenmerken van
tabel ZA.1
Nemen van proefstukken, beproeving en keuring
in de fabriek
Van toepassing zijnde
kenmerken van tabel ZA.1
Taken voor de
geaccrediteerde
instelling Certificeren van FPC
door een
geaccrediteerde
instelling op basis van:
Aanvangs- keuring
van fabriek en van
FPC
Van toepassing zijnde
parameters die verband houden
met de kenmerken van tabel
ZA.1
Continu toezicht,
beoordeling en goed-
keuring van FPC
Van toepassing zijnde
parameters die verband houden
met de kenmerken van tabel
ZA.1
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 8
15
Fabrieksproductiebeheersing (FPC)
EN 1090-1
De fabrikant moet een fabrieksproductiebeheersing-systeem (FPC)
opzetten, documenteren en onderhouden om te waarborgen dat de op
de markt gebrachte producten voldoen aan de verklaarde
prestatiekenmerken.
Beschrijving in Bijlage B van de EN 1090-1, met nadere toelichting
over:
• Personeel,
• Gereedschappen en machines,
• Proces van constructief ontwerpen,
• Basisproducten gebruikt in de fabrikage
• Onderdelen specificatie
• Productbeoordeling
• Niet-conforme producten
16
Permanente bewaking – Intervallen (1)
16
B.4.1 Algemeen
De eerste controle moet één jaar na de eerste beoordeling
worden uitgevoerd.
De hoeveelheid inspecties kan worden verminderd zolang
geen van de volgende situaties zich voordoet:
Hernieuwing of wijziging van de relevante instellingen;
Veranderen van lascoördinator;
Introductie van nieuwe lastechnieken, ...;
Introductie van nieuwe en relevante voorzieningen.
(Zie tabel volgende sheet)
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 9
17
Permanente bewaking – Intervallen (2)
Uitvoeringsklasse intervallen tussen keuringen van de FPC
van de fabrikant na de ITT (Jaren)
EXC1 en EXC2 1-2-3-3
EXC3 en EXC4 1-1-2-3-3
Tabel 8.3 - intervallen van routinetoezicht
De EN 1090-2
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 10
19
Lastechnische opzet van EN 1090-2
• Algemeen
• Lasplan
• Acceptabele lasprocessen
• Kwalificatie van lasmethoden
• Kwalificatie van lassers en lasoperators
• Lascoördinatie
• Voorbewerking en uitvoering van lassen
• Acceptatie criteria
• Lassen van roestvast staal
• Verplichte aanvullende informatie
• Keuzemogelijkheden
• Richten
• Toelaatbare lastoevoegmaterialen
20
Meest gehoorde problemen
EN 1090-2 Bottle necks
1. Lascoordinatie (later)
2. Snijden
3. Richten
4. Hechten
5. Executie klasse
6. Hoe te handelen met nieuwe versie normen
(later)
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 11
21
Snijden - boren
EN 1090-2 Bottle necks
Er moeten vier proefstukken zijn geproduceerd van het
basisproduct dat met het proces moet zijn gesneden:
1. een rechte snede van het dikste basisproduct;
2. een rechte snede van het dunste basisproduct;
3. een scherpe hoek van een representatieve dikte;
4. een boog van een representatieve dikte.
Op de beide rechte proefstukken moeten metingen zijn
gedaan over tenminste 200 mm lengte en op de eisen van
de vereiste kwaliteitsklasse zijn gecontroleerd.
Hoe….?
22
Snijden – boren (2)
EN 1090-2 Bottle necks
Productnorm Staalsoort Waarde voor hardheid
EN 10025-2 tot en met -5
S235 tot S460 380
EN 10210-1, EN 10219-1
EN 10149-2 en EN 10149-3 S260 tot S700
450
EN 10025-6 S460 tot S690
NOOT Deze waarden zijn in overeenstemming met EN ISO 15614-1,
geldend voor staalsoorten als opgesomd in ISO/TR 20172.
