Top Banner
1 Poëtisch Samenspel Gedichten in verhaallijn Laurens Windig & Erna Muermans
107

Poetisch samenspel

Mar 28, 2016

Download

Documents

Laurens Windig

Poëzie van Laurens Windig en de Vlaamse dichteres Erna Muermans. De verhaallijn belicht het delen van gedichten via Internet poëzie-sites door heteroniemen.
Welcome message from author
This document is posted to help you gain knowledge. Please leave a comment to let me know what you think about it! Share it to your friends and learn new things together.
Transcript
Page 1: Poetisch samenspel

1

Poëtisch Samenspel

Gedichten in verhaallijn

Laurens Windig & Erna Muermans

Page 2: Poetisch samenspel

2

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de schrijver. No part of this poetry may be reproduced in any form, by print, photo print, microfilm or any other means, without written permission from the writer: ©® Laurens Windig & Erna Muermans,

©® Internet: http://enneke.punt.nl/ ©® Laurens Windig

Internet: http://fly.to/laurens.nl ©® Enrico Lommerte pdf en dichter

Internet: http://lommerte.wordpress.com/

Page 3: Poetisch samenspel

3

Erna Muermans en Laurens Windig Erna en ik hebben elkaar voor het eerst ontmoet

op een dichtersmeeting in België 29 maart 2003. Deze bijeenkomst werd georganiseerd door ‘Gedichten Freaks’ een website waar men zelf gedichten kan publiceren samen met duizenden andere schrijvers. Door de jaren heen ontmoeten wij elkaar ook regelmatig op andere poëziesites en ontstond onze dichtersband: wij zijn nu goede vrienden. In samenspraak met Erna Muermans Is overeengekomen haar reeds bestaand werk samen te voegen in mijn verhaallijn: haar gedichten in dit bestand zijn cursief weergegeven. Mijn poëzie is opeenvolgend onder het lezen van haar werk ontstaan en werd deze minibundel langzamerhand geboren.

Page 4: Poetisch samenspel

4

Laurens Windig [1943] Amsterdammer die zich er niet van kan weerhouden humor een plaats te geven in poëzie: serieus werk boeit hem evenzo. Vooral vrije poëzie fascineert hem uitermate omdat er geen beperkingen zijn van een vast stramien en gebruikt hij rijm wanneer het op de meest onvoorziene momenten opduikt. Interacties met collegae zondagschrijvers kunnen extra bijzonder zijn zoals dit werk met Erna die hem inspireert naar nieuwe schrijverijen. Hun overeenkomsten betreffende impressies die raken, vooral seizoenen en mensen om hen heen.

Page 5: Poetisch samenspel

5

Erna Muermans [1951] Poëzie van de Vlaamse schrijfster treft in het bijzonder omdat zij de ragfijne draden van gevoel weet te raken. Of je wilt of niet sleurt zij je mee door wat er dagelijks binnen en buiten haar leeft. Zij houdt een spiegel voor waar ieder mens zich in zal herkennen. Zij zegt: ik schrijf omdat ik graag schrijf! Soms is het emoties van me afschrijven, meestal is het stilstaan in momenten maar vooral zijn het de mensen om mij heen. Zij raken mij en dat wil ik vastleggen op papier. Het is een soort van gedrevenheid en een drang naar meer. Ik lees ook graag poëzie vooral waarin puur gevoel in essentie wordt weergegeven. Kom maar dichterbij door te lezen wat me roert dan merk je het…

Page 6: Poetisch samenspel

6

Een gat in de lucht gesprongen poëzie als website wakker werd ben vroeg uit bed gedwongen pc en sterke koffie klaar gezet kon mijn gedichten zomaar plaatsen reacties uit hetzelfde hout gesneden die hun werk konden weerkaatsen schone zinnen mochten smeden letterkunst het land in kunnen zetten wat zijn geschreven zinnen waard mijn inspiratie greep naar sigaretten kreeg dit muisje nog een staart?

Page 7: Poetisch samenspel

7

wat ik las was ongelooflijk zo schitterend met fraaie woorden ook dat ik dacht: hoe is het mogelijk men poëzie zo kan vermoorden woorden die niet eens bestaan was ik nu stapelgek aan ‘t worden? dat zelf bedenken hoog kan staan later ben ik er mee eens geworden mijn groenegrasmatras verbonden ter plekke -meer verzonnen raakte door ontdekking opgewonden soms werd het iets te onbezonnen

Page 8: Poetisch samenspel

8

iemand reageerde als een tijger toen ik zomaar aanelkaar schreef: een domme reiger in mijn vijver die met zijn snavel in de hik bleef had ‘ie maar niet zo moeten vreten aan mijn goud Japanse Koi vis die hier zo moeilijk valt te kweken het was een dooie droefenis heb ‘m letterlijk een schop gegeven geblèrd; als -jij nu eens een vijver had was er geen goudvis meegegeven neergestreken omdat ‘ie op je kind zat

Page 9: Poetisch samenspel

9

doch dit soort dingen maak je mee het is geweldig fans te krijgen moet niet met jan en alleman in zee dus moet het wel beperkt blijven je leest van alles op zo’n site liefde en emotievol soms bitsig ’t laatste woord met slipjes zwaait want sommigen die zijn zo hitsig had laatst een gedicht gelezen van een chique witte oude barones die niet altijd deftig wilde wezen over de rand met een seksexces

Page 10: Poetisch samenspel

10

dacht meteen zal ik er eens op ingaan reageren op alle buitensporigheid o had ik het maar niet gedaan zij vond alles zalig: ik had eeuwig spijt onmogelijk van die jonkvrouw af te komen zij schreef elke dag: toe kom er op dat mens lag van mijn pen te dromen haar gehele wereld stond al op de kop een ander offerdier meldde zich aan onder de seksistische gedichten ik zag die vent al voor haar staan zij de boel nauwkeurig onderrichten

Page 11: Poetisch samenspel

11

zo kon ik wel uren hemelurmen afbrekende respons niet van de lucht wilde mij in haiku tanka wurmen doch die vielen in mijn twijfelzucht door het strak patroon snel uitgeteld voelde ik iets meer voor romantiek vrij te dichten niet door rijm gekweld komt lichter binnen althans in -mijn optiek de liefde is mij altijd goed gezind spreekt vrouwen en de mannen aan is gehaat en evenzo bemind waar komt zo’n kronkel toch vandaan?

