1 AMPUTATIE VAN EEN ONDERSTE LIDMAAT Met deze brochure willen we u wegwijs maken in het proces die u zal ondergaan bij een amputatie. Hebt u nog vragen, dan kan u bij uw behandelende arts, uw verpleegkundig consulent sarcomen/bottumoren of bij uw poliverpleegkundig terecht. 1. Het amputatie niveau 2. De operatie 3. De opname op de verpleegafdeling 4. Risico’s en complicaties 5. Wondherstel en revalidatie 6. Kinesitherapie 7. Ergotherapie 8. Ontslag uit het ziekenhuis 9. Revalidatie 10. Het terug behalen van rijvaardigheid 11. Een overzicht van websites en patiëntenverenigingen
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
1
AMPUTATIE VAN EEN
ONDERSTE LIDMAAT
Met deze brochure willen we u wegwijs maken in het proces die u zal ondergaan bij
een amputatie. Hebt u nog vragen, dan kan u bij uw behandelende arts, uw
verpleegkundig consulent sarcomen/bottumoren of bij uw poliverpleegkundig terecht.
1. Het amputatie niveau
2. De operatie
3. De opname op de verpleegafdeling
4. Risico’s en complicaties
5. Wondherstel en revalidatie
6. Kinesitherapie
7. Ergotherapie
8. Ontslag uit het ziekenhuis
9. Revalidatie
10. Het terug behalen van rijvaardigheid
11. Een overzicht van websites en patiëntenverenigingen
2
1. Het amputatie niveau
Een amputatie is een ernstige, onherroepelijke ingreep. Ook voor een chirurg is het
heel moeilijk om het besluit tot amputatie te nemen. Het is een ingreep die alleen
uitgevoerd wordt als het echt niet anders kan. De chirurg bekijkt zorgvuldig in overleg
met de revalidatiearts wat het beste amputatieniveau is. De plaats van amputeren
is namelijk bepalend voor het functioneren in de toekomst, met een prothese. In een
voorbereidend gesprek bespreekt u met de chirurg en/of de revalidatiearts welke
opties voor u mogelijk zijn.
Beenamputaties kunnen op zes niveaus uitgevoerd worden.
De amputatie kan gaan door:
de voet
het onderbeen
de knie
het bovenbeen
de heup
het bekken
De drie meest voorkomende amputatieniveaus zijn de onderbeenamputatie, de knie-
exarticulatie en de bovenbeenamputatie. De basisprincipes voor de behandeling na
de operatie zijn bij alle amputaties vergelijkbaar.
3
Bovenbeenamputatie (transfemorale amputatie)
Deze amputatie is afhankelijk van de tumorlokalisatie, hoe meer bot/lengte
bewaard kan worden, hoe beter.
Traplopen en buitenhuis lopen met een prothese is vaak mogelijk. Sommige
mensen maken daarbij gebruik van een hulpmiddel (wandelstok of kruk).
Stappen kost wel meer energie, uw mogelijkheden worden wel mede bepaald
door uw algemene toestand.
Amputatie door de knie (knie-exarticulatie)
Dit is een amputatie door het kniegewricht. Het onderbeen wordt als het ware
van het bovenbeen gescheiden. Op die manier bekomt men een lange
amputatiestomp met goede mogelijkheden om een prothesekoker aan op te
hangen. Een nadeel is dat de protheseknie lager staat dan de gezonde knie
van het andere been. De instrumentenmaker zal onder de stomp een
protheseknie moeten plaatsen. U krijgt als het ware een verlengde knie en dus
een verlengd bovenbeen. Dit is vooral te zien als u zit. Door het onderste deel
van de prothese hieraan aan te passen, zorgt de instrumentenmaker ervoor
dat de beide benen uiteindelijk even lang zijn.