Tabel 10 – Toegestane maximale waarden
voor de hardheid (HV 10)
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 12
23
EN 1090-2 Bottle necks
• Bij richten met de brander, moet de maximale staaltemperatuur en de afkoelingsprocedure beheerst worden.
• Voor EXC3 en EXC4 moet methodebeschrijving worden gemaakt. Deze moet op zijn minst omvatten:
▫ maximale staaltemperatuur en afkoelingsmethode;
▫ methode van verwarmen;
▫ methode gebruikt voor temperatuurmetingen;
▫ resultaten van beproevingen uitgevoerd voor goedkeuring van methode;
▫ aanduiding van personeel dat bevoegd is om methode toe te passen.
Richten met de brander
24
EN 1090-2 Bottle necks
• Bij EXC2, EXC3 en EXC4: gekwalificeerde lasmethode verplicht.
• Alle hechtlassen die niet worden opgenomen in uiteindelijke las moeten verwijderd worden.
• Hechtlassen die in uiteindelijke las zullen worden opgenomen moeten geschikte vorm hebben en worden gelegd door gekwalificeerd lassers.
• Hechtlassen moeten vrij zijn van lasfouten en moeten vóór het uiteindelijke lassen zorgvuldig worden gereinigd. Gescheurde hechtlassen moeten worden verwijderd.
▫ standaard lasserskwalificatieproef (EN ISO 9606-1);
▫ productie test.
• Aanvullend MOET de kennis van de
functionaliteit van de apparatuur formeel
worden getoetst!
LET OP: ook de geldigheidstermijn
is anders dan bij handlassen!!
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 26
51
Uitgaande van het feit dat gelast wordt volgens een gekwalificeerde WPS,
kent het geldigheidsgebied de volgende grenzen:
▫ Verandering van lasproces (behalve voor 13);
▫ Lassen met of zonder boog- en/of lasnaadsensor (bij automatisch
lassen);
▫ Verandering van directe visuele controle naar controle op afstand en vice
versa (bij gemechaniseerd lassen);
▫ Verandering van één laags techniek naar meerdere lagen (niet
omgekeerd);
▫ Weglaten van een automatische booglengte regeling;
▫ Weglaten van een automatisch lasnaad volgsysteem;
▫ Verandering van type lasapparatuur (incl. een robot bedieningssysteem);
▫ Toevoeging van nieuwe lasposities (bij gemechaniseerd lassen);
▫ Weglaten van backing (bij gemechaniseerd lassen);
▫ Weglaten van “consumable inserts” mee smeltende inzetstukken (bij
gemechaniseerd lassen).
De lasoperator (2)
52
De lasoperator (3)
Theorie:
• Lastechnisch: facultatief (helaas?)!
• Functionele kennistoets: verplicht! :
▫ Begrip van lasprocedure en invloed van parameters;
▫ Overeenkomst van de lasnaadvoorbewerking met de lasmethodebeschrijving, WPS;
▫ Reinheid van de laskanten;
▫ Identificatie, oorzaken en remedie van lasfouten;
▫ Geldigheidsgebied van zijn kwalificatie;
▫ Functionaliteit lasproces:
Programmeren (wanneer relavant);
Bediening en signalering;
Parameters en correctie daarvan;
Start-stop procedures;
Bewegingsmechanismen en
Veiligheidsvoorzieningen.
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 27
53
Ook grote verschillen bij geldigheidstermijn!
Begin geldigheid op de datum van proeflassen!
6-maandelijkse bevestiging als bij EN-ISO 9606-1.
Verlengen:
Drie methoden, vooraf aangeven welke te gebruiken!
1. Telkens na zes jaar opnieuw kwalificeren.
2. Telkens na drie jaar onderzoek twee productielassen
uit laatste periode van zes maanden: RT, UT of DO.
3. Onbeperkt geldig als:
▫ Werkzaam bij zelfde werkgever
▫ Onder een kwaliteitssysteem conform
EN-ISO 3834-2, of -3 (aantoonbaar).
▫ Lasser maakt lassen van acceptabele kwaliteit.
Dus…. verantwoordelijkheid van de werkgever!!