Page 12: Poetisch samenspel

12

op een hagelwitte lentedag binnenwarmte zacht de hersens streelde nog eens -de poëziesite overzag las ik Summer die mijn hart bespeelde van kop tot teen werd ik geroerd zoog zinnen door het schrijven heen mijn poes en kater leken flink ontroert zij volgen haar zoals zij scheen tolde heftig rond in een -lucide droom kapot was ik door het gejakker slaaplopend in mijn nakie zonder schroom schone woorden aaiden wakker

Page 13: Poetisch samenspel

13

nou niet dat ik verliefd was wel op haar esthetiek in dichtkunst ogen bijeen zong ik in het gras laat mij weerklinken in uw gunst zag een schim van prille bloemen als achtergrond de blauwe lucht zacht geluid van bijen zoemen bries die langs mijn wimpers zucht haar lyriek liet ik in proza bijval geven zodat ons werk er samensmolt moderne tijd laat romantiek herleven men onder lezen amper knikkebolt

Page 14: Poetisch samenspel

14

liet blijken dat haar werk bekoorde poëtiseren dingen mooier maakt woest bleek intenser te verwoorden schrijven literair de kern raakt er sprong een nieuwe wereld open waarvan zij de gouden sleutel had die wenkte: niet had durven hopen onder dichten door de tijd vergat zij werd mijn grote inspiratiebron gevonden in alles wat zij schreef bleef niet hangen en veel verder kon niet binnen zelfde woorden bleef

Page 15: Poetisch samenspel

15

Als de zon in een slapende plas water de ochtend aankondigt en ik de avond nog in mijn ogen weet dan bruist de lente door mijn aders bij een vrolijke kinderkreet alsof vogels en vlinders fladderen in mijn wee gevoel knisperen voile briesjes, de geur van tederheid en roze ruikt zo zoet ik ontmoet een nieuw gevoel of was ik het vergeten hoe een kind de ziel raakt van het gemoed. Summer

Page 16: Poetisch samenspel

16

Reflecteer mij in het kind dat nog moederwarm en sluimerzacht van onbesef wiegt in pure liefde van het kleinste hemelbed op wielen het voelt in oma’s zachte handen die leiden en omhelzen naar de korte weg van groei naar groot welke trachten af te remmen naar een nieuwe tijd haar kleinkind trager van haar schoot afglijdt. Ero

Page 17: Poetisch samenspel

17

Ik zag mijn huis nog nooit zo kaal terwijl chaos rondslingert op tafel, zetel en stoelen ik bid de kabouters die blijven hangen aan een pint en hef het glas op betere tijden zij hebben niet te lijden onder druk maar genieten met de glimlach van een kind het blijft rommelen in dit gedicht en thuis is op zoek naar gezelligheid in slepende autoritten en grijze mist het zal een eeuwigheid duren voor mijn ziel zal rusten en wennen aan woorden als een zucht bij het oprapen van voor de voet en als zij moet gaan slapen. Summer

Page 18: Poetisch samenspel

18

En dan komt jouw betovering weer boven waar jij als vrouw zo sterk in bent waar ik, doch niet als alle mannen, zo kwetsbaar ben geworden dat jij, het -werkpaard ook je arbeid in wilt laten gelden: dwing hem ziet dat de bank hem heeft genomen op het werk en bij zijn -thuis ruk hem er af…op naar ‘t fornuis! laat zien zijn tijd niet rust zoals de jouwe: wie brengt de kinderen groot? naar school, het zwembad, en de club? jij de vuile was doet, eten kookt en dan naar bed, ja het bed als brandpunt zo belangrijk; zoals hij zegt maar stel je op als Lysistrata dat heb ik ondervonden hoe het moet en niet moet; zegt ‘ie als zijn paal boven water staat zeg gewoon dat jij weer hoofdpijn hebt! Ero

Page 19: Poetisch samenspel

19

Nazomervrouwen pluk je niet uit bomen maar uit het prille ochtendgloren net geboren uit een nacht waar de maan zijn volheid heeft verloren daar schuilt de zon nog in een vacht alvorens door de dag te boren nevelluchten spreiden hier blauwe velden open. Summer

Page 20: Poetisch samenspel

20

Het was nog lente toen ik jou daar zag doch later op de dag… misschien allang geboren als een schim de maan had zich getransformeerd in zon waardoor ik werd verblind ik jouw ogen er ontdekte al had ik jou nog nooit gezien; zelfs niet op een kiekje nog steeds dansen smiespelende nevels over velden vol van poëzie waar kinderen hun bellenblazen: steek je prik je -pats hun tijd benutten; zie wat jij niet ziet zoals -wij in ‘t poëtisch samenspel. Ero

Page 21: Poetisch samenspel

21

De oudjes worden hier zo gezet gezicht en neuzen naar elkaar gericht dat tafelen gezellig maakt als woorden zouden gesproken zo naast en tegenover zitten lijkt het of ze mekaar niet mogen kijken, grabbelen in een bord wachtend tot de boterham komt naar hun mond waar taal vergeten of verdwenen nog dicht en opengaat in een zwijgzame reflex ik wil wel spreken mijn keel snoert toe als ik na meermaals pogen een verdwaalde glimlach zie op een besmeurd gezicht. Summer

Page 22: Poetisch samenspel

22

Hartverscheurend hangen zij in zetels onwetend van hoe schrijnend dode sleur geheugen kan vermoorden: in hun uppie uitgedamd met pepermuntjes op de blokjes van het Brabantsbontetafelkleed kreten sluiten deuren luid zodat de -posten met hen kreunen er loopt een chique dame rond mij heen wezenloos: in kraag van Brusselskant staart ze me aan en vraagt mijn hand dacht dat zij ‘m kussen wilde; felle beet en gilde…! ben jij het Hilde? geschokt jankte ik mijn tranen op de achtergondtragiek wat ik niet wilde, bij mij is -wel besef waarin ik denk dat tranen niet voor niets zijn zodat ik nooit behoef te schamen voor hetgeen de goede God mij gaf: tranen zijn er niet voor niets en voeren de emoties af~~~~~~~~~ Ero

Page 23: Poetisch samenspel

23

Denk je dat het anders kan doe het mij dan even voor het leven lijkt een koekenpan denk je dat het anders kan je klutst de eieren met zwang en wat peterselie tussen door denk je dat het anders kan doe het mij dan even voor. Summer

Page 24: Poetisch samenspel

24

Neem nou pannenkoeken bakken had altijd heel veel ongemakken en vooral om ze met spek te keren nou wil ik niet beweren dat het zonder hort en stoten kan want ze vlogen uit de pan op een keer zag ik ze niet meer heb overal gezocht in elke hoek en bocht, onder de stoelen scheve bekken moest ik trekken waar was nou toch die pannenkoek? begon te bekkentrekken van ellende ik geen plek met spek herkende misschien gebonden om de kat? mens het was een vreselijk stampei wat denk je? hoe dichterbij de muur ik kwam sloeg een grote vlam vurend in de pan en hoe sterker hij toen rook logisch ja: hing ‘ie in een spinnenweb achter oma’s schilderij. Ero

Page 25: Poetisch samenspel

25

Het deed een belleke rinkelen niet de enige die sigaretten mocht koffiegruis deed oogjes twinkelen omgeroerd in wat fantasie ook zocht mijn woorden onuitgesproken ingetikt op het clavier van mijn gedachten dat iemand ze verstond, ingeblikt op commentaar lag te wachten verslavend drukken “send” en “gepubliceerd” als de hond van Pavlov zou leren smoren rook tot prachtige zinnen formuleert kwispelstaart ik als poëet, ben herboren. Summer

Page 26: Poetisch samenspel

26

Ach, de hond en ik produceren speeksel alvorens een heerlijk maal wordt opgediend alleen al de reflexen van de geur en ‘t lokken van de vretensbak; het Engelse servies zelfs enthousiasten spuwen spreeksel voelt en ziet men niets wat is verdiend werkte ooit met Zweedse boerenkinkel die kwijlde bij het zien van rat aan spies niet dat het zo walgelijk is doch smaak? heb het vaak bij uiers van een flinke koe zucht daarna dan op mijn bed: dood moe nieuwe dag die -schrokt is raak! Ero

