11 begin begin | Ruud Lubbers & Paul van Vliet, Midas Dekkers En als iemand die heiligheid kan wegnemen is het wel Midas Dekkers. Hij doet bij elke deugd een dwarse duit in het zakje. In de biologie zijn deugden onzinnige begrippen: “Wanneer je een kat een muis ziet opeten, is dat een deugd of een ondeugd, is het goed of kwaad? Alles hangt af van de omstandigheden en het perspectief. Ben je kat of muis?” Paul van Vliet studeerde rechten in Leiden, begon in 1964 cabaretgroep PePijn en was jarenlang een icoon van de Nederlandse theaterwereld. In 1992 werd Paul van Vliet door Audrey Hepburn geïnstalleerd als good- willambassadeur van Unicef, het kinderfonds van de Verenigde Naties. Hij ontving vele prijzen en onderscheidingen, de laatste in 2008, de Eremedaille voor Kunst en Wetenschap, uit handen van zijn studievrien- din Koningin Beatrix. Ruud Lubbers is econoom, ondernemer, hoogleraar, diplomaat en politi- cus. Was twaalf jaar minister-president. Keerde na zijn politieke carrière terug naar zijn oude liefde voor natuurbescherming en duurzaamheid. Lubbers is lid van de Club van Rome en was Hoge Commissaris voor de vluchtelingen van de VN. Samen met zijn oude vriend Michael Gorbatsjov nam hij een leidende rol bij de totstandkoming van het Handvest van de Aarde, voor hem een opdracht voor het leven. In een Haagsche Courant van bijna tien jaar geleden las ik een column van Paul van Vliet over negen deugden: Dienstbaarheid, Ontvankelijk- heid, Rechtvaardigheid, Vertrouwen, Moed, Geduld, Gematigdheid, Eer- lijkheid en Liefde. Hij was ze tegengekomen in een soort handleiding voor ultieme arbeidsvreugde en had ze allemaal met het nodige ontzag met hoofdletters neergeschreven. Zo’n rijtje leg je niet zomaar naast je neer. En al heeft het woord ‘deugd’ voor mij ook een lichte bijsmaak van verroeste stokpaardjes voor moraalridders, het idee liet me niet los. Die oude gedachten over deugden – al bij Plato en Aristoteles – als universele waarden met een onbeperkte houdbaarheidsdatum, zouden toch iets moeten kunnen betekenen in dit boek? Al is het maar als een aanzet om ons handelen nog eens te overdenken. Ruud Lubbers en Paul van Vliet dachten er net zo over en hadden geen bezwaar tegen een zaterdagmiddag filosoferen over deugden die gaan- deweg het gesprek actueler bleken te zijn dan aanvankelijk gedacht. De angst voor een ongewenste suggestie van te grote heiligheid deed regelmatig ondeugden aan de oppervlakte komen. Ruud Lubbers zei: “Ik ben gefascineerd door die tegenkrachten, wat vanuit mijn jeugd in mijn geheugen gegrift staat als ‘de duivel’. Schaduwkanten zijn overal voelbaar, ook in onszelf.” “Als ik mij minder deugdzaam gedroeg, troostte mijn moeder mij altijd door te zeggen dat het totaal van deug- den en ondeugden voor ieder mens gelijk is. ‘Dus als iemand zich zeer deugdzaam voordoet, vraag naar zijn ondeugden’, zei ze dan.” Praten over deugden is mooi, maar je kunt je er ook mee op glad ijs wagen. Het prille voorjaars- zonnetje dat door de grote ramen zo nu en dan naar binnen valt, zou zomaar kunnen proberen een aureooltje boven de grijze hoofden van twee oude vrienden te laten verschijnen. Over deugden en ondeugden
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
11 begin
begin | Ruud Lubbers & Paul van Vliet, Midas Dekkers
En als iemand die heiligheid kan wegnemen is het wel Midas Dekkers.
Hij doet bij elke deugd een dwarse duit in het zakje. In de biologie zijn
deugden onzinnige begrippen: “Wanneer je een kat een muis ziet
opeten, is dat een deugd of een ondeugd, is het goed of kwaad? Alles
hangt af van de omstandigheden en het perspectief. Ben je kat of
muis?”
Paul van Vliet studeerde rechten in Leiden, begon in 1964 cabaretgroep
PePijn en was jarenlang een icoon van de Nederlandse theaterwereld. In
1992 werd Paul van Vliet door Audrey Hepburn geïnstalleerd als good-
willambassadeur van Unicef, het kinderfonds van de Verenigde Naties.
Hij ontving vele prijzen en onderscheidingen, de laatste in 2008, de
Eremedaille voor Kunst en Wetenschap, uit handen van zijn studievrien-
din Koningin Beatrix.
Ruud Lubbers is econoom, ondernemer, hoogleraar, diplomaat en politi-
cus. Was twaalf jaar minister-president. Keerde na zijn politieke carrière
terug naar zijn oude liefde voor natuurbescherming en duurzaamheid.
Lubbers is lid van de Club van Rome en was Hoge Commissaris voor de
vluchtelingen van de VN. Samen met zijn oude vriend Michael Gorbatsjov
nam hij een leidende rol bij de totstandkoming van het Handvest van de
Aarde, voor hem een opdracht voor het leven.
In een Haagsche Courant van bijna tien jaar geleden las ik een column
van Paul van Vliet over negen deugden: Dienstbaarheid, Ontvankelijk-
lijkheid en Liefde. Hij was ze tegengekomen in een soort handleiding
voor ultieme arbeidsvreugde en had ze allemaal met het nodige ontzag
met hoofdletters neergeschreven. Zo’n rijtje leg je niet zomaar naast je
neer. En al heeft het woord ‘deugd’ voor mij ook een lichte bijsmaak
van verroeste stokpaardjes voor moraalridders, het idee liet me niet
los. Die oude gedachten over deugden – al bij Plato en Aristoteles – als
universele waarden met een onbeperkte houdbaarheidsdatum, zouden
toch iets moeten kunnen betekenen in dit boek? Al is het maar als een
aanzet om ons handelen nog eens te overdenken.