Onderbeenamputatie (transtibiale amputatie)
Deze amputatie komt het meest voor. Het niveau van de amputatie wordt
bepaald door het letsel en de conditie van uw been. Bij deze amputatie kunt u
in principe deelnemen aan alle activiteiten van het dagelijks leven: stappen
met een prothese zonder hulpmiddel (wandelstok of kruk), traplopen en ook
sporten (afhankelijk van de prothesevoet!).
4
2. De operatie
Bij een operatie is het belangrijk dat er een zo goed mogelijke stomp wordt
gevormd, stevig en geschikt voor het lopen met een prothese. De ingreep vindt zo
plaats dat na de amputatie de huid rond de wond kan worden dichtgevouwen.
De chirurg vormt met huidsneden twee huidflappen. Deze worden zo gemaakt dat de
ene langer is dan de andere. Hierdoor kan de langere huidflap, over het kortere
gelegd worden. De spieren worden vervolgens op een hoger niveau doorgesneden
en het bot wordt tenslotte weer iets hoger afgezaagd.
Hiermee ontstaat een stomp. De bloedvaten worden afgebonden en de zenuwen
worden zo hoog mogelijk doorgesneden. Hiermee wil men voorkomen dat de
zenuwen in het littekenweefsel bekneld raken, waardoor hevige pijn kan optreden.
De huid met het onderliggende weefsel wordt vervolgens gesloten.
De ingreep duurt afhankelijk van de plaats 1 à 2 uur.
DE VOORBEREIDING
De arts bespreekt de operatieprocedure van tevoren met u. Tijdens dit gesprek legt
de arts onder meer uit op welke plaats de amputatie zal plaatsvinden. Deze plaats
wordt bepaald door de locatie van de weefselschade en door de prothese die na de
amputatie moet worden aangemeten.
Een goede voorbereiding is van levensbelang:
Het overlopen van al de thuismedicatie met de chirurg, indien u
bloedverdunnende medicijnen gebruikt zal met de chirurg overlegd worden
hoe lang u voor de ingreep met deze medicijnen moet stoppen.
Zorgen voor een zo goed mogelijke conditie.
Om uitgerust te zijn voor de operatie is het belangrijk dat u van tevoren
gezond eet, een goede nachtrust en voldoende ontspanning heeft.
Indien u rookt zal u met drang gevraagd worden om te stoppen. Roken
vertraagt de wondgenezing, wat vooral bij een amputatie erg belangrijk is.
5
Er wordt aangeraden om losliggende tapijten tijdelijk te verwijderen om
valaccidenten te voorkomen.
U hebt een gesprek met de revalidatiearts die u na de operatie begeleidt bij het
omgaan met de prothese. Zo wenselijk kan gevraagd worden of een gesprek met
een lotgenoot mogelijk is.
Psychologische begeleiding kan nuttig zijn aangezien een amputatie een
ingrijpende gebeurtenis is, echter noodzakelijk en in vele gevallen levensreddend u
kunt praten met de oncologieverpleegkundige op het verpleegkundig oncologisch
spreekuur over de psychische belasting die de ingreep met zich meebrengt.
Een amputatie is een chirurgische ingreep met een verminkend effect voor de
patiënt. Het verlies van een lidmaat is één van de schokkendste ervaringen die een
mens kan overkomen. De acceptatie van het verlies van een lichaamsdeel wordt
vaak vergeleken met een rouwproces. Iedereen verwerkt de amputatie op zijn manier
en dat heeft tijd nodig. Het is letterlijk en figuurlijk zoeken naar een nieuwe balans in
uw leven.
U kunt ook begeleiding krijgen van een medische psycholoog of een
maatschappelijk werker als u daar behoefte aan heeft.
3. De opname op de verpleegafdeling
WAT BRENGT U MEE NAAR HET ZIEKENHUIS?
Als u medicijnen gebruikt vragen we u om deze in hun originele verpakking
mee te nemen.
Indien u nog resultaten van onderzoeken heeft gelieve deze mee te