Page 27: Poetisch samenspel

27

De voortuin moet gewied vogelvoer hangt voor het raam de poppen speels, toekijkend wat zouden ze anders doen stil voor het fatsoen haasjeover in de lucht een bal rechtsonder en dan madame Filomène alsof ze de toeschouwer minacht in een pose van hallo zie mij in 't kant naast de gewone klant het bevreesde meisje lange steltenbenen kleine knotsknietjes platvoets maar interessant de rozenlaar bloeit naast de gouden regen. Summer

Page 28: Poetisch samenspel

28

Bewogen streelde zij mijn ogen er was enige herkenning had ik haar eerder ook gezien? onbewust keek ik naar lange mooie benen en dat zag ze toen hallo als groet klonk zonk ik dieper in de tijd terug een vreemdeling omhelsde haar met Filomêne er ging een lichtje branden was dit het bange meisje met de knietjes nu als schoon geheel en zonder gêne? Ero

Page 29: Poetisch samenspel

29

Ik wist dat het onderspit te delven was ijzeren staven graven boren hels lawaai vliegende schoppen hopen heuvels op tot bergen breken zal je als demonen braken kraken zul je in het vrome van de geest je lijf zal nooit meer slapen de blauwe maan gaat altijd in verweer zonder regels zonder protocol elektrisch en achter glas. Summer

Page 30: Poetisch samenspel

30

Jij wilt mijn geld en ook mijn leven of alleen mijn vrije mening? luister nou eens even of is het enkel geven wat jij wenst? weg met dat mes uit harde handen met dien verstande, overleg is uit te sluiten: snij jij dan nu mijn strot door? als het getij doet keren en rollen draaien praat jij dan ook rustgevend net als ik of zoek je hulp van netzo vrienden voel jij je nu vervloekt alleen? Ero

Page 31: Poetisch samenspel

31

Ze luistert naar de raven die haar verdriet niet sparen waar zou ze woorden halen onder akkerkluiten bedolven bewogen bestuift ze verleden zij ziet de wijdsheid van de velden en laat het hart verdwalen bij de werkers op de aarde wroeters die gebaren van kromme aas in klei en leem misschien willen zij alleen het blauw bewaren dat de zwarte veren smeert tot git en anders talen lees het in de namen over het kerkhof verdeeld. Summer

Page 32: Poetisch samenspel

32

Vrede en stilte overvielen of er niemand op de wereld was dan ik alleen; treurde daar niet om, het licht draaide met mij mee zerken gaven rust en evenwicht er vloog een zwarte merel mij vooruit die telkens omzag of ik iemand zocht en niet kon vinden, het was net of zij mij leidde naar de plek die ik graag zocht zij zong een hooglied naar de bomen, iets wilde zeggen: ben wel zwart maar lief en heel zachtaardig, strijk maar op die kleine bank en ik ging zitten pen en papier kwamen tevoorschijn doordacht verlengstuk van de geest welke woorden mij het beste lagen en mondde uit in dit gedicht; vloeide mijn ontroering. Ero

Page 33: Poetisch samenspel

33

Vandaag is helemaal blauw het blauwe blue blauw stil blauw voorafgegaan de lucht op deze lentedag weerkaatst in kabbelend water een mengeling grauw en wit en het blauwe blue blauw nestelt in de veren van de kirrende stadsduif op zoek naar een droompaleis verdronken of vervlogen maar vederlicht dichtbij. Summer

Page 34: Poetisch samenspel

34

Het blauw waar jij in ’t wit mee schrijft waar ik mijn moeder in herken met al haar felheid in de ogen van de liefde voor mijn vader en ons nageslacht toen zij ter wereld kwam ging ook haar stamboom mee als Grietje Blauw met haren wit zoals haar moeder ook als Grietje Wit beschreven staat… zo zie je maar en wat een troost dat blauw verbonden is met wit: mijn vadersstam de mijne is waar ergens toch de -W in schuilt als zweempje over donkerblond. Ero

Page 35: Poetisch samenspel

35

Als ik de taal van de stilte die over het wrakhout hangt zou kunnen spreken misschien begrijp ik dan het rimpelende water dat mij meevoert naar vroeger een willekeur die ik niet bepaal waar de stilte naar staart alsof zij woorden zoekt een gevoel rond de maag dat ik leegte, volheid of eenzaamheid zou kunnen noemen maar er is het kraaien van een kind dat me aait me steeds weer haalt uit de mijmeringen van een meisje in een zwart satijnen schortje en in carré gesneden haar op de grote arm van vader zwijgzaam klaart het houden van herkenbaar als eeuwig en God zij dank. Summer

Page 36: Poetisch samenspel

36

Schouders van papa droegen mij naar bed ik huilde omdat mijn linkerbeen was ingespalkt zodat het van krom naar recht moest staan om te sussen had hij een naam bedacht van een grote koning die Sjarrebikatsja heette: maar ik was geen grote koning ‘s nachts ontbond ik die nare spalk mijn leven uit onwetend of het goed was als ik wakker werd zat ‘ie weer omgekneld het been bleef altijd krom en als mijn kleinkind vraagt of ik gevallen ben? verzin ik wel iets moois en zeg dat ik twee aparte benen heb die lieflijk zijn dat ik ze koester want het rechter been vangt de ander altijd op: dan lacht ze. Ero

Page 37: Poetisch samenspel

37

Mijn roots in Vlijtingen, mijn dorp een kern rond de kerktoren, met een slager, een mini supermarkt, de dokter, de scholen en de dekenij, er waren maar twee politieke partijen christelijke boeren en christelijke werklui de kinderen speelden trefbal verdeeld in deze kampen op het plein, elk huis had zijn moestuin, groenten werden geteeld niet gekocht, het vlees liep levend rond tot het geslacht afgestorven, gepekeld, in geurende potten op tafel kwam en dan was er de tuin van mijn vader hoge fruitbomen waartussen schapen en varkens liepen, voor eigen gewin en voor de verkoop, extra studiegeld: de kroost die het beter hebben zou dan zij

Page 38: Poetisch samenspel

38

wij leefden aan de uitlopers van het dorp dat omgeven door heuvelige akkers ons zichtveld verruimde naar wijde horizonten, In de lente geurende bloesems van alle soorten tussen de velden door een rijkdom zoals we later beseften, toen was dat allemaal gewoon, de kilometers te voet met een lange rij kinderen die moesten meegenomen naar school, de vriendjes voor het leven en de hond Teddy op de trottoir bij Lis waarvoor wij allen beefden, de vele dorpen met hun kerktoren, waar uilen en sperwers zich graag verscholen en dan was er de taart van mijn moeder negen vlaaien in een oven, dat was zaterdag corvee, met wat geluk, was er overschot van deeg, knapperende appelflappen een feest. Summer

Page 39: Poetisch samenspel

39

Haalde fragmenten uit mijn jeugd naar boven welke ik alreeds beschreef op schijven van herinneringen ze in vreugde telkens weer opnieuw beleef herken ondermeer de dokters en de scholen als onuitwisbaar sterk geplante dingen oude tantes in hun christelijk korset strak tussen de ballijnen van gezangen zingend op de zondag oversteeg eens hun grijze hoedjes opgezet, fantaseerde op een catwalk door hun gangen zij gierde, ik als Elvis ‘t op de heupen kreeg en natuurlijk ook mijn woonomgeving bij mij behoorde als een kop en kont nog zing ik mee met ‘opent uwe mond!' na het dinergebed lachte zij wat licht hautain ‘sinds Marie mijn zus, er niet meer is dek ik zelden meer voor twee personen meestal alleen nog voor mijzelf’

