-
Jaargang 18, nummer 1, oktober 2019
In deze nieuwsbrief:
Onderwijsbehoeften leidend in de rekenlessen op Synergieschool
in Roermond Column Innoveerkracht
Agenda
Basisschool De Drie Vijvers in Milsbeek pakt leesonderwijs
integraal aan
Leerkrachten basisschool Steltloper ontwikkelen zich via unieke
monitor
Kinderopvang Spelenderwijs Geleen volgt scholing Communiceren
met ouders
1
3
3
4
6
8
‘Vertrouwen op de ontwikkelkracht van ieder kind’
De Synergieschool in Roermond zet gewaagde stappen om het
onderwijs beter aan te laten sluiten bij de behoeften van
leerlingen. Het flexibel onderwijs van de school trekt tot in het
buitenland bekijks. ‘Ieder kind is hier speciaal’, onderstreept
directeur Jet Dekkers.
Wettelijke voorschriften maakten het voor de Synergieschool
lastig een vorm van onderwijs te realiseren die écht aansloot op de
visie. Toch lukte het een verregaande samenwerking tussen speciaal
en regulier basisonderwijs tot stand te brengen. In de vier units
krijgen leerlingen nu in heterogene groepen les. ‘We kregen er van
de onderwijsinspec-tie groen licht voor’, meldt Jet Dekkers trots.
‘Door uit te gaan van ieders ont-wikkelkracht geven wij uitvoering
aan wat passend onderwijs in onze ogen werkelijk is.’
OnderwijsvisieMet collega-directeur Hetty Belgers staat Jet aan
de basis van de vooruit-strevende onderwijsvisie. ‘Wij vinden dat
onze leerkrachten er verantwoor-delijk voor zijn dat hun onderwijs
goed aansluit bij elk individueel kind. Dus dan moet je als
leerkracht goed weten waar zo’n kind staat op de leerlijn en welke
begeleiding dit van alle team-leden vraagt. Ik maak een diepe
buiging voor de passie die zij daarbij laten zien.’
Lees verder op pagina 2
Onderwijsbehoeften leidend in de rekenlessen
1
Jaargang 18 | nummer 1 | oktober 2019
Nieuwsbrief
-
2
Sociaal-gepersonaliseerd leren‘Binnen onze units wordt veel van
leer-krachten verwacht’, zegt Daniël Fermont, ib’er van Unit 3 (met
kinderen van 7 tot 11 jaar) en coördinator kwaliteitszorg van de
school. ‘Ze moeten zicht hebben op de ontwikkeling van ieder kind,
zodat we verantwoord het juiste aanbod kunnen bepalen.’ Jet vult
aan: ‘Voor ons betekent sociaal-gepersonaliseerd leren dat je voor
ieder kind de lat precies zó hoog legt dat het zich eraan kan
optrekken, altijd binnen de sociale context van een groep. Dat
vraagt voortdurende afstemming.’ ‘Het legt de lat ook voor de
leerkrachten hoog’, erkent Daniël. ‘De vraag ontstond om de
onderwijsbehoeften, bijvoorbeeld op het gebied van rekenen,
specifieker in beeld te krijgen.’
RekenonderwijsIn 2018 start Ivy Bongaerts, senior adviseur bij
BCO, om de school naar een volgende fase te begeleiden. Ze reikt
handvatten aan om het rekenonderwijs goed aan te laten sluiten op
de onderwijs behoeften. Rekengesprekken met de leerlingen waren een
belangrijk middel om deze scherp in beeld te krijgen. Ivy: ‘Zo
bleek uit een rekengesprek dat een leerling niet moet blijven
oefenen op het automatiseren van de tafels maar juist instructie
nodig heeft op de fasen die daaraan vooraf gaan. Leerlingen moeten
eerst begrijpen wat er bij vermenigvuldigen gebeurt om daarna
handige rekenstrategieën te kunnen leren en komen zo uiteindelijk
tot automatiseren. Belangrijk is dat leerkrachten écht
begrijpen welke fasen doorlopen moeten worden om kinderen te
leren rekenen. Hiervoor is een onderzoekende houding van
leerkrachten cruciaal. En dat heb ik op deze school enorm
ervaren!’
