De (on)zin van alignment Een explorerend onderzoek naar alignment bij versterkende en ontwrichtende veranderingen Amsterdam, juli 2008 Neil Jordan (0593230) Scriptiebegeleider: Drs. A.W. Abcouwer Universiteit van Amsterdam Faculteit Economie en Bedrijfskunde Master in Business Studies Intensive Programme
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
De (on)zin van alignment
Een explorerend onderzoek naar alignment bij
versterkende en ontwrichtende veranderingen
Amsterdam, juli 2008
Neil Jordan (0593230)
Scriptiebegeleider: Drs. A.W. Abcouwer
Universiteit van Amsterdam
Faculteit Economie en Bedrijfskunde
Master in Business Studies Intensive Programme
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 2 van 91
Voorwoord
Deze afstudeerscriptie is geschreven als onderdeel van de afstudeerfase van de studie Master
in Business Studies (MBS) Intensive Programme aan de Amsterdam Business School van de
Universiteit van Amsterdam. Ik heb in de theorie en in de empirie onderzocht of op het gebied
van alignment een verschil is te zien tussen ontwrichtende en versterkende (technologische)
veranderingen.
Deze afstudeerscriptie biedt mij de mogelijkheid om een aantal mensen te noemen die een
belangrijke rol hebben gespeeld bij het schrijven ervan.
Allereerst wil ik Dhr. A.W. Abcouwer, mijn scriptiebegeleider, bedanken voor zijn
begeleiding en de plezierige samenwerking.
Ook wil ik Dhr. J.Th. Bastmeijer bedanken. Zonder zijn bemiddeling was het niet mogelijk
geweest om de enquête op deze manier bij Douwe Egberts Nederland uit te voeren.
Voor het leggen van de nodige contacten bij Philips Lighting, ten behoeve van de enquête die
bij dit bedrijf is uitgevoerd, wil ik Dhr. G.G.C. Giskes bedanken.
Ten slotte wil ik zeker Janine bedanken voor alle steun die zij heeft geleverd bij het schrijven
van deze scriptie! En daarbij bedank ik ook alle anderen die mij gedurende de
afstudeerperiode hebben geholpen.
Amsterdam, juli 2008
Neil Jordan
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 3 van 91
Samenvatting
Door velen wordt het op elkaar afstemmen van interne en externe factoren en processen als
cruciaal gezien voor het bereiken van succes door organisaties. Alignment is daarbij
inmiddels een bekend begrip in de bedrijfskunde.
De huidige markt en omgeving kenmerken zich door een hoge dynamiek en snelle
(technologische) ontwikkelingen. Ondernemingen worden door deze ontwikkelingen vaak
gedwongen om zich aan de markt en hun omgeving aan te passen en daarom bestaande
concepten, producten en technologieën te veranderen.
De aard van veranderingen kan echter sterk verschillen en daarmee ook de impact hiervan.
Een verandering kan een bestaand product of proces versterken, maar een verandering kan
ook de introductie van een geheel nieuw concept inhouden. Dit laatste kan een ontwrichting
van de totale organisatie/bedrijfstak met zich mee brengen. Het zou kunnen zijn dat bij een
versterkende verandering een ander soort alignment benodigd is dan bij een ontwrichtende
verandering. Om die reden staat binnen dit onderzoek de volgende onderzoeksvraag centraal:
‘Is er een verschil tussen het creëren van alignment bij ontwrichtende veranderingen en het
creëren van alignment bij versterkende veranderingen, en zo ja: waar bestaat dit verschil dan
uit?’.
Vanuit de theorie is getracht een antwoord op de onderzoeksvraag te vinden. De theorie is
vervolgens middels empirisch onderzoek getoetst.
Uit de verschillende theorieën komt inderdaad naar voren dat bij ontwrichtende veranderingen
een ander soort alignment nodig dan bij versterkende veranderingen. Binnen alignment
kunnen vijf deelgebieden worden onderscheiden, namelijk strategie, structuur, cultuur, ICT en
informatieverwerking (als integrerende factor). Wanneer ontwrichtende en versterkende
veranderingen vanuit de vijf deelgebieden worden beschouwd, is er een verschil tussen beide
veranderingen te onderkennen.
De empirische toetsing blijkt de theorie te ondersteunen. Bij twee bedrijven, die beiden te
maken hebben (gehad) met zowel een versterkende als een ontwrichtende verandering, is een
enquête uitgezet onder het hoger management. Bij Philips Lighting vormt de ontwikkeling en
introductie van halogeenverlichting een versterkende verandering en de ontwikkeling en
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 4 van 91
introductie van LED-verlichting een ontwrichtende verandering. Sara Lee/Douwe Egberts
Nederland heeft te maken gehad met de ontwikkeling en introductie van Topkwaliteit
filterkoffie (als versterkende verandering). De ontwikkeling en introductie van Senseo vormt
voor Sara Lee/DE een ontwrichtende verandering.
Wanneer de deelgebieden van alignment (strategie, structuur, cultuur, ICT en
informatieverwerking) tezamen worden beschouwd, is er bij beide bedrijven een significant
verschil te zien tussen de versterkende en de ontwrichtende veranderingen. Wanneer de
diverse deelgebieden van alignment afzonderlijk worden beschouwd is (bij beide bedrijven)
voor vier van de vijf deelgebieden een significant verschil te onderkennen tussen de
versterkende en de ontwrichtende veranderingen. Alleen bij het deelgebied
informatieverwerking komt géén significant verschil naar voren. Dit zou kunnen betekenen
dat de bij de bedrijven waargenomen informatieverwerking niet goed is aangepast aan het
type verandering. Volgens de theorie is deze aanpassing wel noodzakelijk om als
onderneming (succesvol) om te kunnen gaan met verschillende typen veranderingen. Zeker
gezien het feit dat informatieverwerking wordt gezien als een ‘integrerende factor’ voor de
andere deelgebieden van alignment.
Bovenstaande conclusies uit het empirisch onderzoek kunnen echter niet gegeneraliseerd
worden, voornamelijk vanwege het beperkte aantal bedrijven waar het onderzoek heeft
plaatsgevonden. Om algemene uitspraken te kunnen verbinden aan de empirische toetsing zal
er vervolgonderzoek bij meerdere bedrijven moeten plaatsvinden.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
5. Conclusies en Discussie _________________________________________________ 55
5.1 Theoretisch deel ________________________________________________________ 55
5.2 Empirisch deel _________________________________________________________ 56 5.2.1 Conclusies Philips Lighting_____________________________________________________ 57 5.2.2 Conclusies Sara Lee / DE Nederland _____________________________________________ 57
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 34 van 91
H6: Er is een verschil tussen alignment (van de deelgebieden strategie, structuur, cultuur,
ICT en informatieverwerking) bij ontwrichtende veranderingen en alignment bij versterkende
veranderingen;
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 35 van 91
3. Onderzoeksmethodiek
3.1 Dataverzameling
Het empirisch deel is een verlengstuk van het eerste deel van het onderzoek. De concepten
alignment en versterkende/ontwrichtende veranderingen (uitgewerkt in een aantal
deelconcepten: de vijf deelgebieden) zijn weergegeven in een conceptueel model. Vervolgens
zullen deze deelconcepten in dit hoofdstuk worden geoperationaliseerd, waarna getracht zal
worden vanuit de empirie deelvraag 5 te beantwoorden.
Zowel bij Philips Lighting als bij Sara Lee/Douwe Egberts Nederland, zijn slechts bepaalde
afdelingen betrokken (geweest) bij de ontwikkeling/introductie van de onderzochte producten.
Daarnaast brengt het niveau van het onderzoek brengt met zich mee dat dit alleen binnen het
hoger management en op directie niveau kan worden uitgevoerd. De populatie waarbinnen het
onderzoek wordt uitgevoerd, is dus bij beide bedrijven klein (per bedrijf minder dan 30
personen). De steekproef zal dus het grootste deel van deze populaties bevatten, wat sterk
bijdraagt aan een waarheidsgetrouw beeld.
Bij enquêtes vormen statistische vergelijkingen een onderdeel van de uiteindelijke analyse.
Om verbanden te kunnen leggen en significante uitspraken te kunnen doen, wordt binnen de
statistiek in het algemeen een steekproefgrootte (n) van minimaal 30 respondenten
aangehouden. Door de kleine populaties is dit aantal in dit onderzoek niet haalbaar (ondanks
de, relatief ten opzichte van de populatie, grote steekproef).
Een enquête is echter een goed middel om opinies en gedragingen met betrekking tot
beslissingen te achterhalen en om antwoorden over het verleden te verkrijgen (Cooper en
Schindler, 2003, p. 319). In dit onderzoek spelen namelijk voor een groot deel de keuzen van
het management een rol. Daarnaast is het noodzakelijk zoveel mogelijk structuur in de
vraagstelling, de beantwoording en de vastlegging van de data aan te brengen. Directe
interactie tussen onderzoeker en respondent vergroot daarbij de kans op bias. Bij het gebruik
van een interview als dataverzamelingsmethode is het erg lastig om aan bovenstaande
vereisten te voldoen. Daarom is voor dit onderzoek de enquête als meest adequate methode
voor dataverzameling gekozen.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 36 van 91
3.2 Steekproefkader
Het steekproefkader voor dit onderzoek bestaat uit het hoger management en de directie van
Philips Lighting en Sara Lee/Douwe Egberts Nederland. Beide bedrijven hebben te maken
(gehad) met een ontwrichtende verandering en een versterkende verandering. Bij Philips
Lighting in de vorm van de ontwikkeling/introductie van LED-verlichting versus Halogeen-
verlichting. Bij Sara Lee/Douwe Egberts Nederland in de vorm van de
ontwikkeling/introductie van het Senseo-systeem versus DE Topkwaliteit filterkoffie.
Bij Philips Lighting is specifiek het hoger management van de afdelingen Consumer Lighting
en Professional Lighting betrokken bij deze veranderingen en komt daarmee het meest in
aanmerking voor dit onderzoek. Halogeen- en LED-verlichting vallen hiermee dus onder twee
onderdelen, namelijk Professional Lighting en Consumer Lighting. Bij Sara Lee/Douwe
Egberts Nederland zijn voornamelijk de directie en het management van de afdelingen Sales
en Marketing betrokken geweest bij de veranderingen.
3.2 Steekproeftrekking
Bovengenoemde groepen medewerkers van beide bedrijven zullen worden benaderd
doormiddel van een e-mail waarin gevraagd wordt mee te werken aan de enquête, vergezeld
van de nodige uitleg. Bij Philips Lighting wordt de in te vullen enquête als Word-document
bij de e-mail gevoegd, waarbij gevraagd wordt de enquête na invullen per e-mail te
retourneren.
Bij Sara Lee/Douwe Egberts Nederland wordt in de begeleidende e-mail een link
weergegeven via welke een online enquête kan worden benaderd. Na invullen kan de enquête
elektronisch worden verzonden.