Page 40: Poetisch samenspel

40

onbevangen als een kind vroeg ik: ‘waarom bent u nooit getrouwd?’ ze verslikte zich in het voorafje fluisterde in verschoten kleur: laat ik je in ’t geheim vertellen…. ‘ik was eigenlijk te mooi, had lang en lichtblond haar knap opgestoken, slank van lijf en leden zodat de rij van nette heren mij niet durfde vragen: bang, dat ik ze af zou wijzen jij zult het niet begrijpen jonk, nog heel wat willen leren natuurlijk wilde ik zo graag als bruid aan vaders arm naar het altaar toe gesleurd, was gelukkig niet zo snel getreurd had een zalig, zalig heel vrij leven heeft me nooit en te nimmer echt berouwd. Ero

Page 41: Poetisch samenspel

41

Ik weet niet of er een lied bestaat dat de melancholie wil bezingen die mijn ogen sluit en meevoert naar jouw zuchten aan mijn zijde dat me tot leven beweegt als vrouw wachtend op een tastbaar teken nauwelijks een glimp laat zien me voelen laat hoe in herinnering ons beeld van liefde smaakt zonder het gemis. Summer

Page 42: Poetisch samenspel

42

Ik ga met jou opzoek ‘t zal niet eenvoudig zijn want er zijn duizenden songs die jij met beide handen aan wilt grijpen achter de titel zoeken naar de inhoud is te veel: titels alleen zeggen niets het lijkt mij een goed plan als ik er eentje voor je schrijf en als het je niet zint zing je het gewoon voorbij: lees het… missen benoem je ‘t te zwaar wij waren lieflijk helemaal klaar opgenipt tot op de glazen bodem van ons hart: zelfs daar was alles schoon hebben passie geproefd en gegeten gedronken tot de wijn zoet bleef kussen als bloemen op onze lippen eeuwig kleurden: herken de liefde van hem en van jou. Ero

Page 43: Poetisch samenspel

43

Als je in stilte luistert hoor je voeten zompig, woorden in de grond verdwijnen alsof de bladeren paren met de wind en tussen het geritsel de fluistering van een wiegenkind het wuift de zomer uit praat met wolken en regen de zon lacht verlegen verzwegen wordt de kracht waarmee winter bijt straks geluidloos knarst. Summer

Page 44: Poetisch samenspel

44

Nu de lente zich na vele malen toch heeft neergestreken op toentertijd takken nog kaal waren toegedekt hun witte deken af te doen groen de kracht gaf op te knappen knoppen uit de slaap gewekt zon zich verlegen over de drempel heeft gedragen zompen liet verdrogen bijen met de bloemen paren ondanks wolken en de regen wiegen van de zomer naderbij komen dromenfluisteraars elkander tegen op de vleugels van de stille wind dodijnend rond het kleurrijk groen. Ero

Page 45: Poetisch samenspel

45

Als je van steen was zou ik huilen nu wil ik schuilen met mijn gezicht in het mulle zand tot de kilte voelbaar zoekt naar helmgras een laatste strohalm stijf en stug zucht in de wind en als een kind de zee stilaan bedaren stranddribbelend aaien wat er ver zoet en ver zacht tot rust gebracht. Summer

Page 46: Poetisch samenspel

46

Neuriënd zwieren zacht bruisen op de zeewind wervelend helmgras. op duinen wenken zie hier met kromme ruggen als de storm straks volgt schuimend water prachtig vindt koppen zijn gezwind draai dan rustig even om de stuwkracht van de zee te zien oceanen brengen vrolijkheid maar evenzo intens verdriet vooral als men het leven laat weggevaagd zich terug kan trekken o de zee is wispelturig. Ero

Page 47: Poetisch samenspel

47

Ken je Leukemieke al een rare meid met een slangetje in haar arm en een kale knikkerbol met haar ben ik bevriend, ze is zo lief zij is mijn allergrootste hartendief ze is ziek iets met haar bloed maar vandaag gaat alles goed Carsinoompje noemt ze mij ik ben ook zo een marsmanneke net als zij heb ik een kale knikkerbol ik sjees door gangen van het ziekenhuis een kerstboom op wieltjes gebonden aan mijn linkerarm ik ben ziek maar vandaag gaat alles goed de cliniclown komt op bezoek dan zie ik Leukemieke weer en geef ik haar een zoen. zo af en toe maken wij lol en vergeten wij onze pijn misschien zullen we later alletwee genezen zijn

Page 48: Poetisch samenspel

48

dan geven we een groot feest voor ons voor onze pa en ma en voor de vriendjes allemaal lief dagboek, een beetje bang ben ik wel dat ik of Leukemieke dood zal gaan maar vandaag denk ik daar niet aan. Summer

Page 49: Poetisch samenspel

49

Draag de cliniclowns op handen met hun rode neus tussen ons groeien er banden van blijheid, ja ’t is heus dan springen zij en capriolen voor het bed ze toeteren met gekke bekken tetterdetet tetterdetet weten iedereen te trekken naar wat vrolijkheid dan gaan ze op hun kop staan doorgaan, doorgaan steeds weer verder gaan nu valt er eentje in spagaat ook clinicool wil dat gaan doen

Page 50: Poetisch samenspel

50

o wat zijn de kinderen blij ze geven hem een dikke zoen omdat het clinicool niet lukte proesten, gieren, brullen nu staat clinikaatje in de rij ze liggen dubbel van het lachen clinicoen wil het een keertje doen hij bukte, bukte, bukte sprong zijn broek weer uit de naad de zuster wilde zoiets niet; werd kwaad zodat de dokter maar us gaat spring maar, spring maar, zing maar de dokter springt tot het plafond daarna valt ‘ie op zijn dikke kont cliniclowns liggen bulkend op de grond! Ero

Page 51: Poetisch samenspel

51

Kruipen schaduwen mateloos sloom langs de muren van de levensavond. zonder schroom winnen ze ruimte op de bleke wand zij moeten gedimd, verjaagd, gesust, gelokt naar de zijkant waar het donker wordt neergelegd in de voorwaak van het slapen beslommeringen raken ingebed zoals de tijd de droom inhaalt de rust de laatste uren tikken laat schildert nevel engelachtig blauw de aanzet van een schimmendicht blootsvoets en op vermoeide benen vallend voor het morgenlicht. Summer

Page 52: Poetisch samenspel

52

Als het flink waait en ik stoei met de slaap tikken takken tegen het raam dansen bladerschimmen over het effen behang op fluitende tonen: jouw papa is ziek, is ziek, is ziek hoe papa het piepen troostend benoemde als huilende kindjes die ik tussen mij oren stopte geborgen naast hem lag ondanks hij een zware astma aanval had tussen hevig gehuil van zijn stervende longen. Ero

Page 53: Poetisch samenspel

53

Hoe doe je dat wanneer je eigenlijk niet wil gaan toch vertrekken zal hoe doe je dat wanneer het hart hier is maar ook daar met een zoet en zacht gebaar hoe doe je dat wanneer vreugde en pijn zich mengen tot de franjes van het echte leven aanvaarden, van dag tot dag leven niet begeven de rugzak opnemen alleen het mooie laten kleven. Summer

Page 54: Poetisch samenspel

54

Het is afweten inpakken en wegwezen op je nek met oude plunje gun jezelf de tijd keer niet om naar alles dat was nu is het leven het doet goed iets nieuws te zoeken wek je groenten in en fruit wek jezelf in naar een nieuw bestaan verzorg hier en daar dat erom vraagt zoek geluk, vooral geluk want het komt niet aangewaaid zoek het, wroet het overal durf een duizendpoot te zijn met velen die je zult ontmoeten op de zoekende weg naar liefde.