Blokplannen rekenenSinds vorig jaar werken de unitteams in
periodes van vier weken aan concrete rekendoelen, die zowel voor de
groep als geheel gelden als op elke leerling afzonderlijk zijn
afgestemd. Jet: ‘Zo zorgen we voor gelijke kansen voor alle
kinderen door een ongelijke behandeling.’ De leerkrachten stellen
daarvoor blokplannen op. ‘De doelen zetten we in het digitale
portfolio van ieder kind’, verduidelijkt Daniël. ‘Samen met de
leerkracht houden kinderen zo hun voortgang bij.’ De met Ivy samen
ontwikkelde kwaliteitscyclus geldt daarbij als een handig
sturingsinstrument. De leerkrachten stemmen de doelen goed met
elkaar af op basis van de onderwijs-behoeften van de leerlingen en
evalueren de opbrengsten met elkaar. Jet: ‘Het mooie hiervan is dat
de unitteams ervaren dat het samen voorbereiden zorgt voor goed
afgestemde instructies. Daardoor ontstaat een doorgaande lijn
binnen de gehele school.’
Doorgaande leerlijnenNa het loslaten van de methodes heeft het
team er bewust voor gekozen Getal en Ruimte Junior als methode voor
het rekenen te gebruiken. ‘Zeker niet om opnieuw slaaf te worden
van de
methode, maar om deze te gebruiken als leidraad’, benadrukt Jet.
‘In de periode dat we zonder methoden werkten, hebben we onze visie
verder ontwikkeld, evenals onze vaardigheden om goed af te stemmen.
Daar profiteren we nu van. De doorgaande leerlijnen zijn in de
methode ingebed, terwijl de unitteams zelf de regie houden en aan
blijven sluiten bij de ontwikkelings-behoeften van ieder kind.’
Daniël knikt instemmend: ‘Zo zorgen we voor een flexibel en passend
leerproces!’
Meer informatie: [email protected]
Gelijke kansen door een ongelijke behandeling
Jet DekkersDirecteur Synergieschool
De Synergieschool kent geen directiekamer. Directeur Jet Dekkers
overlegt in een open ruimte met Ivy Bongaerts en Daniël
Fermont.
mailto:ivybongaerts%40bco-onderwijsadvies.nl?subject=
-
33
Jet DekkersDirecteur Synergieschool
MeedoenWie laaggeletterd is, kan maar met veel moeite meedoen in
onze samenleving. Daarom besteden we in onze scholen veel aandacht
aan taalverwerving. En daar zijn we best goed in. Maar ondertussen
wordt onze samenleving snel, elke dag een stukje digitaler,
technischer, complexer. Wat betekent dat voor het doel om jonge
mensen zich thuis te laten voelen in de wereld van leren, werken en
het alledaagse leven?
Het antwoord is te vinden in het begrip ‘digitale
geletterdheid’, niet voor niets een domein in het nieuwe curriculum
zoals dat op dit moment voor het Neder-landse onderwijs wordt
ontwikkeld. Digitale geletterdheid gaat niet over hippe lessen met
kekke kwisjes, lokalen vol technische snufjes, ronkende robots of
leerlingen die zich qua schermtijd kunnen meten met professionele
pro-grammeurs.
Waar gaat het dan wel om? Om te beginnen om technologie
betekenisvol in te zetten als gereedschap, bijvoorbeeld om je
gericht te oefenen in taal, rekenen en andere vakken. Om informatie
op te zoeken en te verwerken. Zo leer je ge-reedschap gebruiken
door gereedschap te gebruiken. Daarnaast: door wijsheid op te doen,
na te denken en het gesprek te hebben over de impact van
technolo-gie en media op ons dagelijkse leven, nu en in de
toekomst.