3.3 Kwaliteit
Validiteit en betrouwbaarheid zijn bij het gebruik van een enquête als onderzoeksmiddel
belangrijke kwaliteitscriteria (Hutjes en Van Buuren, 2002, p. 51). Deze criteria kunnen als
volgt worden toegelicht:
Bij validiteit bepaald men of de test voldoet aan het beoogde doel. Daarbij kan gekeken
worden naar de begripsvaliditeit. In dit onderzoek is de onderzoeksvraag middels het
conceptueel model verder in detail weergegeven. Waarbij de begrippen, door gebruik te
maken van het theoretisch kader, in het vervolg van dit hoofdstuk verder geoperationaliseerd
zullen worden. De operationalisatie dient als basis bij het opstellen van de vragenlijsten.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 37 van 91
Om de kwaliteit van het onderzoek te waarborgen wordt ook rekening gehouden met de
betrouwbaarheid. Alvorens de ontvangen data te analyseren, wordt de meetschaal
onderworpen aan een betrouwbaarheidstest. Om de betrouwbaarheid van deze meetschalen te
meten, zal gebruik worden gemaakt van de Cronbach’s alpha methode. Dit is de meest
gebruikte methode in de klassieke testtheorie. Naast het gebruik van de Cronbach’s alpha
methode voor de betrouwbaarheid, worden in de vragenlijsten dezelfde vragen soms herhaald,
maar op verschillende manieren gesteld. Hiervoor is gekozen om de consistentie van de
geënquêteerden te bepalen. Verder worden de enquêtes voor gebruik getoetst, middels een
aantal pilot enquêtes. Deze pilot enquêtes zullen mogelijk leiden tot een aantal aanpassingen,
waarna de enquêtes zullen worden uitgezet.
3.4 Data-analyse
Gezien het aantal bedrijven waar dit onderzoek zal worden uitgevoerd en daarmee de
hoeveelheid data, zullen geen generaliserende uitspraken op basis van de resultaten van dit
onderzoek kunnen worden gedaan. Daarom zal de data-analyse per bedrijf afzonderlijk
worden uitgevoerd en niet voor het totale aantal respondenten van beide bedrijven
gezamenlijk.
Nadat de enquêtes zijn afgenomen zullen de resultaten voor beide bedrijven afzonderlijk in
SPSS (Statistical Package for the Social Sciences) worden verwerkt. Door gebruik te maken
van deze analysemethode is het mogelijk om de verschillende uitkomsten met elkaar in relatie
te brengen. De verschillende uitkomsten kunnen gekruist worden met de onafhankelijke
variabele versterkende/ontwrichtende veranderingen. Om te bepalen of er significante
verschillen bestaan tussen alignment bij versterkende en alignment bij ontwrichtende
veranderingen, zullen ‘gepaarde T-toetsen’ worden uitgevoerd. Hierbij worden (per bedrijf)
de gemiddelde scores voor ontwrichtende veranderingen vergeleken met de gemiddelde
scores voor versterkende veranderingen. De T-toets is de meest voor de hand liggende toets,
ondanks een n < 30. Hierbij wordt verondersteld dat het gaat om een normale verdeling van
de variabelen in de populatie. Er is geen sprake van standaardisatie van de meting, waardoor
geen gebruik gemaakt kan worden van een zogenaamde Z-toets.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 38 van 91
3.5 Operationalisatie concepten
In deze paragraaf worden de verschillende concepten uit het conceptueel model
geoperationaliseerd. Hierbij wordt aangegeven welke items worden gebruikt voor de
vragenlijsten bij Philips Lighting en Sara Lee/DE, om de concepten te meten. In bijlage 1 is
de complete algemene vragenlijst terug te vinden. Bijlagen 2 en 3 geven de specifieke
vragenlijsten weer zoals deze toegespitst zijn op de situatie bij Philips Lighting en Sara
Lee/DE. De items zullen worden gemeten met behulp van een zes-punt-Likert-schaal.
Alignment houdt, binnen de strekking van dit onderzoek, een onderverdeling in de
deelgebieden (deelconcepten) strategie, structuur, cultuur, ICT en informatieverwerking in.
Operationalisatie van het concept alignment zal dus worden gedaan door de vijf
deelconcepten van alignment afzonderlijk te operationaliseren. De operationalisatie vindt
plaats in het kader van ontwrichtende en versterkende veranderingen. Dat houdt in dat voor
ieder deelconcept de items worden gevormd door de kenmerken die horen bij de twee
verschillende typen veranderingen. Uiteindelijk zal alignment (als één geheel concept)
worden gevormd door het totaal van alle items van de deelconcepten samen te beschouwen.
Per (deel)concept wordt tevens (voor beide bedrijven) de Cronbach’s alpha van de meetschaal
vermeldt naar aanleiding van de betrouwbaarheidsanalyses op basis van de data van dit
onderzoek. Een meetschaal zal betrouwbaar worden genoemd wanneer de waarde voor alpha
hoger is dan 0,700. Om de betrouwbaarheid van de meetschalen te verhogen is het soms nodig
één of meerdere items uit de oorspronkelijke meetschalen te verwijderen. Daarbij dient
opgemerkt te worden dat het verwijderen van een groot aantal items, om de lage
betrouwbaarheid van de meetschalen te verhogen, het theoretisch kader (en daarmee het
conceptuele model) geweld aan doet. De oorspronkelijke meetschaal is namelijk gebaseerd op
het conceptuele model, welke op basis van verschillende theorieën is onderbouwd. Hier zal
dan ook met de nodige terughoudendheid mee worden omgegaan.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 39 van 91
3.5.1 Strategie
Op basis van het theoretisch kader in hoofdstuk 2 kan het deelconcept strategie in het kader
van de twee verschillende typen veranderingen worden geoperationaliseerd middels de
volgende algemene items (voor de bedrijfsspecifieke items wordt naar bijlage 2 en 3
verwezen):
- Het aanbod is gericht op de functionaliteit en de betrouwbaarheid van het product óf het
aanbod is gericht op het gemak en de prijs van het product;
- De marketingtechnieken zijn gericht op de bestaande markt óf op andere markten;
- Het groeitempo van de markt kan wel/niet worden beïnvloed, zodat de markt aantrekkelijk
wordt om toe te treden;
- Als de markt duidelijk is gedefinieerd, vindt wel/niet toetreding in de markt plaats;
- De ontwikkeling heeft wel/niet plaats gevonden in een autonoom deel van het bedrijf;
- Het bedrijfsplan is dynamisch óf statisch van aard;
- De afdeling maakt wel/niet gebruik van scenarioplanning voor mogelijke scenario’s in de
toekomst;
- De afdeling experimenteert wel/niet middels modellen voordat zij de markt in stapt met iets
nieuws.
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘Strategie’ bij de vragenlijst voor Philips Lighting een Cronbach’s alpha van
0,698 naar voren voor halogeenverlichting en 0,781 voor LED-verlichting. Wanneer de items
B1, B8 en B9 worden verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha van 0,726 voor
halogeenverlichting en 0.723 voor LED-verlichting. Deze waarden voor de alpha duiden op
een hoge betrouwbaarheid van de meetschaal. De items B1, B8 en B9 zullen dan ook voor de
analyse worden verwijderd.
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘Strategie’ bij de vragenlijst voor Sara Lee/DE een Cronbach’s alpha van
–0.466 naar voren voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,036 voor het Senseo-systeem.
Wanneer de items B3 t/m B5, B8 en B12 worden verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha
van 0,673 voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,651 voor het Senseo-systeem. De items B3
t/m B5, B8 en B12 zullen dan ook voor de analyse worden verwijderd. De alpha stijgt niet
verder na verwijdering van nóg één van de items. De waarden voor de alpha geven een
redelijke betrouwbaarheid van de meetschaal weer.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 40 van 91
3.5.2 Structuur
Op basis van het theoretisch kader in hoofdstuk 2 kan het deelconcept structuur in het kader
van de twee verschillende typen veranderingen worden geoperationaliseerd middels de
volgende algemene items (voor de bedrijfsspecifieke items wordt naar bijlage 2 en 3
verwezen):
- Het distributiekanaal wijkt wel/niet af van die van gevestigde producten;
- De organisatie is wel/niet geïntegreerd binnen de hoofdorganisatie;
- De overlegstructuur en coördinatie komen wel/niet overeen met de methode bij gevestigde
producten;
- Bij de introductie is wel/niet gebruik gemaakt van autonome teams (op zichzelf staande
teams);
- Bij de introductie is gebruik gemaakt van zwaargewicht teams (hoger management en
hoogstaande functionarissen van binnen en buiten het bedrijf) óf bij de introductie is gebruik
gemaakt van lichtgewicht teams (midden en lager management en medewerkers);
- Bij de introductie is wel/niet gebruik gemaakt van de functionele organisatie (de bestaande
organisatiestructuur);
- De architectuur van de organisatie is wel/niet gebaseerd op de architectuur van het product
(en daarmee wel/niet afwijkend van de organisatie van gevestigde producten).
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘Structuur’ bij de vragenlijst voor Philips Lighting een Cronbach’s alpha van
0,682 naar voren voor halogeenverlichting en 0,282 voor LED-verlichting. Wanneer de items
C3 en C6 worden verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha van 0,623 voor
halogeenverlichting en 0,619 voor LED-verlichting. De items C3 en C6 zullen dan ook voor
de analyse worden verwijderd. De alpha stijgt niet verder na verwijdering van nóg één van de
items. De waarden voor de alpha geven een redelijke betrouwbaarheid van de meetschaal
weer.
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘Structuur’ bij de vragenlijst voor Sara Lee/DE een Cronbach’s alpha van
0,465 naar voren voor DE Topkwaliteit filterkoffie en -0,599 voor het Senseo-systeem.
Wanneer de items C3 en C8 worden verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha van 0,402
voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,332 voor het Senseo-systeem. De items C3 en C8
zullen dan ook voor de analyse worden verwijderd. De waarden voor de alpha geven een
matige betrouwbaarheid van de meetschaal weer.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 41 van 91
3.5.3 Cultuur
Op basis van het theoretisch kader in hoofdstuk 2 kan het deelconcept cultuur in het kader van
de twee verschillende typen veranderingen worden geoperationaliseerd middels de volgende
algemene items (voor de bedrijfsspecifieke items wordt naar bijlage 2 en 3 verwezen):
- Managers worden wel/niet aangemoedigd om breed en diep te reflecteren over de richting
van het bedrijf;
- De afdeling heeft wel/niet als doel het behalen van maximale resultaten met een minimum
aan middelen (arbeid, kapitaal en land);
- De afdeling is wel/niet gericht op voortdurende ontwikkeling van potentieel;
- Het aannamebeleid van de afdeling is wel/niet gericht op de vaardigheden van een
medewerker;
- Het aannamebeleid van de afdeling is wel/niet gericht op continuïteit (medewerker past in
totaliteit, inclusief zijn/haar waarden, binnen de afdeling);
- De afdeling maakt wel/niet gebruik van onderaannemers om (tijdelijke) tekorten aan
capaciteit op te vullen;
- Medewerkers binnen de afdeling krijgen wel/niet de ruimte om vernieuwingen te
ontwikkelen (ook als dit verlies van efficiëntie betekent);
- Binnen de afdeling wordt wel/niet diversificatie toegepast (ook als dit ten koste gaat van de
korte termijn opbrengsten).