Ruud Lubbers en Paul van Vliet dachten er net zo over en hadden geen
bezwaar tegen een zaterdagmiddag filosoferen over deugden die gaan-
deweg het gesprek actueler bleken te zijn dan aanvankelijk gedacht. De
angst voor een ongewenste suggestie van te grote heiligheid deed
regelmatig ondeugden aan de oppervlakte komen. Ruud Lubbers zei:
“Ik ben gefascineerd door die tegenkrachten, wat vanuit mijn jeugd in
mijn geheugen gegrift staat als ‘de duivel’. Schaduwkanten zijn overal
voelbaar, ook in onszelf.” “Als ik mij minder deugdzaam gedroeg,
troostte mijn moeder mij altijd door te zeggen dat het totaal van deug-
den en ondeugden voor ieder mens gelijk is. ‘Dus als iemand zich zeer
deugdzaam voordoet, vraag naar zijn ondeugden’, zei ze dan.”
Praten over deugden is mooi, maar je kunt je er ook mee op glad ijs wagen. Het prille voorjaars-zonnetje dat door de grote ramen zo nu en dan naar binnen valt, zou zomaar kunnen proberen een aureooltje boven de grijze hoofden van twee oude vrienden te laten verschijnen.
Over deugden en ondeugden
Thomas Rau 30 31 Wouter van Dieren
kante vriendenclub die in het ouderlijk huis samenkwam. Niet de eerste
de besten: Jac. P. Thijsse bijvoorbeeld. “Hij was de mentor van mijn oom
Wout en beschouwde hem als zijn belangrijkste pupil en navolger.” Oom
Wouter mocht, zo jong als hij was, meewerken aan de Verkadealbums
en zijn dissertatie over de morfologie van de Terschellinger duinen is
nog steeds een standaardwerk. Het was van grote invloed op de jonge
Wouter die in de voetsporen van zijn oom trad. “Hij schreef zijn proef-
schrift in het jaar van zijn dood, hij was drieëndertig en overleed aan
een niervergiftiging, dat zou nu niet meer gebeuren...”
Maar ook Jan Strijbos, die met zelfgemaakte films over Spitsbergen
langs de Nederlandse theaters ging, en Nico Tinbergen kwamen op
bezoek. Nico ontving de Nobelprijs voor biologie, zijn broer Jan Tinber-
gen voor economie. De onderwerpen die zo bepalend zouden zijn voor
het verdere denken van de jongste Wouter van Dieren.
Godfried Bomans Niet alleen de liefde voor de natuur, ook het tegen de stroom in roeien
bleek een familietrek. Voor Wouter van Dieren, in zijn studententijd lid
van actiegroep De lastige Amsterdammer, was het onontkoombaar: “Als
je in het milieu werkt ben je per definitie dissident, als je zegt dat de
wereld anders in elkaar zit dan meestal wordt gedacht.” Maar ook wer-
ken voor een baas was ondenkbaar en zijn diensttijd was een regel-
rechte ramp: “Ik deed alles wat de koningin verboden had. De officieren
die me treiterden zag ik later terug als generaal, toen ik adviseur was
van de minister van Defensie, dat was wel grappig...”
Nog zo’n dissident was Godfried Bomans, met wie Van Dieren lange tijd
nauw samenwerkte: “Hij hield zich aan geen enkele conventie, op geen
enkel niveau. Hij leefde in de negentiende eeuw, als een heer in de
Geen andere keuze
Zijn adressenboekje met geestverwanten leest als een compendium van
wereldleiders en grote denkers. Toch bedankte hij, met een broertje
dood aan het obligate celibaat, vriendelijk voor de eretitel van ‘paus van
de milieubeweging’. Ook een ministersambt liet hij meerdere malen aan
zich voorbijgaan. Wouter van Dieren is daarvoor teveel einzelgänger.
Als ik Terschelling verlaat kleurt de avondzon de lucht wonderbaarlijk
rood en als de boot verder richting Harlingen vaart, vervaagt het eiland
tot een streepje aan de zilveren horizon van de Waddenzee, een met de
elementen. Wouter van Dieren zei het die middag tijdens ons gesprek in
de boerderij waar hij in zijn kinderjaren elke zomer doorbracht: “Op het
eiland leerde ik niet alleen van de natuur te houden, maar ook om erin
te leven.”
Ik ben voor het eerst op Terschelling, maar niemand hoeft het uit te
leggen, op het eiland komt een hechte band met de natuur je als het
ware vanzelf aanwaaien. Die indruk moet vroeger nog overweldigender
zijn geweest: “Ja, we leefden hier vrij primitief, met een houtkacheltje in
de voorkamer, water uit de put. In de stal stond een pingpongtafel,
maar we leefden buiten op het erf. Daarbuiten was er alleen weidse
natuur, waarin we eindeloze tochten maakten, met alleen krijsende
meeuwen om ons heen. Je kwam niemand tegen. Overal zag je konijnen
wegschieten en we kookten vers gevangen garnalen boven een hout-
vuurtje of haalden een emmer platvis van het wad.”
Jac. P. ThijsseDe natuur was niet alleen een permanente voorraadkamer, maar ook
een leerschool die als microkosmos aan Wouter van Dieren leerde de
wereld te begrijpen. Bovendien werd zijn jeugd gekleurd door een mar-
Wouter van Dieren directeur IMSA
Stond aan de wieg van de Nederlandse en inter-
nationale milieubeweging en werkt veertig jaar
in de Bermuda-driehoek van milieu, economie
en samenleving. Speelde een belangrijke rol in
de publicatie van Grenzen aan de Groei, het
baanbrekende rapport van de Club van Rome. Is
medeoprichter van verschillende milieu-institu-
ten en -organisaties, waaronder in 1985 zijn
eigen milieuadviesbureau, IMSA Amsterdam. Hij
bekleedt talloze functies, was vice-voorzitter van
de Internationale Adviesraad van het Wuppertal
Instituut in Duitsland, is lid van de World Acade-
my for Art and Science en directeur van Ocean
Desert Enterprises, een organisatie die zich richt
op het telen van biofuels op arme grond met
brak en zout water. Schreef een tiental boeken
en kreeg in 2006 de Gouden Rachel Carson
Penning, de hoogste onderscheiding van de
VVM, de Vereniging van Milieuprofessionals. In
dat jaar werd hij ook benoemd tot Officier in de
Orde van Oranje Nassau.
33 Wouter van DierenWouter van Dieren 32
te volgen hebben we per jaar drie tot vier procent efficiencyverbetering
in energie en voedsel nodig, we halen nauwelijks één procent. De men-
sen zijn er nog niet van doordrongen dat het tempo het grote probleem
is, de omvang ervan kunnen we gewoon niet bevatten.”