De lasoperator (4)
Lascoördinatie
Super belangrijk! (EN ISO 3834-2 par. 7.3)
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 28
55
Lassen - Lascoördinator…
Q: Wat is een lascoördinator?
A: Een lascoördinator is een persoon die
verantwoordelijk is voor, en in staat is tot het
uitoefenen van coördinatie van alle
fabricageprocessen voor alle lastechnische en
daaraan verbonden werkzaamheden.
• Één of meerdere personen.
• Altijd één eindverantwoordelijk: de RWC.
• Mag in principe worden uitbesteed (met restricties).
56
Taken van de Lascoordinator (EN-ISO 14731 Annex B)
Taken Specificatie & voorbereiding
Toezicht Inspectie, controle of observatie
B.1 Beoordeling van eisen
B.2 Technische beoordeling
B.3 Uitbesteding
B.4 Laspersoneel
B.5 Uitrusting
B.6 Productieplanning
B.7 Goedkeuring van lasmethoden
B.8 Lasmethodebeschrijvingen
B.9 Werkinstructies
B.10 Lastoevoegmaterialen
B.11 Materialen
B.12 Inspectie en beproeving voor het lassen
B.13 Inspectie en beproeving tijdens het lassen
B.14 Inspectie en beproeving na het lassen
B.15 Warmtebehandeling na het lassen
B.16 Niet-overeenstemming en corrigerende maatregelen
B.17 Kalibratie en geldigverklaring van meet-, inspectie-
en beproevingsapparatuur
B.18 Identificatie en naspeurbaarheid
B.19 Kwaliteitsrapporten
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 29
57
• Producten van constructiestaal (5.3)
• Lastoevoegmaterialen (5.5)
Geschiktheid voor lassen
• Lijst van preventieve maatregelen bij de behandeling
en opslag van materiaal (Tabel 8)
• Thermisch snijden (6.4.3) (hardheid..…)
• Richten met de brander (vlamrichten) (6.5.3)
• Koud vervormen (6.5.4) (warmtebehandelen)
• Specifieke eisen voor het lasplan (7.2)
• Lasprocessen (7.3)
• Kwalificatie van lasprocedures en laspersoneel (7.4)
• Etc.
Aanvullende taken van de Lascoordinator – 1 (EN 1090-2)
58
Meer van de EN 1090-2:
• Inspectie en testen onder toezicht van de (R)WC.
• Lasreparaties vereisen goedkeuring van de
Lascoordinator.
• De Lascoordinator moet aangeven wat en hoe moet
worden gekalibreerd!
• Soms zij extra lasprocedures vereist; de
Lascoordinator moet dit behandelen
• Etc.
Aanvullende taken van de Lascoordinator – 2 (EN 1090-2)
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 30
59
Lassen – De Lascoördinator: EN-ISO 14731
Criteria:
• Taken en Verantwoordelijkheden
• Kennis:
▫ Algemene Kennis
▫ Specifieke Kennis
60
De lascoördinator (EN ISO 14731)
2.1. Algemene kenniseisen voor de lascoördinator
• Voldoende technische kennis voor uitvoering van toegewezen taken.
• Denk aan:
▫ algemene technische kennis;
▫ specialistische technische kennis van lassen en verwante processen die
van belang is voor toegewezen taken, die kan worden verworven door combinatie van theoretische kennis, scholing en/of ervaring.
• Omvang van vereiste fabricage-ervaring, opleiding en technische kennis moet door fabrikant worden bepaald, en moet afhankelijk zijn van toegewezen taken en verantwoordelijkheden.