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘Cultuur’ bij de vragenlijst voor Philips Lighting een Cronbach’s alpha van
0,321 naar voren voor halogeenverlichting en 0,047 voor LED-verlichting. Wanneer de items
D2 en D3 worden verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha van 0,577 voor
halogeenverlichting en 0,634 voor LED-verlichting. De items D2 en D3 zullen dan ook voor
de analyse worden verwijderd. De alpha stijgt niet verder na verwijdering van nóg één van de
items. De waarden voor de alpha geven een redelijke betrouwbaarheid van de meetschaal
weer.
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘Cultuur’ bij de vragenlijst voor Sara Lee/DE een Cronbach’s alpha van
–0,334 naar voren voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,209 voor het Senseo-systeem.
Wanneer de items D3 t/m D6 worden verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha van 0,756
voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,695 voor het Senseo-systeem. De items D3 t/m D6
zullen dan ook voor de analyse worden verwijderd. De waarde van de alpha voor DE
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 42 van 91
Topkwaliteit filterkoffie geeft een hoge betrouwbaarheid van de meetschaal weer. De waarde
van de alpha voor Senseo-systeem geeft een redelijke betrouwbaarheid van de meetschaal
weer. Verder dient opgemerkt te worden dat het verwijderen van nog meer items, om de
betrouwbaarheid van de meetschaal te verhogen, het theoretisch kader (en daarmee het
conceptuele model) te veel geweld aan doet. De oorspronkelijke maatschaal is namelijk
gebaseerd op het conceptuele model, welke op basis van verschillende theorieën is
onderbouwd.
3.5.4 ICT
Op basis van het theoretisch kader in hoofdstuk 2 kan het deelconcept ICT in het kader van de
twee verschillende typen veranderingen worden geoperationaliseerd middels de volgende
algemene items (voor de bedrijfsspecifieke items wordt naar bijlage 2 en 3 verwezen):
- Om de informatiestroom van de processen te structureren wordt van dezelfde procedures
gebruik gemaakt als bij gevestigde producten óf van andere procedures gebruik gemaakt dan
bij gevestigde producten;
- Om de informatiestroom van de processen te structureren is eenzelfde hiërarchie aanwezig
in de organisatie als bij gevestigde producten óf om de informatiestroom van de processen te
structureren is een verschil in hiërarchie aanwezig in de organisatie vergeleken met
gevestigde producten;
- De informatiestroom die benodigd is bij de productie is wel/niet even groot als de
informatiestroom die nodig is bij de productie van gevestigde producten;
- Er wordt wel/niet gebruik gemaakt van overcapaciteit van de resources (kapitaal, mensen en
goederen) bij het productieproces;
- De resources (kapitaal, mensen en goederen) die worden ingezet voor het productieproces
worden wel/niet voor een ander productieproces ingezet;
- Om de capaciteit voor het verwerken van informatie bij het productieproces te verhogen,
wordt / is er wel/niet geïnvesteerd in verticale informatiesystemen;
- Om de capaciteit voor het verwerken van informatie bij het productieproces te verhogen,
wordt / is er wel/niet geïnvesteerd in horizontale informatiesystemen.
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘ICT’ bij de vragenlijst voor Philips Lighting een Cronbach’s alpha van
0,483 naar voren voor halogeenverlichting en 0,643 voor LED-verlichting. Wanneer de items
E5 en E7 worden verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha van 0,718 voor
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 43 van 91
halogeenverlichting en 0,671 voor LED-verlichting. De items E5 en E7 zullen dan ook voor
de analyse worden verwijderd. De alpha stijgt niet verder na verwijdering van nóg één van de
items. De waarde van de alpha voor halogeenverlichting geeft een hoge betrouwbaarheid van
de meetschaal weer. De waarde van de alpha voor LED-verlichting geeft een redelijke
betrouwbaarheid van de meetschaal weer.
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘ICT’ bij de vragenlijst voor Sara Lee/DE een Cronbach’s alpha van 0,620
naar voren voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,730 voor het Senseo-systeem. Wanneer
item E5 wordt verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha van 0,700 voor DE Topkwaliteit
filterkoffie en 0,733 voor het Senseo-systeem. Deze waarden voor de alpha duiden op een
hoge betrouwbaarheid van de meetschaal. Item E5 zal dan ook voor de analyse worden
verwijderd.
3.5.5 Informatieverwerking
Op basis van het theoretisch kader in hoofdstuk 2 kan het deelconcept informatieverwerking
in het kader van de twee verschillende typen veranderingen worden geoperationaliseerd
middels de volgende algemene items (voor de bedrijfsspecifieke items wordt naar bijlage 2 en
3 verwezen):
- Voor de afdeling is wel/niet uitgewerkt welke rol informatietechnologie in de
organisatiecontext heeft;
- De informatie en communicatie tussen de business en ICT wordt wel/niet als een
zelfstandige factor beschouwd;
- De structuur van de informatievoorziening laat wel/niet nieuwe businesseisen, door externe
of interne ontwikkelingen, toe;
- Nieuwe technologische ontwikkelingen kunnen wel/niet worden geïncorporeerd;
- De informatievoorziening heeft wel/niet ondersteuning als doel;
- De informatievoorziening werkt wel/niet als katalysator bij organisatieveranderingen en
businessvernieuwingen;
- De ICT-toepassingen zijn wel/niet flexibel ingericht voor snelle aanpassing tijdens
veranderingen in de business;
- Bij het bepalen van het informatiebeleid wordt wel/niet rekening gehouden met de dynamiek
van de informatievoorziening;
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 44 van 91
- Bij het bepalen van het informatiebeleid wordt wel/niet rekening gehouden met de externe
ontwikkelingen;
- Bij het bepalen van het informatiebeleid wordt wel/niet rekening gehouden met de gekozen
strategie;
- Bij het bepalen van het informatiebeleid wordt wel/niet rekening gehouden met de
organisatie condities;
- Bij het bepalen van het informatiebeleid wordt wel/niet rekening gehouden met de
technologie basiselementen.
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘Informatieverwerking’ bij de vragenlijst voor Philips Lighting een
Cronbach’s alpha van –0,316 naar voren voor halogeenverlichting en –0,735 voor LED-
verlichting. Wanneer de items F1, F2, F4 t/m F6, F11 en F12 worden verwijderd leidt dit tot
een Cronbach’s alpha van 0,737 voor halogeenverlichting en 0,738 voor LED-verlichting.
Deze waarden voor de alpha duiden op een hoge betrouwbaarheid van de meetschaal. De
items F1, F2, F4 t/m F6, F11 en F12 zullen dan ook voor de analyse worden verwijderd.
Op basis van de betrouwbaarheidsanalyse met de data uit dit scriptieonderzoek komt voor de
meetschaal voor ‘Informatieverwerking’ bij de vragenlijst voor Sara Lee/DE een Cronbach’s
alpha van –0,490 naar voren voor DE Topkwaliteit filterkoffie en –0,532 voor het Senseo-
systeem. Wanneer de items F1, F2, F5, F9, F11 en F12 worden verwijderd leidt dit tot een
Cronbach’s alpha van 0,739 voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,706 voor het Senseo-
systeem. Deze waarden voor de alpha duiden op een hoge betrouwbaarheid van de
meetschaal. De items F1, F2, F5, F9, F11 en F12 zullen dan ook voor de analyse worden
verwijderd.
3.5.6 Totaal alignment
Wanneer gekeken wordt naar alignment als één geheel concept (‘Totaal alignment’), dat wil
zeggen op basis van alle items van de vijf deelconcepten van alignment, komt voor deze totale
meetschaal bij de vragenlijst voor Philips Lighting een Cronbach’s alpha van 0,792 naar
voren voor halogeenverlichting en 0,642 voor LED-verlichting. Wanneer de items F1 en F11
worden verwijderd leidt dit tot een Cronbach’s alpha van 0,809 voor halogeenverlichting en
0,718 voor LED-verlichting. Deze waarden voor de alpha duiden op een hoge
betrouwbaarheid van de meetschaal. De items F1 en F11 zullen dan ook voor de analyse
worden verwijderd.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 45 van 91
Bij de vragenlijst voor Sara Lee/DE komt voor ‘Totaal alignment’ een Cronbach’s alpha van
0,437 naar voren voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,510 voor het Senseo-systeem.
Wanneer de items B3, B4, B8, B12, C7, D3, F1, F2, F5, F11 en F12 worden verwijderd leidt
dit tot een Cronbach’s alpha van 0,714 voor DE Topkwaliteit filterkoffie en 0,720 voor het
Senseo-systeem. Deze waarden voor de alpha duiden op een hoge betrouwbaarheid van de
meetschaal. De items B3, B4, B8, B12, C7, D3, F1, F2, F5, F11 en F12 zullen dan ook voor
de analyse worden verwijderd.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 46 van 91
4. Resultaten
Per deelconcept van alignment en voor alignment als totaal van alle deelconcepten is een
‘gepaarde T-toets’ uitgevoerd om te bepalen of er een significant verschil bestaat tussen
alignment bij versterkende en alignment bij ontwrichtende veranderingen. Er wordt in dit
onderzoek uitgegaan van een minimale betrouwbaarheid van 95 % (alpha van 5 %) als
voorwaarde om een verschil significant te noemen.
Voor ieder bedrijf worden hieronder de resultaten weergegeven, waarbij eerst wordt ingegaan
op de steekproefverdelingen en vervolgens op de analyses zelf.
4.1 Resultaten Philips Lighting
4.1.1 Steekproefverdeling
De steekproefgrootte is voor Philips Lighting 12 respondenten. Dit betreft een groot deel van
het hogere management. Voor Philips Lighting bevat de steekproef 11 mannen en 1 vrouw. 7
van de respondenten vallen in de leeftijdscategorie 35 t/m 44 jaar, 3 in de leeftijdscategorie 45
t/m 65 jaar en 2 in de leeftijdcategorie t/m 34 jaar. Het merendeel van de respondenten heeft
een management of beleidsfunctie en is universitair of HBO geschoold. Het gemiddelde
aantal dienstjaren bedraagt 12,5. Voor nadere details wordt verwezen naar bijlage 4.
4.1.2 Analyse deelgebieden
Deelgebied Strategie
Is er een significant verschil in Strategie tussen Halogeenverlichting en LED-verlichting?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op Strategie bij
Halogeenverlichting afgezet tegen het gemiddelde van de score op Strategie bij LED-
verlichting.
Om te zien of er een significant verschil is tussen deze gemiddelden is een gepaarde T-toets
uitgevoerd met een alpha van 0,01. Dit betekent dat de uitspraken gebaseerd zijn op een
betrouwbaarheid van 99 % (in de statistiek een zeer hoge betrouwbaarheid). De t-waarde die
hierbij gevonden wordt is –3,927. Deze waarde valt in het kritieke gebied. Op basis van deze
T-toets is er dus een significant verschil tussen LED- en Halogeenverlichting op het gebied
van Strategie. Voor nadere details wordt verwezen naar bijlage 4.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 47 van 91
Deelgebied Structuur
Is er een significant verschil in Structuur tussen Halogeenverlichting en LED-verlichting?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op Structuur bij
Halogeenverlichting afgezet tegen het gemiddelde van de score op Structuur bij LED-
verlichting.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0,01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –4,714. Deze waarde
valt in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus een significant verschil tussen
LED- en Halogeenverlichting op het gebied van Structuur. Voor nadere details wordt
verwezen naar bijlage 4.