Het is de eeuwige vraag, is het glas half vol of half leeg? “Ik zou dit
werk nooit veertig jaar hebben volgehouden als ik alleen maar naar lege
glazen had gekeken. Er zijn duizenden hoopvolle initiatieven, we hebben
alle mogelijkheden. Als je de openbare verlichting in Amerika en Europa
vervangt door LED-lampen, kun je 700 kolencentrales sluiten.”
Eenzelfde transformatie behoeft de traditionele economie. In 1993
voorspelde Wouter van Dieren in de Erasmuslezing al de deconfiture
van de financiële markten: “De grootste fout van de laatste twintig jaar
is dat we ons hebben overgegeven aan de ideeën van de Chicago
School of Economics. Lees de boeken van Naomi Klein. Ze beschrijft
meesterlijk hoe de logo’s van de grote bedrijven de macht overnemen.
Onthutsend is het om te lezen hoe de oorlog in Irak een geprivatiseerde
Haarlemmerhout; met Nicolaas Beets en Charles Dickens als zijn grote
voorbeelden. Hij was een weergaloos schrijver, schreef alles met zijn
kroontjespen, duizenden pagina’s. Ik heb nog een paar nagelaten stuk-
ken mogen redigeren na zijn dood. Hij beoefende de retorica met een
ongehoorde kracht, altijd tegen de stroom in. Hij had nooit grote lite-
raire vrienden, maar ze keken wel allemaal tegen hem op.”
Van Dieren werd al jong de milieubeweging ‘in geslingerd’, moest lezin-
gen geven en Bomans ging mee: “Als we na afloop naar huis reden in
mijn 2CV zei hij: ‘Dat was dus geheel knudde, ze hebben genoten, maar
je kunt er niks van’.”
Bomans leerde de jonge Van Dieren de fijne kneepjes van het spreken
voor publiek en ze zaten vaker samen in het café tegenover het zaaltje
waar de jonge Van Dieren moest optreden: “Godfried zei dan: ‘Kom,
zullen we nog een lesje leren of ben je hardleers? Dat laatste mag je
ook zeggen maar dan stopt mijn bewondering’.”
Bomans hoefde niet op de barricaden, zijn vlijmscherpe woord volstond.
“Hij was zeer begaan met de teloorgang van het Nederlandse land-
schap en het cultureel erfgoed, ten prooi gevallen aan de modernise-
ringswoede in Amsterdam. Hij woonde zelf in een soort Bommelstein
met torentjes, de vierkante bungalows bij hem om de hoek noemde hij
urinoirs.”
Bomans liet zich ook niet van de wijs brengen door oppervlakkig vooruit-
gangsdenken. Van Dieren: “Vooruitgang gemeten aan de hoeveelheid
goederen en diensten die we produceren en consumeren zegt niets over
wat we verliezen: schoon landschap, schoon water, open horizonten,
dieren en planten. Een dergelijk verlies wordt nu als destructie gere-
kend onder economische groei. Dat is bizar, werkelijk economisch den-
ken kan alleen vanuit een integrale visie. Intuïtief voelde Godfried dat
heel precies aan.”
Gedicht voor Wouter
Zowel naar de geest als naar de letter
Wil hij het milieu steeds maar schoner en netter.
Hij zaait veel verwarring maar zet ook veel in gang
Voor Wadden noch Kamer of Kabinet bang
Een drammer maar bovenal een aardige ketter.
Jeroen van der Veer, CEO Shell International, 2006.
Naomi Klein Hij schenkt nog eens koffie in en wijst ondertussen naar de vogeltjes in
zijn achtertuin. Hier is een groot restaurant voor de roodborstjes, kool-
mezen en heggenmussen. Wat verderop zitten de meer exotische soor-
ten: kramsvogels en koperwieken. “Hier word je steeds met je neus op
de feiten gedrukt, je hoeft maar buiten te kijken en je weet waarvoor je
het allemaal doet.”
Toch is het niet meer zoals vroeger: “Ik heb dit huisje na de dood van
mijn vader herbouwd, nu wonen we hier luxueus. In mijn jeugd was het
armoede op Terschelling, nu is er een enorme rijkdom op het eiland.
Maar niet alleen hier. Overal zie je enorme transformatieprocessen. Ik
kom regelmatig in India, daar kijk je werkelijk je ogen uit. Bijna de helft
van de bevolking, 450 miljoen mensen, heeft nu te eten en leeft naar
Indiase maatstaven in redelijke welvaart. In China hetzelfde, daar zijn in
dertig jaar evenveel mensen uit de armoede gehaald. Als de huidige
groei doorzet zijn ze in 2030 op het Amerikaanse inkomensniveau, com-
pleet met 1,1 miljard auto’s. Maar om die te laten rijden zijn 100 mil-
joen vaten olie per dag nodig. We produceren nu in de gehele wereld
slechts 85 miljoen vaten en dat wordt minder. Het zal dus ergens stop-
pen, we lopen letterlijk tegen de grenzen van de groei aan. Om de groei
Wouter van Dieren 34 35 Wouter van Dieren
elke samenwerking een kartel noemt en straffen uitdeelt, hou toch op!
We zullen duizenden kartels, samenwerkingsverbanden zonder weerga
nodig hebben om de boel op orde te brengen. Concurrentie is een gigan-
tische verspilling van geld, technologie en goede wil.”
“Met Arnold Heertje pleit ik voor een Green New Deal, naar analogie van
de New Deal van Roosevelt. Deze gaf in de jaren 1930 de economie een
geweldige stoot, liet na de aanval op Pearl Harbor duizenden vliegtuigen
en schepen bouwen en daarom hebben ze het fascisme verslagen. Toen
was het de oorlog, nu hebben we een totale collaps van financiële mark-
ten en de klimaatcrisis, de voedselcrisis, de energiecrisis. Er moet een
nieuwe economie komen, we hebben geen keus. We missen een Euro-
pese Roosevelt, maar overheden kunnen miljarden op tafel leggen, niet
eens door geld bij te drukken.”
“Er komen enorme krachten vrij in de goede richting, maar de tegen-
krachten zullen alles doen om het oude systeem te behouden. Honderd-
duizend bankiers in Londen en New York kunnen niets anders, ze willen
zo snel mogelijk terug naar hun oude baan.”
Jacqueline Cramer“De goede krachten moeten opstaan en een duurzame economie eisen.
