BOOT magazine tijdschrift voor watersport en -recreatie: alles over zeiljachten, motorboten en toervaren in België en de wijde wereld Tweemaandelijks (niet in jan./aug.) jaargang 2 - editie 1 # 01 februari / maart 2007 € 3,20 De mooiste motor- jachten op de show BOOT B ELGIË Toervaart Canal du Centre Unesco’s werelderfgoed NIEUW ! 100 % BELGISCH Flottielje varen, niets om bang voor te zijn SPECIAL BELGIAN BOAT SHOW James Bond zoekt meer diepgang aan boord Wij delen dezelfde passie...
BOOTmagazine, tijdschrift voor watersport en –recreatie met alles over zeiljachten, motorboten en toervaren in België, Zeeland en de wijde wereld.
Welcome message from author
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
BOOT magazine
tijdschrift voor watersport en -recreatie: alles over zeiljachten, motorboten en toervaren in België en de wijde wereld
Tweemaandel i jks (niet in jan./aug.)
jaargang 2 - edit ie 1 # 01februar i / maart 2007 € 3,20
De mooiste motor-jachten op de show
BO
OT
BE
LGIË
Toervaart Canal du Centre Unesco’s werelderfgoed
NIEUW !
100 % BELGISCH
Flottielje varen, niets om bang voor te zijn
SPECIAL
BELGIAN BOAT SHOW
James Bond zoekt meer diepgang aan boord
Wij delen dezel fde passie . . .
BOOT2 febr. - maart 2007
Woord vooraf
Het water is van iedereen
,Het water, mijn vrijheid…’ een gevoel dat liefhebbers
van het leven om en rond het water maar al te goed
kennen. Maar onze vrijheid eindigt waar ze anderen be-
perkt. Daarom zijn niet alleen wetten en reglementen
noodzakelijk, maar ook afspraken en onderling begrip.
Wie vrij is laat zich niet leiden door allerlei belangen die
zijn kijk op de wereld kunnen vertroebelen. Wie vrij is,
heeft een ‘open geest’, stelde Hegel, Duits filosoof en
oud rector van de Universiteit van Berlijn begin 17de
eeuw reeds.
Al te vaak hebben watersportliefhebbers de neiging
om op de verschillen te focussen, veeleer dan op het
gemeenschappelijke. Gelukkig zijn er tal van initiatie-
ven die dit beperkend denken willen doorbreken. Die
initiatieven situeren zich zowel op persoonlijk, professi-
oneel als beleidsvlak. Een mooi voorbeeld hiervan is de
watersportdag die weer vaste voet tracht te krijgen en
die de samenwerking tussen clubs en federaties vooruit
helpt. En commerciële initiatieven hebben al helemaal
geen boodschap aan denken rond de kerktoren.
Ons nieuwe magazine is maar één van de projecten
die een nieuwe lente in watersportland aankondigt. Er
staan nog andere zaken op stapel met meer envergure.
Zo werkt in Herentals een nieuwe werf met een innova-
tief jachtontwerp, blijft een andere werf in de Kempen
met klasse innoveren om zijn toekomst te verzekeren.
Op internationaal vlak ontstaan nieuwe samenwer-
kingsverbanden tussen producenten en verdelers om
de consument een betere prijs en een betere service
te geven. Op nationaal vlak legt een nieuw bedrijfje
zich toe op het ‘anders’ beleven van de watersport
met stilte en milieuvriendelijkheid als uitgangspunt.
Tal van ondernemers in de watersportsector inves-
teren in de uitdieping van hun assortiment, brengen
klantgerichte websites online. Nautibel werkt aan
een nieuw intranet om de ledenservice te verhogen.
In dat kader situeren zich ook de niet onaanzienlijke
infrastructuurwerken van Flanders Expo waardoor
nog grotere boten in ideale omstandigheden aan het
publiek kunnen worden getoond. En waarom ook niet
verwijzen naar het nieuwe ‘format’ die de verkiezingen
van de yachtman/-vrouw van het jaar kregen, waardoor
de publieksbetrokkenheid wordt verhoogd. En de
opsomming is zeker niet volledig.
Een indrukwekkend aantal initiatieven dus, zeer
uiteenlopend van aard, die allemaal duidelijk maken
dat het watersportgebeuren in ons land een nieuwe
lente beleeft.
Het water beweegt, dat is altijd zo geweest en wie
de beweging wil afremmen met zure oprispingen en
dubieuze praatjes, die moeten we maar laten ronddob-
beren in eigen nat.
Wij benaderen de wereld met een ‘open mind’ en kiezen
resoluut voor nieuwe en vernieuwende initiatieven, we
steken ze graag een hart onder de riem. Niet voor niets
voeren we als slogan: ,,Wij delen dezelfde passie…”
Dag en weekend tochten/met groepen, vrienden of het gezinPraktijkstages, opleiding, met nachttochten in juli en augustus Meerdaagse tochten/naar Engelse Zuidkust, Waddeneilanden…
Bedrijfszeiltochten/met personeel of klanten een speciaal uitgeruste achter-kajuit ideaal voor meetings of presentaties
Op een volledig gerenoveerde 12.5 m Trintella 4 Classic:Een comfortabel, luxe zeiljacht dat van alle technische snufjes is voorzien
Contacteer ons op: 0475 / 97.80 .65voor alle info: breng dan zeker een bezoek aan onze website:
www bluepeter-sailing.be
INTERNATIONAL NAUTICAL SERVICESOnafhankelijke scheepsexperts
en taxateurs
� � Aankoopkeuring� � Schade expertise� � Bouwbegeleiding� � Transport van schepen
Prijzen aankoopkeuring- Tot LOA 7,5 m 225,00 EUR- Van LOA 7,5 m tot 11,5 m 310,00 EUR- Van LOA 11,5 m tot 16,0 m 420,00 EUR> 16 m op aanvraag(ex BTW en verplaatsing)
v B93xH131_INS.indd 1 10-10-2006 08:39:4
BOOT14 febr. - maart 2007
Ouest Provence, G
astr
egio
Bel
gia
n B
oat
Sh
ow Naar goede traditie kiezen de organisatoren van de Belgian Boatshow elk jaar een
gastland waarvan de nautische aspecten in de kijker worden gezet. Deze editie gaat
het niet om een land maar om een regio. Op aanbeveling van Port Napoléon, een
trouwe exposant, werd de streek van Quest Provence gekozen. Dit gebied volgt
de Rhônemonding aan de Middellandse zee en levert een innerlijke strijd tussen
industrie en toerisme.
de charme van de kleine ontdekkingen
TEKST EN FOTO’S: LEO VAN DORSSELAER - MEER INFORMATIE: WWW.VISITPROVENCE.COM
febr.- maart 2007 15BOOT
De industrie zorgt voor een uitstekende bereikbaarheid, maar drukt
uiteraard ook zijn stempel op het landschap. Selectief kijken en
handelen is dan ook de boodschap voor de toeristische bezoeker
want er valt echt wel heel wat te ontdekken in de minst gekende
streek van de Franse Middellandse Zeekust. Naast de ongerept-
heid van piepkleine haventjes, omringd door het unieke kader van de Camargue
biedt Ouest Provence ook minder voor de hand liggende nautische aspecten zoals
‘la pèche au gros’ of de vangst van tonijn. Men treft er ook het kanaal aan waarop
snelheidsrecords windsurfen of kitesurfen worden neergezet en daar is al even weinig
aan te zien als aan een racebaan zonder auto’s.
De regio werp zich op als het geografische centrum van de Provence en dus de
ideale uitvalsbasis om de geronmeerde steden als Arles, Avignon, Nîmes of Marseille
te verkennen. Maar het zou jammer zijn daarbij voorbij te gaan aan de kleine steden
en gemeenten die de regio rijk is.