Ero

Page 55: Poetisch samenspel

55

in en uitgelogd begrijp ik er niets meer van Summer is foetsie; waar is zij gebleven wist niet wat mij overkwam is zij opzoek naar een nieuw leven? heeft zij haar laatste vers geschreven? mijn ‘opzoek gaan’ als hint aangetrokken? koffer gepakt en weggedreven moet ik raden waarheen; het is gokken! mijn poëzie als reacties onder haar werk te persoonlijk hebben opgevat? zij troont hoger dan de toren van een kerk waar ik alleen als volgeling bad?

Page 56: Poetisch samenspel

56

zit hier gewoon te klooien en waarom? er was een kettingband ontsprongen als een enorm vorstendom van schone zinnen ongedwongen? door mij gedachteloos een weg geopend die zij met overgave heeft gekozen denkelijk met doorlopend onderzoeken poëzie aanbidders hebben uitgeplozen? begrijp dat passie overal te loven staat bij mij te veel vaak op papier als lyriek alleen in ‘t vuur vergaat hier afsterft in digitaal gemier

Page 57: Poetisch samenspel

57

ben ik soms te vroeg met een conclusie welke straks misschien is opgeheven wellicht is het een vrouwenallergie hun kloppend hart er bloot te geven als Summer morgen start met een gedicht welke inspiratie bij me oproept weet zij verdomd goed dat ik ben gezwicht rijmt alles op Chinese kippensoep ze is dol op korenbloemenblauw zal ik ook mijn passie eens beschrijven? als zij wat moeite doet: wat flauw zal geen erotiek met haar bedrijven

Page 58: Poetisch samenspel

58

zij spoorde in wellustigheid niet aan zou een oen zijn als ik daar naar wenk wacht af en staat ze morgen niet vooraan richt ik op een ander poëziegeschenk struin alle sites af die mij liggen waar het eenvoudig plaatsen is ‘k wil nieuwe woorden: wegen wiggen stort niet met onbenullen in het ongewis hoogmoed huist niet in mijn zinnenhoed zo eentje van een goochelaar trouwens een deksel staat me niet zo goed mijn hoofd bedekt zich wel met haar

Page 59: Poetisch samenspel

59

de nacht heeft flink aan mij geknaagd was een gevecht met inspiratie welke vandaag wordt opgevraagd Summer zeg mij: ben ik uit de gratie? trillend als een kromme riet op sterven knal ik de laptop aan en zoek met Google daar staan namen op die zij beërven ben niet zo een spoorzoek joekel ontelbaar zijn de summers daar overal ter wereld en vooral in hete landen hier schijnt bij mij de zon niet klaar ril ik lang met winterhanden

Page 60: Poetisch samenspel

60

inspiratie mij een bron van overvloed leg ik het haastig zoeken neer wat er nu eens snel besloten moet ergens rusten: morgen zie ik dan wel weer doch mijn godin der poëzie was zij die zulk een inspiratie weet te brengen wanneer keert zij bij mij terug als tij zal zij zich opnieuw weer gaan vermengen? geen pillen die naar slaap doen vatten geen drank meer die -alles doet vergeten dan neem ik liever toch de kuierlatten zodat ik alles denkbaar uit kan zweten

Page 61: Poetisch samenspel

61

wonderbaarlijk was de nacht welke zondermeer mij rust kon geven niemand op mijn nickname wacht laat ik mij de ware terug gaan geven wat zegt op zo’n site naam Ero nou? laat mij maar zijn die ik -echt ben waarom vertrek ik mij uit Pyke Blauw? laat ik normaal zijn in die kippenren kant en klaar is er besloten gewiekst een -andere godin te zoeken dan is er straks één opgedoken waarbij ik dan succes mag boeken!

Page 62: Poetisch samenspel

62

laat mij eerst eens eigen werk op poëziesites neer gaan blazen afwachtend: ben ik zwak of sterk op wat voor dichters valt te azen ros even door wat documenten al mijn werk ligt er begraven zelfs van Summer’s prominenten met hun specifieke gaven heb een eigen favoriet gevonden welke ik rangschik onder beste plaats ‘m lang en opgewonden als - Godin der fado – goede geste

Page 63: Poetisch samenspel

63

Als gewillig prooi houdt zij mij in haar greep gevangen weemoed en vreugde triomferen als een sirene met weelderig gestrekte armen tilt zij op en toont mij ver boven haar lichaam uit aan het water en de avondrode horizon brandende ogen branden steken in vuur en vlam geketend sleept zij mij over straten en trappen van Alfama. werpt mij op de Praça do Comércio als een offer op het altaar van de Taag zij spreidt haar zwarte kleed over mijn schokkend lichaam uit haar stem heft aan in schoon gezang en kerft als vlijmscherp mes de fado in het hart saudade en genade

Page 64: Poetisch samenspel

64

haar adem streelt en fluistert; jij wilde toch zo graag? kom en daal de brede trappen af in de rivier en laat je lichaam langzaam drijven zweef aan fijne snaren van guitarras traag over het water van de Taag jij glijdt in visioenen over heuvels van Lisboa langs kerken, kloosters en paleizen Bairro Alto, Cidade Baixa en Bélem saudade en genade: zingt haar stem: als jij ontwaakt mijn liefste uit tergend zoete dromen waar het hart van heimwee scheurt aan mij terug zal denken blijkt het beeld na jarenlang nog niet vervaagd ik heb mijn trieste doel bereikt saudade in geheim ontrafeld alleen voor hen die zonder mij wanhopig zijn luister maar, mijn minnaar, ik zing je nu in slaap. Pyke Blauw

Page 65: Poetisch samenspel

65

en ja hoor reacties hier in overvloed er was er eentje bij waarvan ik dacht dat is een prozavreetster: het doet goed meteen weer iets en onverwacht Summer spookte minder door mijn hoofd had plaats gemaakt: wat ik vermoedde Jenny Meermans die mij heeft beloofd op reacties terug te komen en ten goede onder het werk van mij is overbodig ik schrijf wel onder haar juwelen als opsteker heeft ze echt niets nodig kunnen mijn reacties haar wat schelen?