Ik lobby al dertig jaar, ik ken veel ministers. Balkenende is nog niet zover
en aan de Tweede Kamer heb je ook niet veel. Jacqueline Cramer wordt
bekritiseerd, ze hoort niet in het politieke vaarwater. Ik ken haar al vijfen-
twintig jaar. Ze weet meer dan iedereen, maar het politieke en media-
spelletje speelt ze niet mee. Dat is dus klasse.”
“We zouden eens moeten kijken naar de critici, die zorgen er namelijk
voor dat mensen die buitengewoon begaafd zijn en geschikt voor een
hoge post, niet de politiek in gaan. Ze hebben geen trek in het circus.
Een ramp voor het land, want dat verdient betere politici. Ik steek zelf al
veertig jaar mijn kop boven het maaiveld uit met provocerende uitspra-
ken en innovatieve ideeën. Ik weet uit eigen ervaring hoe het is om
gepakt te worden door de media. Mijn leermeester Mansholt zei: “Elke
dag zetten ze weer een valkuil voor je op. In Frankrijk mag je excelleren,
in Engeland en Duitsland ook. Nederland staat het niet toe.”
En de vijf ministeries die zich met duurzaamheid bezighouden? “Dat is
geen probleem, laat ze maar hun best doen. Bij de laatste formatie is
het ministerie van klimaat op het nippertje jammer genoeg gesneuveld
in de poppenkastspelletjes. We hebben een minister van klimaat nodig
met buitengewone volmachten. Een minister van duurzaamheid heeft
geen zin. Je kunt alles duurzaam noemen, dat is net zo’n onzin als een
minister voor het gezin.”
Youp van het Hek Het internet is al ooit een tribunaal genoemd. “Het is een schitterend
nieuw machtsmiddel van een niet te onderschatten kracht. Het geeft con-
sumenten een stem tegenover bedrijven die zich misdragen. Youp van het
Hek heeft er in zijn eentje voor gezorgd dat Buckler bier verdwenen is…
Maar het internet zit ook vol leugens en het kan ook heel negatief
gebruikt worden. Er is ook een gigantisch internationaal weblog vol
ontkenning van de klimaatcrisis.”
“Een Amerikaans kind ziet in de eerste achttien jaar van zijn leven
10.000 moorden op tv, enkele honderdduizenden reclameboodschappen
en 100.000 keren geweld. Maar hetzelfde kind kan ook 100.000 natuur-
films hebben gezien, en gelukkige mensen die bezorgd zijn om elkaar.
Indoctrinatie vindt alleen plaats in hiërarchische systemen, internet is
horizontaal. En dat zal het blijven, dat is de ongelooflijke kracht. Zelfs de
laatste dictaturen ontkomen er niet aan en de Chinezen kijken toch naar
de verboden sites. Het is niet te stoppen.”
Jeroen van der VeerGrote bedrijven zag hij altijd als bondgenoten. “Jan Tinbergen zei tegen
me: ‘Multinationals zijn veel beter georganiseerd en beter in staat tot
internationale logistieke prestaties dan overheden’. Dat zie je overal, in
oorlog is, waarbij belastinggeld van Amerikanen via het Pentagon en het
Amerikaanse leger uiteindelijk in Texas terecht komt bij een paar bedrij-
ven en zakkenvullers. De markten zijn de oorlog zelf, de vrije markt
bestaat niet. Ik ging met mijn klanten, Procter & Gamble, Unilever, door
de schappen van grote supermarkten in Engeland, Zweden en Duits-
land. Ze konden me geen product aanwijzen waaraan minder dan hon-
derd regels wetgeving vastzitten. Ook voor de voedselproductie komt de
vrije markt elke keer als de panacee voor alle problemen uit de hoge
hoed, maar het kan niet. Kijk hoe de Mansholts honderd jaar vochten
voor een bodem in de graanprijzen.”
Wouter Bos“De vrije markt is een hype die ons dertig jaar vertraging heeft gegeven
om iets te doen aan Grenzen aan de Groei. We hebben dertig jaar lang
de verkeerde dingen gedaan, ondanks de waarschuwingen van tientallen
economen van Goudswaard tot Opschoor. De meeste ministers van
Economische Zaken: Brinkhorst, Jorritsma en ook Van der Hoeven begrij-
pen weinig van economie, laat staan van duurzame economie. Op het
ministerie van Economische Zaken zijn duurzaamheid en milieu nog altijd
een vloek. Ze lopen zelfs ver achter bij de Nederlandse industrie. Maar
dat is niet ernstig, want daar moeten we het niet van hebben. Veel
belangrijker: Obama heeft mensen benoemd met een buitengewoon
inzicht in dit onderwerp. Amerika gaat ons meetrekken. Ze gaan eindelijk
iets doen aan hun sinds lange tijd verwaarloosde agenda van efficiency
en nieuwe technologie. Dat zal de hele wereld in een duurzame richting
dwingen. Dat stemt mij hoopvol, ja.
Ik hoop ook dat het inzicht toeneemt en dat ABN AMRO, de rotonde van
de Nederlandse economie, nu een staatsinstelling, niet weer naar de
beurs wordt gebracht, maar dat er een coöperatieve bank van gemaakt
wordt, een soort nationale investeringsbank. Wouter Bos denkt dat ban-
ken over een paar jaar weer verkocht kunnen worden. Maar hij kan en
moet investeringen in duurzaamheid afdwingen.”
Neelie KroesHet probleem is dat de solidariteit uit het systeem is verdwenen. “Onder-
linge samenwerking is de wortel van onze maatschappij. In het Engels
noem je een bedrijf een company, dat betekent ook gezelschap, je doet
het samen. Samenwerken zit in onze genen. Vroeger waren er honderden
onderlinge spaarbanken, tot nut van het algemeen. Begrafenisonderne-
mingen heetten Draagt elkanders lasten, allemaal varianten op middel-
eeuwse burenplicht. Dat hebben we hier op Terschelling nog steeds. Het
is logisch dat je op bepaalde momenten voor elkaar zorgt; begrafenis-
sen, dat doen de buren hier nog altijd onderling.”