• Verplichte indeling voor verantwoordelijke lascoördinatoren (verwijzend naar “aanbevelingen” in bijlage A van de norm; volgende sheet):
a) personeel met uitgebreide technische kennis, waarbij volledige technische kennis is vereist volgens vorige sheet, voor de planning, de uitvoering, het toezicht en het beproeven van alle taken en verantwoordelijkheden bij lastechnische fabricage;
b) personeel met specifieke technische kennis, waarbij het niveau van technische kennis voldoende moet zijn voor de planning, de uitvoering, het toezicht en het beproeven van de taken en verantwoordelijkheden bij lastechnische fabricage binnen een geselecteerd of beperkt technisch gebied;
c) personeel met technische basiskennis, waarbij het niveau van technische kennis voldoende moet zijn voor de planning, de uitvoering, het toezicht en het beproeven van de taken en verantwoordelijkheden binnen een beperkt technisch gebied met uitsluitend eenvoudige gelaste constructies.
62
De lascoördinator (EN ISO 14731)
Bijlage A
(informatief)
Aanbevelingen voor technische kennis over lassen
• Het International Institute of Welding (IIW) heeft aanbevelingen voor minimumeisen voor opleiding, examinering en kwalificatie van lascoördinatoren.
• Deze aanbevelingen zijn in de volgende documenten opgenomen:
▫ International Welding Engineer (IWE), document IAB-252;
▫ International Welding Technologist (IWT), document IAB-252;
▫ International Welding Specialist (IWS), document IAB-252.
• Lascoördinatoren die voldoen aan de eisen in deze documenten of die erkende nationale kwalificaties bezitten, worden geacht te voldoen aan de relevante eisen van de norm.
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 32
63
European Qualification Framework
Ontwikkelingen in Europa:
European Qualification Framework (EQF)
• E/IWE Level 6/7
• E/IWT Level 5/6
• E/IWS Level 5
• E/IWP Level 4
Daarbij behoort uitgebreide lijst met “Learning Outcomes”.
Is nog volop in ontwikkeling!
64
EN 1090-2 par. 7.4.3 “Lascoördinatie”
• Voor EXC2, EXC3 en EXC4: lascoördinatie tijdens
lassen door lascoördinatiepersoneel,
gekwalificeerd voor en ervaren met laswerkzaamheden
waar ze toezicht op houden, zoals gespecificeerd in
EN ISO 14731.
• Met betrekking tot de laswerkzaamheden waarop
toezicht wordt gehouden, moet het lascoördinatie-
personeel een technische kennis hebben volgens
tabellen 14 en 15 (volgende sheets).
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 33
65
EN 1090-2 par. 7.4.3 “Lascoördinatie” (tabel 14)
Dikte (mm) EXC
Staal (Staalgroep)
Referentienorm
t≤25 a 25 < t ≤ 50
b t>50
S235 t/m S355 (1.1, 1.2, 1.4)
EN 10025-2 EN 10025-3 EN 10025-4 EN 10025-5, EN 10149-2, EN 10149-3
EN10210-1, EN 10219-1 B S C
c
EXC2
S420 t/m S700 (1.3, 2, 3)
EN 10025-3 EN 10025-4 EN 10025-6 EN 10149-2, EN 10149-3 EN10210-1, EN 10219-1
S C d C
S235 t/m S355 (1.1, 1.2, 1.4)
EN 10025-2 EN 10025-3 EN 10025-4 EN 10025-5, EN 10149-2, EN 10149-3
EN10210-1, EN 10219-1 S C C
EXC3
S420 t/m S700 (1.3, 2, 3)
EN 10025-3 EN 10025-4 EN 10025-6 EN 10149-2, EN 10149-3 EN10210-1, EN 10219-1
C C C
EXC4 Alle Alle C C C
a Kolomvoetplaten en kopplaten ≤ 50mm
b Kolomvoetplaten en kopplaten ≤ 75mm
c Voor staal tot en met S275 is niveau S voldoende
20 < t ≥ 40 5 – 2t 0,5t – 1,1t 0,5t – 2t max. 2s als s < 20
max. 2t als s ≥ 20
40 < t ≥ 100 5 – 200 - 0,5t – 2t max. 2s als s < 20
max. 200 als s ≥ 20
100 < t ≥ 150 5 – 200 - 50 – 2t max. 2s als s < 20
max. 200 als s ≥ 20
t > 150 1,33 t - 50 – 2t
max. 2s als s < 20
max. 200 als s ≥ 20
max. 1,33s als s ≥
150
t = Basismateriaaldikte
s = Lastoevoegmateriaal dikte voor ieder toegepast lasproces
)3 = Wanneer er kerfslageisen zijn, dan is de kwalificatiedikte beperkt tot 12 mm tenzij
kerftaaiheidsproeven zijn uitgevoerd.