Een levendig retro-gevoel
Toegegeven, namen als Cornillon-Confoux, Grans, Istres of Miramars speken niet
meteen tot de verbeelding. Maar je proeft er de Provencaalse levensstijl, ontzet-
tend veel groen in een zalige zon en een ritme op mensenmaat en waarin zelfs
de poezen goed gedijen. Grans is een typisch Provencaals stadje, waar het riviertje
de Touloubre zachtjes doorheen kabbelt, een watermolen zorgt voor het malen
van het graan. Langs de lommerrijke straten treft men tal van rijk versierde gevels
van herenhuizen aan, daterend uit de eerste helft van de 19de eeuw. Guirlandes en
ornamenten uitgevoerd in bas-reliëf versieren ramen, deuren en dakstijlen. Voor de
eigenaars waren deze rijkelijke versieringen de kers op de taart, want zij werden
uitgevoerd wanneer tijd en geld beschikbaar waren. Er is zelfs vandaag nog ruimte
om de opsmuk verder te zetten. Dat brengt het retro karakter van dit stadje met tal
van pleintjes tot leven.
2
1
BOOT16 febr. - maart 2007
In de regio kwam in de vruchtbare grond heel wat ste-
nen voor, de vorige eeuw verzamelden de landwerkers
deze stenen om de grond vrij te maken. Vervolgens
bouwden ze er kleine schuilhutten mee volgens een
ingenieus systeem, waarbij geen bindmateriaal te pas
kwam.
In Cornillon-Confoux werd op deze manier zelfs een
rij van 55 bijenkorven gebouwd. Ze zijn niet meer
bewoond maar de honingproductie blijft belangrijk
in deze streek.
Voor een pure natuurervaring is een bezoek aan ‘Les
marais du Vigueirat’ aangewezen. Dit is een gebied van
1.000 hectaren wilde camargue. Er zijn wandelpaden
aangelegd of men kan kiezen voor een tochtje met
paard en kar. Er leven in het gebied 1.265 soorten on-
voorbije zeven edities is de Route du Rhum uitgegroeid
tot een ware legende. Daar hebben de namen van de
overwinnaars alles mee te maken. De eerste editie in
1978 schreef Mike Brich op zijn naam in een bloedstol-
lende finish telde hij precies 98 seconden voorsprong
op Michel Malinovsky. Verder vinden we werkelijk
topzeilers op de erelijst terug, zoals Marc Pajot, Philippe
Poupon en ook nog Florence Arthaud, Eugène Riguidel,
Laurent Bourgnon, Michel Desjoyeaux en natuurlijk niet
te vergeten Ellen Mac Arthur. Maar ook dramatische
momenten zoals het verdwijnen van Alain Colas en Loïc
Caradec, droegen bij aan de faam van deze wedstrijd.
In de loop van de jaren evolueerde ook de techniek en
de technologie, van de trimarans in 1978 naar de 60
voets meerrompsboten
Auto-route du Rhum
Lemonchois zette een indrukwekkend resultaat neer.
Sinds 31 oktober 2006, twee dagen na de start, bij het
ronden van het Normandisch schiereiland, zeilde hij aan
de leiding. Hij verbeterde het vorige record van deze
transatlantische oversteek met maar liefst 4 dagen en
15 uur en deed er 7 dagen, 17 uur, 19 minuten en 6
seconden over. Dat betekende een gemiddelde van
19,11 knopen op de theoretische route van 3542 mijl
en meer dan 20 knopen op de werkelijk afgelegde koers
die slechts 255 mijl meer bedroeg. Zo goed als ideale
weersomstandigheden zorgden ervoor dat de Gitana11
snelheid kon halen zonder al te veel af te wijken van de
kortste route. In vergelijking met de eerste overwin-
ning van Mike Birch in 1978 werd de tijd met 23 dagen
scherper gesteld. Bij de aankomst was er dan ook sprake
van de “Auto-Route du Rhum”.
Pascal Bidégorry met Banque Populaire kwam als
tweede over de aankomstlijn op iets meer dan 11 uur
na de winnaar. De gemiddelde snelheid van Banque
Populaire over de 8 dagen en 4 uur lag net boven de
18 knopen.
De Route du Rhum 2006 telde 86 deelnemers, waarvan
12 niet Fransen, een zestal Britten, drie Zwitsers, een
Amerikaan, een Nederlander en onze landgenoot Mi-
chel Kleinjans. Er werd in verschillende klassen gevaren,
bij de meerrompsboten zijn dat de 60 voets trimarans
uit het Franse Orma-kampioenschap en de meerromps-
boten in klasse 2 en 3. Voor de éénrompsboten zijn dat
de klassen 1, 2 en 3 en de 40 voets klasse.
Michel Kleinjans trad aan in klasse 3 met een beperkt
deelnemersveld van 6 boten. Daaronder de Nederlander
Kan Kees Lange, die de ‘Promesse’, het jacht van Ronny
Nollet had ingehuurd. Kort na de start zou hij door een
mastbreuk tot opgave gedwongen worden.
Michel Kleinjans maakte met zijn deelname aan de
Route du Rhum een oude droom waar: hij is erg sterk
in solozeilen en een Atlantische overtocht is een kolfje
naar zijn hand.
Michel Kleinjans wint Route du Rhum in Classe 3De 8ste editie van de solo zeilwedstrijd Route du Rhum kende met een beetje goede wil een dubbel
Belgisch succes. Michel Kleinjans won met zijn Roaring Forty in Classe 3 en de winnaar overall, de
Fransman Lionel Lemonchois was de schipper van de Gitana 11 en deze 60 voets trimaran uit het Orma
kampioenschap is zowaar de ex-Belgacom.
WINNAAR LIONEL LEMONCHOIS, GITANA 11, DE EX-BELGACOM. 19,11 KNOPEN GEMIDDELDE SNELHEID OVER DE THEORETISCHE ROUTE VAN 3.542 MIJL.
FOTO: GITANA SA / YVAN ZEDDA
febr.- maart 2007 23BOOT
WINNAAR LIONEL LEMONCHOIS, GITANA 11, DE EX-BELGACOM. 19,11 KNOPEN GEMIDDELDE SNELHEID OVER DE THEORETISCHE ROUTE VAN 3.542 MIJL.
Classe 3: het verhaal van Michel
De laatste dagen voor de start zijn spannend: met man
en macht worden de laatste details aan zijn schip ver-
beterd of aangepast. Het vertrouwen in de boot en het
materiaal is er helemaal, bovendien zijn er voldoende
back-ups aangebracht om ook de zwaarste tegenkan-
tingen te weerstaan: een grotere keuzemogelijkheid aan
voorzeilen, zodat de boot beter presteert in extreem
licht maar ook extreem zwaar weer. En verder is het
klussen geblazen: de voedselvoorraad kiezen in functie
van het gewicht, de reglementaire belettering op de
romp en het dek aanbrengen, de communicatie en
navigatie installatie controleren en doen functioneren.
Voor iemand als Michel die weinig kaas heeft gegeten
van de meest vooruitstrevende computergestuurde
zenderontvangers, e-mail en andere internettechnieken
via satelliet betekent dit zweten, goed luisteren en snel
begrijpen.
De Roaring Fourty, zijn 40 voets boot ( +/-12 m) werd
recent met het oog op deze race helemaal vernieuwd.
Kleinjans schat zijn kansen hoog in: hij is een van de
meest ervaren oceaanzeilers in de hele vloot, zeker als
je bedenkt dat hij een niet professioneel is, dwz. zonder
sponsoring vaart. Zijn boot mag dan al een paar jaartjes
ouder zijn dan het gemiddelde van de deelnemers, de
Roaring Fourty is piekfijn in orde en bewees keer op keer
dat hij beter presteerde in specifiek zware en aan-de-
windse omstandigheden dan de jongste generatie 40
voeters die het vooral van dragende winden moeten
hebben. In zijn klasse, die door kenners omschreven
wordt als de stepstone naar de volledige professio-
nalisering, zitten alleen maar ambitieuze zeilers. Qua
drijfveer en competitieve kracht kan dat tellen.