Digitale geletterdheid gaat over je gezondheid, je veiligheid,
het respectvol omgaan met elkaar, je met gezond verstand
informeren. En over slimme oplossingen vinden en gebruiken om
(samen) verder te komen met je doelen.
We kunnen het aanleren van digitale geletterdheid niet overlaten
aan het thuisfront. Dan dreigen de verschillen tussen jonge mensen
die wel en die niet mee kunnen doen in de fundamenteel veranderende
samenleving steeds groter te worden. Onze scholen zijn dé plek om
ook aan digi-taalverwerving te doen. Daarvoor hebben we leraren
nodig die mee kunnen doen. Doe, denk en leer je mee?
Column Innoveerkracht
Erno [email protected]
Erno Mijland is publicist, adviseert onder-wijsorganisaties over
innovatie in leren en spreekt en traint rond thema’s als
toekomst-gericht leren, gebruik van media in het leerproces en
slimmer (samen) werken.
Agenda
Je bent van harte welkom.
Inspiratiedag voor het Jonge KindInleider Prof. Dr. Ferre
Laevers
Datum: woensdag 5 februari 2020Tijdstip: 8.45-16.00 uurLocatie:
De Witte Hoeve VenrayThema: Feest
Inschrijven:www.bco-onderwijsadvies.nl/idjk
Jaargang 18, nummer 1, oktober 2019
mailto:ernomijland%40bco-onderwijsadvies.nl?subject=www.bco-onderwijsadvies.nl/idjk
-
4
Tweeënhalf jaar geleden groeide in Milsbeek het besef dat het
technisch lezen beneden peil was. De leesmethode was verouderd en
de opbrengsten vielen tegen. ‘Het waren vaak invuloefeningen’,
blikt Marjan Post terug, toen nog leer-kracht van groep 4. ‘Ook het
opdreunen van saaie rijtjes sprak de kinderen niet aan.’ De
DMT-scores waren laag en te veel kinderen kwamen door de uitslagen
in aanmerking voor een dyslexiebehande-ling. Het zette Marjan en
haar collega’s aan het denken. ‘Dat kan niet kloppen. Iets gaat er
fout.’Een werkgroep, met collega’s uit de onder- en bovenbouw,
besluit dan op zoek te gaan naar een meer geschikte methode. ‘We
lieten verschillende proef-zendingen komen en probeerden twee
methodes in de klas uit’, zegt Marjan. ‘Dit is het ook niet, was al
snel onze conclusie.’
Ze sprokkelen vervolgens onderdelen van verschillende methodes
bij elkaar. ‘We hoopten zo het technisch lezen beter te maken. Maar
het gebeurde hapsnap. En dat voelde niet goed.’
Precisie aanbrengenEr komt een kentering in de aanpak als
adviseur Gert Custers wordt gevraagd een studiemoment te verzorgen.
Hij be-vraagt het team over de aanpakken waar ze tevreden over zijn
en wat er wél goed werkt. Ook wil hij van ze weten wat een goede
instructie bij technisch lezen ‘precies’ inhoudt. ‘Juist precisie
aanbren-gen is belangrijk’, zegt Gert. ‘Als je de doelen scherp
hebt, kun je betere keuzes maken. Dan kun je meer variatie in de
lessen aanbrengen en tegelijkertijd de structuur versterken.’ Hij
gaat met de leerkrachten de klassen in, om ook van
de leerlingen te horen wat zij van de lees-lessen vinden. Het
blijkt een eyeopener.
LeesweekIn het organiseren van een Leesweek brengt het team in
het schooljaar 2018/2019 de gewenste variatie en structuur samen.