EN-ISO 15614-1 nieuw in 2014 (11)
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 43
85
Geldigheidsgebied dikte stompe lassen - cladding
Dikte proefstuk Geldigheidsgebied
t > 150 1,33 t - 50 – 2t
max. 2s als s < 20
max. 200 als s ≥ 20
max. 1,33s als s ≥
150
t = Basismateriaaldikte
s = Lastoevoegmateriaal dikte voor ieder toegepast lasproces
)3 = Wanneer er kerfslageisen zijn, dan is de kwalificatiedikte beperkt tot 12 mm tenzij
kerftaaiheidsproeven zijn uitgevoerd.
Voor niveau 1: Voor de processen 114, 12 en 13 waarbij ieder snoer dikker is dan 13 mm, is de maximale
basismateriaaldikte 1,1t. Wanneer taaiheidsproeven vereist worden, voor proefstukken van 16 mm en
dikker, is de minimale gekwalificeerde dikte 16 mm. Voor proefstukken dunner dan 16 mm, is de
minimale gekwalificeerde dikte die van het proefstuk.
Voor proefstukdikten kleiner dan 6 mm, is de minimale gekwalificeerde dikte 0,5 maal de dikte van het
proefstuk.
EN-ISO 15614-1 nieuw in 2014 (12)
86
Geldigheidsgebied hoeklassen
Level 1: een hoeklas kwalificeert voor alle
hoeklassen in alle dikten
Level 2: zie onderstaande tabel.
EN-ISO 15614-1 nieuw in 2014 (13)
Thickness of test
piece t
Range of qualification
Material thickness
Throat thickness
Single run Multi-run
t ≤ 3 mm 0,7 t to 2 t 0,75 a to 1,5 a No restriction
3 mm < t < 38 mm 3 mm to 2 t 0,75 a to 1,5 a No restriction
t ≥ 38 mm ≥ 5 mm 0,75 a to 1,5 a No restriction
Note 1: The a is the throat thickness as specified in pWPS for the test piece.
Note 2: Where a fillet weld is qualified by means of a butt weld test, the throat thickness range shall be based on the thickness of the deposited weld metal.
Een eerste aanzet; hierover zal nog worden gediscussieerd!
Lassen EN 1090-2, 2014 28-5-2014
(C) Henk J.M. Bodt, 2009, 2014 50
99
IIW Comm.
Name Contribution
I Thermal Cutting and Surfacing (I-C, I-E) Yes II Arc welding and Filler Metals No
III Resistance welding, solid state welding and allied joining
processes No
IV Power Beam Processes No
V Non-destructive Testing and Quality Assurance of Welded
Products Yes
VI Terminology No VIII Health, safety and environment Yes IX Behaviour of metals subjected to welding No
X Structural performances of welded joints - Fracture
avoidance Yes
XI Pressure vessels, boilers and pipelines (XI-E, XI-H) Yes XII Arc welding processes and production systems (XII-A-C-D-E) Yes XIII Fatigue of Welded components and Structures (WG 4, WG 5) Yes XIV Education and training Yes XV Design, Analysis and fabrication of welded structures No XVI Polymer joining and adhesive technology Yes XVII Brazing, soldering, and diffusion bonding Yes
WELDIMP is an Leonardo da Vinci project, aimed at developing a multimedia dictionary of welding imperfections terms and definitions.
Main results:
• A Multimedia Welding Dictionary including the main welding imperfections in electronic format in English, German, French, Polish, Portuguese, Hungarian, Italian and Romanian;
• Achievement of linguistic skills in the area of welding and joining technologies specially related to welding imperfections.
WELDCUP is a Leonardo da Vinci Multilateral Partnership for the organisation of a European wide training competition for young welders.