De 8ste editie kent de drukste start ooit in de 28 jarige
geschiedenis van deze Route Du Rhum. Tel daarbij dat
er heel weinig wind stond, maar wel een pak stroom
en de sfeer is gezet. Terwijl de trimarans hun posities
innamen aan de westzijde van de immense startlijn,
draaiden de monohulls hun paringsdans dichter onder
de kust. Na het startschot, zondag 29 oktober 2006 om
13.02 h werd het een sprint in werkelijke regattastijl naar
de keerboei voor Cap Frehel waar Michel als eerste in
zijn klasse omheen draaide.
Omwegje om windcorridor bij Azoren te vangen
Zelfs op de oceaan verloopt het wedstrijdzeilen in fases.
Voor Michel Kleinjans was de eerste stap van de punt
van Bretagne weg te komen. Een hoge drukgebied
zou daar de puf uit de snelheid kunnen weghalen. Dus
stuurt de Roaring Forty westnoordwest onder Code zero
om de noordwester op te pikken. Het werkt; Roaring
Forty ligt een tijdlang voor op alle veertigvoeters. Dus
ook de Classe 40 waarvan Loïc Peyron bij de start nog
jubelde dat dit de ontbrekende schakel is tussen de
Figaro en de 650 klasse en het zwaardere werk van de
Open 50 en Open 60’.
Fase twee is nu wachten op de beloofde windshift naar
het oosten. Roaring Forty blijft hardnekkig doorvaren
naar het westen, hoger dan de rhumbline. (de rechte
lijn naar de finish). Volgens zijn routeur Fritz Buyl brengt
hem dat in een betere positie tegenover de te ver-
wachten windshift. Diegene die eerder zijn gegepen
naar het zuiden, zullen opnieuw moeten gijpen omdat
de eerstvolgende winddraaiing voor hen verkeerd zal
uitvallen.
MICHEL KLEINJANS AAN BOORD VAN DE ROARING FORTY. FOTO: BIB/KLEINJANS
BOOT24 febr. - maart 2007
De boot loopt met volle ballasttanks en vol tuig op volle kracht en blijft wedijveren
qua snelheid met de Class 40. Een belangrijke concurrent is voor de Roaring Fourty
weggevallen. Jankees Lampe gaat met een gebroken mast naar Falmouth.
Het komt er voor Kleinjans nu op aan de juiste meteozetten te doen, geruggensteund
door Fritz. De belangrijkste vraag van het moment is of de veertigvoeters, en vooral
dan Kleinjans, snel genoeg bij de Azoren zullen zijn om de openstaande deur naar
de wind’corridor’ op te pikken. Want later arriveren dan zondag betekent een heel
nieuw weersysteem dat in aantocht is en dat zou de situatie voor de koplopers in
deze vloot aanzienlijk kunnen benadeligen.
Aan boord van de Roaring Forty gaat alles goed. Michel kan slaap inlopen, ondanks
de cargo’s en de vissersschepen. De radardetector doet zijn werk. s’Nachts heerst
er ‘pitchblack’, een gevolg van de slechte zichtbaarheid waardoor water en lucht
eenzelfde tint antraciet krijgen en er dus absoluut geen dieptezicht is. “Gelukkig,”
meldt Michel “heeft de automatische piloot daar geen last van.”
Balans tussen snelheid en brokken vermijden
Roaring Forty ligt al sinds de start aan de kop van de classe 3 monohulls. Terwijl de
slijtage de concurrentie velt, blijft Michel Kleinjans doorduwen.
Als Michel Kleinjans verneemt dat de A Fond Contre la Spondylarthrite uit de race
ligt, de La Promesse is ontmast en de Charter Regis Guillemot Martinique zijn roer
heeft verloren, lijkt het of de druk van de ketel gaat. De slijtageslag in deze klasse is
groot, drie van de zes boten zijn ‘out’. De belangrijkste belager, de Britse Aurelia Ditton
ligt met haar inderhaast ingeschreven Dangerous When Whet op 243 zeemijlen. ,,Ik
zal me vanaf nu maar wat inhouden,” denkt Michel Kleinjans.
Bij het opsteken van de wind liet Michel eergisteren het val (hijstouw) te snel
vieren, waardoor het voorzeil voor de boot in het water terecht kwam en de boot
er pardoes overheen voer. Oorzaak is de vermoeidheid, die Michel de volgende
nacht heeft weggeslapen. Automatische piloot op en pitten. Toch het einde van
zijn grootste spinnaker.
Later blijft de Roaring Forty sjezen met het Code Zero voorzeil en vol grootzeil bij 20
à 30 knopen noordoosten wind. “Loopt als vanzelf” vindt Kleinjans, tot het val met
een knal breekt en het voorzeil naar beneden komt. Deze keer vaart de Roaring
Forty er niet over, maar moet Michel toch de mast in voor een herstelling. Zeilen
naar beneden en goed en diep nadenken voor hij omhoog klimt, want daarboven
is het lastig het touw door te trekken als dat beneden klem zit. Er is zelfs tijd voor
een reeks foto’s. ,,Al bij al toch 3,5 uur mee bezig geweest, goed tegen de verveling,”
vindt Kleinjans.
De Azoren komen binnen het bereik, de vraag blijft open, welke optie Roaring
Forty moet nemen. Volgens Fritz Buyl, Michels’ routeur, ontwikkelt zich rechts van
Kleinjans een Hoog waar hij best omheen gaat. Ofwel loeft de Roaring Forty op
naar een meer westelijke koers om boven dat hoog te blijven en een volgend front
(met stevige kruisgolven) aan te vallen. Ofwel blijft de koers zuidwest en gaat het
rond de Azoren.
Veel zal afhangen of onze Antwerpse schipper bereid is de omweg te maken en vooral
de kans op onvermijdelijke brokken in het aan de wind hakken erbij wil nemen.
Dreiging van mastbreuk op Roaring Forty
Donderdagnamiddag 9 november doet Michel Kleinjans een verschrikkelijke ont-
dekking. De koolstofmast van de Roaring Fourty is door de extreme druk onderdeks
doormidden gescheurd. Kleinjans hoop snel op lichter weer om de schade te
beperken, vooraleer de mast werkelijk breekt en overboord gaat.
Onmiddellijke ruggespraak met Ronny Nollet, de man die de Roaring Forty technisch
in orde heeft gemaakt, leverde advies op waarmee Michel Kleinjans momenteel niet
veel aan kan vangen. Hij heeft wel voldoende reserve carbon, speciale verstevings-
vezels en epoxy aan boord, maar de voorwaarde om een noodherstelling aan te
brengen is dat het voldoende warm en vooral droog moet zijn.
Kleinjans moet nu redden wat er te redden valt. ,,Ik geef alles behalve op, ik ben nog
in koers. Want zelfs op een klein voorzeiltje alleen loop ik nog 8 knopen en meer. De
kwestie is lang genoeg vol te houden, de schade te beperken en het meeste te halen
uit de technische handicap. Terugvaren is zeker geen optie, dat is tegenwind. Er is
maar één mogelijkheid: de nog voorliggende 1511 zeemijlen afknauwen.
Door een epoxy / carbonvezelkraag rond de plaats te leggen waar de mast
doorheen het dek steekt, zou de compressiekracht op de mastvoet onderdeks
kunnen opgevangen worden. Daarvoor moet alle druk van de mast af en dat
betekent stilleggen. Door voldoende epoxy aan te smeren gaat die door een
lichte zelfopwarming sneller uitdrogen. In 12 uur zou hij weer kunnen varen.