Een aansprekende tekst en een thema staan dan een week lang
centraal, zowel voor het technisch als be-grijpend lezen. De
leerkrachten stemmen met elkaar per dag af hoe ze de lessen
aanvliegen. ‘We begonnen bijvoorbeeld met Ralfi-lezen, schaften
flitsboekjes aan en bouwden voort op de methode Veilig leren lezen
om voor een doorgaande leerlijn te zorgen’, zegt Marjan. De
Lees-week levert een succesvolle aanpak op. ‘We werken nu vanuit
één didactiek en gebruiken in alle groepen dezelfde termi-nologie.
Close reading zetten we in om
‘Het is onze eigen methode geworden’
Rijtjes opdreunen. Invuloefeningen. Lange leeslessen… Dat was
het allemaal niet, oordeelde het team van basisschool De Drie
Vijvers. Dus koos het team zijn eigen weg. ‘We zagen toen kinderen
die in no-time drie niveaus omhoog gingen’, zegt leerkracht Marjan
Post van groep 6 en 7.
Basisschool De Drie Vijvers in Milsbeek pakt leesonderwijs
integraal aan
-
5
na het technisch lezen elke keer de tekst op een dieper niveau
te behandelen. Op deze wijze werken we ook gestructureerd aan
leesbegrip. En vanuit het IGDI-model kunnen we de kinderen op alle
niveaus bedienen.’ Met het loslaten van de be-staande methodes
heeft de school een eigen methode ontwikkeld, concludeert Marjan.
‘Er is een groeidocument ont-staan dat helemaal van onszelf
is.’Door de nieuwe aanpak zien Marjan en haar collega’s hun
leerlingen in korte tijd enorm opklimmen in leesniveau. Stagnerende
leerlingen breken door hun belemmeringen heen. ‘De kinderen zijn
vooral trots op hun prestaties. Ze vragen soms zelfs een kopietje
van een tekst mee voor thuis, om daar te laten zien wat ze al
kunnen.’
Marjan PostLeerkracht groep 6 en 7 basisschool De Drie
Vijvers
Collegiale consultatieNiet alleen in de klas heeft het
leeson-derwijs meer structuur, ook als lerende organisatie omarmt
de school een ge structureerde aanpak. ‘We stemmen zaken af in de
wandelgangen, kijken bij elkaar in de klas, maar eens per jaar
pak-ken we ook onze collegiale consultatie op een gedegen wijze op.
We maken bijvoorbeeld een kijklijst, met zaken waarop we letten als
we bij elkaar in de klas kijken. En we stellen onszelf vragen.
Gebruiken we nog steeds dezelfde didactiek? Blijft alles voor de
kinderen herkenbaar? Zien we nog steeds plezier bij ze?’ Ze sluit
af met een vraag waar-mee het team zijn collegiale consultaties
steevast eindigt: ‘En, collega’s, hebben we er nog steeds lol
in?’
Meer informatie: [email protected]
Variatie en structuur komen samen in de Leesweek.
Met het loslaten van de methode heeft de school een eigen
methode ontwikkeld
Jaargang 17, nummer 2, maart 2019Jaargang 18, nummer 1, oktober
2019
mailto:gertcusters%40bco-onderwijsadvies.nl?subject=
-
6
Het rekenonderwijs op de Steltloper kon een paar jaar geleden
wel een impuls gebruiken, zegt rekencoördinator Marga Bastiaens.
‘We volgden de rekenmethode en merkten dat kinderen een trucje
leer-den, daardoor weinig inzicht hadden en rekenen niet leuk
vonden.’ Met Anne van Bijnen, rekenspecialist bij BCO, werd een
intensief verandertraject uitgestippeld. Anne introduceerde het
leerlijnenmodel. Daarbij leert het kind rekenen in vier stappen:
begripsvorming, de ontwikke-ling van procedures, vlot leren rekenen
en automatiseren en tot slot het toepassen van de verworven
rekenvaardigheid in levensechte contexten.