Het global casino, zoals Hazel Henderson de financiële markten noemde,
deed precies het omgekeerde: “Alles is gebaseerd op concurrentie, heb-
zucht en graaien. De vrije markt gaat over het ontkennen van de solidari-
teit, het vernietigen van elkaar ter wille van je eigen graaizucht. De
Europese Unie is nu georganiseerd als een concurrentiewereld met
Neelie Kroes als de opperwachtmeester van de concurrentie. Ik heb
intensief samengewerkt met Sicco Mansholt, hij stond met het Verdrag
van Rome in 1957 aan de wieg van de EU. Voor de mannen die Europa
hebben bedacht ging het om samenwerking, solidariteit en harmonie. De
laatste twintig jaar is er een smerig ding van gemaakt, waarbij Kroes
37 Wouter van DierenWouter van Dieren 36
Bill ClintonHet rapport van de Club van Rome lijkt nu nog actueler dan toen.
“Inderdaad, het is bijna bizar, in december 1970 kreeg ik het in handen,
en ik zei tegen Maedows die het had geschreven: ‘Je hebt dynamiet in
handen’.”
Zou het nu na vijfendertig jaar nog gaan ontploffen? Er valt een stilte.
“Zelfs Dries van Agt, een bijzondere fi guur in de Nederlandse politiek,
heeft zich bij zijn pensionering bekeerd tot de Club van Rome. Lubbers
heeft altijd gevoel voor het onderwerp gehad. Hij is eveneens lid.”
Van Dieren kijkt naar de fotograaf: “Het is misschien eigenaardig, maar
al die wereldleiders hebben dezelfde agenda. Gorbatsjov is ook lid van
de Club van Rome. Ik heb hem zes keer ontmoet. Hij spreekt geen
Engels, het gaat altijd moeizaam met een tolk, maar het is bijzonder dat
je zo dicht bij zo’n historische fi guur mag zijn die zich helemaal voor dit
soort kwesties inzet. Er was medio 2008 een conferentie met hem in
Turijn. Dan is hij net Jezus aan het laatste avondmaal, wij allemaal als
zijn bescheiden discipelen rond hem verzameld. Hij zit er dan als het
absolute charisma. Heel bijzonder is dat. Met Clinton precies hetzelfde.
Al Gore ook. Toen Clinton vorig jaar in Rotterdam sprak, viel me op hoe
vanzelfsprekend hij in de wereld staat, voor hem gaan alle deuren open.
Alles wat hij zegt zet dingen in beweging, het is persoonlijkheid. Ik vind
dat schitterend.”
Zorgdrager knikt. Van Dieren vervolgt: “Dat zijn karakters, je moet niet
onderschatten hoe hard de republikeinen hebben geprobeerd Clinton
kapot te maken, denk maar aan de Monica Lewinsky-affaire. Ze zijn niet
laf, het kan niet anders op hun positie. Ik ben al lang blij dat die man-
nen er zijn en dat ze hun invloed aanwenden.”
handen en voeten voor de aarde
n Ik heb een goed gevoel bij mensen zoals Ingrid Zeegers, directeur
duurzaamheid van Philips. Ik kon niet anders dan haar omhelzen,
schitterend hoe de jonge generatie de fakkel overneemt met een
passie die wij ontbeerden. Dat ontroert me.
n Richting geeft me het eiland. Als je de wereld wilt begrijpen heb je
een houvast nodig op kleine schaal.
n Frustraties heb ik over dat het niet opschiet. Ik ben veertig jaar bezig
en heb nog veertig jaar nodig. Pensioen is voor mij niet aan de orde,
ik moet nog boeken schrijven, fi lms maken, tachtig toespraken hou-
den, honderd schilderijen maken, de wereld verbeteren!
n Ik voel me verbonden met denkers buiten de gebaande paden. Met
vrienden, topmensen uit het bedrijfsleven en de wetenschap gaan we
steeds weer naar de graancirkels in Engeland kijken. We houden ons
bezig met esoterie, denken over dingen die onbestaanbaar lijken.
n Ik voel me klein? Tsja, dat gevoel ken ik bijna niet. Dat wilde je
horen, toch? Ik zou me niet klein, maar wel heel onmachtig voelen,
als ik minister was geworden. Maar goed dat ik dat geweigerd heb.
Laatste goede daad of voornemen voor het milieu “Er wordt mij zo vaak naar mijn eigen opoffering gevraagd. Daar bedank
ik voor. Ik doe al zoveel. Ik plant mijn eigen bossen, compenseer alles
mateloos, ik had zonnepanelen voordat iemand ze had, ik doe honder-
den dingen. Het offer is gebracht.”
Wouter van Dierenover de Mondiale Voetafdruk
“Op De Kleine Aarde ligt een afdruk van mijn
voetafdruk, maar ik hou het niet bij. Ik vind het
een leuk model, Jan Juffermans en Wouter
Veening hebben dat uitgerekend en buitengewoon
goed gedaan, het is onderdeel van Grenzen aan
de Groei.
Ik ga nooit op vakantie en mijn zus is dertig jaar
niet van het eiland af geweest. Een keer is ze
tegen haar wil naar Zuid-Frankrijk gestuurd, ze
moest er eens uit, dat is haar niet bevallen. Haar
zonen die op Hawaï gaan surfen, hebben een
grotere voetafdruk dan mijn zus.”
de binnenlanden van Afrika vind je thee van Unilever. Elk product komt in
elke hoek van de wereld, verschrikkelijk knap. Ik heb vanaf het begin
met die bedrijven samengewerkt. Je schiet niets op als je tegen de raad
van bestuur zegt: ‘Heren, u bent vervuilers, ik praat niet met u’. Toen ik
voorzitter was van Milieudefensie van 1970 tot 1972, bestond de
adviesraad ook uit mensen van het bedrijfsleven, onder andere van Uni-
lever. Later kwamen bij Milieudefensie de marxisten en pacifi sten aan de
macht, die hadden een natuurlijke barrière naar het bedrijfsleven, en is
de samenwerking gestopt. Het was niet altijd pais en vree. Ik herinner
me 1993, toen kregen we Shell niet aan de praat, ze wilden niet inzien
dat ze een energiemaatschappij waren en geen oliemaatschappij.”
In het liber amicorum, dat ter gelegenheid van het veertigjarig jubileum
van Wouter van Dieren verscheen, schreef Jeroen van der Veer, topman
van Shell, een gedichtje over zijn vriend Van Dieren. “Jeroen is een
buitengewoon fi jnzinnig mens. Je moet beseffen dat die mensen in een
keurslijf zitten. De voorzitter van Shell heeft geen bewegingsruimte, als
hij één foute opmerking maakt is de volgende dag zijn bedrijf een mil-
jard minder waard. De beurs luistert mee. Ik zag hem ooit zwijgen in
Buitenhof als antwoord op een vraag, dat was meesterlijk.”