DE NUMMER TWEE IN CLASSE 3 VAN DE ROUTE DU RHUM, DE 26-JARIGE BRITSE AURELIA DITTON OP DE ‘DANGEROUS WHEN WET’ NADERDE TOT OP 100 MIJL TOEN MICHEL GEDWONGEN WERD HET KALMER AAN TE DOEN DOOR DE MASTPROBLEMEN. AAN DE FINISH HAD HIJ ZIJN VOORSPRONG WEER UITGEBOUWD TOT GOED 30 UUR.
Michel Kleinjans realiseerde met ‘Roaring Forty’ de Atlantische oversteek van
Saint-Malo (Frankrijk) naar Point-à-Pitre (Guadeloupe) in 23 dagen, 20 uur,
35 minuten en 29 seconden. Gemiddelde snelheid 6,19 knopen.
febr.- maart 2007 25BOOT
Een angstig moment
Michel Kleinjans: ,,Een angstig moment hoor, toen ik die scheur in de mast ontdekte. Ik heb nooit gepanikeerd, maar van de gedachte dat je 1500 zeemijlen van de bewoonde wereld afbent, daar wordt je toch niet vrolijk van. Die mast is de rest van de race de grote boeman geweest. Ook op het einde, toen ik na dagen dragende wind, weer hoog aan de wind moest gaan varen. Veel spanning kan je niet op je tuigage zetten, maar een racer wil toch graag het gaspedaal voluit indrukken. Vooral dat laatste stukje rond het eiland was sadistisch. Ten westen daarvan word je natuurlijk in de windschaduw gezet, van de vulkaan. Maar eens je de Zuidkaap rondt en aan de wind naar de finish moet zeilen, dan begon het allemaal te zwiepen. Ik wou toch onder vol tuig finishen, maar net dàn de mast overboord zien gaan izou wel heel erg stom geweest zijn. Zij heeft het gehouden, maar het was tijd dat het gedaan was”.
TEKST: LEO VAN DORSSELAER (MET DANK AAN PERSDIENST ‘SHIP-TO-SHORE’)
De herstelling van de barst in de mastvoet van de koolstofmast heeft de Roaring
Forty geen windeieren gelegd. Integendeel: letterlijk gesproken kampt schipper
Michel Kleinjans al tien dagen met windstiltes. ,,Ik wist niet dat de doldrums tot hier
kwamen,” grapt hij in zijn dagboek.
Na de herstelling en de zekerheid dat de mast weer tegen een stootje bestand is,
gingen weer alle zeilen omhoog op de Roaring Forty. Soms in een iets andere vorm
dan de bedoeling is. Nogal wat lichtweerzeilen zijn gescheurd en Kleinjans moet
ze met noodmateriaal weer aan elkaar tapen. Het resultaat is soms meer artistiek
dan aerodynamisch, vindt hij. Doordat de Roaring Forty het een tijd kalmaan heeft
moeten doen, kwam Britse concurrente Aurelia Ditton op de Dangerous When Wet
dichter. Van 250 zeemijlen achterstand werden het er 100 en de inhaalmanoeuvre
leek te blijven duren als men de windprognoses bekeek.
Maar met fraaie topsnelheden van om en bij de negen knopen (de hoogste sinds
meer dan een week) en met de zekerheid dat de Roaring Forty nu recht op de finish
kon afgaan, zette hij de eindsprint in.
Met zwiebelmast finisht Michel Kleinjans met zijn Roaring Forty na 23 dagen, 20 uur,
35 minuten en 29 seconden voor Pointe à Pitre in Guadeloupe en wint hij de Route
du Rhum in Klasse 3. Zijn gemiddelde snelheid was 6.19 knopen.
Had hij geen mastproblemen gekend, was dat zeker twee dagen minder geweest,
zegt hij. Maar hij voegt er meteen aan toe: ,,Ik heb een fijne race gehad, mag al blij
zijn dat de mast het gehouden heeft. Ik ben vooral tevreden dat ik eindelijk nog eens
een Transat heb kunnen uitvaren. Die eerste plaats is dan de bonus.”
Definitief weg met algen!Boatsonic: Ontdek de oplossing die uw algen effectief aanpakt!
BoatSonic
MarineElectronicswww.marine-electronics.be
®
We sail you to the futureMarine Electronics bvbaPaleisstraat 119 - 2018 AntwerpenT: 03 260 65 90 - F: 03 260 65 96 - [email protected]
www.marine-electronics.be
Moeizaam verwijderen
De defi nitieve oplossing
De gebruikelijke manier om met het algenprobleem om te gaan -iedere booteigenaar weet dat - is een beschermingslaag aanbrengen. Maar dit is alles behalve een aangename karwei: toxisch, duur, arbeidsintensief, en bovenal een jaarlijks wederkerende last.
De BOATSONIC-transducer verzend een complex ultrasoon signaal (onhoorbaar voor mensen of vissen) dat scheuren teweeg brengt in de kern van de algencel (vacuolo) waardoor deze afsterft. Op deze manier verhindert BOATSONIC dat algen zich kunnen vastzetten op de scheepsromp. Ook reeds door algen geteisterde boten geraken met BOATSONIC-behandeling de algen defi nitief kwijt.
Wil u meer weten over deze oplossing?Aarzel dan niet en neem contact op met Marine Electronicsop onderstaand nummer!
Maak uw
boot grondigalgenvrij!algenvrij!
01.indd 1 04/01/2007 13:39:19
BOOT26 febr. - maart 2007
Net zoals in Gent het geval zal zijn, nam het Salon Nau-
tique in Parijs een extra hal in gebruik. Dat betekende
16 procent meer oppervlakte. Met 1.400 tentoonge-
stelde boten, ook al 250 meer dan vorig jaar, bleef het
bezoekersaantal stabiel in vergelijking met het vorige
jaar. Maar 271.000 is wel een respectabel aantal. Bemoe-
digend gegeven was dat 44 procent van de bezoekers
een eerste aankoop kwamen voorbereiden op de beurs
en dat biedt de sector mooie perspectieven. De gemid-
delde leeftijd van de bezoeker bedroeg 44 jaar.
De aanbieders van zeiljachten mochten zich verheugen
in een toegenomen aantal zakelijke transacties waarbij
zich een duidelijke trend aftekent naar jachten van meer
dan 10 meter en de modellen uit het topgamma. Vooral
comfort, innovatie en design wist de potentiële kopers
over de streep te halen.
In Frankrijk blijven ook de bewoonbare catamarans het
zeer goed doen waarbij het verblijfscomfort het sterkste
argument vormt.
De verhuurders van jachten noteerden een stijging
van de vraag langs de Atlantische kust terwijl in de
Middellandse Zee de activiteiten stabiel blijven. De
agentschappen met een vestiging in de Antillen zagen
de vraag weer aantrekken. Kroatië daarentegen dreigt
het slachtoffer van zijn succes te worden en is momentel
minder in trek. Griekeland en Turkije blijven nog steeds
de topbestemmingen voor zeilcharters.
Voor de kleinzeilerij, surf, kite en aanverwante sporten
werd een heus dorp gebouwd binnen de expomuren.
Dit ‘Village de la Glisse’ trok niet alleen de beoefenaars
maar ook tal van liefhebbers van cultuur en lifestyle die
omheen deze sporten een voedingsbodem vindt
Bij de motorboten, konden, net als in de zeilwereld,
de jachten van meer dan 10 meter op een levendige
interesse rekenen. Die categorie van boten was tijdens
deze editie van het salon ook sterker vertegenwoordigd
dan voorheen. Bij de kleinere motorboten ging de
interesse vooral uit naar de typische met een opmer-
kelijke actuele design. Ook de rubberboten deden het
goed. Die werden voor het eerst aangedoden in een
afzonderlijke hal en niet meer in de onmiddellijk buurt
van de zeiljachten, wat zich duidelijk liet voelen in een
mindere omzet van de bijbootjes. Voor accessoires was
de nieuwe indeling al evenmin negatief, de bezoekers
gingen bewust op zoek naar nieuwe uitrusting en
kwamen in deze sector goed aan hun trekken.