Leerkrachten basisschool Steltloper ontwikkelen zich via unieke
monitor
Durf de reken methode los te laten! Teach the teacherDe rol van
de leerkracht is cruciaal om de
verandering succesvol te maken, aldus Anne. ‘Je volgt niet meer
blind de methode, maar ziet het kind en zijn behoefte. Dat vraagt
veel van de leerkrachten. De school en koepelorganisatie Movare
hebben veel geïnvesteerd in hun ontwikkeling, onder meer via
e-learning, vaardigheidstrainingen waarbij ik een voorbeeld liet
zien met kinderen van de Steltloper, en intervisie.’ Anne en Marga
trokken daarbij continu samen op. ‘In het begin keek ik over haar
schouder mee’, zegt Marga, ‘in de loop van de tijd draaiden die
rollen langzaam om. Gaf ik een leerkracht bijvoorbeeld feed-back
over het aanbieden en voordoen van een rekenstrategie en keek Anne
mee. Nu doe ik alles zelf. Anne komt dit schooljaar nog een paar
keer voor verdieping.’
Leerkrachten van basisschool Steltloper in Kerkrade zijn anders
rekenles gaan geven. Niet langer de methode staat centraal, maar de
behoefte van het kind. Een drastische verandering met een prachtig
resultaat: kinderen vinden rekenen nu leuk en zijn er beter in
geworden. Via moni-toring zorgen leerkrachten en rekencoördinator
samen voor borging en verdere verbetering.
-
7
Monitor geeft inzicht Bij de borging en het verder verbeteren
van het rekenonderwijs speelt de monitor ‘goed rekenonderwijs’ een
belangrijke rol. Deze monitor bevat vijf onderdelen: leertijd,
structureel leerstofaanbod, vak-bekwaamheid, didactisch handelen en
de leerkracht als teamlid en professional. Elk onderdeel bestaat
uit stellingen, waar-op drie antwoorden mogelijk zijn: niet
zichtbaar, gedeeltelijk zichtbaar en zicht-baar. Anne: ‘De
leerkracht vult de monitor zelf in, denkt dus na over het eigen
functio neren en weet waar ontwikkelpun-ten liggen.’ Leerkrachten
met dezelfde ont wikkelbehoeften zijn in groepjes gaan leren met
input van Anne. ‘Zij hebben de resultaten daarvan aan elkaar
gepresen-teerd’, vertelt Anne. ‘Dat was zó mooi om te zien.
Iedereen leert op deze manier van elkaar.’
Successen vieren Dankzij de monitor kan Marga op een eenduidige
manier naar leerkracht gedrag kijken. Ze gebruikt de monitor om
leer-krachten te coachen en feedback te geven. En door alle
monitors ‘bij elkaar op te tellen’ heeft ze een goed beeld van hoe
de school ervoor staat. ‘Als bijvoor-beeld twaalf van de veertien
leerkrachten zichtbaar hebben aangekruist bij de stelling ‘De
leerkracht maakt het doel visueel’, dan doen we het goed op dat
punt’, zegt ze. ‘Dat is een succes dat we vieren. Bij punten waar
binnen de hele school nog duidelijk verbetermogelijk-heden liggen,
voegen we een concreet actiepunt toe.’ Leerkrachten vullen de
monitor twee keer per jaar in. Marga: ‘Eind dit jaar gebeurt dat
voor de tweede keer. Dan kunnen we goed zien op welke punten we ons
ontwikkeld hebben en waar we als school en individuele leer-kracht
verder kunnen verbeteren.’
Meer informatie: [email protected]
‘We weten wat we moeten doen, wat onze kracht is en waarop we
kunnen verbeteren’, aldus Marga Bastiaens.
Loslaten van de rekenmethodeMarga kijkt terug op een bijzonder,
intensief en leerzaam traject. ‘We leren iedere dag bij. Over
leerlijnen, begrips-vorming, rekengesprekjes, didactische vaardig
heden, over het gebruik van werkbare periodeplannen voor kinderen
met dezelfde onderwijsbehoefte, noem maar op. We weten wat we
moeten doen, wat onze kracht is en waarop we kunnen verbeteren.’ En
de rekenmethode? Die ge-bruiken leerkrachten alleen waar dat past.