Page 66: Poetisch samenspel

66

nadat ik haar las genoot ik gauw werd zij de favoriet: begon ik te reageren geen nickname maar als ware Pyke Blauw zal ik mij blijvend presenteren ben gaan kuieren in gerichtheid heb er velen in mij op doen gaan vergaarde wel wat van de tijd haar impact blijft geworteld staan vond na gestruin ook zeer toepasselijk werk waarop ik graag zal reageren dat ervoor gemaakt was voelde ik al sterk anders valt het niet te formuleren

Page 67: Poetisch samenspel

67

Mens waar was je zolang... waarvoor was je al die tijd zo bang...?

je wist wat je had, maar niet wat je krijgen zou...

ik wil je verwelkomen, nieuwe ik... geen gevoel meer dat ik stik... een onnoemelijk vertrouwen...

waar je verder op wilt bouwen...

warmte die je energie te over geeft... een gevoel dat je héél bijzonder leeft gewoon een menske uit de duizend... eén en al vitaal, energiek en bruisend

geniet van de dingen..omarm ze al je voelt van binnen als ware kristal

menske, menske je wist niet wat je had vele vrienden, medemensen op je pad...

houvast jezelf...nog zo teer en broos en ga de weg die je voor jezelf verkoos.

Jenny Meermans

Page 68: Poetisch samenspel

68

Wij zochten verticaal onder en achterelkaar het werd uiteindelijk horizon -taal waar zwerk ons werk liet zien ontvangen onze woorden welke wij herkennen welke zinnen vormen in gisteren vandaag en morgen zal u in fictie volgen dat over gaat in werkelijkheid tijd geen klok meer heeft om aan te wijzen wanneer het overmorgen is. Pyke Blauw

Page 69: Poetisch samenspel

69

Eerst de tederheid... de kleine krullenbol

speels...

later spelende krulligheid kapoenenstreken

schelm..

energiek en bruisend nooit stil sportief..

puberende wisselvalligheid

maar steeds eerlijk echt...

zoekend je eigen pad...

met ups en downs sterk...

ga maar je gang die je gaan moet

je komt wel terecht...

op jouw plek

Page 70: Poetisch samenspel

70

ik geloof in je...je mag er zijn je bent geworteld in goeie grond..

ik ben fier op wie je zijt

op wie je zijn wilt op jou...

een onuitgesproken gevoel

vaak verhaald

liefde.

Jenny Meermans

Page 71: Poetisch samenspel

71

Ik herken de klimplant uit prilheid van mijn jeugd het naar boven klauteren de valboom van neerploffen en opstaan verdergaan geloven in jezelf en toekomst de kinderen moeder de vrouw hopelijk in God die troost zal schenken op kan beuren uit de penarie zware deuren van het hart durven openstellen sterke wil is het proberen waard zie en voel: het licht tilt op. Pyke Blauw

Page 72: Poetisch samenspel

72

Doodsbenauwd... en toch een vredig gevoel

nee geen doodsangst.. alleen dat gewoel.

het komt en het gaat...

en is lijfelijk herkenbaar. 'k weet met mezelf geen raad...

is 't schijn.. of is dit waar?

't is mezelf klaren... in de strijd naar mijn ik.

welke koers ik zal varen... opdat ik niet stik.

verbonden met het licht.

de violette vlam die ik kreeg. een echte vriend die niet zwicht,

en de twijfel...die zweeg.

Jenny Meermans

Page 73: Poetisch samenspel

73

Hoe zalig kan de twijfel zijn als bewaker van gevoelens portier van het hart die opent en weer sluit opzichter van het huis waar jij woont de tuinier van jouw tuin uitwoners grijpt bewaker van omploegers spitters van het elfde uur die misbruik maken onteren en ruïneren twijfel is ons aangemeten als oren en ogen ons hart dat klopt op het ritme van leven twijfel is aarzeling en aftastend geen onzekerheid maar een alarmbel. Pyke Blauw

Page 74: Poetisch samenspel

74

Kijk naar mijn handen, en voel geluk.

ze zijn gezegend die handen, geheiligd stuk voor stuk.

ze voelen liefdevol en teer,

verzachtende handen, om lijden telkens weer.

smedende liefdesbanden.

ze strelen wat ik liefheb, en brengen af en toe geluk. ze geven als je tekort hebt,

en dragen waaronder je bent gebukt.

ik hou van mijn handen, ze voelen de nood.

ze doorbreken de wanden, en begeleiden je tot in de dood...

Jenny Meermans

Page 75: Poetisch samenspel

75

Het licht tilt op laat gewichtloos zweven door haar eeuwigheid geen dag en geen nacht alleen rust en stilte van ademloze heerlijkheid voel het zweven, hoog en laag regelend op eigen kracht langs glanzende planeten die stralend welkom heten fluisterend; je had het moeten weten je wil voert langs je eigen tijd nergens meer je aan steeds maar verder gaan absolute stilte is er niet geluid blijft altijd hoorbaar onverklaarbaar helder. kalm drijvend tijdloos zwevend geheel op eigen kracht

Page 76: Poetisch samenspel

76

zeilend glijden nergens doe je aan vreedzaam onverstoorbaar verder gaan onverwacht overdonderd bliksemsnel verblindend met volle kracht explodeert het wilskrachtig hart en laat hier en daar liefdessplinters na. Pyke Blauw

Page 77: Poetisch samenspel

77

Waar ik dacht dat gele bloemen groeiden ontdekte ik zand

met hier en daar een dorre struik de zee leek blauw

achter gebroken glas

ik dacht een vlinder te zien die een regenboog naliet in de palm van mijn hand

mijn ogen hield ik gesloten

omdat ik bang was terug te komen aan land

waar ik dacht dat gele bloemen groeiden

vlijde ik me neer in ’t zand de dorre struik was een rustpunt

de zee bleek blauw het glas de overkant.

Jenny Meermans

Page 78: Poetisch samenspel

78

Hoezeer een droom onwerkelijk kan zijn als nevel vóór gezochte blik er groeien en bloeien overal bloemen die onaantastbaar tastbaar zijn zie zo’n plek te vinden in het zand waar anders niets tot leven komt en bloeit maar voor jou zet ik bloemen uit al ogen struiken dor want als er regen komt vloeit er opwekkend water. Pyke Blauw

Page 79: Poetisch samenspel

79

Het zwijgen staart onthutst naar koolzaad stilte vlak voor de kraag

die gene zijde afsluit van een ondoordringbare mist

ik mis het doordringen

tot de einder waar haar schaduw slaapt

in een gemis aan korenbloemen en madeliefjes

pluizende paardebloemen en sporen van een trein

brengen mij bij haar zonder lawaai en loopschoenen

die rust vertreden

ik heb gebeden denk ik de wind steekt op ik word gedragen

over helder gele velden heen van gevleugelde stilte.