Het 46 ste ‘Salon Nautique’ van Parijs dat half december zijn deuren sloot, kon een
positief bilan voorleggen. Het was even spannend, want de organisatoren kozen voor
het eerst voor een doorgedreven ‘sectorisering’ wat resulteerde in een opdeling van
de beurs in drie onderscheiden sctoren: zeilen en toerisme, alles omheen motorboten
en tenslotte een afdeling uitrusting en toebehoren.
‘82 One off 7.80 € 9.500‘68 Van de stadt invicta 8.00 € 9.500‘77 Atlantide 8.45 € 12.900‘89 Etap 28I 8.60 € 45.000‘85 Etap 30 9.10 € 34.900‘21 U klasse 10.10 € 9.500‘91 Prout snowgooze 37 11.30 € 120.000‘87 Canadian sails 40 12.00 € 74.000‘85 Kalik 43 13.10 € 140.000‘00 Beneteau oceanis 44 cc 13.40 € 189.000‘83 Classic one off ketch 14.30 € 139.000‘91 Trintella 54 16.70 € 275.000‘86 stalen schooner 21.00 € 99.000
European certifi cated Yachtbroker (EMCI) - Indumar Brokerage
Princess 40, GRP, 1999, 12.80 x 3.96 x 0.94 m, 2 x Volvo 318 hp D (2003), 2 cabins, bowprop, gangway, 2 toilets, easy acces to FB, teak on steps and cockpit and swimming platform, as good as new, 100% company shares for sale at € 49 000, boat for sale at € 210 000 (plus VAT).
Beneteau Oceanis 351, GRP, 1996, 10.50 x 3.80 x 1.53 m, 1 x Volvo 29 hp D, immaculate condition, many options, € 82.500 and 1993 Oceanis 351 € 65.000.
Cayenne 42, GRP, 1984, 12.56 x 2.70 x 1.95 m, 1 x Volvo 18 hp D, (2004) 60 hrs, full harken € 59.500.
Beneteau First 47.7, GRP, 2000, blue hull, 14.50 x 4.50 x 2.30 m, 1 x Yanmaz 75 hp D, teak deck, B&G hydra 200 MED, race version, fi rst owner, € 219.000, offers invited.
Fairline Sedan 32, GRP, 1980, 11.15 x 3.48 x 0.90 m, 2 x Mercruiser 220 hp D, (2004) large aftcockpit € 61.500, offers invited.
Beneteau First 42 S7, 1998, 12.95 x 4.10 x 1.75 m, Volvo 59 hp, Bruce Farr & Philippe Starck, B&G electronics, radar, liferaft, washing machine, MED € 145.000.
Sun ODYSSEY 34.2, GRP, 1998, 10.30 x 3.29 x 1.70 m, 1 x Yanmar 27 hp D, many new options (2006) furling main, owners version, € 84.000.
Tarquin 595, GRP, 1989, 18.10 x 5.44 x 1.50 m, 2 x Detroit 650 hp D, designed and built for real yachtsmen, new interior and overhaul of engines 2003, accomodation in style! Recommended € 535.000, offers invited.
Guy couach 1501, GRP, 1992, 15.00 x 4.30 x 1.00 m, 2 x Detroit 485 hp D, new interior, fully equipped, for the real yachtsmen, recommended! € 290.000 + berth in Spain € 175.000.
Vanderhoeven 50 Dart Trawler, steel, 1996, 15.65 x 4.70 x 1.30 m, 1 x Perkins Sabre 225 hp D, suitable for living on board, 3 cabins, complete refi t in 2006, € 375.000.
Prout 46, GRP, 2001, 14.02 x 6.35 x 1.14 m, 2 x Volvo 30 hp D, fully equipped, lying MED, € 375.000 + VAT.
Chatham, steel, 1993, 10.00 x 3.40 x 1.60 m, 1 x Mitsubishi, blue ocean cruiser, ready to go, equipped for world cruising, € 32.000.
De Vries Lentsch ketch, steel, 1991, 12.87 x 4.00 x 1.70 m, 1 x DAF 136 hp D, a timeless classic beauty, round stern, lots of teak, professionally maintained, bright and shiny varnish, recommended by Indumar, a gentlemen’s motorsailor, € 200.000.
Carena 37, steel, 1999, 10.60 x 3.70 x 1.80 m, 1 x Mitsubishi 37 hp D, very few sailing hrs, fi rst owner, immaculate condition, glued teak deck, cosy teak interior, fast and safe cutter rig, € 142.000, offers invited.
Beachcraft De Groot, steel, 1982, 9.00 x 3.10 x 0.90 m, 1 x Leyland 62 hp D, fi rst owner, € 39.900.
Kalik 40, 1984, GRP, 12.00 x 3.90 x 2.00 m, 1 x Yanmar 56 hp D, (1999) 1200 hrs€ 86.000.
Guy Couach 1401, 1989, 13.95 x 4 x 1.10m, 2 x Volvo 385 hp (overhauled 2005) radar, GPS, plotter, new upholstery, bimini (all 2006), hydraulic gangway, lying MED. REDUCED € 155.000 for the connoisseur.
Oceanis 42 CC 2004, 13.23 x 3.91 x 1.80m, Volvo 55 hp (2006), 2 cabines, 2 toilets, full electronics Raymarine, radar Simrad, Webasto, full option, € 195.000.
Grand banks 42 classic, launched 1990, 13.18 x 4.30 x 1.20, 2 x Ford 120 hp, 100% original, every winter ashore in a shed, a gentlemen’s yacht. € 215.000.
Idylle 11.50, 1983, 11.50 x 3.70 x 1.33, Yanmar 40 hp (2005), anti osmose treatment 2006, Looking for new sailing waters with this shallow draft! € 59.000.
Dufour 27, 1976, 8.30 x 2.79 x 1.68, Volvo MD 6 A, osmosebehandeling, schilde-ring, nieuwe instrumenten en kussens, 6 zeilen, ijskast, € 11.000, op biedingen wordt sympathiek gereageerd.
www.indumar.be
Fairline Squadron 62, 1993, 19.20 x 5.28 x 1.45, 2 x MAN 1100 hp, 4 cabines + crew, in top class condition, fi rst owner and constantly up-graded, lying Turkey, € 475.000 (+ VAT if appl)
standnr. 1100
adv B215xH285_Indumar.indd 1 09-01-2007 09:14:39
BOOT58 febr. - maart 2007
De
Won
dere
wer
eld
van
Billi
e
Varen in een notendop
TEKST: HERWIG DEWEERDT
TEKENING: TRISTAN
Thuisblijvers hebben ongelijkIk weet het, het Veerse meer is geen Lago Magiore en
het Schipdonkkanaal is de Amazone niet.
Maar vaarplezier is niet noodzakelijk afhankelijk
van de decors die aan bakboord en stuurboord
voorbijschuiven.
Vaarplezier is ook niet afhankelijk van de lengte van je
schuit of de luxe aan boord. Varen is van wal steken,
het ruime sop kiezen en in goed gezelschap de tijd
iets trager laten gaan. Aan boord is het genieten van
meer met minder.