Michail GorbatsjovAnne Zorgdrager, fotograaf op Terschelling, mengt zich af en toe in het
gesprek. Hij en Van Dieren keuvelen gemoedelijk over eilanders. Van
Dieren kent er tweehonderd, Zorgdrager kent ze allemaal… Maar Van
Dieren kent ook nog een hele schare wereldleiders persoonlijk en de
fotograaf wil wel eens weten waarom al die politici en bestuurders zich zo
laat bekeren tot de duurzaamheid, meestal lang na hun actieve carrière?
“Kijk Anne,” zegt Van Dieren, “Ik was bij de eerste Perestrojka conferen-
tie in Moskou in 1990, die Gorbatsjov organiseerde om de wereld te
ontmoeten. Ik zat in de Nederlandse delegatie onder leiding van Erica
Terpstra, dat is altijd buitengewoon gezellig en leuk. We zaten tien
dagen in het Kremlin, een van de sprekers was senator Al Gore. Hij
sprak toen al over klimaatverandering, niet anders dan nu. Maar in de
tijd dat hij vicepresident was, deed hij er niets aan. Een van de weinigen
die zich nog tijdens zijn politieke carrière uitsprak was Sicco Mansholt.
Ik was zijn assistent en ik was erbij toen hij in de Europese Commissie
uitvoerig sprak over Grenzen aan de Groei. Hij was een indrukwekkende
fi guur en had geen boodschap aan de tegenwerking uit Brussel.”
En tegenwerking was er voldoende. “De Club van Rome werd erg lang
geconfronteerd met aanvallen van mensen die niet wisten waar ze het
over hadden: Bolkenstein, Bomhoff, Wijnbergen. Ze hadden het rapport
niet gelezen. Tegenwoordig, na 35 jaar, wordt alom in de wereld
geschreven dat we gelijk hadden. Alle statistieken zijn weer nagetrok-
ken, het blijkt allemaal te kloppen. Iedereen ziet de huidige klimaatcri-
sis, olieschaarste, honger, hoge voedselprijzen, als een voorbode van
de grenzen aan de Groei zoals wij die hebben beschreven. De samenle-
ving gaat geforceerd door de bocht, overshoot en collaps zijn aan de
orde van de dag. De olieschaarste dient zich aan, we zijn niet op tijd
met alternatieve brandstoffen. Amerika loopt achter, een jaar geleden
ontwikkelde Cadillac nog een acht cilinder die 1 op 5 rijdt, ‘climate
change does not exist’, riepen de Amerikanen onder Bush. Nu is Gene-
ral Motors failliet. Toyota heeft wel verstandige keuzes gemaakt.”
Thomas Rau 42 43 Anne-Marie Rakhorst
Duurzaam bouwenDuurzaam bouwen is haar stokpaardje. Daar is de grootste winst te beha-
len, zeker als je bedenkt dat de steden, die slechts twee procent van het
aardoppervlak in beslag nemen, verantwoordelijk zijn voor 75 procent van
de uitstoot aan broeikasgassen. “We zullen de bestaande woningvoor-
raad drastisch moeten omvormen, niet alleen uit milieuoverwegingen.
Experts voorspellen dat al in 2015 de energienota voor een grote groep
Nederlanders hoger zal zijn dan de huur. Met een duurzame woning of
een nulwoning kun je de energienota verscheuren en op termijn ook nog
je auto thuis opladen met de elektriciteit die je toch over hebt.”
Duurzame energieAnne-Marie Rakhorst stoort zich danig aan hoe duurzame energie conse-
quent op achterstand wordt gezet, van het veelbesproken level playing
field is nog weinig te bekennen. Zo werden voor het Prinses Amalia-wind-
molenpark in de Noordzee garanties afgedwongen voor een bedrag van
15 miljard euro om die locatie weer in de oude staat terug te brengen,
mocht het windmolenpark worden afgebroken. “Zoiets is bij een kerncen-
trale of kolencentrale nog nooit aan de orde geweest, belachelijk! Olie en
gas verbranden is zo gemakkelijk en goedkoop, maar je houdt jezelf voor
de gek. Ook de regels moeten meegroeien, er moet meer resultaatge-
richt gekeken worden. We gaan technisch zo hard en het is zo jammer
als het maximum van creatieve geesten wordt ingeperkt door het maxi-
mum in de wet.”
Ambassadeur van duurzaamheidToen ze in 2000 werd verkozen tot Zakenvrouw van het jaar kwam ze
ineens in de schijnwerpers te staan. “Ik ben niet iemand voor tv-spelle-
Terug naar de wieg
Anne-Marie Rakhorst komt uit een warm nest. Nog op de lagere school
zat ze elke middag bij de lunch aan tafel tussen haar ondernemende
ouders en het personeel. Ze genoot van de verhalen en plannenmakerij.
Idealen najagen en dingen ondernemen, dat wilde ze ook. Tegelijkertijd
was er, vlak om de hoek, de natuur en het kasteel, koeien, paarden en
kippen rondom de boerderij. Ze ging ‘s nachts met haar vader uilen spot-
ten, hij leerde haar luisteren naar de natuur. De buit van zwerftochten
langs slootkanten ging onder de microscoop. Ontdekkingstochten waren
het en de wereld onder de microscoop was een ontdekking op zich.
Hoe idyllisch het Brabantse dorp waar ze opgroeide ook was, ook daar
kondigden de grote vragen van de wereld zich aan, zij het dat de oliecri-
sis van 1972 nog niet tot haar doordrong; ze was vijf jaar en benutte de
eerste autoloze zondag vooral om te rolschaatsen op de provinciale weg.
Later begreep ze dat de olie niet als vanzelfsprekend zou blijven stromen
en kreeg ze, als vijftienjarige zeilinstructeur ‘voor de wind gaand’, alter-
natieven in haar blikveld.
Toen haar studie bedrijfseconomie even wat minder liep, rolde de
kunstacademie uit de beroepentest – moeder heeft nu nog steeds een
bekende galerie en beeldentuin – maar met het devies van haar vader
‘Wat niet kan, dat moet nog geboren worden’ in het achterhoofd zette
ze toch door.