Deelgebied Cultuur
Is er een significant verschil in Cultuur tussen Halogeenverlichting en LED-verlichting?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op Cultuur bij
Halogeenverlichting afgezet tegen het gemiddelde van de score op Cultuur bij LED-
verlichting.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0,01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –3,563. Deze waarde
valt in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus een significant verschil tussen
LED- en Halogeenverlichting op het gebied van Cultuur. Voor nadere details wordt verwezen
naar bijlage 4.
Deelgebied ICT
Is er een significant verschil in ICT tussen Halogeenverlichting en LED-verlichting?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op ICT bij
Halogeenverlichting afgezet tegen het gemiddelde van de score op ICT bij LED-verlichting.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0,01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –2,633. Deze waarde
valt níet in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus géén significant verschil
tussen LED-verlichting en Halogeenverlichting op het gebied van ICT.
Bij een alpha van 0,05 is er wél een significant verschil te zien. De t-waarde valt bij deze
alpha namelijk wél in het kritieke gebied. Uiteraard is bij een hogere alpha de
betrouwbaarheid van een dergelijke uitspraak lager, namelijk 95 %, maar nog wel
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 48 van 91
betrouwbaar genoeg om te kunnen stellen dat er een significant verschil is. Voor nadere
details wordt verwezen naar bijlage 4.
Deelgebied Informatieverwerking
Is er een significant verschil in Informatieverwerking tussen Halogeenverlichting en LED-
verlichting?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op Informatieverwerking bij
Halogeenverlichting afgezet tegen het gemiddelde van de score op Informatieverwerking bij
LED-verlichting.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0,01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –1,421. Deze waarde
valt níet in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus géén significant verschil
tussen LED-verlichting en Halogeenverlichting op het gebied van Informatieverwerking. Pas
bij een alpha van 0,20 is er wél een significant verschil te zien. De t-waarde valt bij deze
alpha namelijk wél in het kritieke gebied. De betrouwbaarheid waarmee deze uitspraak kan
worden gedaan ligt dan echter zo laag (80 %) dat vastgesteld kan worden dat er géén
significant verschil is waar te nemen tussen LED- en Halogeenverlichting op het gebied van
Informatieverwerking. Voor nadere details wordt verwezen naar bijlage 4.
Totaal alignment
Is er een significant verschil in alignment tussen Halogeenverlichting en LED-verlichting?
Om deze vraag te beantwoorden, is het gemiddelde van de totale score op alle deelgebieden
van alignment voor LED-verlichting afgezet tegen het gemiddelde van de totale score op alle
deelgebieden van alignment voor Halogeenverlichting.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0,01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –6,078. Deze waarde
valt in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus een significant verschil in
alignment tussen LED- en Halogeenverlichting. Voor nadere details wordt verwezen naar
bijlage 4.
4.1.3 Resultaten hypothesen
Hieronder word per hypothese (zie hoofdstuk 2, paragraaf 2.7) aangegeven of deze op basis
van de resultaten bij Philips Lighting gefalsificeerd kan worden.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 49 van 91
H1: Er is een verschil tussen strategie bij ontwrichtende veranderingen en strategie bij
versterkende veranderingen. H1 wordt niet gefalsificeerd. Bij Philips Lighting is een
significant verschil te zien tussen strategie bij halogeenverlichting en strategie bij LED-
verlichting.
H2: Er is een verschil tussen structuur bij ontwrichtende veranderingen en structuur bij
versterkende veranderingen. H2 wordt niet gefalsificeerd. Bij Philips Lighting is een
significant verschil te zien tussen structuur bij halogeenverlichting en structuur bij LED-
verlichting.
H3: Er is een verschil tussen cultuur bij ontwrichtende veranderingen en cultuur bij
versterkende veranderingen. H3 wordt niet gefalsificeerd. Bij Philips Lighting is een
significant verschil te zien tussen cultuur bij halogeenverlichting en cultuur bij LED-
verlichting.
H4: Er is een verschil tussen ICT bij ontwrichtende veranderingen en ICT bij versterkende
veranderingen. H4 wordt niet gefalsificeerd. Bij Philips Lighting is een significant verschil te
zien tussen ICT bij halogeenverlichting en ICT bij LED-verlichting.
H5: Er is een verschil tussen informatieverwerking bij ontwrichtende veranderingen en
informatieverwerking bij versterkende veranderingen. H5 kan worden gefalsificeerd. Bij
Philips Lighting is dus géén significant verschil te zien tussen informatieverwerking bij
halogeenverlichting en informatieverwerking bij LED-verlichting.
H6: Er is een verschil tussen alignment (van de deelgebieden strategie, structuur, cultuur,
ICT en informatieverwerking) bij ontwrichtende veranderingen en alignment bij versterkende
veranderingen. H6 wordt niet gefalsificeerd. Bij Philips Lighting is een significant verschil
tussen alignment bij halogeenverlichting en alignment bij LED-verlichting.
4.2 Resultaten Sara Lee / DE Nederland
4.2.1 Steekproefverdeling
De steekproefgrootte is voor Sara Lee/DE 14 respondenten. Dit betreft een groot deel van het
hogere management. Voor Sara Lee/DE bevat de steekproef 10 mannen en 4 vrouwen. 9
vallen in de leeftijdcategorie t/m 34 jaar, 4 van de respondenten vallen in de leeftijdscategorie
35 t/m 44 jaar en 1 in de leeftijdscategorie 45 t/m 65 jaar. Het merendeel van de respondenten
heeft een managementfunctie en is universitair geschoold. Het gemiddelde aantal dienstjaren
bedraagt 5,7. Voor nadere details wordt verwezen naar bijlage 5.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 50 van 91
4.2.2 Analyse deelgebieden
Deelgebied Strategie
Is er een significant verschil in Strategie tussen DE Topkwaliteit filterkoffie en het Senseo-
systeem?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op Strategie bij DE
Topkwaliteit filterkoffie afgezet tegen het gemiddelde van de score op Strategie bij het
Senseo-systeem.
Om te zien of er een significant verschil is tussen deze gemiddelden is een gepaarde T-toets
uitgevoerd met een alpha van 0.01. Dit betekent dat de uitspraken gebaseerd zijn op een
betrouwbaarheid van 99 % (in de statistiek een zeer hoge betrouwbaarheid). De t-waarde die
hierbij gevonden wordt is –3,927. Deze waarde valt in het kritieke gebied. Op basis van deze
T-toets is er dus een significant verschil tussen het Senseo-systeem en DE Topkwaliteit
filterkoffie op het gebied van Strategie. Voor nadere details wordt verwezen naar bijlage 5.
Deelgebied Structuur
Is er een significant verschil in Structuur tussen DE Topkwaliteit filterkoffie en het Senseo-
systeem?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op Structuur bij DE
Topkwaliteit filterkoffie afgezet tegen het gemiddelde van de score op Structuur bij het
Senseo-systeem.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0.01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –6,861. Deze waarde
valt in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus een significant verschil tussen
Senseo-systeem en DE Topkwaliteit filterkoffie op het gebied van Structuur. Voor nadere
details wordt verwezen naar bijlage 5.
Deelgebied Cultuur
Is er een significant verschil in Cultuur tussen DE Topkwaliteit filterkoffie en het Senseo-
systeem?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op Cultuur bij DE
Topkwaliteit filterkoffie afgezet tegen het gemiddelde van de score op Cultuur bij het Senseo-
systeem.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 51 van 91
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0.01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –2,797. Deze waarde
valt níet in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus géén significant verschil
tussen het Senseo-systeem en DE Topkwaliteit filterkoffie op het gebied van Cultuur. Een
betrouwbaarheid van 99 % is echter zeer hoog, terwijl in de statistiek een betrouwbaarheid
van 95 % een meer gangbare waarde is.
Bij een alpha van 0.02 is wél een significant verschil te zien. De t-waarde valt bij deze alpha
namelijk wél in het kritieke gebied. Een dergelijke uitspraak (met een betrouwbaarheid van 98
%) is nog steeds zeer betrouwbaar te noemen, waarmee vastgesteld kan worden dat er een
significant verschil is waar te nemen. Voor nadere details wordt verwezen naar bijlage 5.
Deelgebied ICT
Is er een significant verschil in ICT tussen DE Topkwaliteit filterkoffie en het Senseo-systeem?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op ICT bij DE Topkwaliteit
filterkoffie afgezet tegen het gemiddelde van de score op ICT bij het Senseo-systeem.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0.01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –3,209. Deze waarde
valt in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus een significant verschil tussen
het Senseo-systeem en DE Topkwaliteit filterkoffie op het gebied van ICT. Voor nadere
details wordt verwezen naar bijlage 5.
Deelgebied Informatieverwerking
Is er een significant verschil in Informatieverwerking tussen DE Topkwaliteit filterkoffie en
het Senseo-systeem?
Om deze vraag te beantwoorden is het gemiddelde van de score op Informatieverwerking bij
DE Topkwaliteit filterkoffie afgezet tegen het gemiddelde van de score op
Informatieverwerking bij het Senseo-systeem.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0.01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –2,120. Deze waarde
valt níet in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus géén significant verschil
tussen het Senseo-systeem en DE Topkwaliteit filterkoffie op het gebied van
Informatieverwerking.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 52 van 91
Bij een alpha van 0.10 is er wél een significant verschil te zien. De t-waarde valt bij deze
alpha namelijk wél in het kritieke gebied. De betrouwbaarheid waarmee deze uitspraak kan
worden gedaan ligt dan echter aanzienlijk lager (90 %), waardoor vastgesteld moet worden
dat er géén significant verschil is waar te nemen tussen het Senseo-systeem en DE
Topkwaliteit filterkoffie op het gebied van Informatieverwerking. Voor nadere details wordt
verwezen naar bijlage 5.
Totaal alignment
Is er een significant verschil in alignment tussen DE Topkwaliteit filterkoffie en het Senseo-
systeem?
Om deze vraag te beantwoorden, is het gemiddelde van de totale score op alle deelgebieden
van alignment voor het Senseo-systeem afgezet tegen het gemiddelde van de totale score op
alle deelgebieden van alignment voor DE Topkwaliteit filterkoffie.
Een ‘gepaarde T-toets’ is uitgevoerd met een alpha van 0.01 (uitspraken hebben een zeer hoge
betrouwbaarheid van 99 %). De t-waarde die hierbij gevonden wordt is –6.785. Deze waarde
valt in het kritieke gebied. Op basis van deze T-toets is er dus een significant verschil in
alignment tussen het Senseo-systeem en DE Topkwaliteit filterkoffie. Voor nadere details
wordt verwezen naar bijlage 5.
4.2.3 Resultaten hypothesen
Hieronder word per hypothese aangegeven of deze op basis van de resultaten bij Sara Lee/DE
gefalsificeerd kan worden.
H1: Er is een verschil tussen strategie bij ontwrichtende veranderingen en strategie bij
versterkende veranderingen. H1 wordt niet gefalsificeerd. Bij Sara Lee/DE is een significant
verschil te zien tussen strategie bij DE Topkwaliteit filterkoffie en strategie bij het Senseo-
systeem.