Toegegeven, Billie is echt basic en sommigen kijken
een beetje meewarig als we in de sluis naast hen ko-
men aanmeren. Toch krijgen we heel wat opgestoken
duimen of een glimlach als blijk van sympathie. Varen
met Billie geeft een beetje hetzelfde gevoel als aan
land met een Solex rijden, of in een 2 PK. Natuurlijk
is een BMW of een Audi A6 comfortabeler en veiliger.
Maar velen van mijn leeftijdsgenoten hadden zo’n
lelijke eend als eerste karretje. Het is als eerste liefde
en, scheepslui, je eerste lief vergeet je nooit.
‘Thuisblijvers hebben ongelijk’, zegt mijn vriend Frans,
zelf een verwoed zeiler en levensgenieter. En gelijk
heeft hij. Er is altijd wel een excuus te vinden om niet
naar je boot te trekken. Druk druk druk op het werk,
het gezin heeft andere prioriteiten, de weersvoorspel-
lingen zijn niet ideaal...
Allemaal futiele uitvluchten. Een beetje kapitein laat
zich door zulke futiliteiten niet uit het lood slaan.
Als het regent, ja dan regent het. Wat is er gezelliger
dan samen schuilen in de kleine kajuit of zoals wij
met Billie zo snel mogelijk onder een brug zien te
geraken en daar samen een kop warme koffie drinken.
Of iets sterkers.
Een schip aan wal is als een paard op stal.
Droevig toch, al die prachtige boten die in een of
andere jachthaven werkloos liggen te roesten. Hoe
triest, een schip dat gedegradeerd wordt tot caravan
op het water.
Er zijn in Vlaanderen en Nederland zovele mooie
rivieren, kanalen en plassen om te bevaren.
Wat zei zeiler en zanger Jacques Brel
ook al weer? ,,Il faut bouger.
L’avion, le bateau, les pieds ça m’a aidé à bouger.
Si je ne bouge plus, je suis mort! ’’
Het wordt wel eng als mensen hun bezigheidstherapie gaan omschrijven
als ‘sport’. Kijk daar, een sportvliegtuig... Wat sport, hoe sport ?
febr.- maart 2007 59BOOT
Alvorens ik via Billie mijn vreugde op het water heb
gevonden, dacht ik mijn geluk te moeten beproe-
ven in de luchtvaart. Het is geen onverdeeld succes
geworden.
Merkwaardig trouwens hoe die hemelbestormers
schaamteloos de nautische terminologie hebben
overgenomen: ze spreken over vaarten, ooit werden
er luchtschepen gebouwd, en de ellendigste plek-
ken overal ter wereld worden schaamteloos ‘havens’
genoemd.
Kan het verschil groter ? Iedereen die ooit op een boot
of in een sloepje een echte haven is binnengevaren
weet hoe apart de sfeer is in deze maritieme moeder-
schoot. Een haven is een baken, er hangt weemoed
en je vindt er troost, je ontmoet er lotgenoten uit
heel de wereld maar je kan er schuilen in eenzaam-
heid. In havens heerst een schone lelijkheid en een
gecontroleerde wanorde. ‘Airports’ daarentegen zijn
niemandslanden, monsters van beton en gewapend
glas, poelen van pretentieuse architectuur en platte
commerce.
Niemand anders heeft het verschil in sfeer beter ge-
typeerd dan Jacques Brel. De haven van Amsterdam
bezingt hij als volgt:
Als mensen me vragen waarom ik mijn bootje heb
gekocht, antwoord ik: ‘puur voor het plezier’. Mag
het, iets op deze wereld wat ontsnapt aan de nut-
tigheidsmoraal en efficiëntie-ideologie ?
Ik weet het, ook op het water worden er wedstrijden
gehouden.
Maar toch spreek ik niet graag over sport, zeker niet
over watersport. Ik hou het liever bij de mooie term
pleziervaart.
Misschien heeft het er mee te maken dat ik ooit via
het internet ‘watersport’ intikte en op een site terecht
kwam waar elkaar beplassende dames en heren
geportreteerd stonden...
Toen men Winston Churchil. bij zijn tachtigste verjaar-
dag vroeg wat hij toch deed om er nog zo fit uit te
zien, antwoordde hij laconiek: A bottle of gin a day,
a few cigars and ... never ever sports !”
Tot slot geef ik je nog het stokpaardje mee van zeiler
en zanger Jacques Brel: ,,Il faut bouger. L’avion, le
bateau, les pieds ça m’a aidé à bouger. Si je ne bouge
plus, je suis mort !”
Dans le port d’Amsterdam
Y a des marins qui dansent
En se frottant la panse
Sur la pense des femmes
Terwijl het bij de luchthaven van Orly klinkt:
La vie ne fait pas de cadeau
Et nom de Dieu c’est triste
Orly le dimanche
sans ou avec Bécaud
Ik kan nog enige sympathie opbrengen voor zwevers,
parapantefanaten, deltavliegers en U.L.M.-ers.
Ook volwassen mannen die met vliegertjes op
afstandsbediening spelen kunnen me ontroeren.
Aandoenlijk toch als je ze daar in een weide ziet staan
met hun bakjes in de hand. Maar het wordt wel eng
als ze hun bezigheidstherapie gaan omschrijven als
‘sport’.
Kijk daar, een sportvliegtuig. Wat sport, hoe sport ?
Ik ben een aantal keren met zo’n bromvlieg mee-
gevlogen en eerlijk gezegd, ik zou voor geen geld
ter wereld kunnen uitvogelen wat daar sportief aan
is. Wij mensen van het water, wij zijn duidelijk. Er is
beroepsvaart en er is pleziervaart.
NORTH SAILS
Antennestraat 60 1322 AS Almere Nederland tel: +31 (0)36 5460 190 [email protected]
Antennestraat 60 1322 AS Almere Nederland tel: +31 (0)36 5460 190 [email protected]
bereik en laag brandstofverbruik”, aldus verkoop- en
marketingdirecteur Giambattista Guerini. ,,Dat zijn dan
ook de redenen waarom de meeste ervaren jachtei-
genaars, eerst verleid door snelheid of een futuristisch
design, uiteindelijk kiezen voor een fulll of semi-dis-
placement klassiek jacht van ‘Benetti Sail Division’. Wij
belichamen de ultieme keuze.”
Vertrouwde materialen
‘Benetti Sail Division’ kiest heel bewust voor staal en
aluminium als bouwmateriaal, niet alleen omdat deze
Ben
etti
Sai
l Div
isio
nTussen traditie en moderniteitDe Italiaanse werf ‘Benetti Sail Division’ cultiveert het onderscheid. Dit anders zijn
situeert zich tussen traditie en moderniteit. De werf werd onafhankelijk in 1981 en
was tot dan een filiaal van de gerenommeerde groep ‘Fratelli Benetti’ van de Benetti
familie, scheepsbouwers sinds 1870.
De Benetti Sail Division ging van start met de bouw van prestigieuze motorsailers in
staal en aluminium en sinds 1997, onder invloed van een wijzigende marktvraag, ging
men zich uitsluitend toeleggen op de bouw van klassieke en elegante motorjachten,
full en semi-displacements. Maar het begrip ‘sail’ bleef wel behouden in de naam.
DE 95 D SITUEERT ZICH IN HET MIDDENGAMMA VAN ‘BENETTI SAIL DIVISION’ EN IS HET POPULAIRSTE MODEL UIT DE RANGE.
febr.- maart 2007 63BOOT
de meest beproefde materialen zijn in de scheepsbouw,
maar ook omdat zij een lange levensduur garanderen.
Volgens de werf heeft een stalen boot met een alumi-
nium superstructuur een levensduur die gemiddeld
het dubbele bedraagt van een boot in glasvezel of
hout. Het is natuurlijk zo dat de keuze voor staal bij
de uitwerking van de romp bepaalde eisen stelt. De
constructietijd strekt zich uit over een paar maanden en
de kennis van staalbewerking wordt steeds zeldzamer.