Main objectives:
Organisation of an European Young Welders competition. The competition was an opportunity for young welding students to attend an international event, where they matched their skills against other trainees, exchanging their skills and expertise with professionals from around the world.
InteractivWeld is a Leonardo da Vinci Partnership, to adapt and improve welders training based on the EWF harmonized system for training, qualification and certification.
Main objectives:
• The creation of a system for lifelong education of welders – from trainees to professionals on the usage of conventional and modern teaching methods, based on the EWF system;
• Introduction of Virtual Welding Training System – VWTS as a component in
welders’ training programmes;
• Introduction of psychophysical components related to welders’ well-being, in the
welders’ training programme;
• Harmonisation of this new system at the European level.
RAILSAFE-TR, a Leonardo da Vinci Transfer of Innovation project, brings together EWF, TWI, NIL, Gedik University and the Turkish National Railway Authority in a combined effort to implement the RAILSAFE education, training, qualification and certification system in
Turkey.
Main objectives:
• To update the RAILSAFE2 Training Guideline and Implementation Rules;
• To transfer the RAILSAFE2 education, training, qualification and
certification scheme to Turkey;
• To organize Pilot Courses based on the RAILSAFE system to provide
Framework Programme, has addressed the pressing needs of a large community of SME-AGs and SMEs in the huge global plastic pipeline distribution industry sector for gas and water and also the large potential market of civil nuclear power generation and reprocessing.
Main results:
• Development of an effective NDE technique for systems and determining
the significance of flaw types and sizes in relation to service requirements;
• A prototype system was developed and tested under both laboratory and
field conditions, with extremely positive results.
EMFWELD – Analysis of workers exposure to electromagnetic fields (EMF) from welding and NDT processes, guidelines for risk assessment and development of risk assessment web based
application.
Main objectives:
To develop an interactive web based software application to calculate and assess electromagnetic fields (EMF) exposure in metal fabrication, particularly in welding and non-destructive testing (NDT) against limits set by the European directive 2004/40/EC published in July 2013 and now referred as Directive 2013/35/EU
TailorWeld - “Tailored Energy distributions for Laser Welding” is EC FP7 funded research for the benefit of SME associations.
Main objectives:
• Development of a thermo-physical model, easily accessed through a DOE (diffractive optical element) design tool with a Graphical User Interface (GUI), that is capable of calculating the necessary laser beam energy distribution for a given joint (taking into account common materials and joint geometry);
• Production of a DOE laser welding head module, allowing for quick and simple interchange of DOEs for different laser welding processes, and incorporating process monitoring for Quality Assurance.
WeldaPrime - Anti-Corrosion Zinc-Free Primer for Steel
Main objectives:
• Provide the European steel fabrication industry with an enabling technology that allows the steel to be protected with a new, high performance primer coating;
• Develop suitable molecular structures which incorporate the capability
for excellent adhesion to the steel substrate, cohesive behaviour between the components targeted to provide protection, and good adhesion to the top-coat.
FlexiFab - Flexible fabrication of lightweight aluminium transport structures
Main objectives:
• Enable European fabricators, metal-workers and welding companies to effectively compete in the growing use of aluminium alloys for use in the light-weight transport sector;
• Capitalising on the increasing pressure to replace traditional iron and steel
material with aluminium alloys to reduce weight and thus fuel consumption of vehicles, trains, ships/boats and aeroplanes;
• Reduce the costs associated with the fabrication of aluminium structures,
especially focussed on components used within the transport sectors;
BondTest - is a FP7 funded research project for the Development of an ultrasonic testing technique to characterise diffusion bonds in layered structures
Main objectives:
• Development of a high sensitivity, fine focused Phased Array Ultrasonic Testing (PAUT) arrays capable of operating with a 1mm focal size at close range of less than 10mm below surface;
• Modelling software for the ultrasonic beam interaction with specified variable parameters for specified materials and material combinations;
• Development of an integrated “BondTest” system for the inspection of diffusion bonded samples.