H2: Er is een verschil tussen structuur bij ontwrichtende veranderingen en structuur bij
versterkende veranderingen. H2 wordt niet gefalsificeerd. Bij Sara Lee/DE is een significant
verschil te zien tussen structuur bij DE Topkwaliteit filterkoffie en structuur bij het Senseo-
systeem.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 53 van 91
H3: Er is een verschil tussen cultuur bij ontwrichtende veranderingen en cultuur bij
versterkende veranderingen. H3 wordt niet gefalsificeerd. Bij Sara Lee/DE is een significant
verschil te zien tussen cultuur bij DE Topkwaliteit filterkoffie en cultuur bij het Senseo-
systeem.
H4: Er is een verschil tussen ICT bij ontwrichtende veranderingen en ICT bij versterkende
veranderingen. H4 wordt niet gefalsificeerd. Bij Sara Lee/DE is een significant verschil te
zien tussen ICT bij DE Topkwaliteit filterkoffie en ICT bij het Senseo-systeem.
H5: Er is een verschil tussen informatieverwerking bij ontwrichtende veranderingen en
informatieverwerking bij versterkende veranderingen. H5 kan worden gefalsificeerd. Bij
Sara Lee/DE is dus géén significant verschil te zien tussen informatieverwerking bij DE
Topkwaliteit filterkoffie en informatieverwerking bij het Senseo-systeem.
H6: Er is een verschil tussen alignment (van de deelgebieden strategie, structuur, cultuur,
ICT en informatieverwerking) bij ontwrichtende veranderingen en alignment bij versterkende
veranderingen. H6 wordt niet gefalsificeerd. Bij Sara Lee/DE is een significant verschil te
zien tussen alignment bij DE Topkwaliteit filterkoffie en alignment bij het Senseo-systeem.
4.3 Samenvatting resultaten
Onderstaande tabel 1 geeft in één overzicht een samenvatting weer van de resultaten voor
Philips Lighting en de resultaten voor Sara Lee/Douwe Egberts Nederland. Daarbij valt op dat
voor zowel Philips Lighting als voor Sara Lee/Douwe Egberts Nederland op alle
deelgebieden, met uitzondering van Informatieverwerking, een significant verschil is
gevonden tussen de versterkende en de ontwrichtende verandering.
Op het gebied van Informatieverwerking is bij beide bedrijven geen significant verschil
gevonden tussen de versterkende en de ontwrichtende verandering (bij een
betrouwbaarheidsinterval van 95 % of hoger).
Wanneer gekeken wordt naar Totaal alignment, als één geheel van alle deelgebieden, is er bij
beide bedrijven een significant verschil te zien tussen de ontwrichtende en de versterkende
verandering (bij een hoge betrouwbaarheid van de meetschaal en een zeer hoog
betrouwbaarheidsinterval bij de T-toets).
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 54 van 91
Philips Lighting Sara Lee / DE NL
Betrouwbaarheid1
Meetschaal (Cronbach’s alpha)
Betrouwbaarheid3
Meetschaal (Cronbach’s alpha)
Deel-gebieden alignment
Halogeen- verlichting
LED-verlichting
Significant2
verschil Halogeen-verlichting / LED-verlichting op basis van T-toets
Top- kwaliteit filterkoffie
Senseo-systeem
Significant4
verschil Topkwaliteit filterkoffie / Senseo-systeem op basis van T-toets
Strategie 0,726 0,723 Ja *** 0,673 0,651 Ja *** Structuur 0,623 0,619 Ja *** 0,332 0,402 Ja *** Cultuur 0,577 0,634 Ja *** 0,756 0,695 Ja ** ICT 0,718 0,671 Ja * 0,700 0,733 Ja *** Informatie- verwerking
0,737 0,738 Nee, geen significant verschil
0,739 0,706 Nee, geen significant verschil
Totaal alignment
0,809 0,718 Ja *** 0,714 0,720 Ja ***
Tabel 1: Resultaten samengevat
1 Er wordt uitgegaan van: Cronbach’s alpha: > 0.700 is hoge betrouwbaarheid; < 0.700 maar >0.600 is redelijke
betrouwbaarheid; Cronbach’s alpha: < 0.600: lage betrouwbaarheid 2 Er wordt uitgegaan van een betrouwbaarheidinterval van minimaal 95 %
***: α = 0.01; **: α = 0.02; *: α = 0.05 3 Er wordt uitgegaan van: Cronbach’s alpha: > 0.700 is hoge betrouwbaarheid; < 0.700 maar >0.600 is redelijke
betrouwbaarheid; Cronbach’s alpha: < 0.600: lage betrouwbaarheid 4 Er wordt uitgegaan van een betrouwbaarheidinterval van minimaal 95 %
***: α = 0.01; **: α = 0.02; *: α = 0.05
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 55 van 91
5. Conclusies en Discussie
Het doel van dit onderzoek is vaststellen of er een ander soort alignment nodig is bij
ontwrichtende veranderingen dan bij versterkende veranderingen. Hiervoor is een
onderzoeksvraag geformuleerd met bijbehorende deelvragen. De gezamenlijke beantwoording
van de deelvragen vormt de beantwoording van de onderzoeksvraag.
Er is getracht een antwoord te vinden op de volgende onderzoeksvraag: ‘Is er een verschil
tussen het creëren van alignment bij ontwrichtende veranderingen en het creëren van
alignment bij versterkende veranderingen, en zo ja: waar bestaat dit verschil dan uit?’:
Hierbij is, in een theoretisch deel, een literatuuronderzoek verricht en heeft empirisch
onderzoek plaatsgevonden bij twee bedrijven (Philips Lighting en Sara Lee/Douwe Egberts
Nederland) in Nederland.
5.1 Theoretisch deel
Middels verschillende theorieën is getracht de deelvragen en daarmee de onderzoeksvraag
theoretisch te beantwoorden. Er is ingegaan op het concept alignment (met de bijbehorende
deelgebieden) en de concepten ontwrichtende en versterkende veranderingen (met de
bijbehorende organisatorische aspecten). Vervolgens is ingegaan op de verschillen tussen
ontwrichtende en versterkende veranderingen op het gebied van alignment tussen de
deelgebieden en de daarbij horende organisatorische aspecten.
Bij versterkende veranderingen zal alignment volgens Abcouwer et al (2006) zich eerder
richten op efficiëntie en effectiviteit, terwijl de organisatie zich bij ontwrichtende
veranderingen in chaos zal bevinden waarbij zij op zoek is naar een nieuwe interne inrichting
van de verschillende processen (alignment).
Christensen (1997) geeft aan dat bij een ontwrichtende technologie een andere interne
kostenstructuur is vereist, de organisatie zich moet richten op kleine markten, er geen
marktonderzoek kan plaatsvinden voor het bepalen van de marketingstrategie, de wet van
vraag en aanbod (nog) niet opgaat en de stand van de organisatie in de waardenetwerken van
ketens anders is. Dit betekent dat de doelstellingen, activiteiten en processen een andere
richting en inrichting behoeven en daarmee ook alignment daartussen.
Miller (1992) onderschrijft de visie van Christensen (1997) met zijn beschreven scenario’s en
de items configuratie en impuls (ontwrichtende verandering) die daarbij een rol spelen.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 56 van 91
De Geus (1997) geeft aan dat het overleven van organisaties in een turbulente omgeving
(ontwrichtende verandering) alleen mogelijk is als het reageren van de organisatie hierbij
centraal staat. Bij het bepalen van een reactie van een organisatie (scenarioplanning) zal de
richting en inrichting centraal staan, waarbij de aanpassing van alignment bij turbulentie
centraal staat.
Miles en Snow (1994) geven aan dat (om ‘fit’ te verkrijgen) er per definitie een andere
internal fit (‘interne alignment’) noodzakelijk is bij een andere strategie. Bij een
ontwrichtende verandering zal het proces om ‘fit’ te bereiken volgens hen dus per definitie
anders verlopen.
Galbraith (1973) geeft aan de beste manier van organiseren afhangt van de onzekerheid en
diversiteit van de taak die de door een organisatieonderdeel wordt uitgevoerd. Bij een
ontwrichtende verandering zal de taakonzekerheid dus toenemen, wat een andere wijze van
organiseren vereist. Ook de theorie van Galbraith (1973) wijst dus op een ander soort
alignment bij ontwrichtende versus versterkende veranderingen.
5.2 Empirisch deel
Middels het empirisch deel van het onderzoek is getracht het antwoord op deelvraag vijf te
toetsen. Deelvraag vijf luidt: ‘Verschillen ontwrichtende veranderingen van versterkende
veranderingen op het gebied van alignment tussen de deelgebieden en de daarbij horende
organisatorische aspecten?’.
Om deze deelvraag te beantwoorden is vanuit het theoretisch kader en het conceptueel model
een aantal hypothesen afgeleid. Deze hypothesen zijn getoetst bij Philips Lighting en bij Sara
Lee / Douwe Egberts Nederland.
De data die nodig was voor deze toetsing is verzameld middels een gestructureerde vragenlijst
(in de vorm van een enquête). Op basis van deze data zijn betrouwbaarheidsanalyses
uitgevoerd. Hieruit kwam naar voren dat voor sommige deelconcepten enkele items uit de
betreffende meetschalen moesten worden verwijderd om de betrouwbaarheid te verhogen. Bij
Philips Lighting kwam voor de meetschaal voor Structuur en de meetschaal voor Cultuur geen
hoge (maar een redelijke) betrouwbaarheid naar voren, ondanks het verwijderen van een
aantal items. Bij Sara Lee/DE kwam, ondanks het verwijderen van een aantal items, voor de
meetschaal voor Strategie en Structuur geen hoge betrouwbaarheid (maar een redelijke
respectievelijk lage betrouwbaarheid) naar voren.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 57 van 91
De conclusies die getrokken kunnen worden op basis van de resultaten voor de twee bedrijven
worden hieronder voor ieder bedrijf separaat weergegeven.
5.2.1 Conclusies Philips Lighting
Bij de empirische toetsing houden bij Philips Lighting de meeste hypothesen stand. Hierbij
zijn echter wat nuanceverschillen te onderkennen, afhankelijk van de toetsing van het verschil
in alignment in totaliteit of een toetsing per deelgebied.
Wanneer de deelgebieden van alignment tezamen (Totaal alignment) worden beschouwd,
blijkt er een significant verschil te zijn tussen de onderzochte versterkende verandering
(Halogeen-verlichting) en de ontwrichtende verandering (LED-verlichting).