Maar voor deze werf voldoen alleen staal en aluminium
aan de toenemende kwaliteitseisen, zowel op vlak van
sterkte, duurzaamheid en veiligheid.
Tijdloze lijnen
Een andere kenmerk van ‘Benetti Sail Division’ vormen
de elegante lijnen die de jachten een tijdloos, klassiek
karakter geven. De belijning blijft ongevoelig voor
de dictaten van het modern design en onderscheidt
zich daardoor van de concurrenten. Door een tijdloos
design te realiseren dat toch zeer eigentijds oogt, zorgt
deze jachtbouwer er voor dat de schepen hun waarde
behouden gedurende meerdere decennia. De elegantie
vormt een constante facor en belet niet dat elk schip
de stempel draagt van zijn eigenaar. Aan alle speciale
wensen wordt tegemoet gekomen, zo onder meer
wat betreft het hout voor de afwerking of de stoffen
voor de bekleding. Een luxueuze en gepersonaliseerde
inrichting wordt verzorgd door leveranciers uit de streek
van Viareggio, waar de werf is gevestigd. Zij combineren
Italiaanse traditie en vakmanschap.
Luxe met gering verbruik
,,Edele materialen en mooie lijnen doen in geen geval de
performantie en de innovatieve techniek van deze sche-
pen vergeten. De snelheid van stalen waterverplaatsers
of half-glijders ligt in het algemeen lager dan die van
glasvezel boten, maar zij bieden tal van andere voor-
delen. Te beginnen met het bijzonder redelijk verbruik,
aangevuld door reservoirs met een meer dan doorsnee
capaciteit. Vandaar dat men op cruise kan vertrekken
zonder zorgen om brandstof bevoorrading.
Een andere karakteristiek die de liefhebbers van
yachting weet te verleiden en die volledig met de
filosofie van Benetti Sail Division overeenstemt is het
uitzonderlijk concept voor dagelijks gebruik. Want het
gebruik van edele materialen en de elegantie van de
architectuur betekenen ook dat wij op geen enkel vlak
Zij gaan voorbij aan de vluchtige trend van
futuristische vaartuigen en tekenen voor een terugkeer
naar het buitengewoon moderne en klassieke.
BOOT64 febr. - maart 2007
een toegift doen aan de veiligheid en de zeewaardigheid. Voeg daar een ruime
autonomie en de waardevastheid van onze schepen aan toe en wij komen tegemoet
aan de fundamentele eisen van de liefhebber van tijdloze, klassieke jachten’’, aldus
nog Giambattista Guerini
‘Benetti Sail Division’ weet de ware liefhebbers vanyachting te verleiden met zijn
uitzonderlijk concept, gericht op dagelijks gebruik. Zij gaan voorbij aan de vluchtige,
voorbijgaande trend van futuristische vaartuigen en tekenen voor een terugkeer
naar het buitengewoon moderne en klassieke.
M/Y Evergreen 95 D, een fijn retro gevoel
Een zeer mooie illustratie van de Benetti yachting filosofie vinden we terug in de
Benetti Sail Division 95 D, een 28 meter displacement jacht, gebouwd om in alle
rust de zeeën te bevaren Daar zorgt een romp voor die zacht door de golven klieft
en de bemanning in alle comfort over de wereldzeeën voert. Onder de naam
‘Evergreen’ combineert het jacht de ritmes uit het verleden met de hedendaagse
innovatieve technologie
De 95 D situeert zich in het middengamma van ‘Benetti Sail Division’ en het bleek
tot nu toe het meest populaire model uit de range. Het beschikt over een klassieke
navette lay-out met rondingen die zich uitstrekken van de stalen romp over de
zacht gebogen spiegel tot de ronde vormen verwerkt in een bovenstructuur in wit
aluminium, volledig in lijn met de hedendaagse smaak.
De twee 600 pk Caterpilllars leveren een gemidelde snelheid van 11 knopen. ,,Dat
is niet uitzonderlijk, behalve wanneer je ook het verbruik mee in rekening brengt”,
aldus verkoop en marketing directeur Giambattista Guerini.. ,,Voor een boot in deze
categorie is hij echt niet gulzig. Hij volstaat met 80 liter per uur om de twee motoren
en de twee generatoren draaiende te houden. Met de huidige dieselprijs is dit niet
onbelangrijk. Met volle tanks heeft het jacht een vaarbereik van 3.500 mijl, wat be-
tekent dat wanneer de tanks, goed voor 30.000 liter brandstof, bij het begin van het
seizoen gevuld worden, men de hele zomer niet meer hoeft bij te tanken.’’
De layout en het interieur van de 95 D zorgen voor een fijn retro gevoel. Hier tekende
de architect Riccardo Paoli voor, samen met zijn Belgische collega Pascale Bros. Het
salon sluit aan op de vergaderruimte met een imposante ronde tafel. Een trap aan
stuurboord in het salon geeft toegang tot een riante VIP-gastenkajuit en de eige-
naarscabine neemt de volledige boegruimte in beslag. Op het zonnedek vindt niet
alleen de tender een plaats, er is ook een goed beschermde tweede stuurstand en
een dinette voorzien. De volledig uitgeruste keuken heeft een speciaal wijncabinet.
Alles samen is het schip voorzien op 16 passagiers, zijn er drie afzonderlijk gasten-
kamers elk met badkamer en de cabines voor de bemanning hebben eveneens
met eigen badkamer.
Belangrijkste specificaties van de Benetti Sail Division 95 D
Lengte over alles: 28,5 m
Breedte: 6,7 m
Diepgang: 2,3 m
Waterverplaatsing: 115 ton
Stahoogte: 2,2 m
Watertank: 4.500 l
Brandstoftank: 30.000 l
Motoren: Caterpillar 2 x 600 pk
Maximum snelheid: 12 knopen
Kruissnelheid: 11 knopen
Vaarbereik aan kruissnelheid: 2.800 nautische mijl
Meer informatie: www.benettisaildivision.com
febr.- maart 2007 65BOOT
De
Bel
gis
che
Mar
ines
chil
der
s ,,Mijn Passie…de zee en haar schepen. Mijn droom…
naar zee gaan. En ik bracht uit vreemde landen mooie
beelden mee. Terug aan land kon ik het heimwee naar
zee oplossen door te schilderen. Pastel en aquarel zijn
mijn geliefde media. Met spontaneïteit en kracht een
schip op doek neerpoten uit het geheugen is weken
werk. In mij bruist de zee, ik beleef en hoor ze en
probeer dit met veel liefde, kleur en vaardigheid op de
toeschouwer over te brengen.’’
Zo omschrijft Frank N. Thibau zijn artistieke aanpak.
Geboren in Gent in 1942, waar hij vaak met de fiets in
de haven rondzwierf, om de zeeschepen te tekenen.
De voedingsbodem van zijn passie. Naar zee zou hij
gaan. Na een opleiding zeevaart- elektronica, vertrok
hij in 1965 op zee in de Belgische Koopvaardij als radio-
officier. Hij verliet de koopvaardij om aan land andere
uitdagingen aan te gaan, maar gezien hij de zee de
rug niet kon toekeren, behaalde hij zijn licentie van
“Yachtman” aan de hogere Zeevaartschool van Oost-
ende en voer op zeil- en motorjachten in de Noordzee
en Westerschelde.
De sterke heimwee naar de zee verhoogde zijn schil-
dersaciviteiten. Hij volgde 3 jaren academie, in Gent,
Wetteren en tenslotte in Geel, onder de bekwame
leiding van Luc Aussem. Sinds 1974 exposeert hij
regelmatig. Reeds 3 maal was hij geselecteerd door de
jury van het “Salon de l’Aquarelle” van Namur.