Want dat is wel het belangrijkste dat ze geleerd hebben, aldus
Marga: het durven loslaten van die methode. ‘Leerkrachten zetten nu
van alles in, van verwondering bij de begripsvorming tot spelletjes
om vlot te leren rekenen. De kinderen vinden het prachtig. Als ik
een leerkracht obser-veer en ik zie hoe kinderen met grote
betrokkenheid de betekenis van breuken onderzoeken en ontdekken,
dan geniet ik echt.’
Jaargang 18, nummer 1, oktober 2019
Leerkrachten gebruiken de rekenmethode alleen waar dat past
Marga BastiaensRekencoördinator basisschool Steltloper
mailto:annevanbijnen%40bco-onderwijsadvies.nl?subject=
-
Vlak na de scholing kon pedagogisch medewerker Kyra Nicolaije
het geleerde al in de praktijk brengen. Ze sprak ouders aan omdat
zij zich zorgen maakte over de spraaktaalontwikkeling van hun kind.
‘Ouders zeggen dan vaak: Ach, dat komt wel’, zegt ze. ‘In het
verleden zou ik daarin eerder meegegaan zijn. Nu heb ik geleerd om
door te vragen. Ik vroeg hoe zij daar tegenaan keken en of ze thuis
een aantal dingen wilden observeren. Dat hebben ze gedaan. Ze zagen
het toen ook. Hun kind krijgt nu logopedie.’
Relatie met ouders verbetertDe nascholing heeft haar veel
gebracht, zegt Kyra. ‘Ik stel open vragen, neem de ouders mee in
wat ik zie. Ik observeer hun reactie en speel daarop in. Ook kan ik
me nu beter in hun zorgen verplaatsen.’ Ook de relatie met ouders
verbetert door haar nieuwe aanpak, merkt ze. ‘Ouders beseffen dat
ik een professional ben die het beste met hun kind voorheeft.
Moeilijke gesprekken blijven lastig, maar ik voel me zekerder.
Thuis gebruik ik de geleerde technieken ook!’ Elke cursus is
maatwerkOok de andere deelnemers van Spelen-derwijs zijn positief
over de cursus, zegt teamleider Marian Hambeukers. Over de inhoud
én de lesvorm. ‘Je krijgt een theoretisch kader maar leert vooral
de praktijk. Je oefent in rollenspellen met collega’s en krijgt
goede feedback, tips en handvatten. BCO luistert goed wat de
behoefte is, daar stemmen ze de cursus op af. Dat is fijn
samenwerken.’
‘Ik sta steviger in mijn schoenen’
Meer informatie: [email protected]
Stel: een kind blijft achter in de ontwikkeling. Hoe vertel je
het de ouders? Hoe ga je om met weerstand? En hoe zorg je dat ze
ook thuis met hun kind werken? In de scholing Communiceren met
ouders leerden medewerkers van kinderopvang Spelenderwijs in Geleen
het.
Colofon
Teksten: Ruud van der Donk Marc van de Ven Erno Mijland
Fotografie: Petra Lenssen
Vormgeving: DimCoppen
BCO Onderwijsadvies en -ondersteuning
Tel. 077 351 92 [email protected]
www.bco-onderwijsadvies.nl
Locatie VenloWylrehofweg 11 5912 PM Venlo
Locatie Maastricht Amerikalaan 70E 6199 AE
Maastricht-Airport
Locatie Helmond Cacaokade 15705 LA Helmond
8
Scholing Communiceren met ouders
Marian HambeukersTeamleider kinderopvang Spelenderwijs
Jaargang 18, nummer 1, oktober 2019
Je krijgt een theoretisch kader maar leert vooral in de
praktijk
mailto:jovangelder%40bco-onderwijsadvies.nl?subject=