Jenny Meermans

Page 80: Poetisch samenspel

80

Ik hoor het lichte suizen van de stilte in mijn oren of is het suisgeruis vanuit mijn oren? meestal hoort het irritant maar nu jouw woorden ingelaten zijn mijn hersens accepteren weten wat voelen is een speciale plek daar waar het behoort dan doet geruis mij niets kom, kom maar, kom laat nestelen daar in mijn hart waar het thuis hoort. Pyke Blauw

Page 81: Poetisch samenspel

81

moet Jenny’s lay-out gaan erkennen zoals zij haar teksten hier centreert mijn reacties moeten zo gewennen tik op de knop en ’t is geleerd brengt rust in mijn bovenkamer aangezien zij is gevonden geen gezeur en geen gehamer het voelt me onomwonden vandaag heeft ze er drie geplaatst heel anders dan ik ben gewend iets doet mij wat te overhaast wellicht is ze in haar element

Page 82: Poetisch samenspel

82

zal vannacht wel lekker pitten onder m’n dekbedovertrek Carmen ziet het ook wel zitten en schuift dan in het onderdek de poes is weer een keer onrustig miauwt en wil naar boven ze vreet de kattenvoer te vluchtig kattenkots niet te geloven lief zegt: als je snurkt dan is het goed heb het zelf niet in de gaten ze stiekem zoet op lippen doet ga je van smakken en ook blaten

Page 83: Poetisch samenspel

83

liggen meestal nog wat na te praten wat er in de krant stond en zag op de tv ze leutert: je -moet us een boek toelaten lees notabene de gehele dag via de pc dan is het zuchten, wentelen en keren d’r weer effies uit om iets te plegen moeder wat is het heet: ga uit de kleren heb beenkramp moet me meer bewegen ach, het is zo’n lieve schat mijn meissie omstrengel haar met beide armen: gaap liggen te soezen in ons kleine paradijssie vallen we als lepeltje en lepeltje in slaap

Page 84: Poetisch samenspel

84

ongelooflijk wat me nu weer overkomt laat -Jenny ook ineens verdwenen zijn het begon allemaal zo fijn: verdomd valt hier ook een vaaggordijn? ze las mijn reacties misschien te privé had ze ongedwongen kunnen zeggen vraag me af: is mijn denken soms cliché? zat overweeg ik dichten lam te leggen alhoewel poëzie zal ik altijd schrijven alleen voor Carmen: al mijn liefs aan haar onze band zal immers eeuwig blijven maar bij Jenny liep het toch wel raar?

Page 85: Poetisch samenspel

85

waar haal ik nu me vuur vandaan naar Carmen heb ik alles al beschreven onze memoires zijn een open raam zal wat meer met ‘r naar buiten gaan weer us vrijen op de liefdeslaan vakanties plannen en vooral de kinderen bezoeken: die wonen hier zo ver vandaan van de ene naar de and’re vlinderen zien ons aankomen: blijven eten, slapen want meteen teruggaan is geen doen een rondreis bijeen gaan schrapen op naar de USA in het naseizoen

Page 86: Poetisch samenspel

86

‘t huis schreeuwt om een opknapbeurt de trap naar boven moet geschilderd haar lieve keuken die al jaren zeurt tuin en schuur zijn hier verwilderd schatje zal wel blij zijn met onhandigheid jaren terug ben ik in een emmer verf gestapt toen zei ze: zulke dingen doe je hier altijd nou dan weet je ’t wel: ben direct gekapt door die zestien jaren heen alles gedaan oudjes helpen in het bejaardgedruis poëziemiddagen versieren staat vooraan vandaag weer een en keer in ’t Hoeckhuys

Page 87: Poetisch samenspel

87

een ouderensociëteit en graag gezien er komt van alles waar ik mee kan lachen gasten die reeds eerder zijn gezien poëtisch bolwassend willen zigzaggen zit ongerept van alles bij die kunnen dichten zo ik vroeger ook wel deed: wat moet je? een dame uit Suriname kan verlichten vertelde uit de tijd met een lief toetje een dichteres die in haar kleding past werkt zo groen als gras met haar natuur heeft een Duits accent en is een vaste gast er zoemt een muggenzifter op de muur

Page 88: Poetisch samenspel

88

zie ook een mevrouw met erotiek die poëzie schreef over masturbatie in een literair orgaan zonder enige kritiek niet als model maar leest het vóór met gratie poesieabum is nu in beeld als jongeheer men vond hem prachtig uit hun jeugd huilde om zijn woorden: hij komt niet meer hier sprak ooit het grote kind met vreugd Reintje is een lief konijntje niet groot maar een heel kleintje als ze heel diep zucht zweeft ze zalig door de lucht

Page 89: Poetisch samenspel

89

er las een kleine vrouw haar werk die haar Slavisch land verliet iemand gas inademde als kenmerk zelfvernietiging door veel verdriet zucht ik door emotie zoals zij schreef had tevens impact bij ‘t publiek tranen geplengd en lag men plat door alle ellende in lyriek ga nu de stoelen plaatsen in Carré want als men straks de ruimte vult moet alles klaar staan voor -de coryfee die schoonheid van haar poëzie onthult

Page 90: Poetisch samenspel

90

verwelkom meer bekend en onbekend het is goed ontmoeten met elkaar dichters als publiek zijn aangewend met naam en toenaam weliswaar dwarsfluitiste start het spelen: iedereen is stil geluid van fluit welke de poëzie omsluit daalt zachtkens op de bodem van de spil Vlaamse dame na de pauze als finalebruid voor de pauze draag ikzelf voor: de rollator want die gaat er altijd heel grif in ga ik superslam als eentje op een motor niet dat ik er zomaar zelf achter spring

Page 91: Poetisch samenspel

91

er sjeest een forse vrouw naar voren die in mannenaarde heeft gestaan borsten draagt ze voor; flink uitgeboren laat ze deinend verder gaan ze ogen een meter naar de katheder haar stem gaat dieper dan een bas rolt dichterlijk op luisterkijkers neder iedereen is uitermate in hun sas onophoudelijk gaat ze declameren en wakkert zij de boel maar aan lachsalvo’s zal ze moeten accepteren buitenom haar grootsheidwaan

Page 92: Poetisch samenspel

92

eindelijk volgt beslissingsstrijd pruik en ballonnen knallen uit de maat met gebulder over de aanwezigheid ontpopt de clown in vol ornaat zondagspoëten zijn vaak benefiet die zeuren vaak om op te treden perfect voor quasi echt poète maudit amateurs kunnen vaak beter kneden de hobbyisten oogsten veel waardering het echte werk stinkend jaloers op zijn ze gooien nieuwe woorden in de ring staan ze niet meer achter het gordijn

Page 93: Poetisch samenspel

93

maar eerst een pauze voor een drankje men verdringt zich voor de bar geharrewar van lui met een bedankje de barvrijwilligster raakt hier de war reünie van uit het noorden en het zuiden ze praten over: nou van denk je? belletjes luiden die memories aanduiden ken jij die ook…waar wonen ze? de ploeg is uitgedronken grijpen plaats hier en daar nog wat gefluister totdat de dwarsfluitiste fluit en voor het laatst klinkt de stem van Vlaamse Lene Sansen

Page 94: Poetisch samenspel

94

Mijn roots in Vlijtingen, mijn dorp een kern rond de kerktoren, met een slager, een mini supermarkt, de dokter, de scholen en de dekenij, er waren maar twee politieke partijen christelijke boeren en christelijke werklui de kinderen speelden trefbal verdeeld in deze kampen op het plein, elk huis had zijn moestuin, groenten werden geteeld niet gekocht, het vlees liep levend rond tot het geslacht afgestorven, gepekeld, in geurende potten op tafel kwam en dan was er de tuin van mijn vader hoge fruitbomen waartussen schapen en varkens liepen, voor eigen gewin en voor de verkoop, extra studiegeld: de kroost die het beter hebben zou dan zij wij leefden aan de uitlopers van het dorp dat omgeven door heuvelige akkers ons zichtveld verruimde naar wijde horizonten, in de lente geurende bloesems van alle soorten tussen de velden door een rijkdom zoals we later beseften, toen was dat allemaal gewoon, de kilometers te voet met een lange rij kinderen die moesten meegenomen

Page 95: Poetisch samenspel

95

naar school, de vriendjes voor het leven en de hond Teddy op de trottoir bij Lis waarvoor wij allen beefden de vele dorpen met hun kerktoren, waar uilen en sperwers zich graag verscholen en dan was er de taart van mijn moeder negen vlaaien in een oven, dat was zaterdag corvee, met wat geluk, was er overschot van deeg, knapperende appelflappen een feest.