Wanneer de diverse deelgebieden van alignment (Strategie, Structuur, Cultuur, ICT en
Informatieverwerking) afzonderlijk worden beschouwd, is er bij vier van de vijf deelgebieden
een significant verschil te zien tussen de versterkende verandering (Halogeen-verlichting) en
de ontwrichtende verandering (LED-verlichting). Alleen bij het deelgebied
Informatieverwerking is geen significant verschil te zien, wat zou kunnen betekenen dat de bij
Philips Lighting waargenomen informatieverwerking niet goed is aangepast aan het type
verandering. Wanneer ingezoomd wordt op de items, die horen bij de meetschaal voor
Informatieverwerking, kan dit betekenen dat de ICT-toepassingen niet flexibel genoeg zijn
ingericht voor snelle aanpassing tijdens ontwrichtende veranderingen en dat de structuur van
de informatievoorziening hierbij niet voldoende nieuwe businesseisen door externe
ontwikkelingen toelaat. Daarnaast kan dit betekenen dat bij ontwrichtende veranderingen niet
genoeg rekening wordt gehouden met: de dynamiek van de informatievoorziening, externe
ontwikkelingen en met de gekozen strategie. Volgens de theorie is het bovenstaande wel
noodzakelijk om als onderneming (succesvol) om te kunnen gaan met veranderingen. Zeker
gezien het feit dat uit de theorie blijkt dat informatieverwerking een belangrijke rol speelt bij
de integratie van de andere deelgebieden van alignment.
5.2.2 Conclusies Sara Lee / DE Nederland
Ook bij Sara Lee/DE houden de meeste hypothesen stand bij de empirische toetsing. En ook
zijn hierbij nuanceverschillen te onderkennen, afhankelijk van de toetsing van het verschil in
alignment in totaliteit of een toetsing per deelgebied.
Wanneer de deelgebieden van alignment tezamen (Totaal alignment) worden beschouwd,
blijkt er, net als bij Philips Lighting, een significant verschil te zijn tussen de onderzochte
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 58 van 91
versterkende verandering (DE Topkwaliteit filterkoffie) en de ontwrichtende verandering
(Senseo-systeem).
Wanneer de diverse deelgebieden van alignment (Strategie, Structuur, Cultuur, ICT en
Informatieverwerking) afzonderlijk worden beschouwd, is er bij vier van de vijf deelgebieden
een significant verschil te zien tussen de versterkende verandering (DE Topkwaliteit
filterkoffie) en de ontwrichtende verandering (Senseo-systeem). Net als bij Philips Lighting is
alleen bij het deelgebied Informatieverwerking geen significant verschil te zien, wat erop zou
kunnen duiden dat de bij Sara Lee waargenomen informatieverwerking niet goed is aangepast
aan het type verandering. Wanneer ingezoomd wordt op de items, die horen bij de meetschaal
voor Informatieverwerking, kan dit betekenen dat bij ontwrichtende veranderingen de
structuur van de informatievoorziening niet voldoende nieuwe businesseisen door externe
ontwikkelingen toelaat en dat nieuwe ontwikkelingen op het gebied van
informatievoorziening hierbij niet voldoende kunnen worden meegenomen. Daarnaast kan dit
betekenen dat bij ontwrichtende veranderingen de informatievoorziening niet voldoende als
katalysator werkt. Ook kan dit betekenen dat bij ontwrichtende veranderingen de ICT-
toepassingen niet flexibel genoeg zijn ingericht voor snelle aanpassing. Ten slotte kan dit
betekenen dat bij ontwrichtende veranderingen niet genoeg rekening wordt gehouden met de
dynamiek van de informatievoorziening en met de gekozen strategie. Volgens de theorie is
het bovenstaande wel noodzakelijk om als onderneming (succesvol) om te kunnen gaan met
veranderingen. Zeker gezien het feit dat uit de theorie blijkt dat Informatieverwerking een
belangrijke rol speelt bij de integratie van de andere deelgebieden van alignment.
5.3 Discussie
Dit scriptieonderzoek levert een waardevolle aanvulling binnen het onderzoeksgebied
alignment en het onderzoeksgebied versterkende versus ontwrichtende (technologische)
veranderingen, doordat beide onderzoeksgebieden met elkaar gecombineerd worden. Het feit
dat er geen empirisch onderzoek naar deze combinatie is gevonden, benadrukt deze
aanvulling nog meer. De empirische toetsing die is uitgevoerd ondersteund daarbij ook nog
eens het theoretisch kader.
Het conceptueel model en de bijbehorende operationalisatie zijn gebaseerd op een aantal
theorieën. Zo is alignment onderverdeeld in een aantal deelgebieden die vervolgens zijn
geoperationaliseerd. Het is mogelijk dat onderzoek vanuit een andere theoretische invalshoek
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 59 van 91
en met een andere operationalisatie, tot andere resultaten leidt. Het is dan ook aan te bevelen
om ook onderzoek vanuit een andere theoretische invalshoek en met een andere
operationalisatie uit te voeren.
Dit scriptieonderzoek heeft plaatsgevonden bij een tweetal bedrijven. De hoeveelheid data die
hierbij is verkregen is niet toereikend om generaliserende uitspraken te kunnen doen,
voornamelijk vanwege de kleine populaties bij beide bedrijven. Om te kunnen generaliseren is
het noodzakelijk om het onderzoek bij meerdere bedrijven uit te voeren. Het is daarbij aan te
bevelen om bij een dergelijk vervolgonderzoek een groot aantal bedrijven te betrekken (meer
dan 30), waarbij ook nog eens onderscheid naar bedrijfstak en type bedrijf kan worden
gemaakt. Het moge duidelijk zijn dat dit een zeer uitgebreid onderzoek zal betreffen.
Voor dit onderzoek is een enquête gebruikt als methode voor de dataverzameling. Het
verdient aanbeveling om bij vervolgonderzoek (naast enquêtes) ook gebruik te maken van
andere methoden van dataverzameling, zoals bijvoorbeeld het interview en archiefonderzoek.
Het is mogelijk dat bij een dergelijke datatriangulatie andere resultaten uit het onderzoek
volgen.
De verschillen die in dit scriptieonderzoek zijn gevonden bij de twee Nederlandse bedrijven,
roepen de vraag op of deze verschillen ook opgaan voor andere landen. Wellicht leiden een
andere omgeving, een andere (bedrijfs)cultuur, andere arbeidsomstandigheden, etc. tot andere
resultaten.
Er is binnen het scriptieonderzoek naar twee producttypen gekeken waarbinnen versterkende
en ontwrichtende technologische veranderingen hebben plaatsgevonden. Bij Sara Lee/DE
behoren de betreffende producten (DE Topkwaliteit filterkoffie en Senseo) tot de
productcategorie fast moving consumer goods op de business-to-consumer markt. De
producten bij Philips Lighting (halogeenverlichting en LED-verlichting) behoren tot de
categorie elektronica en de producten op basis van deze technologie zijn niet alleen bestemd
voor de consument, maar ook voor de industriële/professionele markt (business-to-business
markt). Om conclusies te kunnen generaliseren zal ook gekeken moeten worden naar andere
soorten versterkende en ontwrichtende veranderingen en veranderingen binnen andere
productcategorieën. Ook kan daarbij gedacht worden aan niet-technologische veranderingen
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 60 van 91
binnen andere branches, zoals bijvoorbeeld veranderingen op het gebied van
bedrijfsprocessen of op het gebied van dienstverlening.
Ten tijde van dit onderzoek bevond Philips Lighting zich midden in de ontwrichtende
verandering in de vorm van LED-verlichting. De versterkende verandering
(halogeenverlichting) had een aantal jaar daarvoor plaatsgevonden. Bij Sara Lee/DE had de
ontwrichtende verandering (Senseo) aan aantal jaar geleden plaatsgevonden. De versterkende
verandering (DE Topkwaliteit filterkoffie) is er een die periodiek terugkeert, namelijk iedere
keer wanneer er een verbeterde kwaliteit filterkoffie wordt ontwikkeld.
Wellicht speelt de actualiteit van de betreffende verandering een rol bij de wijze waarop
respondenten antwoord geven op de gestelde vragen in de enquête. Om conclusies te kunnen
generaliseren zullen deze invloeden uitgesloten moeten worden.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 61 van 91
Literatuurlijst
Abcouwer, T., Gels, H., en Truijens, J. (2006). Informatie; management en beleid. Den
Haag: Sdu Uitgevers bv;
Adner, R. (2002). When Are Technologies Disruptive? A Demand-Based View of the
Emergence of Competition. Strategic Management Journal, 23, (8), 667–88;
Anderson, P., en Tushman, M.L. (1990). Technological Discontinuities and Dominant
Designs: A Cyclical Model of Technological Change, Administrative Science Quarterly,
35, (4), 604-633;
Beal, R.M., en Yasai-Ardekani, M. (2000). Performance implications of aligning CEO
functional experiences with competitive strategies. Journal of Management, 26, (4), 733-
762;
Belt, H. van den, en Rip, A. (1987). The Nelson-Winter-Dosi model and synthetic dye
chemistry. In: W. Bijker et al. (reds.). The Social Construction of Technological Systems,
Cambridge, MA: MIT Press, 135-158. In: P. Anderson, en M.L. Tushman (1990),
Technological Discontinuities and Dominant Designs: A Cyclical Model of Technological
Disruptive Technology Reconsidered: A Critique and Research Agenda. The Journal of
Product Innovation Management; 21: 246–258.
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 64 van 91
Bijlage 1: Enquête Algemeen
Persoonlijke gegevens (Categorie A)
1) Wat is uw geslacht?
o Man o Vrouw
2) Wat is uw leeftijd?
_______ jaar
3) Wat is uw functie? o Management o Beleidsfunctionaris o Anders, namelijk_________________
4) U valt onder de volgende business-unit van ………..:
o – o – o – o – o –
5) U valt onder de afdeling:
o – o – o Anders, namelijk_________________
6) Aantal dienstjaren bij deze organisatie?