De laatste paar jaar zijn de Belgische Marineschilders trouw te gast op de Belgian Boat Show, ook dit jaar. Voor de kunstenaars,
gepassioneerd en geïnspireerd door de zee en de scheepvaart, een unieke gelegenheid om gelijkgestemde zielen het resultaat van hun kunst en passie op doek of papier te presenteren. Even verwijlen in hun wereld zet aan tot dromen, roept herinneringen op… BOOTmagazine laat je in elk nummer kennis maken met het werk van een van de leden van de vereniging ‘De Belgische Marineschilders’.
Frank N. Thibau,,Mijn passie…de zee en haar schepen”
BOOT66 febr. - maart 2007
Van
uw ‘w
ater
’kan
t
DE RUBRIEK “VAN UW ‘WATER’KANT” STAAT OPEN VOOR POËTISCHE ONTBOEZEMINGEN VAN LEZERS, VOOR GROTE EN KLEINE ERGERNISSEN, VOOR ALLES WAT HET LEVEN EN DE DROMEN VAN EEN WATERSPORTLIEFHEBBER AANGENAMER, INTERES-SANTER OF BOEIENDER KAN MAKEN...
‘Moominpapa at sea’De psychologie van de zeevaarder blootgelegd
Een passie voor de zee heeft natuurlijk met golvend water te maken en met de elementen die haar kleur en temperament bepalen. En, zoals bij elke liefde gaat de verhouding ook over jezelf. Wat zoekt een mens bij de zee, welk antwoord geeft ze op vragen? En wat doet ze met ‘landvasten’?
Een pareltje uit de onpeilbaar diepe zee van boeken gaat daarover:
‘Moominpappa at sea’ werd al in 1965 door de Zweeds Finse schrijf-
bracht ze haar verhalen oorspronkelijk als strips in Finse en Britse
kranten. Sommigen zeggen dat Jansson voor kinderen schreef, wat
niet belette dat haar verhalen in 33 talen werden vertaald voor een
universele zone van mensen met een voorzichtige liefde voor elkaar,
zichzelf en de natuur. Jansson opent voor lezers de deur naar hun
eigen binnenwereld en die van anderen, subtieler en preciezer dan
veel expliciet psychologische romans dat doen.
Moomins zijn trolletjes die, als ze in hun gewone doen zijn, een lieflijke
vallei (allicht in Finland) bewonen waar het geruis van de zee altijd
hoorbaar is. Moominpappa at sea’ opent met een lichtelijk ontstemde
Moominfamilie. Dat is een beetje vreemd want in andere verhalen is er
een hechte band tussen Moominpappa en Mama, zoontje Moomintrol
en een geadopteerd meisje Mu. Moominmamma is de bindende
factor: ze tovert onbehaaglijkheden weg met thee en sandwiches of,
nog beter, verjaardagstaart. Maar in de maand augustus van dit verhaal
is pappa de draad een beetje kwijt. ‘Alles wat moest worden gedaan
is gedaan en wat niét is gedaan, daarin heeft hij geen zin. Neen, hij
wenst de alledaagsheid achter zich te laten en zijn familie mee op
avontuur nemen. Dan kan hij alle moeilijke taken op zich nemen en
hen beschermen tegen de gevaren die in onbekende oorden op
hen loeren. In zijn bespiegelingen speelt hij een heroïsche rol. En
dus vertrekken ze naar een eiland met een vuurtoren, de vuurtoren
die hij al altijd had willen bewonen. Moominmamma en Moomintrol
en zelfs de weerbarstige Mu volgen pappa. Niet helemaal van harte
want ze houden zoveel van hun vallei, maar Moomins blijven nu
eenmaal liefst samen.
,,Look at the boat’’, pappa said. ,,Look at ‘The Adventure’. A boat at night
is a wonderful sight. This is the way to start a new life, with the hurricane
lamp shining at the top of the mast ant the coastline disappearing behind
one as the whole world lies sleeping.’’
Moominmamma probeert altijd pappa’s enthousiasme en visie te
delen. Jansson hanteert oertraditionele maar perfect verdedigbare
waarden, families horen samen te klitten: pappa’s zijn wijs en mamma’s
lief en nog wijzer. Maar speels baant ook Moominmamma zich een
weg naar een minder vast patroon: Op pappa’s ,,You must remember
that we’re used to your being here when we come home in the evening’’,
antwoordt ze: ,,But one needs a change sometimes. We take everything
too much for granted, including each other. Isn’t that true, dearest?’’
Al op de tocht naar het eiland heeft ze het moeilijk, ze rolt zich in een
behaaglijk bolletje en heeft alle moeite om haar staart binnendeks
en droog te houden. Aangekomen blijkt het eiland en zijn vuurtoren
een allerminst vriendelijke en gastvrije plek. Het duurt een hele tijd
voor Moominpappa de sleutel van de vuurtoren kan vinden. Tenslotte
ontdekt hij hem, geklemd tussen de kale rotsen bij een diepe poel.
Dat was de plaats waar de vorige vuurtorenwachter ‘alleen kon zijn’ en
pappa vindt de sleutel dan ook slechts nadat hij zich heeft afgezon-
derd. Evenmin slaagt pappa erin om het vuurtorenlicht aan te steken,
de droom om een waardig vuurtorenwachter te worden knapt hier
op af. Pappa voelt de ogen van zijn Moominfamilie in zijn rug. Ze gaan
elk een eigen relatie met het ongure eiland aan. Moominmamma legt
een tuin aan op de kale rotsen en plant de bloemen die ze uit de vallei
meebracht in massa’s zeewier. Moomintrol trekt zich terug en ‘keeps
himselfs tot himself’ op een open plek in een bosje.
En al die tijd worden de Moomins begluurd door ‘the Groke’, een ijzig
vormeloos figuur dat alles bevriest waar ze op gaat zitten. Ze is hen uit
de vallei naar het eiland gevolgd en wil ook hier in het schijnsel van
de lamp zitten, de aandacht vangen van de Moomins, ontsnappen
aan haar onmetelijke eenzaamheid. ‘The Groke’ is als het wereldleed
dat een familie binnendringt, waar ze geen duimbreed aan kunnen
veranderen maar waarvan ze toch de kilte voelen.
Om zich uit zijn onbeholpenheid los te maken, stort Moominpappa
zich met volle energie op het vissen, hij vangt zoveel vis dat zelfs
Moominmamma hem afremt, niemand kan zovéél vis eten. Daarna
haalt pappa de schatten uit de diepe poel naar boven omdat hij denkt
dat ze hem de geheimen van de zee zullen meedelen. Want die wil
hij zo graag ontdekken ,,You can’t be to careful with the sea, you know! I
wonder’’, Moominpappa added, ,,I wonder why the sea rises and falls like
this. There must be an explanation…’’
Als hij de zee haar geheimen heeft ontfutseld, voelt hij dat ze van
hem is. ‘This was a moment to live to the full’, peinst Moominpappa. Wie
in zijn gedachten wil binnenvaren kan in Engelstalige boekhandels
terecht voor ‘Moominpappa at sea’ van Tove Jansson, a Sunburst book uitgegeven door Farrar, Strauss and Giroux. ISBN 0-374-45306-3
MARLEEN DE GEEST
febr.- maart 2007 67BOOT
■ State-of-the-art chemical coatings
■ Commercial and industrial applications (wood,fiberglass or metal surfaces)
■ High-gloss, mirror-like finish
■ Color and finish up to 3 times more durable thanordinary paint
■ Coats can be either sprayed or brush-applied
■ High chemical and weather resistance: glossy finishendures extremes in temperature and humidity, thecorrosive effects of salt water, gasoline and many otherchemicals
■ Low maintenance: only soap and water treatmentnecessary
STERLING LAQUER Mfg. Cie.dedicated to the research
and development of environmentally friendly coatings