Nu stopt ze al bijna twintig jaar haar creativiteit in haar bedrijf, dat inmid-
dels is uitgegroeid tot een internationaal opererend ingenieursbureau,
laboratorium en opleidingsinstituut, waar duurzaamheid met hoofdletters
wordt geschreven. Haar eigen kantoren in Amsterdam en Heeswijk voor-
zien intussen in de eigen energiebehoefte, met tal van innovatieve
vondsten als warmte-/koudeopslag in heipalen en een afsluitbare pui
waardoor geen warmte naar buiten ontsnapt.
Anne-Marie Rakhorstdirecteur Search
Is eigenaar en oprichter van haar eigen ingeni-
eurs- en onderzoeksbureau Search, was Zaken-
vrouw van het jaar, schreef twee boeken over
duurzaamheid, liet Cradle to Cradle van Braung-
art en McDonough vertalen in het Nederlands
en ontpopte zich en passant als ambassadeur
van dit geruchtmakende concept. Ze is betrok-
ken bij Stichting Urgenda, de Amsterdamse
Klimaatraad en de Raad van Advies van de Club
van Rome.
Thomas Rau 44 45 Anne-Marie Rakhorst
staan als je bedenkt dat we de komende decennia met zijn allen gaan
groeien van 6,2 naar 9 of 11 miljard mensen op aarde. “Als die ruimte
voor groei er niet is, tegen welke mensen ga je dan zeggen dat ze maar
weg moeten? We zijn de besparingsboodschap gewend, maar er zitten
heel enge kantjes aan.”
Een nieuwe boodschapWouter van Dieren, al vele jaren bevriend met Braungart, plaatste in
dezelfde Volkskrant ook de nodige kanttekeningen, maar ziet wel een
verrijking voor het debat: “Braungart heeft glashelder gemaakt dat we
producten optimaliseren op functie en niet op duurzaamheid. Bovendien
kan hij mensen aanzetten tot actie. Hij is de aanjager, er zijn anderen
nodig die het verder uitwerken.”
Anne-Marie Rakhorst: “Dat is helemaal juist. Cradle to Cradle brengt een
nieuwe boodschap: Zo produceren dat je alle onderdelen van producten
weer optimaal kunt hergebruiken als het product wordt afgedankt. Maar
nog belangrijker: weg van het doemdenken, van de broekriem aanhalen.
Weg van het idee dat je vervuilt en schuldig bent, alleen maar omdat je
leeft. Ze draaien dat vreselijke demotiverende idee om naar een bood-
schap van vreugde, creativiteit, innovatie en saamhorigheid bij architec-
ten, vormgevers, producenten en consumenten om te leren leven binnen
de natuurwetten van onze planeet.”
handen en voeten voor de aarde
“Ik zie mezelf als dienstverlener, de groep die je bedient wordt steeds
groter. Met die rol is mijn doel, de wereld verduurzamen, het beste
gediend, daarvan ben ik overtuigd. Als ik mijn steentje kan bijdragen aan
een betere wereld, ben ik gelukkig.”
“Ik focus op de mensen die voorop lopen. Als je die meekrijgt, dan komt
de rest vanzelf. Dat is heel wat productiever dan alleen maar denken aan
beren op de weg, dan lukt het niet.
Zo’n Peter Bakker van TNT die met zijn Planet me de CO2-uitstoot van zijn
bedrijf berekent en zelf in een Prius gaat rijden, om het goede voorbeeld
te geven. Harry Hendriks, bestuursvoorzitter van Philips, is ook zo’n
lichtend voorbeeld, hij neemt veel duurzaamheidinitiatieven. Ik heb er
veel bewondering voor, want het is niet gemakkelijk. Ze moeten in going
concern, met respect voor de mensen en de realiteit van alledag, hun
bedrijf omvormen in een duurzame richting.”
“Nederland kan gidsland zijn, de leiding nemen op het gebied van duur-
zaamheid. We zijn rijk en weten om te gaan met beperkte ruimte. We
hebben de kennis, onze ingenieurs verzinnen fantastische projecten,
denk maar aan de snelwegen die energie leveren. We hebben een enor-
me reputatie in de wereld en dat is een schitterend exportproduct. Als
dit, met onze oranje mentaliteit, niet slaagt, hebben we het ergens niet
begrepen.”
tjes, maar ik kreeg wél de kans om aandacht te vragen voor dingen die
ik echt belangrijk vind.” Zo werd ze ambassadeur van duurzaamheid in
Nederland. Ze vestigde de aandacht op misstanden, zoals de afgedank-
te tankers die voor de kust van India worden gesloopt, met enorme
milieuvervuiling tot gevolg. “In Madagaskar zag ik mensen frisdrankblik-
jes omsmelten in een pannetje boven een houtskoolvuur, sommigen
verminkt door ongelukjes met vloeibaar aluminium. De dampen die
vrijkomen zijn zeer giftig en veel mensen daar worden niet ouder dan
dertig jaar. Ik zag kinderen onze afgedankte batterijen demonteren. Het
zijn onze schepen, onze batterijen en je mag je ogen niet sluiten voor die
problemen.”
Cradle to CradleIn november 2006 maakte ze in Londen kennis met Michael Braungart:
“In één middag zag ik de nieuwe, duurzame wereld ontstaan die hem
voor ogen staat. Een wereld van dynamiek, van positivisme, van energie,
van respect voor onze planeet en van grenzeloze kansen.”
Anne-Marie Rakhorst laat zich door de critici op Cradle to Cradle niet van
de wijs brengen. Samen nemen we de bedenkingen door, die in de Volks-
krant van 26 april van vorig jaar werden samengevat. Zo denkt Chris
Dutilh, de milieucoördinator van Unilever Nederland, dat de claims van
Braungart en McDonough een oplossing van het probleem in de weg
staan: “Braungart zet mensen aan om niet meer na te denken over de
gevolgen van hun gedrag. Hergebruik van margarine of shampoo is
sowieso niet mogelijk,” aldus Dutilh.
Anne-Marie Rakhorst kent de kritiek: “Zoiets is grote onzin. Als Unilever
zijn boterbakje afbreekbaar maakt dan is het Cradle to Cradle. En de
margarine komt gewoon in de biologische kringloop. Bedrijven hebben
grote verantwoordelijkheid om serieus naar hun productieprocessen te
kijken. Er kan veel meer dan men wellicht denkt.” Ze gaat verder:
“Michael Braungart en William McDonough hebben nooit gezegd dat ze de
oplossing voor alle problemen wel eventjes uit de hoge hoed zouden tove-
ren en dat hun concept op alles toepasbaar is. De luchtvaart Cradle to
Cradle maken is heel wat ingewikkelder dan een stoel. Maar ook daar zijn
veel goede initiatieven, zoals van Richard Brandson van Virgin Atlantic.”