_______ jaar 7) Wat is de hoogst genoten opleiding die u heeft voltooid?
o MBO o HBO o Universitair o Anders, namelijk_________________
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 65 van 91
Versterkende verandering en ontwrichtende verandering
Categorie
volle
dig oneens
versterkende verandering
volle
dig eens
volle
dig oneens
ontwrichtende verandering
volle
dig eens
B Strategie 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Het aanbod is gericht op de functionaliteit van het product
2 Het aanbod is gericht op de betrouwbaarheid van het product
3 Het aanbod is gericht op het gemak van het product
4 Het aanbod is gericht op de prijs van het product
5 De marketingtechnieken zijn gericht op de bestaande markt
6 De marketingtechnieken zijn gericht op andere markten
7 Het groeitempo van de markt kan worden beïnvloed, zodat de markt aantrekkelijk wordt om toe te treden
8 Als de markt duidelijk is gedefinieerd, vindt toetreding in de markt plaats
9 De ontwikkeling heeft plaats gevonden in een autonoom deel binnen het bedrijf
10 Het bedrijfsplan is dynamisch van aard
11 Het bedrijfsplan is statisch van aard
12 De afdeling maakt gebruik van scenarioplanning voor mogelijke scenario’s in de toekomst
13 De afdeling experimenteert middels modellen voordat zij de markt in stapt met iets nieuws
Categorie
volle
dig oneens
versterkende verandering
volle
dig eens
volle
dig oneens
ontwrichtende verandering
volle
dig eens
C Structuur 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Het distributiekanaal wijkt af van die van gevestigde producten
2 De organisatie is geïntegreerd binnen de hoofdorganisatie
3 De overlegstructuur en coördinatie komt overeen met de methode bij gevestigde producten
4 Bij de introductie is gebruik gemaakt van autonome teams (op zichzelf staande teams)
5 Bij de introductie is gebruik gemaakt van zwaargewicht teams (hoger management en hoogstaande functionarissen van binnen en buiten het bedrijf)
6 Bij de introductie is gebruik gemaakt van lichtgewicht teams (midden en lager management en functionarissen)
7 Bij de introductie is gebruik gemaakt van de functionele organisatie (de bestaande organisatiestructuur)
8 De architectuur van de organisatie is gebaseerd op de architectuur van het product (en daarmee afwijkend van de organisatie van gevestigde producten)
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 66 van 91
Categorie
volle
dig oneens
versterkende verandering
volle
dig eens
volle
dig oneens
ontwrichtende verandering
volle
dig eens
D Cultuur 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Managers worden aangemoedigd om breed en diep te reflecteren over de richting van het bedrijf
2 De afdeling heeft als doel het behalen van maximale resultaten met een minimum aan middelen (arbeid, kapitaal en land)
3 De afdeling is gericht op voortdurende ontwikkeling van potentieel
4 Het aannamebeleid van de afdeling is gericht op de vaardigheden van een medewerker
5 Het aannamebeleid van de afdeling is gericht op continuïteit (medewerker past in totaliteit, inclusief zijn/haar waarden, binnen de afdeling)
6 De afdeling maakt gebruik van onderaannemers om (tijdelijke) tekorten aan capaciteit op te vullen
7 Medewerkers binnen de afdeling krijgen de ruimte om vernieuwingen te ontwikkelen (ook als dit verlies van efficiëntie betekent)
8 Binnen de afdeling wordt diversificatie toegepast (ook als dit ten koste gaat van de korte termijn opbrengsten)
Categorie
volle
dig oneens
versterkende verandering
volle
dig eens
volle
dig oneens
ontwrichtende verandering
volle
dig eens
E ICT 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Om de informatiestroom van de processen te structureren wordt van dezelfde procedures gebruik gemaakt als bij gevestigde producten
2 Om de informatiestroom van de processen te structureren wordt van andere procedures gebruik gemaakt dan bij gevestigde producten
3 Om de informatiestroom van de processen te structureren is er eenzelfde hiërarchie aanwezig in de organisatie als bij gevestigde producten
4 Om de informatiestroom van de processen te structureren is er een verschil in hiërarchie aanwezig in de organisatie vergeleken met gevestigde producten
5 De informatiestroom die benodigd bij de productie is even groot als de informatiestroom die nodig is bij de productie van gevestigde producten
6 Er wordt gebruik gemaakt van overcapaciteit van de resources (kapitaal, mensen en goederen) bij het productieproces
7 De resources (kapitaal, mensen en goederen) die worden ingezet voor het productieproces worden niet voor een ander productieproces ingezet
8 Om de capaciteit voor het verwerken van informatie bij het productieproces te verhogen, wordt / is er geïnvesteerd in verticale informatiesystemen
9 Om de capaciteit voor het verwerken van informatie bij het productieproces te verhogen, wordt / is er geïnvesteerd in horizontale informatiesystemen
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
In het kader van de studie MBS (Master in Business Studies) aan de Amsterdam Business School vindt er een onderzoek plaats naar alignment bij versterkende en ontwrichtende veranderingen. Alignment kan als volgt gedefinieerd worden: “De doelstellingen, activiteiten en processen van een bedrijf zijn in harmonie met het informatiesysteem dat het ondersteund”. Onder een versterkende verandering kan halogeenverlichting ten opzichte van de gloeilamp worden verstaan. Onder een ontwrichtende technologie kan de LED-verlichting ten opzichte van de gloeilamp worden verstaan. Het doel van dit onderzoek is vaststellen of er een ander soort alignment nodig is bij ontwrichtende veranderingen dan bij versterkende veranderingen.
LEES A.U.B. DEZE INSTRUCTIES ALVORENS TE BEGINNEN
Het invullen van de enquête zal ongeveer 10 minuten duren. Ik verzoek u vriendelijk de enquête uiterlijk ……… te retourneren. Voor vragen en/of opmerkingen kunt u contact opnemen met Neil Jordan; E-mail: …………... Een ingevulde enquête kan dan ook naar dit mailadres gestuurd worden. De vragen uit de enquête kunnen beantwoord worden aan de hand van zes categorieën. Deze zijn:
1 volledig mee oneens 2 mee oneens 3 gedeeltelijk mee oneens 4 gedeeltelijk mee eens 5 mee eens 6 volledig mee eens
U kunt uw antwoord geven door de betreffende antwoordmogelijkheid in te vullen als in het onderstaande voorbeeld (m.u.v. de persoonlijke gegevens).
volle
dig
oneens
Halogeen
volle
dig eens
volle
dig
oneens
LED
volle
dig eens
1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
De marketingtechniek heeft eenzelfde benadering als bij gloeilampen
X
X
Bedenkt u alstublieft dat :
• Er geen goede of foute antwoorden zijn;
• Het belangrijk is dat u ook in moeilijke gevallen een antwoord geeft. Sla het liefst geen vragen over.
De antwoorden op deze vragenlijst worden strikt vertrouwelijk en anoniem behandeld en zijn uitsluitend bestemd voor onderzoeksdoeleinden. Alleen het onderzoeksteam krijgt de antwoorden te zien. Bij voorbaat bedank ik u voor uw tijd en moeite bij het invullen van deze enquête. Neil Jordan
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 69 van 91
Persoonlijke gegevens (Categorie A) 1) Wat is uw geslacht?
o Man o Vrouw
2) Wat is uw leeftijd?
_______ jaar
3) Wat is uw functie? o Management o Beleidsfunctionaris o Anders, namelijk_________________
4) U valt onder de volgende business-unit van Philips Lighting:
o Luminaires o Lamps o Lichting Electronics o Solid State Lighting Modules o Automotive Lighting o Special Lighting Applications o Lumileds o Anders, namelijk_________________
5) U valt onder de afdeling:
o Professional Lighting o Consumer Lighting
6) Aantal dienstjaren bij deze organisatie?
_______ jaar 7) Wat is de hoogst genoten opleiding die u heeft voltooid?
o MBO o HBO o Universitair o Anders, namelijk_________________
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 70 van 91
Versterkende verandering (van gloeilamp naar halogeenverlichting) en Ontwrichtende verandering (van gloeilamp naar LED-verlichting)
Categorie
volle
dig oneens
Gloeilamp naar halogeen-verlichting
volle
dig eens
volle
dig oneens
Gloeilamp naar LED-verlichting
volle
dig eens
B Strategie 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Het aanbod van halogeen/LED-verlichting is gericht op de functionaliteit van het product
2 Het aanbod van halogeen/LED-verlichting is gericht op de betrouwbaarheid van het product
3 Het aanbod van halogeen/LED-verlichting is gericht op het gemak van het product
4 Het aanbod van halogeen/LED-verlichting is gericht op de prijs van het product
5 De marketingtechnieken voor halogeen/LED-verlichting zijn gericht op de bestaande markt van gloeilampen
6 De marketingtechnieken voor halogeen/LED-verlichting zijn gericht op andere markten dan gloeilampen
7 Het groeitempo van de markt van halogeen/LED-verlichting kan worden beïnvloed door Philips Lighting, zodat de markt aantrekkelijk wordt om toe te treden
8 Als de markt van halogeen/LED-verlichting duidelijk is gedefinieerd, treed Philips Lighting toe in de markt
9 De ontwikkeling van halogeen/LED-verlichting heeft plaats gevonden in een autonoom deel binnen Philips Lighting
10 Het bedrijfsplan van halogeen/LED-verlichting is dynamisch van aard
11 Het bedrijfsplan van halogeen/LED-verlichting is statisch van aard
12 De afdeling halogeen/LED-verlichting maakt gebruik van scenarioplanning voor mogelijke scenario’s in de toekomst
13 De afdeling halogeen/LED-verlichting experimenteert middels modellen voordat zij de markt in stapt met iets nieuws
Categorie
volle
dig oneens
Gloeilamp naar halogeen-verlichting
volle
dig eens
volle
dig oneens
Gloeilamp naar LED-verlichting
volle
dig eens
C Structuur 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Het distributiekanaal van halogeen/LED-verlichting wijkt af van die van gloeilampen
2 De organisatie van halogeen/LED-verlichting is geïntegreerd binnen de hoofdorganisatie
3 De overlegstructuur en coördinatie van halogeen/LED-verlichting komt overeen met de methode bij gloeilampen
4 Bij de introductie van halogeen/LED-verlichting is gebruik gemaakt van autonome teams (op zichzelf staande teams)
5 Bij de introductie van halogeen/LED-verlichting is gebruik gemaakt van zwaargewicht teams (hoger management en hoogstaande functionarissen van binnen en buiten Philips Lighting)
6 Bij de introductie van halogeen/LED-verlichting is gebruik gemaakt van lichtgewicht teams (midden en lager management en functionarissen)
7 Bij de introductie van halogeen/LED-verlichting is gebruik gemaakt van de functionele organisatie (de bestaande organisatiestructuur)
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 71 van 91
8 De architectuur van de organisatie van halogeen/LED-verlichting is gebaseerd op de architectuur van het product halogeenverlichting (en daarmee afwijkend van de organisatie van gloeilampen)
Categorie
volle
dig oneens
Gloeilamp naar
halogeen-verlichting
volle
dig eens
volle
dig oneens
Gloeilamp naar LED-verlichting
volle
dig eens
D Cultuur 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Managers worden bij de afdeling halogeen/LED-verlichting aangemoedigd om breed en diep te reflecteren over de richting van het bedrijf
2 De afdeling halogeen/LED-verlichting heeft als doel het behalen van maximale resultaten met een minimum aan middelen (arbeid, kapitaal en land)
3 De afdeling halogeen/LED-verlichting is gericht op voortdurende ontwikkeling van potentieel
4 Het aannamebeleid van de afdeling halogeen/LED-verlichting is gericht op de vaardigheden van een medewerker
5 Het aannamebeleid van de afdeling halogeen/LED-verlichting is gericht op continuïteit (medewerker past in totaliteit, inclusief zijn/haar waarden, binnen de afdeling)
6 De afdeling halogeen/LED-verlichting maakt gebruik van onderaannemers om (tijdelijke) tekorten aan capaciteit op te vullen