Page 96: Poetisch samenspel

96

Dan kwam ze naar voren die sterke mannenstem ik kon haar niet goed horen de wind waaide te fel ik wist dat ze zingen zou bariton stond in mijn memorie humor bereikte zowaar de mooiste tenoren vleide zich neer in zomerakkoorden het ronde muurtje op kuitenhoogte droeg menig mannelijk schoon maar mijn adonis in het zwart oversteeg St. Rombouts klokkentoren tot de wind bedaarde de zon ons allen bescheen verzwakte ook het samenspel tot woorden die ik niet meer weet.

Page 97: Poetisch samenspel

97

Laat ons over de heuvel huppelen ik weet dat je sneller loopt laat vallen in rood en rol en rol en rol een scherfje jong nog later het staren verankerd op blauwe steen als gebluste kalk hereend in wolken vinden jou zoeken nu tussen hemelswit, goud gefilterd licht.

Page 98: Poetisch samenspel

98

Ontroering vloeide over in inkt gitzwart als een harde zachtheid tussen de oude namen van weleer op het kerkhof praatte alleen de moeder alsof de doden nog leefden, verhalen monden kregen tot spreken, gedeeld door toen, nu en wat nog komen zou overviel haar rust waarin ontzag woonde het grind kraakte onder pijnlijke voeten bukkend zeeg ze neer bij bloemen op de grafsteen verschenen druppels regen en zon, zij maakten één de raven op de onbewerkte grond de bomen bij het kruis en zij die nog een weg moest gaan.

Page 99: Poetisch samenspel

99

Als ik de taal van de stilte die over het wrakhout hangt zou kunnen spreken misschien begrijp ik dan het rimpelende water dat mij meevoert naar vroeger een willekeur die ik niet bepaal waar de stilte naar staart alsof zij woorden zoekt een gevoel rond de maag dat ik leegte, volheid of eenzaamheid zou kunnen noemen maar er is het kraaien van een kind dat me aait me steeds weer haalt uit de mijmeringen van een meisje in een zwart satijnen schortje en in carré gesneden haar op de grote arm van vader zwijgzaam klaart het houden van herkenbaar als eeuwig en God zij dank. In onderschrijf met Lene Sansen, dankuwel

Page 100: Poetisch samenspel

100

daarna kun je een speld horen vallen zelfs de dwarsfluitiste floot niet meer dat was afgesproken en spoken jaargetallen door mijn hoofd: waar hoorde ik haar meer? begreep er niks van had ik haar gelezen? die gedichten klonken mij overbekend? niemand klapt: het zal emotie wezen dat heb je ook zo in een circustent! men feliciteert haar zoals zij sprak de zachte -g was eenheid in het zijn declameren werd gewoon haar vak…. schenk haar bloemen: geurende jasmijn

Page 101: Poetisch samenspel

101

er worden drankjes aan haar aangeboden dringt het publiek om Lene Sansen heen als een poëtisch fenomeen verafgoden overrompelt door aandacht zie je meteen verlegen met attenties wat nu overkomt probeert zich te onttrekken dat niet lukt wring mij door de vliegen heen en prompt laat zij zich leiden: onopgesmukt naar een tafeltje waar ik beschutting geef men zal niet brutaal gaan interrumperen Lene schatert: ge zijt een echte regelneef :o) zo wil ik alles heel graag compenseren

Page 102: Poetisch samenspel

102

wij geraken in intensief gesprek :o) lacht Lene nogmaals naar mijn kant ik knipoog: vind u niet in ‘t boekenrek? -klopt zegt ze: schrijf alleen op de wand vraag me af of het in t Vlaams betekent’ u niets heeft uitgegeven, u zegt dat klopt? Lene vervolgt: wel internet heel uitgerekend dacht toen geraakte ik niet zwaar beknot.. Ik zat te trillen op mijn stoel is dat dan… de herkenning uit haar poëzie van toen Lene las ik op internet natuurlijk: tamtam! zij nipt intussen aan de wijncitroen

Page 103: Poetisch samenspel

103

vraag: is het allang geleden als ik terugfiets ze kijkt me aan of het in Keulen dondert: moet er omheen manoeuvreren met iets en zegt ze: van ‘t fietske ben ik afgedonderd onderhand vertelt ze over haar lieflijk nest op welke wijze het gezin tot stand kwam manlief zei: ge doet toch zeker tof uw best! zat in mijzelf te gnuiven: een aparte man wilt u wellicht nog wat wijn de citroen? Lene voelt zich kennelijk op haar gemak ‘k zie vanaf de bar blaast zij een handzoen dus is er tijd voor mijn versnellingsbak!

Page 104: Poetisch samenspel

104

wil even aan de bar blijven hangen? goed te overdenken: met enige weifel op welke wijze ik Lene kan vangen riskant mijn slag te slaan maar twijfel trek ik de ster niet naar een speciale plek die zij allang heeft afgesloten door de jaren? niet geshockeerd wilt worden door een gek! moet mezelf zien te bedaren onderweg terug flipt nat de wijn vraagje: wilt u misschien iets eten malle man zegt ze: ’t is hier zo fijn -Vlaamse frietekkes hijt ge vergeten?

Page 105: Poetisch samenspel

105

jammer Lene, hier heeft men geen patat maar zal wat bitterballen voor u halen… ben eruit en sla de koningin schaakmat vanaf de bar zal ik richting gaan bepalen> >>>>onderhand kijkt zij naar buiten ballen koelen af roep ik in lettergrepen met luider stem zal ik de namen uiten Jen-ny Meer-mans Sum-mer kan het weten! In shock en met wijdopengesperde ogen staat zij langzaam op en lacht: kom gauw o wat -plezant en raak ik opgetogen als het juist is zijt gij Ero Pyke Blauw?

Page 106: Poetisch samenspel

106

wij staan omstrengeld in een vries wie had deze terugkomst durven hopen theater zonder gezichtsverlies traag ontsluiten mooie jaren open Lene als moeder en vrouw -de druk destijds gestopt met Jenny Meermans Summer er slopen andere dingen enerzijds muziek haar vak: origineel een drummer omdat zij zich meer wilde wijden aan het gezin er kwam te veel bij kijken wilde in alle overgave graag vermijden onkunde als vrouw te laten blijken

Page 107: Poetisch samenspel

107

nu eveneens bejaard als ik met Carmen kinderen zijn allang de deur uit Lene gaat haar pension omarmen ze kan niet meer: hoort ergens toch die fluit in de late uurtjes wordt gezongen evergreens van hoe het was men vloog met bokkensprongen van het ene naar het andere glas in een feest van jewelste blijft men na goed voor de bar en voor de sfeer er wordt nagepraat onder hoeraaaaa dooft het licht: op naar een volgend keer.

Einde