Ondertussen hebben Ford, Nike en BP de principes van Cradle to Cradle
geadopteerd en wordt er in China op grote schaal mee gewerkt.
“Braungart en McDonough hebben ook nooit gezegd dat je er niets intel-
ligents aan mag toevoegen. Overigens, de suggestie dat ze ongebrei-
delde groei zouden aanwakkeren, komt wel in een ander daglicht te
Anne-Marie Rakhorstover de Mondiale Voetafdruk
“Een geweldig instrument om je bewust te worden
van je eigen gedrag. Ik hou van gezond eten: groen-
ten, pasta, vis, ei. Niet teveel zuivel en alles puur
natuur. Ik zal altijd biologische producten kiezen als
ik de kans krijg. Een biologische tomaat is toch veel
lekkerder!
Ik eet geen vlees omdat ik het gewoon niet lekker
vind, maar als je gaat nadenken over de kippen-
schuur die hier gebouwd wordt, met 1 miljoen kippen
erin… Elk uur worden er 14.000 kippen aangeleverd
om in mootjes gehakt te worden, kant-en-klaar ver-
pakt, dan zijn er nog wel andere redenen om ervan
af te zien. Ook let ik erg op mobiliteit, ik woon hon-
derd meter van mijn kantoor en ik heb een hybride
auto gekocht. Mijn enige zonde voor het klimaat is
dat ik een ijdeltuit ben en veel kleding koop omdat ik
er dikwijls representatief uit moet zien. Maar ook
daar zijn duurzame oplossingen voor!”
Annick de Witt 102 103 Emiel van Melis
KwaliteitEen belangrijke rol in dat veranderingsproces lijkt weggelegd voor de
cultural creatives. Ze kregen een gezicht door onderzoek van Paul Ray en
het boek dat hij over deze invloedrijke groep schreef: The Cultural
Creatives: How 50 Million People Are Changing the World.
Vindt Van Melis zichzelf tot die groep behoren? “Absoluut, ik voel mij een
betrokken wereldburger en ben zoals heel veel anderen op zoek naar
meer kwaliteit en zingeving. Ik neem niet alles voor zoete koek aan,
probeer dingen te begrijpen, houd me bezig met zenmeditatie en probeer
milieubewust te leven.”
In opiniepeilingen komen de cultural creatives als een snel groeiend
fenomeen naar voren. In Amerika zitten momenteel naar schatting vijftig
en in Europa tachtig miljoen mensen op dit spoor. In Nederland houdt
onderzoeksbureau MarketResponse de cijfers bij: in het afgelopen jaar
zijn er zo’n honderdduizend cultural creatives bijgekomen, de teller staat
hier nu op 1,6 miljoen. “Je ziet dat allerlei bedrijven die maatschappelijk
verantwoord ondernemen hoog in het vaandel dragen, aansluiting zoeken
bij deze groep, met een heel scala van eco-producten en diensten:
biologisch voedsel, alternatief vervoer, gezonde leefstijl, noem maar op.
Ook het succes van een tijdschrift als Happinez kun je in dit licht zien.”
RuimteMet zijn nieuwssite op het internet wil Emiel van Melis in dit proces een
leidende rol spelen: “Er is grote behoefte aan een plek waar alles wat
cultural creatives interesseert, samenkomt: een mondiaal overzicht van
de laatste ontwikkelingen, trends en eigentijds denken op het gebied
van mens, milieu en maatschappij. Het accent ligt op het bieden van
nieuwe perspectieven, het verbinden van mensen en het stimuleren van
Wereldburgers online
Londen is een bruisende metropool en de Hub is binnen die zo vooruit-
strevende stad the place to be, waar jonge pioniers, social innovators, het
voortouw nemen met duurzame bedrijven en diensten. Daar heeft ook
Emiel van Melis zijn kantoor van waaruit hij met een klein team van erva-
ren nieuwsmensen werkt aan Sideways News.
Van Melis kent de stad nog op zijn duimpje van de jaren dat hij daar
woonde en voor BP werkte. “Londen is enorm inspirerend. Er is de laat-
ste jaren echt beweging als het gaat om het milieu, de stad is veel leef-
baarder geworden. Het is weliswaar nog levensgevaarlijk om er te fiet-
sen, maar dat wordt nu snel beter door de aanleg van veel fietspaden.
Ook wordt hard gewerkt aan een steeds fijnmaziger netwerk van oplaad-
punten voor elektrische auto’s. Veel bussen rijden al op gas en auto’s
worden zoveel mogelijk uit het centrum geweerd.“
Emiel van Melis heeft bewust gekozen voor de Londense Hub: “Nog
afgezien van het feit dat kantoorruimte in de stad onbetaalbaar is, zou ik
de geweldige inspiratie die van de Hubs uitgaat niet willen missen. Het
is een veelzijdige community voor het delen van kennis, vaardigheden en
ideeën. Vijf jaar geleden gestart in Londen zijn er nu diverse Hubs in
Europa en twee in Nederland.” De collega-ondernemers in de Hub zijn
voor hem voorlopers in een veel groter veranderingsproces: “Ik zie de
wereld in een razendsnel tempo veranderen en dat is ook noodzakelijk
gezien de enorme uitdagingen van de 21ste eeuw. De komende decennia
zijn cruciaal voor het voortbestaan van de mensheid en de planeet. Veel
inspiratie put ik in dit kader uit allerlei online bronnen en met name ook
de publicaties van het James Martin Institute in Oxford, een denktank
voor de grote thema’s van deze eeuw.”
Emiel van MelisSideways News
Is ondernemer, opgeleid als ingenieur, werkte in
marketingfuncties voor British Petroleum (BP)
in Londen en Brussel en later voor Essent. De
laatste jaren zet hij zich helemaal in voor Side-
ways News, een newsportal op het internet met
nieuws als bron van inspiratie en impuls voor
positieve verandering.
105 Emiel van MelisEmiel van Melis 104
eigen acties. De big challenges van de 21ste eeuw zoals klimaatverande-