7 Medewerkers binnen de afdeling halogeen/LED-verlichting krijgen de ruimte om vernieuwingen te ontwikkelen (ook als dit verlies van efficiëntie betekent)
8 Binnen de afdeling halogeen/LED-verlichting wordt diversificatie toegepast (ook als dit ten koste gaat van de korte termijn opbrengsten)
Categorie
volle
dig oneens
Gloeilamp naar
halogeen-verlichting
volle
dig eens
volle
dig oneens
Gloeilamp naar LED-verlichting
volle
dig eens
E ICT 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Om de informatiestroom van de processen binnen halogeen/LED-verlichting te structureren wordt van dezelfde procedures gebruik gemaakt als bij gloeilampen
2 Om de informatiestroom van de processen binnen halogeen/LED-verlichting te structureren wordt van andere procedures gebruik gemaakt dan bij gloeilampen
3 Om de informatiestroom van de processen binnen halogeen/LED-verlichting te structureren is er eenzelfde hiërarchie aanwezig in de organisatie als bij met gloeilampen
4 Om de informatiestroom van de processen binnen halogeen/LED-verlichting te structureren is er een verschil in hiërarchie aanwezig in de organisatie vergeleken met gloeilampen
5 De informatiestroom die benodigd bij de productie van halogeen/LED-verlichting is even groot als de informatiestroom die nodig is bij de productie van gloeilampen
6 Er wordt gebruik gemaakt van overcapaciteit van de resources (kapitaal, mensen en goederen) bij het productieproces van halogeen/LED-verlichting
7 De resources (kapitaal, mensen en goederen) die worden ingezet voor het productieproces van halogeen/LED-verlichting, worden niet voor een ander productieproces ingezet
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 72 van 91
8 Om de capaciteit voor het verwerken van informatie bij het productieproces van halogeen/LED-verlichting te verhogen, wordt / is er geïnvesteerd in verticale informatiesystemen
9 Om de capaciteit voor het verwerken van informatie bij het productieproces van halogeen/LED-verlichting te verhogen, wordt / is er geïnvesteerd in horizontale informatiesystemen
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
1 Voor de afdeling halogeen/LED-verlichting is uitgewerkt welke rol informatie-technologie in de organisatiecontext heeft
2 De informatie en communicatie tussen de business en ICT bij halogeen/LED-verlichting wordt als een zelfstandige factor beschouwd
3 De structuur van de informatievoorziening bij halogeen/LED-verlichting laat nieuwe business-eisen, door externe of interne ontwikkelingen, toe
4 Nieuwe technologische ontwikkelingen kunnen bij halogeen/LED-verlichting worden geïncorporeerd
5 De informatievoorziening bij halogeen/LED-verlichting heeft ondersteuning als doel
6 De informatievoorziening bij halogeen/LED-verlichting werkt als katalysator bij organisatieveranderingen en businessvernieuwingen
7 De ICT-toepassingen bij halogeen/LED-verlichting zijn flexibel ingericht voor snelle aanpassing tijdens veranderingen in de business
8 Bij het bepalen van het informatiebeleid van halogeen/LED-verlichting wordt rekening gehouden met de dynamiek van de informatievoorziening
9 Bij het bepalen van het informatiebeleid van halogeen/LED-verlichting wordt rekening gehouden met de externe ontwikkelingen
10 Bij het bepalen van het informatiebeleid van halogeen/LED-verlichting wordt rekening gehouden met de gekozen strategie
11 Bij het bepalen van het informatiebeleid van halogeen/LED-verlichting wordt rekening gehouden met de organisatie condities
12 Bij het bepalen van het informatiebeleid van halogeen/LED-verlichting wordt rekening gehouden met de technologie-basiselementen
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 74 van 91
Bijlage 3: Enquête Sara Lee / DE Nederland Geachte heer/mevrouw, In het kader van mijn studie Bedrijfskunde aan de Universiteit van Amsterdam / Amsterdam Business School voer ik een afstudeeronderzoek uit bij aan aantal bedrijven. Het betreft een onderzoek naar ontwrichtende versus versterkende technologieën, innovaties of veranderingen en de invloed daarvan op de inrichting van bedrijven (afstemming tussen o.a. strategie, structuur en informatieverwerking). Met een versterkende verandering wordt een nieuwe technologie bedoeld welke tot verbetering van productprestaties leidt, met een ontwrichtende verandering wordt een technologie bedoeld die op korte termijn tot slechtere productprestaties leidt maar in de toekomst de huidige technologie (deels) kan vervangen en extra functionaliteiten bezit.
Voor Sara Lee/DE kan de ontwikkeling/introductie van het Senseo-systeem ten opzichte van de reguliere filterkoffie als een ontwrichtende verandering worden gezien. De ontwikkeling/introductie van verbeterde (topkwaliteit) filterkoffie ten opzichte van de reguliere filterkoffie kan als een versterkende verandering worden gezien. Het doel van het onderzoek is vaststellen of er een ander soort inrichting/alignment nodig is bij ontwrichtende veranderingen dan bij versterkende veranderingen. Een belangrijk onderdeel van het onderzoek is een enquête en aan u de vraag om deze in te vullen. Het invullen zal 10 tot 15 minuten van uw tijd kosten
LEES A.U.B. DEZE INSTRUCTIES ALVORENS TE BEGINNEN
De vragen uit de enquête kunnen beantwoord worden aan de hand van zes categorieën. Deze zijn:
1 zeer mee oneens 2 mee oneens 3 gedeeltelijk mee oneens 4 gedeeltelijk mee eens 5 mee eens 6 zeer mee eens
U kunt uw antwoord geven door bij iedere vraag zowel voor topkwaliteit filterkoffie als voor het Senseo-systeem, uw keuze te maken. Bedenkt u alstublieft dat :
• Er geen goede of foute antwoorden zijn;
• Het belangrijk is dat u ook in moeilijke gevallen een antwoord geeft. Sla het liefst geen vragen over.
De antwoorden op deze vragenlijst worden strikt vertrouwelijk en anoniem behandeld en zijn uitsluitend bestemd voor onderzoeksdoeleinden. Alleen het onderzoeksteam krijgt de antwoorden te zien. Bij voorbaat bedank ik u voor uw tijd en moeite voor het invullen van deze enquête. Neil Jordan
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 75 van 91
Deel A: Persoonlijke gegevens 1) Ik ben een:
o Man o Vrouw
2) Mijn leeftijd is:
_______
3) Ik werk bij de volgende afdeling van Sara Lee/DE o Directie o Sales o Marketing o Finance o Koffie en Kado o Supply Chain o Café DE o International Marketing o Anders, namelijk_________________
4) Ik werk op het volgende niveau:
o MT-niveau o Managementniveau o Anders, namelijk_________________
5) Ik ben betrokken geweest bij de ontwikkeling/introductie van het Senseo-systeem:
o Ja o Nee
6) Ik ben betrokken geweest bij de ontwikkeling/introductie van topkwaliteit filterkoffie:
o Ja o Nee
7) Hoeveel jaar bent u werkzaam bij dit bedrijf?
_______ 8) Wat is de hoogst genoten opleiding die u heeft voltooid?
o MBO o HBO o Universitair o Anders, namelijk_________________
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 76 van 91
Versterkende verandering (van reguliere filterkoffie naar topkwaliteit filterkoffie) en Ontwrichtende verandering (van reguliere filterkoffie naar het Senseo-systeem)
zeer mee oneens
Topkwaliteit filterkoffie
zeer mee eens
zeer mee oneens
Senseo-systeem
zeer mee eens
Deel B: Strategie 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Het aanbod is gericht op de functionaliteit van het product
2 Het aanbod is gericht op de betrouwbaarheid van het product
3 Het aanbod is gericht op het gemak van het product
4 Het aanbod is gericht op de prijs van het product
5 De marketingtechnieken zijn gericht op de bestaande markt
6 De marketingtechnieken zijn gericht op andere markten
7 Het groeitempo van de markt kon worden beïnvloed, zodat de markt aantrekkelijk werd om toe te treden
8 Wanneer de markt duidelijk was gedefinieerd, vond pas toetreding in de markt plaats
9 De ontwikkeling heeft plaats gevonden in een autonoom deel binnen het bedrijf
10 Het businessplan is dynamisch van aard
11 Het businessplan is statisch van aard
12 Bij dit product werd/wordt gebruik gemaakt van scenarioplanning voor mogelijke scenario’s in de toekomst
13 Bij dit product werd/wordt geëxperimenteerd middels modellen voordat de markt in wordt gestapt met iets nieuws
zeer mee oneens
Topkwaliteit filterkoffie
zeer mee eens
zeer mee oneens
Senseo-systeem
zeer mee eens
Deel C: Structuur 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Het distributiekanaal wijkt af van die van reguliere filterkoffie
2 De organisatie voor dit product is geïntegreerd binnen de hoofdorganisatie
3 De overlegstructuur en coördinatie komt overeen met de methode bij reguliere filterkoffie
4 Bij de introductie is gebruik gemaakt van autonome teams (op zichzelf staande teams)
5 Bij de introductie is gebruik gemaakt van ‘zwaargewicht’ teams (hoger management en hoogstaande functionarissen van binnen en buiten het bedrijf)
6 Bij de introductie is gebruik gemaakt van ‘lichtgewicht’ teams (midden en lager management en medewerkers)
7 Bij de introductie is gebruik gemaakt van de functionele organisatie (de bestaande organisatiestructuur)
8 De architectuur van de organisatie is gebaseerd op de architectuur van het product (en daarmee afwijkend van de organisatie van reguliere filterkoffie)
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek
Pagina 77 van 91
zeer mee oneens
Topkwaliteit filterkoffie
zeer mee eens
zeer mee oneens
Senseo-systeem
zeer mee eens
Deel D: Cultuur 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Managers worden aangemoedigd om breed en diep mee te denken over de richting van het bedrijf
2 DE heeft bij deze producten als doel het behalen van maximale resultaten met een minimum aan middelen (arbeid, kapitaal, etc.)
3 DE is bij deze producten gericht op voortdurende ontwikkeling van potentieel
4 Het aannamebeleid van DE m.b.t. deze producten is gericht op de vaardigheden van een medewerker
5 Het aannamebeleid m.b.t. deze producten is gericht op continuïteit (medewerker past in totaliteit, inclusief zijn/haar waarden, binnen de afdeling)
6 DE maakt(e) bij deze producten gebruik van subcontractors om (tijdelijke) tekorten aan capaciteit op te vullen
7 Medewerkers binnen DE krijgen de ruimte om vernieuwingen te ontwikkelen (ook als dit verlies van efficiency betekent)
8 Voor deze producten wordt diversificatie toegepast (ook als dit ten koste gaat van de korte termijn opbrengsten)
zeer mee oneens
Topkwaliteit filterkoffie
zeer mee eens
zeer mee oneens
Senseo-systeem
zeer mee eens
Deel E: ICT 1 2 3 4 5 6 1 2 3 4 5 6
1 Om de informatiestroom van de processen te structureren wordt van dezelfde procedures gebruik gemaakt als bij reguliere filterkoffie
2 Om de informatiestroom van de processen te structureren wordt van andere procedures gebruik gemaakt dan bij reguliere filterkoffie
3 Om de informatiestroom van de processen te structureren is er eenzelfde hiërarchie aanwezig in de organisatie als bij reguliere filterkoffie
4 Om de informatiestroom van de processen te structureren is er een verschil in hiërarchie aanwezig in de organisatie vergeleken met reguliere filterkoffie
5 De informatiestroom die benodigd bij de productie is even groot als de informatiestroom die nodig is bij de productie van reguliere filterkoffie
6 Er wordt gebruik gemaakt van overcapaciteit van de resources (kapitaal, mensen en goederen) bij het productieproces
7 De resources (kapitaal, mensen en goederen) die worden ingezet voor het productieproces worden niet voor een ander productieproces ingezet
8 Om de capaciteit voor het verwerken van informatie bij het productieproces te verhogen, wordt / is er geïnvesteerd in verticale informatiesystemen
9 Om de capaciteit voor het verwerken van informatie bij het productieproces te verhogen, wordt / is er geïnvesteerd in horizontale informatiesystemen
De (on)zin van alignment: een explorerend onderzoek